Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2008 (Verordening afvalstoffenheffing 2008) |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | 2007/12 |
Externe bijlage | Raadsvoorstel |
Geen
Gelet op artikel 216 van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2020 | 01-01-2021 | art. 3 en art. 6 | 19-12-2019 | RIS303677 | |
01-01-2019 | 01-01-2020 | Art. 3, lid 1 en lid 2 a. en b. | 08-11-2018 | RIS300699, 2018 | |
01-01-2018 | 01-01-2019 | art. 3 | 02-11-2017 | RIS297935, 2017 | |
01-01-2017 | 01-01-2018 | art. 2 en 3 | 04-11-2016 | RIS295250, 2016 | |
10-03-2015 | 01-01-2015 | 01-01-2017 | art. 7 | 05-03-2015 Gemeenteblad 46, 2015 | rv 8, 2015 |
01-01-2015 | 10-03-2015 | art. 3 en 5 | 18-12-2014 Gemeenteblad 218, 2014 | rv 142, 2014 | |
01-01-2014 | 01-01-2015 | art. 1 en 3 | 07-11-2013 Gemeenteblad 47, 2013 | rv 145, 2013 | |
01-01-2012 | 01-01-2014 | art. 2, 3, 7 | 01-12-2011 Posthoorn, 14-12-2011 | rv 149, 2011 | |
01-01-2011 | 01-01-2012 | art. 6 | 02-12-2010 Posthoorn, 15-12-2010 | rv 131, 2010 | |
28-01-2010 | 01-01-2010 | 01-01-2011 | art. 3 en 7 | 14-01-2010 Posthoorn, 27-01-2010 | rv 7 2010 |
01-01-2009 | 28-01-2010 | art.3,7 | 30-10-2008 Posthoorn, 19-11-2008 | rv 198 2008 | |
01-01-2008 | nieuwe regeling | 01-11-2007 Posthoorn, 19-12-2007 | rv 150 2007 |
Voor de toepassing van het eerste lid, wordt:
gebruikmaken door degene aan wie een deel van een perceel in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruikmaken door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven, met dien verstande dat degene die het deel in gebruik heeft gegeven, bevoegd is de heffing als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een perceel voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruikmaken door degene die dat perceel ter beschikking heeft gesteld, met dien verstande dat degene die het perceel ter beschikking heeft gesteld, bevoegd is de heffing als zodanig te verhalen op degene aan wie het perceel ter beschikking is gesteld.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht voor een bepaald perceel in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting voor dat perceel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. Daarbij telt bij de aanvang van de belastingplicht voor de zestiende van een kalendermaand die maand mee.
Indien de belastingplicht voor een bepaald perceel in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar voor dat perceel verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. Daarbij telt bij beëindiging van de belastingplicht na de vijftiende van een kalendermaand die maand niet mee voor de ontheffing.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen onroerende-zaakbelastingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdelen a en b, van de Verordening onroerende-zaakbelastingen 2008, afvalstoffenheffing als bedoeld in artikel 1 van de Verordening afvalstoffenheffing 2008 en rioolheffing als bedoeld in artikel 2 juncto artikel 3, eerste lid, onderdeel a, van de Verordening rioolheffing 2009, of ingeval het aanslagbiljet maar één van deze aanslagen bevat het bedrag daarvan, minder is dan € 10.000,- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in twaalf gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing.