Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Someren

Verordening hoogwaardige handhaving Werk en Inkomen 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSomeren
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening hoogwaardige handhaving Werk en Inkomen 2010
CiteertitelVerordening hoogwaardige handhaving Werk en Inkomen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-09-201017-12-2014nieuwe regeling

21-07-2010

't Contact, 04-08-2010

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening hoogwaardige handhaving Werk en Inkomen 2010

De raad van de gemeente Someren;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

gelet op:

- artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet;

- artikel 8 sub a van de Wet Werk en Bijstand;

- artikel 12, lid 1 sub c van de Wet Investeren in Jongeren.

overwegende dat met betrekking tot bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet, in het kader van het financieel beheer regels gesteld dienen te worden, welke in een verordening worden neergelegd;

besluit:

vast te stellen de navolgende “Verordening hoogwaardige handhaving Werk en Inkomen 2010”

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • A

      de wet: de Wet Werk en Bijstand (WWB) en de Wet Investeren in Jongeren (WIJ);

    • B

      het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Someren;

    • C

      bijstand: de bijstand zoals genoemd in artikel 5 onder b van de Wet Werk en Bijstand;

    • D

      Inkomensvoorzieing: de inkomensvoorziening zoals genoemd in artikel artikel 24 van de Wet Investeren in Jongeren;

    • E

      afstemmingsverordening: de verordening gebaseerd op artikel 8 lid 1 onder b van de Wet Werk en Bijstand;

    • F

      inlichtingenplicht: de verplichtingen genoemd in artikel 17 lid 1, 2 en 4 van de Wet Werk en Bijstand,artikelen 28 lid 2 en 29 lid 1 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en de artikelen 44. 45 en 56 van de Wet Investeren in Jongeren;

    • G

      Uitvoeringsregels terugvordering: de gemeentelijke uitvoeringsregels inzake terugvordering en verhaal van bijstand of inkomensvoorziening.

Artikel 2 Uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving

Het college draagt in het kader van de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand p[ grond van de Wet Werk en Bijstand alsmede de Wet Investeren in Jongeren alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet jaarlijks zorg voor het opstellen van een uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving.

Artikel 3 Inhoud uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving

In het in artikel 2 genoemde uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving komt in ieder geval tot uitdrukking:

  • de door de raad vastgestelde visie op handhaving;

  • aanpak fraudepreventie;

  • aanpak frauderepressie.

Artikel 4 Afstemming en terugvordering

  • 1.

    Bij ten onrechte ontvangen bijstand of inkomensvoorzieing ten gevolge van het schenden van de inlichtingenplicht alsmede bij misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet verlaagt het college de bijstand, conform hetgeen hierover is bepaald in de Afstemmingsverordening Wet Werk en Bijstand, of indien van toepassing, de Afstemmingverordening Wet Investeren in Jongeren;

  • 2.

    Terugvordering van ten onrechte ontvangen bijstand of inkomensvoorziening vindt plaats overeenkomstig de wet en de uitvoeringsregels terugvordering.

Artikel 5 Aangifte

Het college doet aangifte van fraude bij het Openbaar Ministerie bij een benadelingsbedrag vanaf de aangiftegrens.

Artikel 6 Verantwoording

Het college legt jaarlijks verantwoording af aan de raad door middel van een verslag over de handhaving. In dit verslag rapporteert het college in ieder geval over:

  • het aantal gevallen waarin preventief onderzoek heeft geleid tot het niet behandelen of afwijzen van de aanvraag;

  • het aantal gevallen waarin is vastgesteld dat bijstand ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend;

  • de aard van de ten onrechte of tot een te hoog bedrag verleende bijstand of inkomensvoorzieing;

  • de hoogte van de ten onrechte of tot een te hoog bedrag verleende bijstand of inkomensvoorziening;

  • in hoeveel gevallen is teruggevorderd en tot welk bedrag;

  • in hoeveel gevallen proces-verbaal is opgemaakt.

Artikel 7 Slotbepaling

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 8 Citeertitel / Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als: de Verordening hoogwaardige handhaving Werk en Inkomen;

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking zes weken na de dag waarop zij is bekend gemaakt. Wanneer een inleidend verzoek tot het houden van een referendum onherroepelijk is toegelaten, komt het tijdstip van inwerkingtreding te vervallen

Aldus besloten in de vergadering van de raad van de gemeente Someren,

de raadsgriffier, de voorzitter,

J.Laurens Janse-Oostdijk A.P.M. Veltman

ALGEMENE TOELICHTING

In artikel artikel 8a van de WWB en artikel 12, lid 1 sub c Wet Investeren in Jongeren, is bepaald dat de gemeenteraad in het kader van het financiële beheer bij verordening regels stelt voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand alsmede onterecht verkregen inkomensvoorzieing alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. De gemeente moet in de WWB zelf bepalen op welke wijze het handhavingsbeleid wordt gevoerd.Artikel 8a stelt het vaststellen van handhavingsregels verplicht, maar geeft niet aan welke regels dit expliciet moeten zijn. Het doel van dit artikel is de handhaving van de WWB en het fraudebeleid op de agenda van de gemeenteraden te zetten.

het vaststellen van een verordening

Artikel 8a van de Wet Werk en Bijstand verlangt dat de gemeenteraad de regels voor het eigen handhavingsbeleid op hoofdlijnen vaststelt in een verordening.

Het college krijgt daarmee de mogelijkheid om nadere invulling te geven aan de verordening in de vorm van een uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving. Artikel 12, lid 1 sub c Wet Investeren in Jongeren geeft aan dat de gemeenteraad bij verordening regels stelt ter voorkoming van fraude en oneigenlijk gebruik.

een fraudebeleidsplan

Bij amendement van het kamerlid Weekes is aan de WWB (middels artikel 8a) toegevoegd, dat de gemeente expliciet regelt, op welke wijze vorm wordt gegeven aan handhaving.

Op grond van artikel 212 van de Gemeentewet dient de gemeenteraad een verordening vast te stellen voor de uitgangspunten voor het financiële beleid en voor het financiële beheer. Daarmee dient te worden gewaarborgd dat aan de eisen van rechtmatigheid wordt voldaan. In dat kader kan ook aandacht worden besteed aan de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen. Met dit amendement wordt voorgeschreven dat regels worden gesteld voor de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de WWB.

Gecombineerde verordening WWB en WIJ

De handhaving ten aanzien van de WWB en de WIJ zijn praktisch gelijk. Daarom is gekozen voor een gecombineerde handhavingsverordening voor de WWB en de WIJ.

Daarbij dient de handhaving nader te worden uitgewerkt in een fraudebeleidsplan. Dat fraudebeleidsplan heeft dan ook op beide regelingen betrekking.

ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1 Begripsomschrijving

De begrippen die in de verordening worden gebruikt hebben een gelijkluidende betekenis als de omschrijving in de Wet werk en inkomen.

Artikel 2 Uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving

Het college stelt jaarlijks een uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving vast waarin maatregelen en methoden staan opgenomen gericht op het voorkomen en bestrijden van fraude.

Artikel 3 Inhoud Uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving

In dit artikel is aangegeven welke onderwerpen in het gemeentelijke uitvoeringsplan hoogwaardige handhaving op zijn minst aan bod moeten komen.

Het beleidskader voor het vaststellen van de gemeentelijke visie op handhaving is door de raad vastgesteld bij het vaststellen van deze verordening.

Artikel 5 Aangift

Bij zwaardere fraudes past het niet meer om de uitkering te verlagen. Het Openbaar Ministerie heeft een grensbedrag gesteld, op dit moment € 10.000,00. Wanneer het benadelingsbedrag hoger is dan deze grens, en er is sprake van fraude, dan wordt aangifte gedaan van valsheid in geschrifte en sociale zekerheidsfraude bij het OM. Het IBO verzorgt de aangifte en ook de contacten met het OM. In deze gevallen geldt het zogenaamde "una via"-beginsel: Er kan maar volgens één weg vervolging plaatsvinden.

Dit houdt in, dat, wanneer aangifte is gedaan, de gemeente geen acties onderneemt tot het opleggen van een verlaging of andere sanctie.

Het OM onderzoekt, of zij een strafrechtelijke vervolging gaat instellen jegens de betrokkene. Het OM kan beslissen om de zaak weer terug te geven aan de gemeente. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij benadelingsbedragen, die net boven de grens uitkomen, terwijl de betrokkene niet eerder misbruik heeft gepleegd. Wanneer de gemeente een zaak terugkrijgt, dan kan de gemeente overgaan tot het treffen van een sanctie zoals omschreven in de Afstemmingsverordening.

Wanneer het OM wel overgaat tot een strafrechtelijke vervolging, dan kan de betrokkene worden veroordeeld tot een taakstraf of een gevangenisstraf, al dan niet voorwaardelijk. De betrokkene krijgt ook een strafblad. Het OM kan via een schikking de vervolging afdoen.

De overige artikelen spreken voor zich.