Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
's-Gravenhage

Verordening boete wet inburgering nieuwkomers

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie's-Gravenhage
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening boete wet inburgering nieuwkomers
CiteertitelVerordening boete wet inburgering nieuwkomers
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp2004/15

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-05-2005nieuwe regeling

16-12-2004

Posthoorn, 30-03-2005

rv 232 2004

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening boete wet inburgering nieuwkomers

 

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    a.

    Wet:

    de Wet inburgering nieuwkomers (WIN);

    b.

    WWB:

    de Wet werk en bijstand;

    c.

    college:

    het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag;

    d.

    bijstandsnorm:

    de bijstandsnorm bedoeld in artikel 5, onderdeel c, van de WWB;

    e.

    boete:

    de bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 18, eerste lid, van de wet;

  • 2.

    De begripsbepalingen van de wet zijn op deze verordening van toepassing, tenzij daarvan nadrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 2 Afstemming en dringende redenen

  • 1.

    Bij het opleggen van een boete wordt deze verordening in acht genomen, onverminderd het bepaalde in artikel 18, tweede en vierde, lid van de wet.

  • 2.

    Als elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt wordt geen boete opgelegd.

  • 3.

    Het college kan van het opleggen van een boete afzien, als sprake is van dringende redenen.

Artikel 3 Hoogte van de boete

  • 1.

    De boete is afhankelijk van de ernst en de verwijtbaarheid van de gedraging en bedraagt een percentage van de netto bijstandsnorm die voor de nieuwkomer geldt of zou gelden als hij belanghebbende in de zin van de WWB zou zijn. Bij de bepaling van de hoogte van de boete wordt de categorie-indeling van de Maatregelenverordening Wet werk en bijstand gehanteerd.

  • 2.

    Bij herhaling van een gedraging als bedoeld in artikel 18, eerste lid, van de wet, binnen twaalf maanden nadat aan de nieuwkomer terzake van die gedraging een boete is opgelegd, wordt de boete verdubbeld.

Artikel 4 Categorieën

  • 1.

    Voor de bepaling van de hoogte van een boete wordt een categorie-indeling gehanteerd. De hoogte van de categorieën wordt als volgt onderscheiden:

    a.

    eerste categorie:

    vijf procent van de bijstandsnorm voor de duur van een maand;

    b.

    tweede categorie:

    tien procent van de bijstandsnorm voor de duur van een maand;

    c.

    derde categorie:

    dertig procent van de bijstandsnorm voor de duur van een maand;

    d.

    vierde categorie:

    honderd procent van de bijstandsnorm voor de duur van een maand.

Artikel 5 Boetewaardige gedragingen

Eerste categorie

  • 1.

    het zonder voorafgaande toestemming van de gemeente niet aanwezig zijn bij de lessen van het vastgestelde inburgeringsprogramma.

Tweede categorie

  • 1.

    het niet tijdig voldoen aan een oproep om op een aangegeven tijd, datum en plaats te verschijnen;

  • 2.

    het niet op aanwijzing van de gemeente terstond hervatten van het volgen van de lessen;

  • 3.

    het niet, onvolledig of onjuist verstrekken van informatie die van belang is voor de bepaling van een inburgeringsprogramma, een ontheffing van de meldingsplicht, een vrijstelling van het volgen van de lessen of onderdelen van het programma, een programmawijziging of een afsluiting van het inburgeringsprogramma.

Derde categorie:

  • 1.

    het niet dan wel in onvoldoende mate medewerking verlenen aan een inburgeringsonderzoek naar de mogelijkheden van deelname aan een inburgeringsprogramma;

  • 2.

    het niet dan wel in onvoldoende mate medewerking verlenen aan een geneeskundig onderzoek naar de mogelijkheden van deelname aan een inburgeringsprogramma;

  • 3.

    het niet dan wel in onvoldoende mate initiatieven nemen om kinderopvang te regelen, voor zover het ontbreken van kinderopvang een belemmering vormt om een inburgeringsprogramma te kunnen volgen;

  • 4.

    het niet dan wel in onvoldoende mate medewerking verlenen aan een educatieve toetsen;

  • 5.

    het niet dan wel in onvoldoende mate medewerking verlenen aan voortgangsbesprekingen.

Vierde categorie:

  • 1.

    het weigeren van deelname aan een vastgesteld inburgeringsprogramma;

  • 2.

    het zonder toestemming van de gemeente voortijdig beëindigen van het vastgestelde inburgeringsprogramma;

  • 3.

    het als gevolg van misdragingen door het, door de gemeente aangewezen, onderwijsinstituut tijdelijk of definitief uitgesloten zijn van deelname aan het vastgestelde inburgeringsprogramma.

Artikel 6 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op met ingang van de eerste dag van de maand, nadat zes weken zijn verstreken nadat het besluit is gepubliceerd, tenzij binnen deze termijn voldoende inleidende verzoeken tot het houden van een referendum zijn ingediend.

  • 2.

    Indien het tijdstip van inwerkingtreding op grond van het eerste lid vroeger zou liggen dan 1 januari 2005, dan treedt deze verordening in werking op 1 januari 2005.

Artikel 7 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening boete Wet inburgering nieuwkomers.