Regeling Adviescommissie Beeldende kunst Schiedam 2009
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
Adviescommissie beeldende kunst: de vaste commissie van advies van burgemeester en wethouders als bedoeld in artikel 84 van de Gemeentewet, waaraan de in deze regeling genoemde taken en bevoegdheden zijn gegeven;
- b.
Beeldende kunst: ieder proces of product waarbij een beeldend kunstenaar is betrokken;
- c.
Kunstopdracht: een door de beheerder verstrekte opdracht aan één of meer beeldende kunstenaar(s) tot het vervaardigen of ontwerpen van een kunstwerk;
- d.
Gemeentelijk beeldend kunstbeleid: alle op het gebied van de beeldende kunst voorkomende aangelegenheden met uitzondering van het Stedelijk Museum Schiedam.
Artikel 2 Taken van de commissie
- 1.
De adviescommissie adviseert over het beheer en de besteding van de voor het gemeentelijk beeldend kunstbeleid beschikbaar gestelde geldelijke middelen.
- 2.
De adviescommissie adviseert het college inhoudelijk over de werkwijze bij een kunstopdracht voor kunst in de openbare ruimte.
- 3.
De adviescommissie is betrokken als adviseur bij kunstprojecten die geïnitieerd worden door het Centrum Beeldende Kunst Schiedam.
- 4.
De leden van de commissie zijn uitgesloten van deelname aan projecten en werkzaamheden die voortvloeien uit adviezen van de commissie, gedurende de periode dat zij zitting hebben in de commissie.
Artikel 3: Deskundigenadvies
Voordat het college een kunstopdracht verstrekt, wint het advies in bij de Adviescommissie Beeldende Kunst.
Artikel 4: Benoeming en samenstelling van de commissie
- 1.
De leden van de commissie worden benoemd door het college van burgemeester en wethouders.
- 2.
De commissie bestaat uit vier beeldend kunstenaars of andere deskundigen op het gebied van beeldende kunst.
- 3.
De leden als bedoeld in lid 1 dienen professioneel werkzaam te zijn, ruime kennis te hebben van ontwikkelingen op het vakgebied en te beschikken over voldoende ervaring met beeldende kunstopdrachten.
- 4.
Een afgevaardigde van de beleidsafdeling cultuur is ambtelijk secretaris van de adviescommissie.
- 5.
De commissie wijst uit haar midden een voorzitter aan.
- 6.
De niet uit hoofde van functie benoemde leden treden af volgens een rooster van aftreden.
- 7.
De commissie heeft het recht voor vacatures als bedoeld in lid 1 een aanbeveling te doen.
- 8.
Indien de commissie geen aanbeveling doet binnen een door burgemeester en wethouders gestelde termijn, gaan burgemeester en wethouders tot benoeming over.
Artikel 5: Beëindiging lidmaatschap
- 1.
De leden worden benoemd voor een periode van 4 (vier) jaar en zijn eenmaal herbenoembaar voor een periode van 2 (twee) jaar.
- 2.
Het lidmaatschap eindigt bovendien:
- a.
- b.
- c.
bij verlies van hoedanigheid, waarin de benoeming plaatsvond;
- d.
door onder curatelenstelling of ander verlies van handelingsbekwaamheid;
- e.
door ziekte langer dan 6 (zes) maanden, indien die ziekte volledige deelname aan de werkzaamheden van de commissie belet.
- 3.
Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen, bijvoorbeeld wanneer door (nalatig) handelen ernstig nadeel toegebracht wordt aan het in hun gestelde vertrouwen, een lid ontslaan.
Artikel 6: Vergaderingen en werkwijze van de commissie
- 1.
De commissie vergadert minimaal zes keer per jaar en voorts indien tenminste 3 (drie) leden dit nodig achten.
- 2.
De commissie kan personen uitnodigen aan vergaderingen deel te nemen. Deze personen hebben een adviserende stem.
- 3.
Besluiten van de commissie worden genomen bij meerderheid van stemmen, waarbij ook de secretaris van de commissie stemrecht heeft.
- 4.
De adviezen van de commissie worden schriftelijk gegeven en behelzen alleen het gevoelen van de meerderheid, tenzij de minderheid verlangt dat ook zijn gevoelen wordt vermeld.
- 5.
De secretaris is onder toezicht van de voorzitter belast met de dagelijkse werkzaamheden die uit de taken van de commissie voortvloeien.
- 6.
De vergaderingen van de commissie zijn niet openbaar.
Artikel 7: Vacatiegelden
De niet-ambtelijke leden van de commissie ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen een vergoeding. De hoogte van deze vergoeding bedraagt het geldende bedrag in het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden tot uitvoering van de artikelen 95 en 96 van de Gemeentewet.
Artikel 8: Verslaglegging
De commissie evalueert aan het eind van elke beleidscyclus en brengt hiervan schriftelijk verslag aan het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 9: Intrekking oude regeling
De verordening Adviescommissie Beeldende Kunst Schiedam 1998 en de verordening op de Artoteekcommissie Schiedam 1995 worden ingetrokken met het vaststellen van deze regeling.
Artikel 10: Inwerkingtreding; citeertitel
- 1.
Deze regeling treedt in werking op de achtste dag na bekendmaking.
- 2.
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling Adviescommissie Beeldende Kunst Schiedam 2009.
Aldus vastgesteld op 29 september 2009
De secretaris, W.P.H. Redert
De burgemeester, W. M. Verver