Organisatie | Schiedam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening bestrijding misbruik en oneigenlijk gebruik |
Citeertitel | Handhavingsverordening gemeente Schiedam |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | regels voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van uitkeringsgelden, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de in deze verordening genoemde wetten |
Deze verordening vervangt de verordening Handhaving Wet werk en bijstand Nieuwe Waterweg Noord 2004.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | Nieuwe verordening | 17-12-2009 Onbekend | VR 100/2009 |
1.In deze verordening wordt verstaan onder:
In deze verordening wordt onder WWB mede verstaan: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), de Wet investeren in jongeren (WIJ) en de Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK);
Artikel 2 - Kadernota handhaving
De raad stelt een kadernota handhaving vast over de over gemeentelijke visie op handhaving, bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de WWB.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Schiedam in zijn openbare vergadering van 17 december 2009.
de griffier, J. Gordijn
de voorzitter, W.M. Verver-Aartsen
Toelichting Verordening Handhaving gemeente Schiedam.
De verplichting om in het kader van het financiële beheer bij verordening regels op te stellen voor de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik is in de WWB en in de WIJ opgenomen.
Afgezien van de korte bepaling van artikel 8a van de WWB en artikel 12, eerste lid onder c van de WIJ, zijn er geen nadere aanduidingen over wat nu precies in de verordening moet worden geregeld. Ook de toelichtingen bieden geen nadere informatie of aanwijzingen. Wel biedt het proces van hoogwaardig handhaven nadere kaders voor handhavingsbeleid. Hoogwaardig handhaven is een onderdeel van het door het college tweejaarlijks vast te stellen handhavingsplan.
In deze verordening is geregeld dat de raad een kadernota vaststelt met een gemeentelijke visie op handhaving. Deze kadernota kan voor meerdere jaren worden vastgesteld. Na afloop van deze periode wordt dan een nieuwe kadernota vastgesteld. Met inachtneming van de visie van de raad stelt het college het eerder genoemde tweejaarlijks plan voor de uitvoering van de handhaving vast.
Onder voorbehoud van goedkeuring door het parlement worden met ingang van 1 januari 2010 de gemeentelijke middelen voor de IOAW, de IOAZ, het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004) voor zover betrekking hebbend op algemene bijstand aan startende ondernemers en de Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) gebundeld met het WWB-inkomensdeel. Met de invoering van deze gebundelde specifieke uitkering krijgen gemeenten één budget voor de bekostiging van uitkeringen op grond van de WWB, de IOAW, de IOAZ, het Bbz 2004 en de WWIK. Overigens wordt de WWIK voor Schiedam uitgevoerd door de gemeente Rotterdam als één van de 20 centrumgemeenten die het land kent.
Als gevolg van het wetsvoorstel worden de genoemde uitkeringen niet alleen gebundeld, maar wordt ook de financieringssystematiek van de IOAW, de IOAZ, het Bbz 2004 en de WWIK gewijzigd van een gecombineerd budget- en declaratiesysteem in een systeem van volledige budgetfinanciering.
Met deze wijziging wordt in de IOAW, IOAZ en WWIK de verplichting opgenomen voor de gemeenteraad om bij verordening regels te stellen met betrekking tot de maatregelen en voor de bestrijding van fraude. Dit laatste betreft dan de handhavingsverordening. Nu zijn de IOAW, IOAZ en WWIK reeds als aandachtsgebieden voor de handhaving in deze verordening opgenomen. Dit is met de vaststelling staand beleid. Het al of niet doorgaan van de bundeling van de specifieke uitkeringen van de genoemde wetten heeft dan geen gevolgen voor de inhoud van deze verordening.
Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde omschrijving als in de Wet werk en bijstand (WWB) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Artikel 2 - Kadernota handhaving
Hoewel de wettelijke bepaling vooral gericht lijkt te zijn op fraudebestrijding, is in deze verordening toch gekozen voor het ruimere begrip handhaving. Fraudebestrijding roept het beeld op van repressie en genoegdoening, terwijl handhaving meer uitgaat van het bevorderen van de spontane naleving van wet- en regelgeving. Naast repressie is in deze optiek preventie onontbeerlijk. Het is immers altijd nog beter om fraude te voorkomen. Deze visie is tevens terug te vinden in de uitgangspunten die zijn geformuleerd in het kader van hoogwaardig handhaven en zijn ook vertaald in de tot heden verschenen uitvoeringsplannen handhaving.
Artikel - 3 Uitvoeringsplan handhaving
In dit artikel is opgenomen dat het college tweejaarlijks een uitvoeringsplan voor handhaving vaststelt, gebaseerd op de visie van de raad over handhaving. In het plan worden de resultaten van de voorafgaande planperiode geëvalueerd. Deze evaluatie levert dan weer een basis op voor het benoemen van doestellingen (met te behalen resultaten), als ook de activiteiten die nodig zijn om de doelstellingen te kunnen realiseren. Hierbij kan worden gedacht aan:
Met deze inrichting van het uitvoeringsplan is er sprake van een cyclus: plan, uitvoering, meten resultaten en evalueren.
Artikel 4 - Beeld van de uitvoering handhaving
Dit artikel biedt de basis voor de verantwoording van het beleid. De WWB geeft aan dat het college elk jaar een voorlopig en definitief beeld van de uitvoering aan het ministerie verstrekt. Dit gebeurt als volgt:
Afdeling Werk en Inkomen legt jaarlijks vóór 1 maart verantwoording af in een digitaal systeem. Vervolgens worden de inkomsten en uitgaven en de rechtmatigheid van afdeling Werk en Inkomen in onderdelen verantwoord binnen de hele gemeentelijk jaarrekening. Dit dient jaarlijks vóór 15 juli te worden aangeleverd. Deze aanlevering bestaat uit het jaarverslag met Sisa bijlage en de jaarrekening.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.