Organisatie | Maastricht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsbesluit premiebeleid WWB, IOAW en IOAZ 2010 e.v. |
Citeertitel | Uitvoeringsbesluit premiebeleid WWB, IOAW en IOAZ 2010 e.v. |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Reintegratieverordening gemeente Maastricht 2008
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-01-2010 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 04-01-2010 Gemeenteblad 2010, C. no 19 | Onbekend |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN MAASTRICHT,
op grond van artikel 8, eerste lid onder a WWB, artikel 35 IOAW en artikel 35 IOAZ de gemeenteraad bij verordening regels stelt met betrekking tot het ex artikel 7 WWB, Artikel 34 IOAW en artikel 34 IOAZ bieden van ondersteuning bij arbeidsinschakelingen het aanbieden van voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling;
Gezien de reïntegratieverordening d.d. 27 mei 2008;
Vast te stellen: “Uitvoeringsbesluit premiebeleid WWB, IOAW en IOAZ 2010 e.v.”
Hoofdstuk 4. De toekenning en uitbetaling.
Artikel 6. Maximale premie per kalenderjaar.
Het totaal dat in een kalenderjaar op grond van dit uitvoeringsbesluit aan premies wordt verstrekt, bedraagt maximaal het bedrag zoals genoemd in artikel 31, tweede lid, onderdeel j, WWB.
Artikel 9. Onvoorziene omstandigheden.
In gevallen, de uitvoering van dit uitvoeringsbesluit betreffende, waarin deze niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.
Artikel 10. Hardheidsclausule.
Burgemeester en wethouders kunnen ingeval van onbillijkheid of klaarblijkelijke hardheid, afwijken van de in dit uitvoeringsbesluit opgenomen bepalingen.
Dit uitvoeringsbesluit treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2010.
Het uitvoeringsbesluit premiebeleid WWB, IOAW en IOAZ 2008 wordt ingetrokken met dien verstande dat dit besluit van toepassing blijft op situaties van voor 1 januari 2010. Hierbij is de datum van de start van de werkzaamheden of activiteit doorslaggevend.
Dit uitvoeringsbesluit kan worden aangehaald als: Uitvoeringsbesluit premiebeleid WWB, IOAW en IOAZ 2010 e.v.
Toelichting: Uitvoeringsbesluit premiebeleid WWB, IOAW en IOAZ 2010 e.v..
Bij raadsbesluit van 27 mei 2008 is de “Reïntegratieverordening gemeente Maastricht 2008” vastgesteld. In deze verordening is bepaald dat het college van Burgemeester en wethouders uitvoeringsbesluiten kan vaststellen. Zoals vermeld in de collegenota Uitwerking Reïntegratiebeleid 2005 d.d. 30-11-2004 worden naast de voorzieningen ook ondersteunende voorzieningen aangeboden. Eén van de ondersteunende voorzieningen is het verstrekken van premies waarvan de voorwaarden in dit uitvoeringsbesluit zijn vastgelegd.
Het verstrekken van premies als positieve prikkel bij de activering van de uitkeringsgerechtigde is niet nieuw. De afgelopen jaren hebben verschillende premieregelingen gegolden. Voor 2004 is de Premieverordening 2003, met uitzondering van de deeltijdpremie en de vrijlating van inkomsten, gehandhaafd. Vanaf 2005, is het premiebeleid in overeenstemming gebracht met de Wet werk en bijstand (WWB) en het vastgestelde gemeentelijke reïntegratiebeleid.
Vervolgens heeft in 2007 en 2008 een aanpassing van de premieregeling plaatsgevonden. Thans wordt een verdere vereenvoudiging aangebracht in het premiebeleid. Deze vereenvoudiging bestaat uit het terugbrengen van het aantal te verstrekken premies tot een premie namelijk de premie die op grond van artikel 10 a WWB verstrekt moet worden bij het uitoefenen van een participatieplaats.
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1. Begripsomschrijving .
In geval er sprake is van gehuwden/samenwonenden worden beide partners samen beschouwd als ‘de uitkeringsgerechtigde’. Door echter de toevoeging ‘en diens partner’ wordt geregeld dat beide partners, indien zij aan de voorwaarden voldoen recht hebben op de premies.
In artikel 10a WWB staat beschreven dat een participatieplaats onbeloonde additionele werkzaamheden zijn. In dit artikel staat verder beschreven waar een dergelijke plaats aan moet voldoen. De maximale duur voor een participatieplaats is twee jaar. In artikel 10 a sub 9 staat vermeld wanneer deze periode met een jaar verlengd mag worden mits de belanghebbende in een andere omgeving andere additionele werkzaamheden verricht.
Artikel 2. Premie deelname participatieplaats.
In het premiebeleid 2010 bestaat er alleen nog maar de mogelijkheid tot het verstrekken van een premie aan personen die onbeloonde additionele werkzaamheden (participatieplaats) verrichten. Deze premie dient op grond van artikel 10a WWB verstrekt te worden.
Artikel 4. Inlichtingenplicht.
Om te vermijden dat in geval van geconstateerde fraude alsnog premie kan worden verstrekt over de gebleken inkomsten, wordt in dit artikel aan premieverstrekking de voorwaarde verbonden dat tijdig en volledige informatie is verstrekt over de inkomsten. Als niet aan deze voorwaarde is voldaan, bestaat er geen recht op de premie.
Hoofdstuk 4. De toekenning en uitbetaling
De premie bedoeld in artikel 2 wordt ambtshalve toegekend maar alvorens tot verstrekking wordt overgegaan beoordeelt consulent achteraf of aan de voorwaarden is voldaan. Een half jaar nadat belanghebbende gestart is met de participatieplaats dient de premie voor het eerst beoordeeld te worden. Belanghebbende dient daadwerkelijk 26 weken werkzaam te zijn op een participatieplaats voordat de premie verstrekt mag worden. Bij tussentijds beëindigen bestaat er geen recht op premie.
Artikel 6. Maximale premie per kalenderjaar.
Artikel 31, lid 2 onder j. van de wet regelt dat een premie in het kader van een voorziening gericht op arbeidsinschakeling tot ten hoogste € 2.219,00 per kalenderjaar (prijspeil 2009) in het kader van de middelentoets niet tot de middelen van de uitkeringsgerechtigde wordt gerekend. Qua maximering dient in dit besluit daarbij te worden aangesloten. Voor samenwonenden/gehuwden geldt het maximum voor de gezamenlijke premies.
Artikel 9. Onvoorziene omstandigheden.
Dit besluit beoogt een stimulans te bieden voor mensen met een behoorlijke afstand tot de arbeidsmarkt om werk te aanvaarden of te behouden, c.q. mee te werken aan het verkleinen van de afstand tot die arbeidsmarkt.
Indien zich in de praktijk situaties voordoen welke niet gelijk zijn doch naar aard en strekking vergelijkbaar zijn aan de beschreven situaties in dit besluit, dan kan BenW hierover een besluit nemen.
Artikel 10. Hardheidsclausule.
Dit artikel voorziet in de mogelijkheid om af te wijken van hetgeen in het besluit is vastgelegd indien er sprake is van klaarblijkelijke hardheid of onbillijkheid. BenW nemen hier op individuele basis een afzonderlijk gemotiveerd besluit.
Het uitvoeringsbesluit Premies WWB, IOAW en IOAZ 2010 treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2010. Per dezelfde datum wordt het uitvoeringsbesluit WWB, IOAW en IOAZ 2008 ingetrokken. Met dien verstande dat voor alle situaties van voor 1 januari 2010 het uitvoeringsbesluit premies WWB, IOAW en IOAZ 2007 van toepassing blijft. Hierbij is de datum van de start van de werkzaamheden of activiteit doorslaggevend.