Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Subsidie Bodemsanering Bedrijfsterreinen Den Haag. |
Citeertitel | Verordening Subsidie Bodemsanering Bedrijfsterreinen Den Haag |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | 2003/08 |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-06-2003 | 01-01-2003 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 22-05-2003 Posthoorn, 11-06-2003 | rv 86 2003 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
De subsidie kan worden verleend indien aan de volgende criteria is voldaan:
de sanering van de verontreiniging:
ofwel urgent is in de zin van artikel 37 Wbb, en de in de beschikking ernst en urgentie in de zin van de artikelen 29 en 37 Wbb op grond van de Circulaire Bepaling Saneringstijdstip voor Gevallen van Ernstige Verontreiniging waarvoor Sanering Urgent is, Staatscourant 1997, 47, dan wel de voor deze Circulaire in de plaats komende wet- en/of regelgeving is vastgesteld en de opgenomen urgentietermijn op de dagtekening van de aanvraag voor de Subsidie wordt ingediend nog niet is verstreken. Indien slechts een beschikking instemming saneringsplan is genomen conform artikel 39 Wbb, dient de urgentie niet pro forma vastgesteld te zijn. Ook hierbij dient de urgentie te zijn vastgesteld op grond van de circulaire Bepaling Saneringstijdstip voor Gevallen voor ernstige verontreinigingen waarvoor sanering urgent is;
In afwijking van artikel 3, onder a., wordt de subsidie, eveneens verleend aan de in artikel 2.2 onder a., bedoelde eigenaar of erfpachter van een in gebruik zijnd bedrijfsterrein waarvan de verwerving na de datum van inwerkingtreding van deze verordening heeft plaatsgevonden, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
uit de onder a. bedoelde verklaring tevens blijkt dat de eigenaar of erfpachter naar genoegen van burgemeester en wethouders financiële zekerheid heeft gesteld voor het bedrag ter grootte van de saneringskosten verminderd met de mogelijke aanspraak op subsidie terzake de sanering ten behoeve van de vorige eigenaar.
In afwijking van het eerste lid mag in milieuhygiënisch urgente gevallen, waarbij de verontreiniging zich over meer percelen uitstrekt dan slechts het bedrijfsterrein, het saneringsplan betrekking hebben op uitsluitend de verontreiniging ter plaatse van het bedrijfsterrein en daarmee op een deelsanering indien aan de navolgende voorwaarden is voldaan;
De in het tweede lid bedoelde uitzondering geldt niet indien de sanering van de verontreiniging van het bedrijfsterrein verplicht is als gevolg van de activiteiten die ter plaatse van het bedrijfsterrein worden verricht, zoals bedoeld in artikel 3, onder d., sub 2, tenzij het een dermate omvangrijk geval van diffuse verontreiniging betreft, dat het eisen van de sanering van het gehele geval van verontreiniging naar het oordeel van het bevoegd gezag kennelijk onredelijk zou zijn.
Artikel 7 Berekening van de subsidie
De hoogte van de subsidie bedraagt:
In het geval de eigenaar of erfpachter van het bedrijfsterrein waarvan de ernstige verontreiniging in de zin van artikel 29 Wbb voor 80% of meer vóór 1 januari 1975, zoals bepaald op basis van de circulaire ouderdomsbepaling, heeft plaatsgevonden, een directe of indirecte betrokkenheid heeft gehad bij de veroorzaking van die verontreiniging dan wel een duurzame rechtsbetrekking heeft gehad met de veroorzaker(s) bedraagt de subsidie 35% van de netto-saneringskosten.
In het geval de eigenaar of erfpachter van het bedrijfsterrein waarvan de ernstige verontreiniging in de zin van artikel 29 Wbb voor 80% of meer vóór 1 januari 1975 is veroorzaakt, zoals bepaald op basis van de circulaire ouderdomsbepaling, niet zelf heeft veroorzaakt, en evenmin een directe of indirecte betrokkenheid heeft gehad bij de veroorzaking dan wel een duurzame rechtsbetrekking heeft gehad met de veroorzaker(s) bedraagt de subsidie
De subsidie bedraagt in het geval de in artikel 7.2 onder b. dan wel de in artikel 7.3 onder c bedoelde verwerving heeft plaatsgevonden op of ná 1 januari 1975 maar vóór 1 januari 1983: de in artikel 7.2 onder a respectievelijk de in artikel 7.3 onder b bepaalde percentages, tenzij burgemeester en wethouders op basis van de schriftelijke stukken, die aan de verwerving ten grondslag liggen, van oordeel zijn dat de eigenaar/erfpachter ten tijde van de verwerving op de hoogte was dan wel redelijkerwijs op de hoogte had kunnen zijn van de ernstige verontreiniging van het bedrijfsterrein.
In geval de uitvoering van de sanering van het bedrijfsterrein overeenkomstig het bepaalde in artikel 38 lid 4 Wbb in fasen geschiedt, en de aanvrager, de mogelijkheid heeft een aanvraag tot vaststelling van de subsidie zoals bedoeld in artikel 12 in te dienen wanneer een of meer fasen van de sanering zijn voltooid wordt de hoogte van de subsidie, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 7.1 tot en met 7.5, berekend over de netto-saneringskosten, die zijn gemoeid met de uitvoering van de voltooide fase(n) van de sanering.
De subsidie wordt met betrekking tot de sanering van een geval van ernstige verontreiniging zoals bedoeld in artikel 1 Wbb dan wel de deelsanering van een bedrijfsterrein, éénmalig verleend, vastgesteld en uitbetaald, met dien verstande dat wanneer zich de situatie als bedoeld in artikel 7.6 voordoet, heeft te gelden dat de subsidie, onverminderd de plicht tot voltooiing van de gehele sanering overeenkomstig het saneringsplan, éénmalig wordt verleend, vastgesteld en uitbetaald met betrekking tot de voltooide fase(n) van de sanering.
Artikel 8 De aanvraag tot verlening van Subsidie
De aanvraag bevat in ieder geval:
een begroting van de met de sanering verbonden saneringskosten en netto-saneringskosten, waarbij deze begroting dient te worden opgemaakt volgens een goede werkomschrijving, waarvan de kosten worden opgesteld in de vorm van een voldoende gedetailleerde inschrijfstaat en waarin een duidelijk inzicht wordt geboden in de omvang en de eenheidsprijzen van werkzaamheden, en waarbij voorts geldt dat de kosten van de opdrachtgever (zoals met betrekking tot aanbesteding, directievoering en milieukundige begeleiding) in het geval de netto-saneringskosten meer dan € 50.000 bedragen maximaal 10% van deze netto-saneringskosten mogen zijn, in het geval deze kosten gelijk zijn aan of minder dan € 50.000 een bedrag ter grootte van maximaal 20% van de netto-saneringskosten;
gegevens omtrent (de eigendom van en de erfpachtsituatie ter plaatse van) het bedrijfsterrein en de juridische relatie van de aanvrager tot het bedrijfsterrein, zoals blijkend uit een kopie van de koop-overeenkomst, een kopie van de akte van eigendomsoverdracht en, wanneer van toepassing, een kopie van de akte tot vestiging van het erfpachtrecht en de akte tot overdracht van het erfpachtrecht;
Artikel 10 Verplichting van de subsidieontvanger
Burgemeester en wethouders verbinden aan de subsidieverlening, in ieder geval de volgende verplichtingen:
in het geval wordt gesaneerd naar een meer gevoelig gebruik dan gebruik als bedrijfsterrein, dient het bedrijfsterrein gedurende een periode van vijf jaar na de datum waarop de feitelijke sanerings-werkzaamheden zijn afgerond, zoals vermeld in het schriftelijk verslag van de uitvoering van de sanering, in gebruik te blijven als bedrijfsterrein;
Artikel 11 De aanvraag tot vaststelling van de Subsidie
Binnen acht weken na de datum waarop de feitelijke saneringswerkzaamheden zijn afgerond, moet een aanvraag tot vaststelling van de subsidie worden ingediend, welke aanvraag vergezeld dient te gaan van een schriftelijk verslag van de uitvoering van de sanering waaruit blijkt dat de sanering is uitgevoerd en afgerond overeenkomstig het saneringsplan.
De aanvraag tot vaststelling van de subsidie bevat in ieder geval:
een financieel verslag ter zake van de daadwerkelijk met de sanering verbonden netto-saneringskosten op basis van het saneringsplan zoals bedoeld in artikel 3, onder f, welk financieel verslag vergezeld gaat van door een externe accountant opgestelde verklaring omtrent de rechtmatigheid en de getrouwheid van het financieel verslag.
In het geval de netto-saneringskosten op een tijdstip gelegen direct vóór de aanvang van de uitvoering van de sanering in totaal worden geraamd op een bedrag dat gelijk is aan of minder dan € 50.000 dient de aanvraag tot vaststelling van de subsidie, zoals hierboven bedoeld onder a. vergezeld te gaan van minimaal twee concurrerende offertes van aannemers, terwijl deze aanvraag in het geval de netto-saneringskosten op een tijdstip gelegen direct vóór de aanvang van de uitvoering van de sanering in totaal worden geraamd op een bedrag hoger dan € 50.000 vergezeld dient te gaan van minimaal drie concurrerende offertes van aannemers, waarbij steeds geldt dat een schriftelijke motivering moet worden bijgevoegd als niet wordt gekozen voor de goedkoopste offerte.
Indien de uitvoering van de sanering van het bedrijfsterrein overeenkomstig het bepaalde in artikel 38 lid 4 Wbb in fasen geschiedt, en de ontvanger van de subsidie de mogelijkheid is geboden een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in te dienen wanneer een of meer fasen van de sanering zijn voltooid maar niet de volledige sanering is voltooid, dient de ontvanger van de subsidie binnen acht weken na de datum waarop de feitelijke saneringswerkzaamheden met betrekking tot de fase van de sanering die in het kader van het bepaalde in artikel 7.6 bij de bepaling van de hoogte van de subsidie als laatste dient te worden meegerekend zijn afgerond, zoals vermeld in het schriftelijk verslag van de uitvoering van de sanering, bij burgemeester en wethouders een aanvraag in tot vaststelling van de subsidie.
Het in artikel 4.24 Awb bedoelde verslag wordt voor het eerst één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening gepubliceerd.