Organisatie | Ede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke Regeling Regio FoodValley |
Citeertitel | Gemeenschappelijke Regeling Regio FoodValley |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
geen
Wet gemeenschappelijke regelingen, art. 1
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 2, 3, 4, 5, 7, 9 13, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, 31, 32, 33, 34, 35, 36, 37, 38, 39, 40, 41, 42, 43, 44, 45, 46, 47, 48, 49, 50, 51, 52, 53, 54, 55, 56, 57, 58 | 07-04-2016 | 46177 | ||
09-02-2011 | 01-01-2016 | nieuwe regeling | 09-11-2010 | 642731 |
De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Barneveld, Ede, Nijkerk, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Veenendaal en Wageningen, ieder voor zover voor de eigen gemeente bevoegd,
de samenwerking tussen de deelnemende gemeenten leidt tot het waarmaken van de ambitie van de regio om, samen met de kennisinstellingen en het regionale bedrijfsleven in de zogenaamde ‘gouden driehoek annex de ‘Triple Helix’, een Europese topregio te worden op het gebied van innovatie in de foodsector,
de raden van de deelnemende gemeenten als grondslag voor de samenwerking van de acht gemeenten de uitgangspunten zoals verwoord in de Position Paper hebben vastgesteld,
de raden van de deelnemende gemeenten hebben besloten vierjaarlijks de strategische agenda, gericht op het verwezenlijken van de regionale ambitie, vast te stellen,
de raden van de deelnemende gemeenten toestemming hebben verleend een samenwerkings-verband aan te gaan dat primair is gericht op strategische samenwerking en belast is met de regie op de ontwikkeling en uitvoering van de strategische agenda,
de kaderstellende, budgettaire en controlerende bevoegdheden door de afzonderlijke raden worden uitgeoefend,
het samenwerkingsverband ondersteund wordt door een kleine, hoogwaardige ondersteuningseenheid,
het samenwerkingsverband rechtspersoonlijkheid dient te hebben,
de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht,
de toestemming van de gemeenteraden van de gemeenten Barneveld, Ede, Nijkerk, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Veenendaal en Wageningen, als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen,
te treffen de Gemeenschappelijke Regeling Regio FoodValley, die luidt als volgt.
Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen
De gemeenschappelijke regeling wordt getroffen om de FoodValley regio een Europese topregio te maken op het gebied van kennis, ontwikkeling en innovatie in de agro-foodsector door versterking van het vestigingsklimaat en de kwaliteit van de leefomgeving. De gemeenschappelijke regeling Regio FoodValley werkt daartoe samen met ondernemers en onderwijs/onderzoek. Regio FoodValley concentreert zich op de terreinen economie, werkgelegenheid, ruimtelijke ontwikkeling, wonen en mobiliteit.
Voor de uitvoering van programma’s en projecten, als bedoeld in artikel 4, kunnen de colleges mandaat verlenen aan het bestuur van de regio, alsmede aan de regiosecretaris. Het betreffende bestuursorgaan stemt in met de mandaatverlening. Voor mandaatverlening aan de regiosecretaris is de instemming van het algemeen bestuur vereist, onverminderd het bepaalde in artikel 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht.
Hoofdstuk 2: Samenstelling en inrichting van het bestuur
De leden van het bestuur van de Regio en andere personen die deelnemen aan de beraadslaging kunnen niet in rechte worden vervolgd of aangesproken voor dan wel worden verplicht getuigenis af te leggen als bedoeld in artikel 165, eerste lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering over hetgeen zij in de vergadering van het algemeen bestuur hebben gezegd of aan het algemeen bestuur schriftelijk hebben overlegd.
Voor het tot stand komen van een besluit bij stemming wordt een tweederde meerderheid vereist van hen die een geldige stem hebben uitgebracht.
Artikel 12 – Reglement van orde
Het algemeen bestuur stelt een reglement van orde voor zijn vergaderingen en andere werkzaamheden vast.
Artikel 13 – Samenstelling dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur bestaat uit vier leden, te weten de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter van Regio FoodValley en de voorzitters van de portefeuillehoudersoverleggen Economie en Werkgelegenheid én Ruimtelijke ontwikkeling, Wonen en Mobiliteit, en worden door en uit het algemeen bestuur gekozen.
Artikel 14 – Beëindiging lidmaatschap
Een lid van het dagelijks bestuur houdt op lid te zijn wanneer hij het lidmaatschap van het algemeen bestuur verliest.
Artikel 15 – Reglement van orde
Het dagelijks bestuur stelt een reglement van orde voor zijn vergaderingen en andere werkzaamheden vast, dat aan het algemeen bestuur wordt toegezonden.
Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. Het dagelijks bestuur kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de eerdere vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, indien ten minste de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is.
Artikel 20 – Vaste commissies van advies
De leden van een commissie en andere personen die deelnemen aan de beraadslaging kunnen niet in rechte worden vervolgd of aangesproken voor dan wel worden verplicht getuigenis af te leggen als bedoeld in artikel 165, eerste lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering over hetgeen zij in de vergadering van de commissie hebben gezegd of aan deze schriftelijk hebben overgelegd.
Artikel 21 – Het portefueillehoudersoverleg
Voor de vergaderingen kan het portefeuillehoudersoverleg bestuurlijke vertegenwoordigers van de Provincie Gelderland, Provincie Utrecht, onderwijsinstellingen en ondernemers als adviseur uitnodigen. Het portefeuillehoudersoverleg kan ook vertegenwoordigers van andere maatschappelijke organisaties uitnodigen.
Hoofdstuk 3: Bevoegdheden van het bestuur
Artikel 26 – Overdracht van bevoegdheden
Het besluit van het algemeen bestuur als bedoeld in het eerste lid, verbindt niet dan wanneer het is bekendgemaakt. De bekendmaking geschiedt door plaatsing in de gemeentebladen van de gemeenten, dan wel, bij gebrek daarvan, door opneming in een andere door de gemeenten algemeen verkrijgbaar gestelde uitgave.
Artikel 27 – Organisatieregeling
Het algemeen bestuur stelt een regeling vast omtrent de ambtelijke organisatie van de Regio.
Het dagelijks bestuur is bevoegd aan de regio of aan het bestuur van de regio hetzij een recht van beroep hetzij een recht van bezwaar toekomt, spoedshalve beroep in te stellen of bezwaar te maken alsmede, voor zover de voorschriften dat toelaten, schorsing van de aangevochten beslissing of een voorlopige voorziening ter zake te verzoeken.
Het ingestelde beroep of het gemaakte bezwaar wordt ingetrokken, indien het algemeen bestuur de beslissing van het dagelijks bestuur tot het instellen van beroep of het maken van bezwaar niet in zijn eerstvolgende vergadering bekrachtigt. Het algemeen bestuur heeft deze mogelijkheid, voor zover dit het algemeen bestuur aangaat.
Hoofdstuk 4: Financiën van de Regio
Artikel 33 – Inrichting jaarstukken
De begroting, de begrotingswijzigingen, de meerjarenraming, de jaarrekening en het jaarverslag worden ingericht overeenkomstig bij of krachtens het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten gestelde regels.
De ontwerpbegroting en de overige in het eerste lid bedoelde stukken liggen, zodra zij aan de raden zijn aangeboden, voor een ieder ter inzage en zijn algemeen verkrijgbaar. Van de ter inzagelegging en de verkrijgbaarstelling wordt openbaar kennis gegeven. De colleges zijn hiervoor verantwoordelijk.
Artikel 36 – Vaststelling begroting
Het dagelijks bestuur zendt de door het algemeen bestuur vastgestelde begroting vergezeld van de in artikel 34, eerste en derde lid, bedoelde stukken, binnen twee weken na de vaststelling, doch in ieder geval vóór 1 augustus van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, aan gedeputeerde staten.
Artikel 39 – Jaarrekening en jaarverslag
Het algemeen bestuur legt de in het eerste lid, alsmede de in artikel 43, derde en vierde lid, bedoelde stukken, wanneer de bespreking daarvan geagendeerd is, voor een ieder ter inzage en stelt ze algemeen verkrijgbaar. Van de ter inzagelegging en de verkrijgbaarstelling wordt openbaar kennis gegeven. Het algemeen bestuur beraadslaagt over de jaarrekening en het jaarverslag niet eerder dan twee weken na de openbare kennisgeving.
Indien het algemeen bestuur tot het standpunt komt dat de in de jaarrekening opgenomen baten, lasten of balansmutaties, die niet rechtmatig tot stand zijn gekomen, aan de vaststelling van de jaarrekening in de weg staan, brengt hij dit terstond ter kennis van het dagelijks bestuur met vermelding van de gerezen bedenkingen.
Behoudens later in rechte gebleken onregelmatigheden, ontlast de vaststelling van de jaarrekening de leden van het dagelijks bestuur ten aanzien van het daarin verantwoorde financieel beheer.
Artikel 42 – Inzending gedeputeerde staten
Het dagelijks bestuur zendt de vastgestelde jaarrekening en het jaarverslag, vergezeld van de overige in artikel 38 bedoelde stukken binnen twee weken na vaststelling, maar in ieder geval vóór 15 juli van het jaar, volgend op het begrotingsjaar, aan gedeputeerde staten. Het dagelijks bestuur voegt daarbij, indien van toepassing, het besluit van het algemeen bestuur over een voorstel voor een indemniteitsbesluit met de reactie, bedoeld in artikel 39, derde lid.
Het algemeen bestuur wijst een of meer accountants aan als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, belast met de controle van de in artikel 38 bedoelde jaarrekening en het daarbij verstrekken van een accountantsverklaring en het uitbrengen van een verslag van bevindingen.
Ten aanzien van het beheer van de archiefbescheiden van de organen van het bestuur van de regio, voor zover deze archiefbescheiden niet zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats, is, onder de bevelen van het dagelijks bestuur, met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet belast de regioarchivaris. Met betrekking tot dit toezicht stelt het algemeen bestuur een regeling vast, welke aan gedeputeerde staten wordt medegedeeld.
In afwijking van het derde lid kan in plaats van een regionale archiefbewaarplaats ook een gemeentelijke archiefbewaarplaats van een van de deelnemers worden aangewezen. Het vierde, vijfde en zesde lid zijn niet van toepassing. Artikel 31 en 32 van de Archiefwet 1995 zijn van overeenkomstige toepassing.
Hoofdstuk 7: Toetreding, uittreding, wijziging en opheffing
Op grond van het ontwerp uittredingsplan besluit het college dat een kennisgeving als bedoeld in het eerste lid heeft gedaan, of tot uittreding wordt overgegaan. Het college besluit hier niet toe dan nadat het toestemming heeft gekregen van zijn raad als bedoeld in artikel 1, tweede lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Wanneer toepassing wordt gegeven aan het derde lid, stelt het algemeen bestuur het uittredingsplan vast. De in het uittredingsplan omschreven financiële verplichtingen zijn voor het uittredende college bindend met dien verstande dat een geschil over het uittredingsplan en de daarin omschreven financiële verplichtingen overeenkomstig artikel 28 Wet gemeenschappelijke regelingen aan gedeputeerde staten kunnen worden voorgelegd.