Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Geertruidenberg

Wertktijdenregeling 2001 van de gemeente Geertruidenberg

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGeertruidenberg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingWertktijdenregeling 2001 van de gemeente Geertruidenberg
CiteertitelWertktijdenregeling 2001
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De regeling is intern bekend gemaakt.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-04-200101-01-200101-01-2002Nieuwe regeling.

24-04-2001

Onbekend.

24 april 2001, nr. 14

Tekst van de regeling

Intitulé

Wertktijdenregeling 2001 van de gemeente Geertruidenberg

Burgemeester en wethouders van de gemeente GEERTRUIDENBERG;

 

gezien het voorstel van de Stafafdeling / PZ van 12 april 2001;

 

BESLUITEN:

 

vast te stellen de Werktijdenregeling 2001 van de gemeente Geertruidenberg.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1

    Bij deze werktijdenregelïng geldt het volgende begrippenkader

    • a.

      Bedrijfstijd: de tijd waarbinnen producten en diensten worden voortgebracht.

    • b.

      Formele arbeidsduur per week: de arbeidsduur volgens de aanstelling, een volledige betrekking omvat 36 uur, een deeltijdbetrekking omvat een arbeidsduur naar rato hiervan.

    • c.

      Formele arbeidsduur per jaar: uitgaande van de arbeidstijdrekeningeenheid wordt per jaar de formele arbeidsduur vastgesteld.

    • d.

      Arbeidstijdrekeneenheid: uitgaande van een volledige betrekking van 36 uur wordt deze als rekeneenheid verdeeld over 5 dagen van elk 7,2 uur, conform landelijke afspraak CAR/UWO lid 1:1 sub k.

    • e.

      Formele arbeidsduur per dag: de arbeidsduur zoals die voor de ambtenaar via het rooster voor een bepaalde dag is vastgesteld.

    • f.

      Feitelijke arbeidsduur per jaar: de formele arbeidsduur minus de nationale en locale feestdagen, berekend op basis van de arbeidstijdrekeneenheid conform CAR/UWO.

    • g.

      Feitelijke arbeidsduur per dag: het aantal door de tijdklok geregistreerde uren. Indien deze niet gebruikt is, geldt de formele arbeidstijd.

    • h.

      Openingstijd: de tijd waarop de dienst voor het publiek geopend is en waarin directe anonieme /niet geplande klantcontacten tot stand komen.

    • i.

      Bloktijd: de tijden waarbinnen de ambtenaren minimaal aanwezig moeten zijn om een optimale interne bereikbaarheid te garanderen, tenzij het bedrijfsbelang een aanwezigheid elders verlangt. Buiten de bloktijden kan de arbeid worden aangevangen of worden beëindigd.

    • j.

      Bedrijfsvoering: de keuze die de organisatie voor de inrichting van haar werkproces maakt op basis van het werkaanbod en de te stellen eisen aan kwantiteit en kwaliteit voor de te leveren goederen en of diensten.

    • k.

      Arbeidsrooster: een patroon van werktijden, welke collectief of individueel wordt afgesproken tussen leidinggevende en ambtenaar op basis van de bedrijfsvoering en! of in afwijking van de bloktijden.

    • l.

      Compensatie-uren: de uren opgebouwd door meer of minder uren te werken dan de formele arbeidsduur per week.

    • m.

      Overwerk: werkzaamheden in dienstopdracht verricht buiten de voor de betrekking van de ambtenaar geldende werktijden.

    • n.

      Brugdagen: dagen waarop de gemeentelijke diensten collectief gesloten zijn.

    • o.

      Alle in de CAR/UWO genoemde begrippen genoemd in artikel 1:1 welke niet in bovenstaande zijn opgenomen of in afwijking zijn met bovenstaande.

Artikel 2 Toepassing

  • 1

    Deze werktijdenregeling is van toepassing op leden van het personeel in dienst van de gemeente Geertruidenberg en voor het personeel dat via derden wordt ingeleend om bij onze organisatie werkzaamheden te verrichten. Hierna te noemen deelnemer aan de werktijdenregeling Gemeente Geertruidenberg.

  • 2

    Alle in de CAR/UWO terzake opgenomen bepalingen zijn onverkort van toepassing op deze werktijdenregeling.

  • 3

    Burgemeester en wethouders kunnen voor met name genoemde groepen met het oog op de aard van hun werkzaamheden of functie een nadere regeling treffen. Dit gebeurt op voorstel van het hoofd waartoe de groepen behoren, na de ondernemingsraad dan wel betrokkenen daarover gehoord te hebben.

Artikel 3 Arbeidsduur

  • 1

    De feitelijke arbeidsduur is per periode aan een maximum gebonden volgens het bepaalde in artikel 4:1 en 4:2 van de CAR/UWO en volgens de bepalingen in de Arbeidstijdenwet.

  • 2

    De feitelijke arbeidsduur per week kan afwijken van de formele arbeidsduur per week doordat de deelnemer.

    • a.

      40 uur per week werkt volgens een spaarovereenkomst op basis van artikel 4:3 CAR/UWO;

    • b.

      Minimaal 30 uur per week en maximaal 42 uur per week werkt bij een volledige betrekking overeenkomst artikel 4:1 lid 1 CAR/UWO.

  • 3

    De feitelijke arbeidsduur per jaar bij een volledige betrekking van 36 uur bedraagt ten hoogste 1836 uren, behoudens bij toepassing van de spaarovereenkomst en bij wijzigingen in nationale of lokale feestdagen.

  • 4

    De arbeidsduur per periode wordt bij een deeltijdbetrekking naar rato van voorgaande leden van dit artikel vastgesteld. 

Artikel 4 Bedrijfskader

  • 1

    De standaard bedrijfstijd is gelegen tussen 7.30 uur en 18.00 uur en bedraagt 10 uur per dag van maandag tot en met vrijdag.

  • 2

    De standaard openingstijden voor het publiek van de aangewezen gemeentelijke diensten zijn van maandag tot vrijdag van 900 uur tot 13.00 uur en dinsdag van 14.00 uur tot 20.00 uur.

  • 3

    De bloktijden lopen van 9.00 uur tot 12.00 uur en van 14.00 uur tot 16.00 uur.

  • 4

    De pauzetijd is gelegen tussen 12.00 uur en 14.00 uur en is minimaal een half uur.

  • 5

    Er mag maximaal 5 1/2 uur per dag achtereen gewerkt worden zonder onderbreking door een pauze van een 1/2 uur.

Artikel 5 Roosterdiensten

  • 1

    Het hoofd is verantwoordelijk voor het opstellen van arbeidsroosters. Deze roosters garanderen een optimale dienstverlening aan het publiek (openingstijden) en een optimale interne bereikbaarheid (bloktijden) binnen de grenzen van het in artikel 4 bepaalde.

  • 2

    Uitgangspunt bij het opstellen van de arbeidsroosters is de bedrijfsvoering, waarbij de leidinggevende zoveel mogelijk rekening houdt met de belangen van de deelnemer.

    Voorwaarde hierbij is dat de deelnemer de keuzemogelijkheid heeft m.b.t. de volgende roostermogelijkheden: te weten 4 maal 9, 5 maal 8 met een dagdeel per week vrij of een keuze van 1 week 32 en 1 week 40 uur. De keuze van 1 week 32 en 1 week 40 uur is alleen mogelijk voor de medewerkers in de buitendienst. Daarnaast kan het afdelingshoofd in overleg met de deelnemers besluiten om gebruik te maken van de mogelijkheid genoemd onder artikel 3 lid 2 b, waar met een jaarrooster gewerkt wordt, 

  • 3

    Uitgangspunt bij het opstellen van het rooster is dat de afdeling een adequate bezetting dïent te hebben gedurende de openingstijden en bij kritische bedrijfsprocessen gedurende de bedrijfstijd. Een adequate bezetting dient er in ieder geval te zijn gedurende de bloktijden en tot 17.00 uur in de middag.

  • 4

    De afdelingsroosters mogen niet leiden tot een algehele verkorting of verlenging van de bedrijfstijd, rekening houdend met het bepaalde in artikel 4, behoudens bij toepassing van de maximale of minimale afwijking van de formele arbeidsduur zoals bedoelt in artikel 4:1 lid 1 CAR/UWO.

  • 5

    De afdelingen voeren de individuele arbeidsroosters in en voeren de mutaties uit door middel van een tijdregistratiesysteem.

  • 6

    Bij veranderingen in het afgesproken arbeidsrooster qua werktijden en/of arbeidsduur dient rekening gehouden te worden met het bepaalde in artikel 3:4:1 CAR/UWO en artikel 4:1 lid 2 CAR/UWO.

  • 7

    Het afdelingshoofd is verantwoordelijk voor het aanleveren van de gegevens aan het salarisbureau, indien er meer dan 3 uur gewerkt wordt buiten de regelmatige uren genoemd in artikel 3:3 CAR/UWO en/of er binnen een periode bepaald in artikel 3:4:1 CAR/UWO wijziging in het arbeidsrooster optreden.

Artikel 6 Compensatie-uren

  • 1

    Compensatie-uren ontstaan als de feitelijke arbeidsduur afwijkt van de formele arbeidsduur (roostertijd). Compensatie vindt plaats conform de volgende bepalingen.

  • 2

    Compensatie-uren als gevolg van het werken buiten het arbeidsrooster.

    Als een deelnemer buiten het voor de deelnemer vastgestelde arbeidsrooster werkt, ontstaat er:

    • a.

      Een positief of negatief saldo van maximaal 10 uur aan het einde van een periode van 4 weken.

    • b.

      Het positieve urensaldo, welke het in lid 2a van dit artikel genoemd maximum te boven gaat vervalt voor het meerdere.

    • c.

      Het negatieve urensaldo, welke het in lid 2a van dit artikel genoemd maximum te boven gaat, geldt voor het meerdere als onrechtmatig verzuim en wordt voor dit meerdere in mindering gebracht op het verloftegoed van de deelnemer.

    • d.

      Het positieve en negatieve saldo aan het eind van de periode van 4 weken vormt het beginsaldo van de volgende periode van 4 weken met inachtneming van het in lid 2a genoemde maximum.

    • e.

      Het positieve saldo tot het in lid 2a genoemde maximum kan, wanneer dit niet kan worden gecompenseerd door op bepaalde dagen korter te werken dan het voor de deelnemer vastgestelde arbeidsrooster, in de vorm van maximaal 43,2 uur per kalenderjaar aan de verlofkaart worden toegevoegd.

  • 3

    Voor deelnemers werkzaam in een deeltijdbetrekking gelden voornoemde aantallen naar rato van het aantal uren dat men werkzaam is.

Artikel 7 Overwerk

Er is sprake van overwerk conform artikel 3:2 van de CAR/UWO indien er in dienstopdracht buiten de voor de ambtenaar voor zijn betrekking vastgestelde werktijden c.q. de bedrijfstijden arbeid wordt verricht. In deze gevallen geldt ook de overwerk-vergoedingsregeling.

Artikel 8 Brugdagen

  • 1

    De brugdagen worden elk kalenderjaar vôér 1 november opnieuw aangewezen door de gemeentesecretaris. Bij het vaststellen van de feitelijke arbeidsduur en werktijden van enig kalenderjaar, wordt rekening gehouden met de brugdagen. Deze kosten zoveel compensatie-uren of verlofuren als de deelnemer die dag - uitgaande van de voor hem/haar geldende arbeidtijdsrekeneenheid — zou hebben gewerkt.

Artikel 9 Tijdregistratie

  • 1

    Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 4, 5, en 6 is tijdregistratie voor alle deelnemers, zowel bij het begin en einde van de werktijd, als aan het begin en einde van de middagpauze noodzakelijk.

  • 2

    De deelnemer dient zelf zorg te dragen voor de tijdregistratie, zoals bepaald in lid 1 van dit artikel via een aan hem/haar verstrekte badge.

  • 3

    Bij het niet klokken in de middagpauze wordt er een fictieve pauze geregistreerd van één uur. Een uitzondering hierop geldt voor de deelnemers van de buitendienst, hier wordt automatisch een pauze geboekt.

  • 4

    Ziekte- en verlofregistratie vinden binnen de afdeling plaats waar de deelnemer werkzaam is. Bij ziekte vindt een automatische correctie plaats op de tijdregistratie op basis van de feitelijke arbeidsduur per dag. Bij verlof vindt een automatische correctie plaats op de tijdregistratie, waarbij in beginsel wordt uitgegaan van de arbekdstijdrekeneenheid van 7,2 uur per dag voor een deelnemer werkzaam in een volledige betrekking en voor een deelnemer met een deeltijdbetrekking naar rato.

  • 5

    Correcties op de tijdregistratie van de deelnemer(s) dienen door de afdeling te worden afgehandeld. Deze correcties worden, na controle van de direct leidinggevende, zo spoedig mogelijk verwerkt.

  • 6

    Het urensaldo en de daarop uitgevoerde correcties kunnen worden afgelezen op de tijdregistratie-apparatuur en de daaruit te draaien overzichten. Voor gebruik van de tijdregistratie-apparatuur en de faciliteiten op het lokale computernetwerk geldt een afzonderlijke handleiding.

  • 7

    Bij verlies van proximity-badge kan er door de Stafafdeling/PZ, een duplicaat worden verstrekt, waarvoor de kostprijs van f 20,00 in rekening worden gebracht, ongeacht de reden op welke wijze de badge verloren is gegaan.

Artikel 10 Bezoek aan medische instanties

  • 1

    Bij bezoek aan huisarts, tandarts, specialist, ziekenhuis e.d. dient, zowel bij het vertrek als ook bij terugkeer van het bezoek gelegen binnen de werktijd, gebruik te worden gemaakt van een speciale functietoets op de tijdregistratie apparatuur.

  • 2

    Voor eventuele correcties geldt dat deze plaats vindt op basis van de roostertijd en is het bepaalde in artikel 9 lid 5 van toepassing, met dien verstande dat de deelnemer die dag geen positief saldo kan opbouwen.

Artikel 11 Dienstreizen en studiedagen

  • 1

    In geval van dienstreizen, studiedagen, bezoek van vergaderingen en bijeenkomstenbuiten het kantoor, welke een volledige werkdag in beslag nemen, wordt deze dag als een fictieve dag volgens het ingediende arbeidsrooster, inclusief de pauzetijd geregistreerd.

  • 2

    De deelnemer dient voor toepassing van het bepaalde in lid 1, zowel bij het vertrek als ook bij terugkeer van dienstreis, studiedag, gebruik te maken van een speciale functietoets op de tijdregistratie apparatuur.

  • 3

    Indien de deelnemer niet in staat is, zoals bedoelt in lid 2, gebruik te maken van de tijdregistratie ingeval deze bezoeken aan het begin dan wel aan het einde van de werktijd respectievelijk aanvangen of eindigen, dan dienen deze aanvang- en eindtijden als correctie door te worden gegeven op de in artikel 9 lid 5 aangegeven wijze.

Artikel 12 Controle op werktijden

De controle op de juiste naleving van deze regeling berust bij het hoofd van de afdeling.

Artikel 13 Sancties

Burgemeester en wethouders kunnen, de deelnemer, die misbruik maakt van de mogelijkheden, welke de “Werktijdenregeling gemeente Geertruidenberg 2001” biedt, een disciplinaire straf opleggen, zoals bepaald in artikel 16:1:2 CAR/UWO.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2001.

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg in hun vergadering van 24 april 2001,

 

Burgemeester en wethouders van Geertruidenberg,

de secretaris,                                           de burgemeester,

 

H.P.F. Stijnen                                            M.J.A. Meijer