Overheidsorganisatie | Gemeente Heerde |
---|---|
Officiële naam regeling | Subsidieverordening onderhoud gemeentelijke monumenten |
Citeertitel | Subsidieverordening onderhoud gemeentelijke monumenten |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Deze verordening wordt vervangen door de "Subsidieverordenig instandhouding gemeentelijke monumenten Heerde 2015" die is vastgesteld in de raad van 14 december 2015!
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-10-2004 | 31-12-2015 | nieuwe regeling | 18-10-2004 Schaapskooi, 25-10-2004 | Onbekend. |
De raad van de gemeente Heerde;
gelezen het voorstel van het college d.d.31 augustus 2004;
gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;
besIuit:
vast te stellen de navolgende Subsidieverordening onderhoud gemeentelijke monumenten.
a. | bestuursorgaan: | het college van burgemeester en wethouders; |
b. | monumenten: | monumenten die zijn opgenomen in de monumentenlijst, zoals bedoeld in de Monumentenverordening Heerde 1991; |
c. | gemeentelijke monumentenlijst: | de lijst als bedoeld in artikel 1, lid 2 van de Monumentenverordening Heerde 1991; |
d. | monumentenwacht: | de op 22 december 1978 opgerichte Regionale Stichting Monumentenwacht Gelderland; |
e. | Monumentencommissie: | de commissie als bedoeld in artikel 1, lid 6 van de Monumentenverordening Heerde 1991; |
f. | onderhoud: | werkzaamheden noodzakelijk om een monument in goede staat te houden c.q. in de bestaande staat te behouden en/of om toekomstig groot onderhoud en kostbare restauraties te voorkomen of te verminderen; |
g. | subsidie: | de aanspraak op financiële middelen door het bestuursorgaan verleend voor onderhoud van monumenten; |
h. | subsidiejaar: | het jaar waarop het subsidie betrekking heeft. |
Het bestuursorgaan kan op grond van deze verordening subsidie verlenen in de kosten van
onderhoud van monumenten die zijn geplaatst op de gemeentelijke monumentenlijst indien
de middelen op de gemeentebegroting dit toelaten.
Het subsidie, bedoeld in artikel 2, kan uitsluitend worden verleend aan de natuurlijke of
rechtspersoon die krachtens enig zakelijk recht het genot heeft van een monument.
1. | In de kosten van onderhoud kan geen subsidie worden verleend voor zover deze kosten: | |
a. | op grond van een verzekeringsovereenkomst gedekt zijn; | |
b. | op grond van enig andere regeling worden gedekt door een bijdrage van overheidswege. | |
2. | Het subsidie kan uitsluitend worden verleend in die kosten van het in artikel 6 bedoelde onderhoud welke een bedrag van € 680,- te boven gaan. | |
3. | Het subsidie kan uitsluitend worden verleend indien niet eerder in hetzelfde kalenderjaar onderhoudssubsidie is verleend. |
De in artikel 2 bedoelde kosten komen slechts voor subsidie in aanmerking indien het
monument, waaraan het onderhoud zal geschieden:
- | in een naar het oordeel van het bestuursorgaan zodanige staat van onderhoud verkeert, dat het bestuursorgaan het verrichten van onderhoud, gezien de in artikel 1, onder e, gegeven omschrijving, zinvol acht. |
- | naar het oordeel van het bestuursorgaan voldoende betekenis heeft wegens schoonheid, architectonische, landschappelijke, volkskundige, geschiedkundige en/of wetenschappelijke waarde. |
1. | Met de uitvoering van het onderhoud mag niet eerder worden begonnen nadat het subsidie, bedoeld in artikel 2, is verleend. |
2. | Met de uitvoering van het onderhoud dient een aanvang te worden gemaakt 13 weken nadat de beschikking tot subsidieverlening is bekend gemaakt. |
3. | Indien voor de uitvoering van het onderhoud een vergunning ingevolge de Monumentenverordening Heerde 1991 is vereist, mag met de uitvoering niet worden begonnen dan nadat de vergunning is verleend. |
1. | Het bestuursorgaan kan aanwijzingen geven met betrekking tot de uitvoering van het onderhoud. |
2. | Degene aan wie subsidie is verleend, dient een door het bestuursorgaan aangewezen deskundige desgewenst de gelegenheid te geven de wijze waarop het onderhoud wordt uitgevoerd te controleren. |
Subsidie kan worden verleend in de volgende onderhoudskosten:
a. | herstel van dakvlakken gedekt met pannen, leien (met deklatten en beperkt herstel van sporen), lood, zink, riet of koper; | |
b. | herstel van goten (in zink, koper of lood) inclusief bijbehorende hemelwaterafvoeren; het aanbrengen van goten waar deze niet eerder aanwezig waren; | |
c. | herstel van buitenkozijnen, buitendeuren, raampartijen, luiken, stoepen, roedenverdeling, lijstwerk; | |
d. | herstel van windveren, schoorstenen, kapellen, hoeken keperlood; | |
e. | herstel van dak-/torenluiken, loopbruggen, het luiken afgazen van torens; | |
f. | inboeten, beperkt herstel muurwerk en opvoegen of pleisteren van gevels; | |
g. | natuursteen: beperkt vervangen of inboeten; | |
h. | behandeling van muur- en houtwerk ter regulering van de vochthuishouding dan wel ter bestrijding van zwamaantasting of houtaantasters; | |
i. | herstel van bliksembeveiliging; | |
j. | buitenschilderwerk en binnenschilderwerk wat betreft ramen en buitendeuren; | |
k. | herstel van dragende constructies (ankerbalk-gebinten, schoren en platen, balkkapen, spantbenen); | |
l. | uitwendig herstel van diverse bijgebouwen, zoals hooibergen, schuren, bakhuisjes, pompen, hekken, bruggen, koetshuizen, oranjeriën, theekoepels, voor zover opgenomen in de reden gevende omschrijving; | |
m. | herstel van glas-in-Iood en beglazing; | |
n. | vervanging en herstel van overige bouwelementen met waarde van grote zeldzaamheid of historische waarde. |
1. | Het subsidie kan in de in artikel 8 bedoelde kosten worden verleend tot een maximum van 20% van het totaal van de werkelijk door het bestuursorgaan subsidiabel geachte kosten tot een bedrag van maximaal € 5.000,-. | |
2. | Voor hetzelfde monument kan slechts eenmaal per vier jaar het in lid 1. genoemde subsidiebedrag worden toegekend. |
1. | De aanvraag om subsidie dient vóór 1 november van het betreffende subsidiejaar te worden ingediend bij het bestuursorgaan. | |
2. | Bij de aanvraag dienen te worden overgelegd: | |
a. | een gespecificeerde begroting van de met het onderhoud gemoeide kosten, voorzien van een duidelijke toelichting, opgesteld door een in te schakelen onafhankelijke deskundige of onafhankelijke deskundige instantie; | |
b. | een recent inspectierapport, opgesteld door de Monumentenwacht, dan wel door een onafhankelijke deskundige of onafhankelijke deskundige instantie. | |
3. | Het bestuursorgaan kan bepalen dat naast de in het tweede lid bedoelde bescheiden andere bescheiden worden overgelegd. |
1. | Zodra het onderhoud is voltooid, dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in. | |
2. | Bij de aanvraag tot subsidievaststelling dient een gespecificeerde financiële verantwoording van de werkelijk gemaakte kosten, vergezeld van (afschriften van) rekeningen en betalingsbewijzen, te worden overgelegd. | |
3. | De in het tweede lid genoemde verantwoording dient binnen 9 weken na beëindiging van de werkzaamheden bij het bestuursorgaan te worden ingediend. | |
4. | Vaststelling van de subsidie geschiedt nadat het bestuursorgaan de overgelegde bescheiden en de wijze waarop het onderhoud is uitgevoerd heeft goedgekeurd. | |
5. | Uitbetaling van de subsidie geschiedt door overmaking op een rekening bij de postgiro/rijkspostspaarbank of een andere in Nederland gevestigde bankinstelling ten gunste van degene aan wie het subsidie is verleend. |
Het bestuursorgaan kan in bijzondere gevallen:
a. | ontheffing verlenen van de bepalingen van deze verordening; | |
b. | bijzondere verplichtingen aan de subsidie-ontvanger opleggen. |
1. | Deze verordening treedt in werking op de dag, volgende op die van bekendmaking. | |
2. | Bij de inwerkingtreding van deze verordening vervalt de 'Subsidieverordening onderhoud monumenten gemeente Heerde 1991', vastgesteld bij raadsbesluit van 24 juni 1991. |
Deze verordening kan worden aangehaald als Subsidieverordening onderhoud gemeentelijke
monumenten.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 18 oktober 2004.
griffier, voorzitter,