Organisatie | Maastricht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregeling vrijstelling evenementen |
Citeertitel | Uitvoeringsregeling vrijstelling evenementen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Verordening precariobelasting Maastricht 2011, artikel 4; Legesverordening burgergerichte diensten Maastricht 2011, artikel 4; Legesverordening fysieke diensten Maastricht 2011, artikel 4
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-05-2001 | Nieuwe regeling | 17-04-2001 Gemeenteblad 2011, C. no 19 | Onbekend |
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN MAASTRICHT
Overwegende dat het college van burgemeester en wethouders van Maastricht op grond van het bepaalde in artikel12a van de verordening op de heffing en invordering van Legeskosten en artikel 13a van de verordening op de heffing en invordering van precariobelasting van Maastricht bevoegd is nadere regels te stellen met betrekking tot de heffing en invordering van respectievelijk legeskosten en precariobelasting en dat het van belang is alvorens vrijstellingen toe te passen, na te gaan of de aanvrager voldoet aan de eisen die aan de vrijstellingsbepaling zijn verbonden.
Mede gelet op het bepaalde in artikel 4 lid 1 sub f en lid 2 van de “Verordening op de heffing en de invordering van legeskosten’(legesverordening) en artikel 4 lid 1 sub i en lid 2 van de “verordening op de heffing en invordering van precariobelasting “(precarioverordening) van Maastricht:
Aanvraag voor een vrijstelling van een evenement (niet-commercieel) ex artikel 4 lid 1 sub f van de legesverordening en artikel 4 lid 1 sub i van de precarioverordening:.
Aanvraag van een vrijstelling naar rato van dat deel van de opbrengst van het (commerciële) evenement dat naar een goed doel gaat ex artikel 4 lid 2 van de legesverordening en artikel 4 lid
De aanvraag voor een vrijstelling als bedoeld in dit artikel dient vergezeld te gaan van de volgende bescheiden:
Een lijst van ondernemers, die aan het evenement deelnemen, die voor eigen rekening en risico handelen en waarbij de opbrengsten van de onderneming geheel niet of voor het grootste deel niet ten goede komen aan de organiserende vereniging of stichting. Het gaat hierbij bijvoorbeeld m door de exploitant zelf geëxploiteerde (kermis-) attracties, restaurants, eet-en drinkgelegenheden. Het feit dat deze ondernemers een bijdrage aan de organisatie van het evenement moeten voldoen om aan het evenement deel te kunnen nemen (staangeld, prijsopslag de organisatie van het evenement, promotiebijdrage e.d.) brengt in geen geval met zich mee dat de betreffende ondernemers daardoor voor rekening van de organisatie van het evenement werkt.
Definitieve vaststelling van de vrijstelling naar rato van dat deel van de opbrengst van het evenement dat naar een goed doel gaat.
De definitieve vaststelling van de vrijstelling als bedoeld in artikel 2 geschiedt achteraf aan de hand van de definitieve afrekening van het evenement waarin in elk geval wordt vermeld de totale omzet en de bedragen, die zijn bestemd voor of toegezegd aan of overgemaakt zijn naar de goede de doelen.
Mocht door omstandigheden buiten de macht van de aanvrager overschrijding van de termijn in lid 2 dreigen, kan de aanvrager indien de eerste termijn nog niet verstreken is, door middel van een daartoe strekkend, voldoende gemotiveerd, schriftelijk verzoek, nog eenmaal een uitstel van een half jaar worden verleend.
Na ontvangst van de definitieve afrekening wordt het definitieve vrijstelling als bedoeld in artikel 3 vastgesteld.
De gemeente behoudt zich steeds het recht voor om bewijsstukken ter verifiëring van de afrekening op te vragen. Op straffe van het alsnog invorderen van het totale verschuldigde bedrag aan legeskosten en precariobelasting bij niet aanleveren van de gevraagde bescheiden, overlegt de aanvrager op eerste verzoek van de gemeente, binnen de in het verzoek te stellen termijn, de gevraagde bescheiden.