Organisatie | Gulpen-Wittem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening welzijn gemeente Gulpen-Wittem 2009. Grondslagen voor de berekening van subsidie |
Citeertitel | Subsidieverordening welzijn gemeente Gulpen-Wittem 2009. Grondslagen voor de berekening van subsidie |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze verordening treedt in werking op eerste dag van de raadsperiode 2010-2014.
Deze regeling vervangt de algemene subsidieverordening welzijn gemeente Gulpen-Wittem 1999, vastgesteld 23 november 1999.
De gemeenteraad verleent het college de bevoegdheid om een aantal tijdens de vaststellingsvergaderging besproken wijzigingen door te voeren.
Gemeentewet, art. 149
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-03-2010 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 13-07-2009 Heuvelland Actueel, 10-02-2010 | BP/129 |
Subsidieverlening is niet vanzelfsprekend. Het is een keuze van de gemeente om een bijdrage te leveren aan een vereniging/ organisatie of ander initiatief waarvan men het bestaan belangrijk acht.
Subsidiëring in de gemeente Gulpen- Wittem vindt plaats om die initiatieven, die zonder geldelijke gemeentelijke steun niet of niet op aanvaardbaar niveau te handhaven zijn, een extra impuls te geven. Het bestaan van verenigingen is voor de sociale cohesie in de gemeente van groot belang.
Het hanteren van algemene bedragen en formules ter berekening van het subsidiebedrag creëert transparantie en uniformiteit in het subsidiebeleid. Dit geldt voor alle hoofdstukken uit de verordening. Op deze manier kan dit document worden gezien als een naslagwerk voor subsidieontvangers.
Deze subsidieverordening welzijn Gulpen- Wittem volgt op de “algemene subsidieverordening welzijn Gulpen- Wittem” die dateert uit 1999.
De uitgangspunten zijn beschreven in de “startnotitie kaderstelling herziening subsidieverordening welzijn Gulpen- Wittem” en zijn als volgt geformuleerd:
Administratieve lastenverlichting is voor zowel de subsidieaanvrager als voor de subsidieverlener een belangrijk aspect in het subsidieproces. Het vereenvoudigen van het administratieve traject heeft in deze verordening vorm gekregen door middel van het mogelijk maken om subsidie aan te vragen (en te verlenen) voor een periode van 4 jaar. Hiermee wijzigt ook de verantwoordingsplicht van één keer per jaar naar één keer in de vier jaar. Het verlichten van administratieve lasten wordt ook bereikt door het schrappen van de verantwoordingsplicht bij subsidiebedragen die kleiner zijn dan € 500,-. Genoemde bepaling is opgenomen in de Algemene Subsidieverordening Gulpen- Wittem, vastgesteld door de gemeenteraad in november 2008.
De koppeling met het accommodatiebeleid is gemaakt in hoofdstuk 16. Een van de doelen van de koppeling van accommodatie- en subsidiebeleid is inzicht creëren in huurprijzen van accommodaties. Op deze wijze wordt getracht te komen tot een uniform systeem van accommodatiehuurprijzen en gemeentelijke tegemoetkomingen hierin. Deze subsidieverordening beschrijft in welke gevallen een subsidieaanvrager in aanmerking komt voor een accommodatiesubsidie en wat de hoogte hiervan zal zijn. De uitwerking van gemeentelijke bemoeienis en tegemoetkoming in andere aspecten van accommodaties wordt beschreven in de nota accommodatiebeleid.
Een van de gemeentelijke doelen is dat het subsidiebeleid meer stuurt op activiteiten. Extra activiteiten, die niet binnen het normale aanbod passen en aansluiten op de door de raad gestelde prioriteiten, verdienen extra stimulans. Dit wordt geregeld in Hoofdstuk 13 van deze verordening. Daarnaast kan ook via de hoofdstukken 11 (Educatie) en 13 (Evenementen) subsidie op basis van activiteit verkregen worden.
Subsidie moet voor de subsidieontvanger niet de enige en belangrijkste bron van inkomsten zijn. Zelfwerkzaamheid en eigen inbreng sluit aan op de gemeentelijke doelstelling van subsidiering. Er moeten ook eigen initiatieven worden ontplooid om middelen te vergaren. Zelfwerkzaamheid wordt in deze verordening gestimuleerd door als eis te stellen dat bij een subsidie uit het activiteitenfonds minimaal 50% van de kosten van de te organiseren activiteit worden bijgedragen door de subsidieontvanger of de deelnemer(s) van de activiteit. Groeperingen die gebruik maken van gemeentelijke accommodaties kunnen door zelfwerkzaamheid in onderhoud en beheer inkomsten verwerven van gemeentewege, cq deze laten verrekenen met hun verplichtingen jegens de gemeente.
Subsidiering van bijzondere gelegenheden is opgenomen in deze verordening in hoofdstuk 15. Hierin is bepaald dat zowel jubilea als kampioenschappen worden gesubsidieerd volgens een aantal algemene regels.
Het actueel houden van de verordening wordt gewaarborgd in hoofdstuk 18. Dit hoofdstuk beschrijft dat de subsidieverordening welzijn iedere 4 jaar zal worden geëvalueerd aan het eind van een raadsperiode.
De speerpunten binnen deze verordening zijn jeugd, sport en cultuur. Bij de nieuwe subsidiesystematiek is sprake van herverdeling van de subsidiebedragen. Bij deze herverdeling wordt de nadruk gelegd op subsidie voor jeugd, cultuur en sport. Dit ter stimulering van activiteiten en het verenigingsleven onder jongeren.
Hoofdstuk 17 heeft betrekking op samenwerking en fusies van gesubsidieerde instellingen en verenigingen. Deze worden beide door de gemeente gestimuleerd omdat ze op verschillende niveaus voordelen kunnen hebben. Zo kan er worden gedacht aan schaalvoordelen, meer efficiënt werken op praktisch- en organisatorisch gebied en financiële voordelen, waardoor professionalisering mogelijk wordt gemaakt. Soms is samenwerking en fusie zeer bruikbaar of zelfs onontkoombaar om een activiteit (ook in de toekomst) te kunnen handhaven.
Op het gebied van subsidies kent men nu twee documenten die elkaar aanvullen, dit is de algemene subsidieverordening Gulpen-Wittem en de subsidieverordening Welzijn
De algemene subsidieverordening beschrijft de procedure rondom subsidieverlening. Hier staat in beschreven hoe deze wordt aangevraagd, welke informatie moet worden aangeleverd, wat de termijnen zijn, welke mogelijkheden er zijn tot bezwaar etc.
De subsidieverordening welzijn beschrijft inhoudelijk wie welke subsidie per werkvorm ontvangt. Deze is ondergebracht in verschillende hoofdstukken. De hoofdstukken kennen een begripsbepaling, bijzondere bepalingen en de doelgroep van subsidiering.
Indien men in enig subsidiejaar meer dan 30% ten positieve of negatieve afwijkt van de subsidiegrondslag als bij toekenning gehanteerd, meldt men dat vóór 1 april van het daaropvolgend kalenderjaar bij het college en wordt het subsidie voor de rest van die periode aangepast.
Indien de aanvragende organisatie/activiteit ophoudt te bestaan meldt men dat onmiddellijk bij het college en wordt het subsidie per direct beëindigd en wordt een resterend subsidie in goed overleg met het college nader bestemd.
Hoofdstuk 2. Amateuristische kunstbeoefening
Artikel 2. Bijzondere bepalingen
1.Voor het verkrijgen van de waarderingsubsidie is het een vereiste om ieder jaar tenminste één uitvoering te geven die algemeen toegankelijk is.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder volkscultuur alle activiteiten, gericht op de instandhouding van waardevol geachte culturele en sociale gebruiken in de gemeente Gulpen- Wittem.
Artikel 5. Wie ontvangt welke subsidie
Als een carnavalsvereniging voor volwassenen in een kerkdorp waarin géén jeugdcarnavalsvereniging bestaat, ook zorg draagt voor de organisatie van een apart en volledig jeugdprogramma (compleet met eigen raad, prins(enpaar) en tenminste één jeugdzitting), ontvangt zij naast het onder 1 genoemde bedrag een bedrag van € 500. Organiseert zij daarbij ook nog een volledig programma voor een jeugddansgroep ontvangt zij tevens het onder lid 3 genoemde bedrag.
Hoofdstuk 4. Jeugd- en jongerenwerk
Georganiseerd jeugd- en jongerenwerk: plaatselijk jeugd- en jongerenwerk dat voornamelijk onder leiding van vrijwilligers in georganiseerd verband wordt uitgevoerd. Voor de toepassing hiervan wordt onder jeugd- en jongerenwerk verstaan: het leveren van een bijdrage aan een goede ontwikkeling en het vergroten van ontplooiingsmogelijkheden van jeugd en jongeren.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
Heemkundevereniging: de lokale organisatie die onderzoek verricht naar heemkundige vraagstellingen, het verzamelen en archiveren geschiedkundige gegevens alsmede het zich inzetten voor het behoud van cultuur-historische objecten met betrekking tot de gemeente Gulpen-Wittem.
Bibliotheekwerk: alle aangelegenheden rondom gegevensverzameling, in welke vorm dan ook, georganiseerd in een stichting.
Educatieve activiteiten: zijn activiteiten gericht op de geestelijke en/ of lichamelijke ontplooiing van de deelnemers. Zij dragen bij aan een verbetering van het individuele functioneren van de personen/ deelnemers. Zij worden gedefinieerd als een weloverwogen en zorgvuldig gekozen geheel van handelingen gericht op het ondersteunen van het leren. De overdracht van de waarden en verzamelde kennis van een samenleving staat bij een educatieve activiteit centraal.
Een aanvraag voor een subsidie voor een educatieve activiteit wordt door het college van burgemeester en wethouders getoetst aan de hand van de volgende criteria:
De activiteit is bewust en doelgericht gericht op:
Tot educatieve activiteiten worden in ieder geval niet gerekend die activiteiten die uitsluitend of in hoofdzaak gericht zijn op ontspanning, gezelligheid en ontmoeting dan wel vieringen of bijeenkomsten van organisatorische aard (ledenvergaderingen etc.)
Hoofdstuk 12. Kunst en cultuur
Kunst: het vermogen om op creatieve wijze uiting te geven aan emoties en/of gedachten met als doel bij de toeschouwer en/of toehoorder gevoelens van schoonheid, verbazing, verwarring e.d. op te wekken
Cultuur: een groep van specifieke materiële en immateriële, rationele en gevoelsmatige kenmerken, die een maatschappij of sociale groep karakteriseren. Naast kunst omvat cultuur ook leefstijlen, waarden en normen, tradities en opvattingen
Artikel 27. Wie ontvangt welke subsidie
Overige initiatieven kunst en cultuur krijgen alleen subsidie als de gemeenteraad op een aanvraag daartoe heeft besloten. De raad geeft daarbij ook de methode en hoogte van de subsidieverstrekking aan. Verenigingen en instellingen kunnen (bovendien) in aanmerking komen voor een subsidie uit het cultuurparticipatiefonds (zie ook hoofdstuk 13 evenementen).
Onder evenementen wordt in deze verordening verstaan:
Evenementen in het kader van het Cultuurparticipatiefonds: de begripsbepaling, bijzondere bepalingen en methode van subsidiering uit het cultuurparticipatiefonds worden beschreven in “nadere subsidieregels kunst en cultuur regio Heuvelland”. Verstrekking van het subsidie uit het fonds gaat op basis van cofinanciering (50%) van gemeentewege.
Artikel 29. Beoordelingscriteria
Aanvragen voor evenementen zoals bedoeld in lid 1 van artikel 28 worden beoordeeld op basis van onderstaande criteria:
Economische spin-off, bezoekersaantallen en doelgroepen:is er sprake van substantiële bezoekers- of deelnemersaantallen van binnen en buiten de gemeente Gulpen- Wittem? Is het evenement een toeristische trekpleister? Op welke doelgroepen is het evenement in het bijzonder gericht? Welke acties zijn of worden ondernomen om deze doelgroepen optimaal te bereiken en tot bezoek/ deelname te stimuleren?
Hoofdstuk 14. Activiteitenfonds
Artikel 33. Wie ontvangt welke subsidie
Om in aanmerking te komen voor subsidie uit het activiteitenfonds dienen organisaties een schriftelijke aanvraag in bij het college van B&W voor een bijdrage in de kosten van de te organiseren activiteit(en). De aanvraag dient uiterlijk vóór aanvang van het kalenderjaar waarin de activiteit plaats vindt te zijn ingediend.
Acceptabele huurprijs: onder een acceptabele huurprijs wordt verstaan een huurprijs voor een gemeentelijke accommodatie van 2% van de WOZ-waarde van het gebouw (feitelijk 4%, maar de gemeente draagt zelf de helft bij uitgaande van haar verantwoordelijkheid voor deze randvoorwaarde voor activiteit)
Op basis hiervan geldt als acceptabele huurprijs voor ruimten in accommodaties voor sociaal-culturele activiteit een huurprijs van € 10,- per uur.
Hoofdstuk 17. Samenwerking en fusie
Artikel 42. Wie ontvangt welke subsidie
Het college kan een stimuleringsbedrag van maximaal € 500 per aanvraag uitkeren ter bestrijding van aantoonbare meerkosten, bijvoorbeeld ten dienste van aanloopkosten of evidente kwaliteitsverbetering door samenwerking. De subsidie kan, zoniet eenmalig, maximaal worden toegekend tot aan de daaropvolgende evaluatie, waarop de raad al dan niet beslist tot omzetting in structureel subsidie.
Artikel 44. Indexering en bijstelling
Alle in deze verordening genoemde subsidiebedragen zijn geldig voor vier jaren en worden bij aanvang van een raadsperiode geïndexeerd en opnieuw vastgesteld. Indexering geschiedt volgens het prijsindexcijfer zoals in het daaraan voorafgaande evaluatiejaar in de meicirculaire van het ministerie van BZK gepubliceerd.
Hoofdstuk 19. Inwerkingtreding en overgangsbepalingen
Indien op de ingangsdatum een belanghebbende volgens deze verordening een subsidie ontvangt dat meer dan € 300 minder is dan het bedrag dat volgens voorgaande verordening aan de orde was, dan vormt dat verschil het overgangsbedrag (X). Belanghebbende ontvangt dan in het jaar van de ingangsdatum nog het reguliere bedrag plus 75% van X, in het jaar daaropvolgend het reguliere bedrag plus 50 % van X en het derde jaar tenslotte het reguliere bedrag plus 25% van X.
Vastgesteld door de gemeenteraad van Gulpen-Wittem in zijn vergadering van 9 juli 2009