Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoorn

Beleidsregel Participatieplaatsen in het kader van het reïntegratiebeleid van de gemeente Hoorn

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHoorn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel Participatieplaatsen in het kader van het reïntegratiebeleid van de gemeente Hoorn
CiteertitelBeleidsregel participatieplaatsen gemeente Hoorn
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp610 bijstandsverlening

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

410B

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht
  2. Beleidsplan WWB 2004
  3. Reïntegratieverordening

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-08-200401-01-200405-02-2015nieuwe regeling

04-05-2004

Gemeenteblad 2004=26e

2004 04.08059

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel Participatieplaatsen in het kader van het reïntegratiebeleid van de gemeente Hoorn

te bepalen dat deze beleidsregel wordt bekendgemaakt:

 

door opname in het Gemeenteblad en vervolgens bij de afdeling Communicatie gedurende zes weken op werkdagen van 09.00 tot 15.00 uur voor een ieder ter inzage leggen van dit besluit;

Artikel 1. Participatieplaats

  • 1.1.

    De gemeente kan ter uitvoering van het Beleidsplan WWB 2004 en de Reïntegratieverordening aan een uitkeringsgerechtigde een participatieplaats aanbieden.

  • 1.2.

    Een participatieplaats betreft het gedurende een aantal uren per week verrichten van vrijwilligerswerk bij een non-profit- of vrijwilligersorganisatie.

  • 1.3.

    Een participatieplaats kan worden toegekend als aan het einde van een traject (sociale activering) is vastgesteld dat toeleiding naar betaalde arbeid (voorlopig) niet mogelijk is.

  • 1.4.

    Een uitkeringsgerechtigde kan worden toegeleid naar een participatieplaats zonder dat er sprake is geweest van een traject in die gevallen waarvan duidelijk is dat toeleiding naar betaalde arbeid niet mogelijk is. De casemanager moet gemotiveerd vaststellen dat sociale activering in de vorm van vrijwilligerswerk het hoogst haalbare is.

Artikel 2. Doelgroep

  • 2.1.

    Tot de doelgroep van de participatieplaatsen behoren uitkeringsgerechtigden op grond van de Wet Werk en Bijstand.

  • 2.2.

    De casemanager beoordeelt of de kandidaat-deelnemer in aanmerking komt voor een participatieplaats. Deze beoordeling dient te zijn gemotiveerd. De casemanager meldt de kandidaat voor een participatieplaats aan bij de Detacherings- en uitstroompool.

  • 2.3.

    De casemanager stelt een beschikking op waarin de verplichting tot deelname wordt vastgelegd en waarin het recht op de vrijwilligersonkostenvergoeding wordt toegekend.

  • 2.4.

    De bemiddeling naar en de begeleiding tijdens deelname aan de participatieplaats wordt door de uitvoerder van de Detacherings- en uitstroompool verzorgd. De casemanager wordt op de hoogte gehouden van de stand van zaken.

  • 2.5.

    De casemanager beoordeelt jaarlijks of het vrijwilligerswerk mag worden voortgezet of dat er een ander traject gevolgd moet worden.

Artikel 3. Voorwaarden aan de organisaties waar participatieplaatsen worden gerealiseerd

  • 3.1.

    Participatieplaatsen kunnen gerealiseerd worden bij non-profit- of vrijwilligersorganisaties, dus organisaties zonder winstoogmerk waarvan het College vaststelt dat zij maatschappelijk nuttige activiteiten verrichten.

  • 3.2.

    Bij aanvang van de participatieplaats wordt door Rentree een overeenkomst opgesteld tussen Rentree, de cliënt en de organisatie waarin is aangegeven hoeveel uur per week activiteiten worden verricht, wat deze activiteiten inhouden en hoe de begeleiding van de deelnemer wordt geregeld.

  • 3.3.

    De organisatie waar vrijwilligerswerk wordt verricht zorgt voor een WA-verzekering voor de uren dat de deelnemer aanwezig is.

  • 3.4.

    De organisatie waar vrijwilligerswerk wordt verricht zorgt eens per jaar voor een verklaring, waarin wordt aangegeven dat vrijwilligerswerk is verricht, met opgave van het aantal uren per week en de aard van de werkzaamheden.

Artikel 4. Onkostenvergoeding

  • 4.1.

    Deelnemers aan een participatieplaats hebben recht op een onkostenvergoeding, zolang als zij vrijwilligerswerk verrichten.

  • 4.2.

    De hoogte van de onkostenvergoeding is afhankelijk van het aantal uur dat vrijwilligerswerk wordt verricht.

     

    Aantal uren vrijwilligerwerk

    Onkostenvergoeding per maand

    Minimaal 8 uur per week

    € 23,

    Minimaal 16 uur per week

    € 45,

Artikel 5. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 5.1

    Deze regeling kan worden aangehaald als beleidsregel participatieplaatsen gemeente Hoorn.

  • 5.2

    Deze regeling treedt in werking na bekendmaking met terugwerkende kracht naar 1 januari 2004.