Organisatie | Geertruidenberg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006 |
Citeertitel | Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2006 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Datum en wijze van bekendmaking is niet bekend. Eind 2008 is de Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie 2009 vastgesteld die per 1 januari 2009 is gaan gelden. Daarbij is deze verordening komen te vervallen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2006 | 01-01-2009 | Intrekking. | 24-11-2005 Onbekend. | 24 november 2005, nr. 7 |
De raad van de gemeente Geertruidenberg;
Raamsdonksveer, 24 november 2005
De raad van de gemeente Geertruidenberg,
drs. K.M.C. Millenaar-Rammelaere M.J.A. Meijer
BIJLAGE A behorende bij raadsvoorstel 07, 24 november 2005
De raad van de gemeente Geertruidenberg;gezien uw raadsbesluit van 29 september 2005;gelet op artikel 81o van de Gemeentewet;
Ter uitoefening van de rekenkamerfunctie als bedoeld in artikel 810, eerste lid, van deGemeentewet, is er een gemeentelijke rekenkamercommissie.
Artikel 4 Samenstelling van de rekenkamercommissie
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de rekenkamer-commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van deonderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming.De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de secretaris en de onderzoeker(s).
Een lid van de rekenkamercommissie kan door de raad worden ontslagen bij geblekenongeschiktheid, indien hij door ziekte of gebreken blijven ongeschikt is zijn functie tevervullen of indien hij verboden handelingen als bedoeld in artikel 9 dezes jo artikel 15eerste en tweede lid van de Gemeentewet heeft verricht.
De raad kan een lid van de rekenkamercommissie op non-activiteit stellen, indien tegenhem een gerechtelijk onderzoek ter zake van een misdrijf wordt ingesteld of indien ereen ander ernstig vermoeden is van het bestaan van feiten en omstandigheden die totontslag, anders dan op de gronden vermeld in artikel 5, eerste lid, onder a. en tweedelid, zouden kunnen leiden.
Artikel 7 Openbaar maken nevenfuncties
Voor de leden van de rekenkamercommissie is artikel 12 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van de rekenkamercommissie in handen van de voorzitter van de raad de eed (verklaring en belofte) als opgenomen in artikel 81g van de Gemeentewet af, met dien verstande, dat voor ‘tekenkamer” wordt gelezen “rekenkamercommissie”.
Artikel 9 Verboden handelingen
Voor de leden van de rekenkamercommissie is artikel 15, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet, van overeenkomstige toepassing.
De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisname aan de raad.
Artikel 13 Vergoeding leden rekenkamercommissie
De voorzitter en de leden van de rekenkamercommissie ontvangen een vergoeding vanrespectievelijk € 145,-- en € 130,-- voor het bijwonen van een vergadering van derekenkamercommissie. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd met het percentagedat in tabel IV bij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden wordt gehanteerd.
Artikel 14 Onderzoeksopdracht en bevoegdheden
De rekenkamercommissie presenteert tenminste jaarlijks v66r 1 oktober eenontwerponderzoeksplan, waarin staat aangegeven welke onderwerpen voor het komendejaar in aanmerking zullen komen voor een onderzoek of quick-scan. De raad wordt in degelegenheid gesteld zijn zienswijze op het ontwerp-onderzoeksplan kenbaar te makenaan de rekenkamercommissie. De rekenkamercommissie beslist welke onderwerpenworden onderzocht.
De rekenkamercommissie is bevoegd alle documenten die berusten bij hetgemeentebestuur te onderzoeken voor zover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht.Indien de zorg voor een administratie aan een derde is uitbesteed, is e.e.a. vanovereenkomstige toepassing op de administratie van de betrokken derde dan wel vandegene die de administratie in opdracht van die derde voert. Het gemeentebestuur verstrektdesgevraagd alle inlichtingen die de rekenkamer ter vervulling van haar taak nodig acht.
De rekenkamercommissie is bevoegd alle documenten die berusten bij de besturen en/ofdirecties van de hierna genoemde organisaties te onderzoeken voorzover zij dat ter vervullingvan haar taak nodig acht. Indien de zorg voor een administratie aan een derde is uitbesteed,is e.e.a. van overeenkomstige toepassing op de administratie van de betrokken derde danwel van degene die de administratie in opdracht van die derde voert. Tevens verstrekkende besturen en/of directies van de hierna genoemde organisaties desgevraagd alle inlichtingendie de rekenkamer ter vervulling van haar taak nodig acht:
andere privaatrechtelijke rechtspersonen waaraan de gemeente of een derde voor rekeningen risico van de gemeente rechtstreeks of middellijk een subsidie, lening of garantie heeftverstrekt ten bedrage van tenminste 5O% van de baten van deze instelling, over de jarenwaarop deze subsidie, lening of garantie betrekking heeft;
Om de onderzoeken van de rekenkamercommissie naar behoren te kunnen uitvoeren,zijn de stukken, die onder oplegging van geheimhouding aan de rekenkamercommissie terbeschikking worden gesteld, ook beschikbaar voor de secretaris en onderzoeker(s) vande rekenkamercommissie en de door de rekenkamercommissie aangewezen deskundigen.
Artikel 19 Uitvoering van het onderzoek en rapportage
Onverminderd het bepaalde in artikel 185 van de Gemeentewet, stelt de rekenkamer-commissie betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn,die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapportaan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn in elk geval degenenwier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamer-commissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
In alle gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslist de rekenkamercommissie de raad gehoord!
Raamsdonksveer, 24 november 2005.
De raad van de gemeente Geertruidenberg,
de griffier, de voorzitter,
drs. K.M.C. Millenaar-Rammelaere M.J.A. Meijer
Behorend bij raadsvoorstel 7, 24 november 2005. 1
betreffende de samenwerking van rekenkamercommissies
Burgemeester en wethouders van de gemeenten Roosendaal, Bergen op Zoom, Halderberge, Oosterhout, Geertruidenberg en Zundert, hierna: de gemeenten;
Overwegende dat het om redenen van effectiviteit, efficiency en professionaliteit wenselijk is om ter uitoefening van de rekenkamerfunctie als bedoeld in artikel 81o, eerste lid, van de Gemeentewet, de afzonderlijke gemeentelijke rekenkamercommissies in gezamenlijkheid te doen functioneren;
Gelet op de door de afzonderlijke raden gegeven opdracht tot nadere regeling van deze samenwerking;
Gelet op de afzonderlijke gemeentelijke verordeningen m,b.t. de instelling en het fungeren van de gemeentelijke rekenkamercommissie;
Gelet op artikel 160, eerste lid, onder e., van de Gemeentewet;
Convenant betreffende de samenwerking van rekenkamercommissies
Artikel 1. Gezamenlijke rekenkamercommissie
Artikel 2 Samenstelling van de gezamenlijke rekenkamercommissie
De gezamenlijke rekenkamercommissie bestaat uit drie externe leden en twee externeplaatsvervangende leden die bij eensluidend besluit door de raden van de gemeentenworden benoemd. Selectie van de (plaatsvervangende) leden van de gezamenlijkerekenkamercommissie vindt plaats door een selectiecommissie, bestaande uit deburgemeester van een van de gemeenten als technisch voorzitter, de griffier van degemeente Roosendaal en één raadslid per gemeente. Benoeming vindt in eerste instantietijdelijk plaats tot en met 31 december 2008.
Artikel 3 Ontslag en non-activiteit
Indien een van raden van de gemeenten op grond van artikel 5, eerste lid, onder b. ofe., of tweede lid, van de verordening m.b.t. de instelling en het fungeren van degemeentelijke rekenkamercommissie, een ontslagbesluit neemt, nemen de radenvan de overige gemeenten ïn beginsel een eensluidend besluit.
Artikel 4 Eed De leden van de gezamenlijke rekenkamercommissie leggen de eed als bedoeld in artikel 8 van de verordening m.b.t. de instelling en het fungeren van de gemeentelijke rekenkamercommissie, in een gezamenlijke bijeenkomst van de voorzitters van de raden van de gemeenten af.
Artikel 5 Reglement van orde De gezamenlijke rekenkamercommissie zendt het reglement van orde onverwijld ter kennisname aan de raden van de gemeenten.
Artikel 6 Vergoeding leden gezamenlijke rekenkamercommissie De hoogte van de vaste onkostenvergoeding per onderzoek voor de leden van de gezamenlijke rekenkamercommissie wordt bij een door de raden van de gemeenten eensluidend vastgestelde verordening vastgesteld.
Benoeming van de secretaris, de onderzoeker(s) en eventueel ander ondersteunendpersoneel vindt in eerste instantie tijdelijk plaats tot en met 31 december 2008. Genoemdefunctionarissen zijn formeel in dienst van de gemeente Roosendaal en vallen organiekonder de griffier van die gemeente. Functionele aansturing van de secretaris, de onderzoeker(s)en eventueel ander ondersteunend personeel vindt alleen plaats door de gezamenlijkerekenkamercommissie.
De gezamenlijke rekenkamercommissie presenteert tenminste jaarlijks voor 1 oktober eenontwerp-onderzoeksplan waarin staat aangegeven welke onderwerpen voor het komende jaar in aanmerking komen voor een onderzoek of quick scan. Dit voorstel behelst: a. voor de gemeente Roosendaal 2 onderzoeken;b. voor de gemeente Bergen op Zoom 1 onderzoek en 1 quick scan;c. voor de gemeente Halderberge 1 onderzoek en 1 quick scan;d. voor de gemeente Oosterhout 2 onderzoeken;e. voor de gemeente Geertruidenberg 1 onderzoek;f. voor de gemeente Zundert 1 onderzoek. Voor het jaar 2006 presenteert de gezamenlijke rekenkamercommissie voor 1 april eenontwerp-onderzoeksplan.
Op verzoek van een afzonderlijke gemeente kan de gezamenlijke rekenkamercommissiemeerdere onderzoeken en/of quick scans uitvoeren. De gezamenlijke rekenkamercommissiebrengt hiertoe een offerte uit aan de desbetreffende gemeente. De gezamenlijke rekenkamer-commissie beslist welke onderwerpen worden onderzocht.
De gezamenlijke rekenkamercommissie kan zich in het kader van het uitvoeren van eenconcreet onderzoek of quick scan laten bijstaan door deskundigen. De kosten van deskundigebijstand komen ten laste van het door de desbetreffende gemeente aan de gezamenlijkerekenkamercommissie beschikbaar gestelde budget.
Artikel 9 Budget en kostenverdeling
De raden van de gemeenten stellen ten behoeve van de gezamenlijke rekenkamer-commissie jaarlijks een budget beschikbaar. Deze bijdrage wordt jaarlijks op basis vanfacturering overgemaakt aan de gemeente Roosendaal en bedraagt:a. voor de gemeente Roosendaal € 61.182,00b. voor de gemeente Bergen op Zoom € 37.614,00c. voor de gemeente Halderberge € 37.614,00d. voor de gemeente Oosterhout €61.182,00e. voor de gemeente Geertruidenberg € 30.591,00f. voor de gemeente Zundert € 30.591,00
Na vaststelling van het jaarverslag als bedoeld in artikel 185, derde lid, van de Gemeentewet,komt een eventueel tekort op of overschot van het door de desbetreffende gemeente in hetvoorgaande jaar aan de gezamenlijke rekenkamercommissie beschikbaar gestelde budgetvoor rekening dan wel ten gunste van de desbetreffende gemeente.
Artikel 10 Geldigheidsduur en evaluatie
Artikel 11. Werkloosheidsrisico en kostenverdeling
Indien uit de in artikel 10 bedoelde evaluatie blijkt dat voortzetting van de gezamenlijkerekenkamercommissie dan wel het gemeenschappelijk voeren van het secretariaat nietwenselijk of mogelijk is én indien als gevolg daarvan personeel, dat hiertoe is aangesteld,moet worden ontslagen, worden de kosten door de gemeenten gedragen.
De burgemeester van de gemeente Roosendaal,
De burgemeester van de gemeente Bergen op Zoom,
De burgemeester van de gemeente Halderberge,
De burgemeester van de gemeente Oosterhout,
Toelichting 1 Convenant betreffende de samenwerking van rekenkamercommissies
Om redenen van effectiviteit, efficiency en professionaliteit hebben de raden van de gemeenten Roosendaal, Bergen op Zoom, Halderberge, Oosterhout, Geertruidenberg en Zundert de wens uitgesproken om hun afzonderlijke gemeentelijke rekenkamercommissies in gezamenlijkheid te doen functioneren en de diverse colleges van burgemeester en wethouders opgedragen om deze voorgestane samenwerking te formaliseren. Hiertoe is overeengekomen om de afzonderlijke gemeentelijke rekenkamercommissie te doen bemensen door dezelfde rekenkamercommissieleden (personele unie) en te doen ondersteunen door een secretariaat, bestaande uit een secretaris, onderzoeker(s) en eventueel ander ondersteunend personeel. Voor een financiële onderbouwing wordt verwezen naar bijgevoegd “Financieel overzicht gezamenlijke rekenkamerfunctie regio West-Brabant”,
Artikel 1 Gezamenlijke rekenkamercommissie Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 2 Samenstelling van de gezamenlijke rekenkamercommissie In dit artikel wordt bepaald dat de leden van de gezamenlijke rekenkamercommissie, en daarmee dus van de afzonderlijke gemeentelijke rekenkamercommissies, bij eensluidend besluit van de raden van de deelnemende gemeenten worden benoemd. Indien een van de gemeenteraden zich niet in benoeming van een bepaalde kandidaat kan vinden, zal de kandidaat derhalve niet als lid van de (gezamenlijke) rekenkamercommissie kunnen worden benoemd. Eenzelfde regeling geldt voor de benoeming van de (plaatsvervangend) voorzitter van de rekenkamercommissie, die uit de leden wordt benoemd. Gekozen is voor een collegiaal samengestelde rekenkamercommissie van drie externe leden, waarbij er twee plaatsvervangende externe leden worden benoemd. Het quorum van de rekenkamercommissie wordt daarmee zo goed als zeker gesteld. Tevens heeft benoeming van de externe plaatsvervangers als voordeel dat de leden van de gemeenschappelijke rekenkamercommissie feitelijk op roulatiebasis kunnen fungeren. Vanwege de opgenomen evaluatiebepaling (artikel 10) vindt benoeming van de leden van de rekenkamercommissie in eerste instantie plaats voor een periode van drie jaren. Ingeval van eventuele tussentijdse benoemingen zijn de voorzitters van de raden gemandateerd om namens de gemeenteraden het overleg te voeren als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de verordening.
Artikel 3 Ontslag en non-activiteit Ook voor wat betreft ontslag en non-activiteit is de eis van eensluidende besluitvorming door de gemeenteraden gesteld. In het tweede lid is een zogenaamde “solidariteitsbepaling” opgenomen, op grond waarvan de gemeenten zich in beginsel bereid verklaren om, ingeval een gemeenteraad een lid van de rekenkamercommissie wil ontslaan op grond van artikel 5, eerste lid, onder b. of e. of op grond van het tweede lid, van de verordening m.b.t. de instelling en het fungeren van de gemeentelijke rekenkamercommissie, een eensluidend ontslagbesluit te nemen.
Bijvoorbeeld kan een lid van de rekenkamercommissie de functie van raadslid van een van de deelnemende gemeenten aanvaarden en daardoor formeel geen zitting meer mogen hebben in de rekenkamercommissie van die gemeente en dus ook niet in de gezamenlijke rekenkamercommissie (die immers fungeert als gemeentelijke rekenkamercommissie). De aanvaarding van de onverenigbare functie bijt” echter het lidmaatschap van de overige gemeentelijke rekenkamercommissies niet, zodat er in beginsel geen reden is tot ontslag van het desbetreffende rekenkamercommissielid. Eenzelfde geval kan zich voordoen indien een lid van de rekenkamercommissie het vertrouwen van een van de gemeenteraden ontbeert, terwijl dit vertrouwen bij de overige gemeenteraden nog wel aanwezig is. Op grond van de “solidariteitsbepaling” verklaren alle gemeenteraden zich bereid om zich in principe te conformeren aan de besluitvorming van de initiërende gemeenteraad.
Artikel 4 Eed In dit artikel wordt een praktische oplossing gevonden voor het feit dat de leden van de gezamenlijke rekenkamercommissie, formeel leden van alle afzonderlijke rekenkamercommissies, meermalen, nl. in handen van alle burgemeesters afzonderlijk, de eed (verklaring of belofte) moeten afleggen. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.
Artikel 5 Reglement van orde Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 6 Vergoeding leden gezamenlijke rekenkamercommissie Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 7 Secretariaat De secretaris wordt bij eensluidend besluit van de raden van de deelnemende gemeenten aangewezen; vanwege het feit dat het secretariaatspersoneel in dienst is van de gemeente Roosendaal, vindt benoeming plaats door de raad van die gemeente. Om die reden worden ook de onderzoeker(s) en eventueel overig ondersteunend personeel (bijv. secretaresse) benoemd door de gemeente Roosendaal. Eensluidende aanwijzing is hier vanwege het meer technische en ondersteunende karakter van die functies achterwege gelaten. Vanwege de opgenomen evaluatiebepaling (artikel 10) vindt benoeming van de secretaris, de onderzoeker(s) en eventueel overig ondersteunend personeel in eerste instantie plaats voor een periode van drie jaren.
Artikel 8 Onderzoeksplan In dit artikel zijn de onderzoeksambities van de deelnemende gemeenten neergelegd. De gezamenlijke rekenkamercommissie presenteert jaarlijks voor 1 oktober het ontwerponderzoeksplan, zodat e.e.a. bij de begrotingsbehandeling kan worden meegenomen. Aangezien de gezamenlijke rekenkamercommissie pas per 1 januari 2006 zal zijn geïnstalleerd, is voor het jaar 2006 bepaald dat de gezamenlijke rekenkamercommissie uiterlijk op t april een ontwerp-onderzoeksplan presenteert. Aangezien er op 7 maart 2006 gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden, zal pas in een nieuwe raadsperiode besluitvorming omtrent de te onderzoeken onderwerpen plaatsvinden. Eventueel kunnen meerdere onderzoeken en/of quick scans worden uitgevoerd, e.e.a, op basis van een offerte van de rekenkamercommissie aan de desbetreffende gemeente. In de gemeentelijke bijdrage aan de gezamenlijke rekenkamercommissie is een “inhuurbudget” opgenomen (zie bijgevoegd “Financieel overzicht gezamenlijke rekenkamerfunctie regio West-Brabant”). Voor alle duidelijkheid: eventuele externe drukkosten worden eveneens ten laste van het “inhuurbudget” gebracht.
Artikel 9 Budget en kostenverdeling In dit artikel worden de jaarlijkse gemeentelijke bijdragen aan de gezamenlijke rekenkamercommissie genoemd. Basis voor deze bijdragen is gelegen in de onderzoeksambities. Zie verder het bijgevoegde “Financieel overzicht gezamenlijke rekenkamerfunctie regio West-Brabant”. Onverminderd het feit dat er op basis van een nadere offerte van de gezamenlijke rekenkamercommissie voor een gemeente meerdere onderzoeken en/of quick scans kunnen worden uitgevoerd, geldt als uitgangspunt dat bij het uitvoeren van de geambieerde onderzoeken en/of quick scans de op grond van dit artikel verschuldigde gemeentelijke bijdrage niet wordt overschreden, Mocht bij de vaststelling van het jaarverslag van de gezamenlijke rekenkamercommissie blijken van een eventueel tekort op of overschot van de jaarlijkse bijdrage van een desbetreffende gemeente, bijvoorbeeld omdat een onderzoek meer of minder inzet en capaciteit heeft gekost dan voorzien, dan komt dit tekort/restant voor rekening van/ten gunste van de desbetreffende gemeente. De gemeente Roosendaal geldt treedt op als budgetbeheerder van de gezamenlijke rekenkamercommissie; het budgethouderschap is echter in handen van de gezamenlijke rekenkamercommissie gelegen.
Artikel 10 Geldigheidsduur en evaluatie Het convenant wordt aangegaan voor de duur van drie jaren. Bij wijze van uittredingsregeling geldt, dat de gemeenten gedurende de looptijd van het convenant garant staan voor de overeengekomen bijdrage; immers worden de leden van de rekenkamercommissie en secretaris, onderzoeker(s) en secretaresse voor een periode van drie jaren aangesteld. Na 21/2 jaar dient de samenwerking en het functioneren van de gezamenlijke rekenkamercommissie te worden geëvalueerd, op basis waarvan de gemeenteraden een besluit kunnen nemen over het al dan niet (gewijzigd) voortzetten van de samenwerking. Hiervoor is alsdan wel een nieuw convenant vereist.
Artikel 11 Werkloosheidsrisico en kostenverdeling Vanwege de tijdelijkheid van het convenant wordt het ambtelijk personeel op tijdelijke basis tot en met uiterlijk 31 december 2008 aangesteld. Ondanks dat er sprake is van een tijdelijk dienstverband, kan het toch mogelijk zijn dat bij niet-voortzetting van de arbeidsrelatie een vergoeding verschuldigd is. In dit artikel wordt voor dat geval een kostenverdelingsregeling gegeven, waarbij wordt bepaald dat de gemeenten de kosten in gezamenlijkheid en naar rato van hun jaarlijkse bijdrage dragen.
Bijlagen: Financieel overzicht gezamenlijke rekenkamerfunctie regio West Brabant