Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslân

Verordening op de Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslân
Officiële naam regelingVerordening op de Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften 2011
CiteertitelVerordening Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften 2011
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening voor de behandeling van bezwaarschriften 2009.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, art.7:13

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-07-201118-10-2016nieuwe regeling

13-07-2011

Leeuwarder Courant, 27-07-2011

13/07/11/008

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften 2011

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: de commissie als bedoeld in § 2 van deze verordening;

  • b.

    orgaan:

    • 1.

      het bestuur;

    • 2.

      de voorzitter.

Paragraaf 2 Algemene bepalingen met betrekking tot taak, samenstelling en de positie van de commissie.

Taak van de commissie

Artikel 2

De commissie heeft tot taak aan het bestuursorgaan schriftelijk advies uit te brengen inzake elk bij dat orgaan op grond van enig wettelijke regeling behorend tot het takenpakket van de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslan (gemeentelijke sociale zekerheid, uitstroom en zorg) overeenkomstig art. 5 van de Gemeenschappelijke Regeling van de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslan aangetekend bezwaar behoudens de bezwaarschriften waarvoor op grond van enige wettelijke regeling dwingend anderszins is geregeld.

Samenstelling commissie

Artikel 3

  • 1.

    De commissie heeft twee kamers, bestaande uit een voorzitter en twee leden die op aanbeveling van het presidium worden benoemd door het bestuur. Beide kamers worden geleid door dezelfde voorzitter. De benoeming van de voorzitter en de leden geschiedt voor een periode van zes jaar. De leden treden op als plaatsvervanger voor de andere kamer. De commissie bepaalt wie er als plaatsvervangend voorzitter optreedt.

  • 2.

    Tot voorzitter of lid van de commissie zijn niet benoembaar:

    • a.

      de voorzitter en leden van een orgaan, bedoeld in artikel 1, eerste lid, sub b ;

    • b.

      personeelsleden werkzaam onder verantwoordelijkheid van de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslan;

    • c.

      bestuurders en personeelsleden van de in de gemeenschappelijke regeling van Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslan deelnemende gemeenten.

  • 3.

    Degene, die in een buiten de periodieke aftreding opengevallen plaats tot lid is benoemd treedt af op het tijdstip waarop degene, in wiens plaats hij is benoemd, had moeten aftreden.

Ontslag

Artikel 4

  • 1.

    Het bestuur ontslaat de voorzitter of een lid van de commissie:

    • a.

      op zijn verzoek;

    • b.

      wanneer hij uit hoofde van ziekten of gebreken blijvend ongeschikt is zijn functie te vervullen;

    • c.

      bij de aanvaarding van een ambt of betrekking bij deze verordening onverenigbaar verklaard met het voorzitterschap of het lidmaatschap van de commissie;

    • d.

      wanneer hij bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • e.

      wanneer hij ingevolge een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;

    • f.

      wanneer hij naar het oordeel van het bestuur door handelen of nalaten ernstig nadeel toebrengt aan het in hem c.q. de commissie te stellen vertrouwen.

  • 2.

    Beëindiging van het lidmaatschap op eigen verzoek geschiedt schriftelijk bij het bestuur.

  • 3.

    Het lid dat ontslag heeft gevraagd houdt in principe zitting totdat zijn opvolger de benoeming heeft aanvaard. In tussentijdse vacatures wordt zoveel mogelijk binnen drie maanden voorzien.

Secretariaat

Artikel 5

  • 1.

    De commissie wordt in haar werkzaamheden bijgestaan door een of meer, in overleg met de commissie, door het bestuur aan te wijzen ambtenaren, als secretaris.

  • 2.

    De secretaris is in de uitoefening van zijn functie uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de commissie. Het bepaalde in artikel 6 is op hem van overeenkomstige toepassing.

  • 3.

    Een toegevoegd ambtelijk secretaris heeft een adviserende stem.

  • 4.

    De secretaris maakt van de beraadslagingen in de commissie een kort verslag en verzorgt de correspondentie.

Onafhankelijke positie

Artikel 6

De commissie is, voor wat betreft de taakuitoefening, niet ondergeschikt aan enig bestuursorgaan van de gemeenschappelijke regeling.

Paragraaf 3 De behandeling van bezwaarschriften.

De voorbereiding

Artikel 7

Het bezwaarschrift wordt door het bestuursorgaan zo spoedig mogelijk na ontvangst in handen vande secretaris van de commissie gesteld.

Artikel 8

  • 1.

    De voorzitter van de commissie draagt er zorg voor, dat al het noodzakelijke wordt gedaan om de behandeling van het bezwaarschrift ter zitting genoegzaam voor te bereiden.

  • 2.

    Hij is in verband met het bepaalde in het eerste lid bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen.

  • 3.

    Ter voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift wordt aan het verwerend orgaan een schriftelijke reactie op het bezwaarschrift gevraagd.

De vergaderingen van de commissie

Artikel 9

  • 1.

    De voorzitter belegt een vergadering telkens als dit voor de behandeling van een of meer bezwaarschriften en met inachtneming van de in de wet gestelde termijnen noodzakelijk is. De voorzitter wordt daartoe door de secretaris tijdig ingelicht.

  • 2.

    De secretaris roept de leden schriftelijk ter vergadering op. Spoedeisende gevallen uitgezonderd geschiedt de oproeping tot een vergadering tenminste tien dagen voor het houden van de vergadering.

  • 3.

    De oproeping vermeldt zoveel mogelijk de te behandelen zaken

Artikel 10

  • 1.

    De vergadering van de commissie wordt gehouden wanneer, blijkens de presentielijst, tenminste drie van het getal der zitting hebbende leden incl. de voorzitter is opgekomen.

  • 2.

    Wanneer het vereiste aantal leden, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet is opgekomen bepaalt de voorzitter of er een nieuwe vergadering met dezelfde agenda wordt belegd of dat de vergadering met twee leden, incl. de voorzitter, wordt gehouden, waarbij de uit te brengen adviezen aan een derde lid ter instemming worden voorgelegd.

Artikel 11

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift waarbij zij op enigerlei wijze direct of indirect zijn betrokken.

De hoorzitting

Artikel 12

De commissie nodigt de belanghebbenden ten minste 10 dagen voor de zitting schriftelijk uit. De op de zaak betrekking hebbende stukken liggen tenminste een week voor de zittingsdatum ter inzage. In de uitnodiging wordt aangegeven op welke wijze belanghebbenden inzage in de stukken kunnen verkrijgen.

Artikel 13

  • 1.

    Het horen vindt plaats door de commissie.

  • 2.

    De commissie kan in afwijking van het hetgeen is bepaald onder lid 1 bepalen dat de belanghebbenden alleen door de voorzitter wordt gehoord.

  • 3.

    De commissie kan bepalen dat wordt afgezien van het horen van belanghebbenden ten aanzien van bezwaren:

    die kennelijk niet-ontvankelijk zijn of

    die kennelijk ongegrond zijn of

    waaraan volledig tegemoet wordt gekomen en andere belanghebbenden daardoor niet in hun belangen worden geschaad.

Artikel 14

  • 1.

    De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde tijdens de hoorzitting en is bevoegd, wanneer die orde wordt verstoord, de veroorzakers te doen vertrekken.

  • 2.

    a. De hoorzitting is openbaar.

    b. De voorzitter kan bepalen dat de hoorzitting met gesloten deuren plaatsvindt:

    1. in het belang van de openbare orde of de goede zeden.

    2. indien de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer dit vereist,

Artikel 15

  • 1.

    Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb betreft een zakelijke vermelding van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 2.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de kamer.

Nader onderzoek

Artikel 16

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting, doch voordat de beslissing wordt genomen, een nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, zulks ter beoordeling van de commissie, geschiedt dit onderzoek door of onder leiding van de voorzitter.

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de kamer en de belanghebbenden toegezonden. De leden van de commissie en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De commissie beslist op zo'n verzoek.

  • 3.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Raadkamer

Artikel 17

Na afloop van de openbare behandeling beraadslaagt en beslist de commissie met gesloten deuren over de door haar aan het bestuursorgaan uit te brengen advies.

Artikel 18

  • 1.

    Besluiten worden bij meerderheid van stemmen genomen. Indien de stemmen staken beslist de stem van de voorzitter.

  • 2.

    Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien de minderheid dat verlangt.

  • 3.

    Wanneer de adviezen aan een derde lid ter instemming worden voorgelegd in een situatie als bedoeld in artikel 10 lid 2 en dit lid aangeeft zich niet met een advies te kunnen verenigen wordt deze zaak opnieuw geagendeerd voor behandeling in de Raadkamer.

  • 4.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 5.

    Het advies wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de kamer.

Paragraaf 4 Overige bepalingen

Jaarverslag

Artikel 19

De commissie brengt jaarlijks aan het bestuur schriftelijk verslag uit van de verrichten werkzaamheden. Dit verslag wordt algemeen verkrijgbaar gesteld.

Artikel 20

  • 1.

    Omtrent wijzigingen van deze verordening wordt de commissie gehoord.

  • 2.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie.

Citeertitel

Artikel 21

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften 2011".

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking per de dag volgende op de bekendmaking.

Intrekking oude verordening

Artikel 22

De Verordening op de Commissie voor de behandeling van bezwaarschriften 2009", zoals gewijzigd per 7 oktober 2009, wordt per dezelfde datum ingetrokken.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslân van 13 juli 2011.

mevrouw B.Tol,

voorzitter

R.A.F. Jansen,

secretaris/directeur