Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoorn

Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHoorn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Handhaving Wet Werk en Bijstand
CiteertitelVerordening Handhaving Wet Werk en Bijstand
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp610 bijstandsverlening

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

410A

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeenteweg 147 en 212
  2. Wet Werk en Bijstand art. 8A

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-02-200701-01-200729-07-2010nieuwe regeling

12-12-2006

Gemeenteblad 2007-05b

7-11-2006

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand

 

De Raad van de gemeente Hoorn;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van

7 november 2006;

 

gelet op het advies van de Commissie Mens en Maatschappij van 22 november 2006;

 

gelet op de artikelen 147 en 212 van de Gemeentewet en artikel 8a van de Wet werk en bijstand;

 

overwegende dat conform artikel 8a Wet werk en bijstand met betrekking tot bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet, in het kader van het financieel beheer regels gesteld dienen te worden, welke in een verordening worden neergelegd;

 

besluit:

  • 1.

    in te trekken de Fraudeverordening WWB, in werking getreden op 1 januari 2004 en gepubliceerd op 17 februari 2004.

  • 2.

    vast te stellen de

 

Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand

 

HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 begripsbepaling

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de raad: de gemeenteraad van de gemeente Hoorn;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn;

  • c.

    de wet: de Wet werk en bijstand;

HOOFDSTUK 2 Opdracht aan het college

Artikel 2 opdracht aan het college

Het college zorgt voor de rechtmatige en doelmatige uitvoering van de wet waaronder de bestrijding van fraude en ook misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet.

HOOFDSTUK 3 Hoogwaardig handhaven

Artikel 3 preventie

  • 1.

    Om misbruik en oneigenlijk gebruik van bijstand te voorkomen en tegen te gaan verstrekt het college vroegtijdig informatie over de aan het recht op bijstand verbonden rechten en plichten alsmede over de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik van bijstand.

  • 2.

    Het college draagt zorg voor een optimale dienstverlening met het doel de nalevingbereidheid van regels onder bijstandsgerechtigden te vergroten.

Artikel 4 repressie

  • 1.

    Het college zet in op vroegtijdige detectie en afhandeling van misbruik en oneigenlijk gebruik van bijstand.

  • 2.

    Het recht op bijstand en de rechtmatigheid van de verstrekte bijstand wordt gecontroleerd door middel van onderzoeken en aan de hand van profielen en themacontroles. Hierbij wordt adequaat gebruik gemaakt van beschikbare gegevens van andere organisaties.

  • 3.

    Het college neemt in het kader van fraudebestrijding deel aan door interventieteams aangeboden projecten

  • 4.

    Misbruik en oneigenlijk gebruik wordt daadwerkelijk en consequent gesanctioneerd. Verlaging van bijstand vindt plaats zoals bepaald in de Afstemmingsverordening.

HOOFDSTUK 4 Verantwoording

Artikel 5 verantwoording

Het college informeert de gemeenteraad minimaal eenmaal per 2 jaar over de uitvoering en de resultaten op het gebied van handhaving.

HOOFDSTUK 5 Slotbepalingen

Artikel 6 hardheidsclausule

In bijzondere gevallen, wanneer onverkorte toepassing van deze verordening zou leiden tot een klaarblijkelijke hardheid op grond van specifieke individuele situaties, kan het college gemotiveerd beslissen om af te wijken van een of meer bepalingen van deze verordening.

Artikel 7 onvoorziene omstandigheden

In gevallen, de uitvoering van deze verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 8 citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Handhaving WWB".

Artikel 9 inwerkingtreding

De verordening wordt van kracht na publicatie in het Gemeenteblad en treedt (met terugwerkende kracht) in werking per 1 januari 2007.

Toelichting Verordening Handhaving WWB

Algemeen

Bij amendement van het Tweede Kamerlid Weekers is artikel 8a toegevoegd aan de wettekst van de Wet werk en bijstand (WWB). Dit artikel schrijft voor dat de gemeenteraad regels dient te stellen voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. In de toelichting bij dit amendement is verwezen naar artikel 212 van de Gemeentewet. Dit leidde tot invoering van artikel 8a WWB. Hierin is bepaald dat de gemeenteraad in een verordening uitgangspunten voor het financiële beleid en beheer stelt, waarbij aandacht moet worden besteed aan de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle. In dat kader moeten misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen een rol spelen.

Een goed handhavingsbeleid is belangrijk omdat dit voorkomt dat onterecht gemeenschapsgeld wordt uitgegeven. Als misbruik en oneigenlijk gebruik goed bestreden wordt, vergroot dit het draagvlak van de bijstandsverstrekking onder burgers.

Een goed handhavingsbeleid beperkt de uitgaven op het Inkomensdeel, zodat meer kan worden ingezet op armoedebestrijding en reïntegratie.

In het kader van effectieve fraudebestrijding is terugvordering van ten onrechte of tot een te hoog bedrag verleende bijstand belangrijk. Niet tot terugvordering overgaan, betekent een verlaging van de drempel om tot frauderen over te gaan. Frauderen mag niet lonend zijn. Bovendien komen ontvangsten uit teruggevorderde bijstand volledig ten gunste van de gemeentekas en zouden kunnen worden ingezet voor armoedebestrijding en reïntegratie. Daarnaast is terugvordering belangrijk in het kader van gelijke behandeling. Er moet worden voorkomen dat sommigen in een bevoorrechte positie raken. Terugvordering is een bevoegdheid van het college. Deze bevoegdheid en hoe hier mee om wordt gegaan is opgenomen in het debiteurenbeleid.

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

 

Betreft algemene begripsbepalingen, geen toelichting nodig.

HOOFDSTUK 2 OPDRACHT AAN HET COLLEGE

 

De verantwoordelijkheid voor een rechtmatige en doelmatige uitvoering van de Wet werk en bijstand wordt neergelegd bij het college.

HOOFDSTUK 3 HOOGWAARDIG HANDHAVEN

 

Om misbruik en oneigenlijk gebruik van bijstand te voorkomen en te bestrijden heeft de gemeente ingezet op het instrument hoogwaardig handhaven. Dit instrument bestaat uit:

  • vroegtijdig informeren

  • optimale dienstverlening

  • vroegtijdige detectie en afhandeling van fraude

  • consequente sanctionering

en draagt bij aan gelijke behandeling van alle bijstandsgerechtigden. De gemeente heeft hoogwaardig handhaven specifiek opgenomen en toegelicht in haar beleid.

Er is gekozen voor controle op maat. Er wordt gericht gecontroleerd op specifieke risicogroepen, die zijn vastgesteld aan de hand van vooraf vastgestelde profielen, waardoor efficiënte rechtmatigheidscontrole mogelijk wordt. Aan de hand van themacontroleonderzoeken kan worden ingezet op al dan niet steekproefsgewijze controles. Daarnaast blijven de periodieke inkomstenverklaring (het maandelijks rechtmatigheidsformulier) gehandhaafd (in individuele gevallen kan ontheffing van het maandelijks inleveren van deze formulieren plaatsvinden).

Ook wordt in het kader van fraudebestrijding aangesloten bij landelijke projecten (aangeboden door interventieteams).

Er zijn ten gunste van hoogwaardig handhaven coördinatoren handhaving aangesteld, die naast coördinerende taken ook ondersteunde taken hebben en verantwoordelijk zijn voor de afhandeling van fraudemeldingen en contact met de sociaal rechercheurs.

HOOFDSTUK 4 VERANTWOORDING

 

In dit hoofdstuk wordt invulling gegeven aan de aflegging van verantwoordelijkheid over het gehanteerde beleid op het gebied van handhaving van het college aan de gemeenteraad.

De gemeenteraad wordt in het kader van de controlerende functie door de kennisneming van het gevoerde beleid in staat gesteld voorstellen te doen tot verbetering of bijsturing van de kaders waarbinnen oneigenlijk gebruik en misbruik van bijstandsvoorzieningen worden bestreden.

HOOFDSTUK 5 SLOTBEPALINGEN

 

In dit hoofdstuk is de mogelijkheid om in bijzondere gevallen af te wijken van (delen van) de verordening opgenomen (doorgaans zal in die situaties alleen worden afgeweken in het voordeel van de belanghebbende).

De gemeenteraad geeft de vrijheid aan burgemeester en wethouders om te beslissen in gevallen waarin de verordening niet voorziet.