Organisatie | Landerd |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van rioolrecht 2002 |
Citeertitel | Verordening Rioolrecht 2002 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | financiën |
n.v.t.
Gemeentewet, art. 229, lid 1
Beleidsregels met betrekking tot de heffing en invordering van rioolrecht, op grond van artikel 10 van de verordening.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-12-2001 | 01-01-2003 | nieuwe regeling | 08-11-2001 Koerier, 28-11-2001 | -1.777.321/GL |
Artikel 3 Zelfstandige gedeelten
Indien gedeelten van een in artikel 2 bedoeld eigendom blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt het recht geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als een geheel worden gebruikt, deze als één eigendom worden aangemerkt.
Artikel 4 Maatstaf van heffing
Het aantal kubieke meters afvalwater wordt gesteld op het aantal kubieke meters water, dat in de laatste aan het begin van het belastingtijdvak voorafgaande verbruiksperiode naar het eigendom is toegevoerd door de NV. WOB.
Ingeval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periode van twaalf maanden, wordt de hoeveelheid water door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij die herleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend.
Het recht als bedoeld in artikel 2, eerste lid, bedraagt per maand van het belastingtijdvak bij een waterverbruik per belastingtijdvak van:
Het recht wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Deze kan worden gesteld op de afrekening van de N.V. WOB. Als dagtekening van de kennisgeving geldt in dat geval de dagtekening van de afrekening.
Als kennisgeving van voorlopig gevorderde bedragen wordt aangemerkt de voorschotnota van de N.V. WOB of de kennisgeving op andere wijze van betaling van voorschotbedragen
Artikel 8 Termijnen van betaling
Ingeval het belastingtijdvak de verbruiksperiode is, moet het voorlopig gevorderde bedrag, alsmede het definitief gevorderde bedrag worden betaald tegelijk met en op dezelfde wijze als die waarop het voorschotbedrag, onderscheidenlijk het definitieve bedrag van de afrekening van de N.V. WOB moet worden betaald.
Ingeval de rechten worden geheven bij wege van aanslag moet het bedrag, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand, die in de dagtekening van de aanslag is vermeld, en de tweede twee maanden later.
Het recht als bedoeld in artikel 2, eerste lid, wordt niet geheven ter zake van eigendommen, die in hoofdzaak worden gebruikt voor de publieke dienst van de gemeente.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van het rioolrecht.
Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel
Indien het belastingtijdvak een verbruiksperiode is en deze niet gelijk is aan het kalenderjaar, vangt in afwijking in zoverre van artikel 6, eerste lid, het eerste belastingtijdvak, waarvoor deze verordening geldt, aan op 1 januari 2002 en eindigt dat belastingtijdvak op het moment, dat de op 1 januari 2002 lopende verbruiksperiode eindigt.