Vakantieverlofregeling 2008

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder

• -

  medewerker: de ambtenaar in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR;

• -

  volledige betrekking: een betrekking waarbij de arbeidsduur maximaal 1836 uur per jaar omvat en de formele arbeidsduur 36 uur per week bedraagt (artikel 1:1 lid sub k van de CAR).

• -

  piketplicht: de mate waarin een medewerker de plicht is opgedragen om zich buiten de voor zijn betrekking geldende werktijden ter beschikking te houden, uitgedrukt in een percentage van het totaal aantal uren in een jaar minus 36 uur per week.

Artikel 2 Duur basisvakantieverlof

• Lid 1
  • a.

    Een medewerker met een volledige betrekking, met een salaris ingedeeld in salarisschaal 1 tot het maximumsalaris van schaal 9 heeft recht op 158,4 vakantie-uren per jaar.

  • b.

    Een medewerker die is ingedeeld in het maximum van salarisschaal 9 en hoger heeft recht op 165,6 vakantie-uren per jaar.

  Voor medewerkers met een deeltijd betrekking geldt een aantal uren naar rato van de deeltijdfactor.

• Lid 2

  Voor het vaststellen van het aantal vakantie-uren geldt de salarisschaal waarnaar de medewerker op 1 januari van het kalenderjaar wordt bezoldigd. Wanneer de medewerker in de loop van het jaar in dienst treedt, geldt de salarisschaal op het tijdstip van indiensttreding.

• Lid 3

  Voor de berekening van het aantal vakantiedagen wordt één werkdag bij een volledige betrekking gelijk gesteld aan 7,2 vakantie-uren. Voor deeltijdmedewerkers geldt een aantal uren naar rato van de deeltijdfactor.

• Lid 4

  Bij het opnemen van vakantieverlof wordt het aantal vakantie-uren afgeschreven, dat de medewerker op de betreffende dag(en) zou moeten werken.

Artikel 3 Verhoging basis vakantieverlof

• Lid 1

  Naast de mogelijkheid het basisverlof te verhogen op grond van artikel 3:2:1 lid 3, 4:2 lid 2, 6:2 lid 2 en 6:2:1 lid 4 van de CAR/UWO, wordt het basis vakantieverlof verhoogd afhankelijk van de leeftijd die de medewerker in het betreffende kalenderjaar bereikt.

  Deze verhoging bedraagt per leeftijdscategorie:

  a.	40 t/m 44 jaar:	7,2 uur
  b.	45 t/m 49 jaar:	14,4 uur
  c.	50 t/m 54 jaar:	21,6 uur
  d.	55 jaar en ouder:	28,8 uur.

• Lid 2

  Het basisverlof wordt op grond van artikel 6:2:1 lid 4 van de CAR/UWO verhoogd, afhankelijk van de mate waarin regelmatig en in belangrijke mate op onregelmatige uren wordt gewerkt, respectievelijk de verplichting is opgedragen om zich buiten de voor zijn betrekking geldende werktijden ter beschikking te houden.

  • a.

    Het basisverlof wordt verhoogd met 14,4 uur voor de medewerker met een toelage onregelmatige dienst van 6% of meer en voor de medewerker met een piketplicht van 20% of meer.

  • b.

    Het basisverlof wordt verhoogd met 7,2 uur voor de medewerker met een toelage onregelmatige dienst tot 6% en voor de medewerker met een piketplicht tot 20%.

  • c.

    Het basisverlof wordt, indien de medewerker zowel onregelmatig werkt als een piketplicht heeft, met 14,4 uur verhoogd.

  • d.

    De verhoging van het basisverlof wordt in het geval van een variabel rooster achteraf toegekend op basis van de feitelijk verrichte onregelmatige dienst en/of piketplicht.

Artikel 4 Compenserende garantiemaatregelen

Het basisvakantieverlof wordt verhoogd met:

• a.

  7,2 uur voor de medewerker die als voormalig medewerker van de gemeente Zwaag en Blokker per 1 januari 1979 in dienst van de gemeente Hoorn is aangesteld;

• b.

  14,4 uur voor de medewerker die voor 1 januari 1997 in dienst van de gemeente Hoorn is aangesteld.

Artikel 5 Niet verleende vakantie-uren

Indien de medewerker in een kalenderjaar zijn opgebouwde vakantie-uren geheel of gedeeltelijk niet is verleend worden deze vakantie-uren overgeboekt naar het volgende kalenderjaar.

Artikel 6 Uitbreiding lokale feestdagen

Voor zover de dienst dit toelaat wordt er naast de landelijke feestdagen: Nieuwjaarsdag, 2e Paasdag, Koninginnedag, Hemelvaartsdag, 2e Pinkersterdag en beide kerstdagen, niet gewerkt op:

• •

  Goede vrijdag

• •

  Lappendag

• •

  Bevrijdingsdag.

Artikel 7 Slotbepalingen

• Lid 1

  Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar redelijkheid voorziet, kan het college een bijzondere regeling treffen.

• Lid 2

  Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Vakantieverlofregeling 2008’ en treedt met ingang van 1 januari 2009 in werking.

• Lid 3.

  Per 1 januari 2009 komt de Vakantieverlofregeling 2006-II te vervallen.

• Lid 4

  Dit besluit wordt gepubliceerd in het gemeenteblad en het Intranet.