Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Personeelsbeoordeling 2006, regeling |
Citeertitel | Regeling personeelsbeoordeling 2006 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Schematisch overzicht personeelsbeoordeling |
Deze regeling vervangt het Reglement personeelsbeoordeling 2001.
Onbekend.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-08-2011 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 03-08-2011 De Molenkruier, 04-08-2011 | Onbekend. |
Personeelsbeoordeling 2006, regeling
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
Beslissing met rechtspositionele consequenties:een door, of namens het bevoegd gezag te nemen beslissing omtrent bevordering, verandering in de bezoldiging - anders dan die voortvloeiende uit een arbeidsvoorwaardenakkoord - of persoonlijke toelagen, her- en overplaatsing, wijziging van de aanstelling, ontslag en overige beslissingen die de rechtspositie van de ambtenaar in negatieve of positieve zin direct beïnvloeden.
De beoordeling van een ambtenaar betreft de wijze waarop deze zijn functie gedurende het beoordelingstijdvak heeft uitgeoefend, zulks tegen de achtergrond van aan de functievervulling redelijkerwijze te stellen eisen, zoals is vastgelegd in het beoordelingsformulier.
Artikel 3 Beoordelingsfrequentie
De beoordeling wordt minstens één maal per jaar uitgevoerd.
Er vindt altijd een beoordeling plaats, voordat ten aanzien van de ambtenaar een beslissing met rechtspositionele consequenties genomen wordt.
De ambtenaar kan, onder opgaaf van redenen, te allen tijde zelf om een beoordeling verzoeken.
Indien bijzondere omstandigheden dit wenselijk maken, kan de naasthogere leidinggevende de beoordelingsfrequentie wijzigen.
De naasthogere leidinggevende bepaalt, na overleg met de beoordelaar de datum en het tijdstip waarop het beoordelingsgesprek zal plaatsvinden.
Het in onder 5 genoemde tijdstip wordt ten minste twee weken van tevoren ter kennis gebracht van de te beoordelen ambtenaar.
De te beoordelen ambtenaar en de beoordelaar bepalen in overleg of de beoordelingsadviseur aanwezig zal zijn bij het beoordelingsgesprek. Dit is mogelijk tot de onder 5.1. genoemde datum.
Beoordelaar en beoordeelde kunnen gebruik maken van functionele leidinggevende(n) of informant(en) om verdere informatie ten behoeve van de beoordeling van de ambtenaar te verkrijgen.
Beoordelaar en beoordeelde bepalen in overleg wie er als informant optreedt, deze informanten dienen een functionele relatie met de te beoordelen ambtenaar te hebben;
Deze informanten kunnen zowel personen zijn die deel uitmaken van de organisatie van de gemeente Nieuwegein als personen die daar geen deel van uitmaken
Indien over het gebruik maken van informanten geen overeenstemming tussen beoordelaar en beoordeelde wordt bereikt, beslist de naasthogere leidinggevende.
Artikel 5 Conceptbeoordeling en beoordelingsgesprek
De concept-beoordeling wordt opgemaakt door de beoordelaar en deze wordt één week voor het te houden beoordelingsgesprek aan de te beoordelen ambtenaar ter hand gesteld.
In het beoordelingsgesprek wordt de concept-beoordeling toegelicht door de beoordelaar.
De te beoordelen ambtenaar wordt in de gelegenheid gesteld hierop te reageren. Zonodig kan de beoordelaar de concept-beoordeling wijzigen.
Uiterlijk een week na het beoordelingsgesprek wordt het beoordelingsformulier door de beoordelaar definitief ingevuld en aan de ambtenaar uitgereikt
Nadat het beoordelingsformulier is ingevuld, wordt dit door de beoordelaar ondertekend en door de ambtenaar voor gezien getekend.
De ambtenaar wordt in de gelegenheid gesteld, tot het tijdstip genoemd onder 7.1., zijn opmerkingen in een aparte notitie bij het beoordelingsformulier te voegen. De eerdergenoemde notitie maakt geen deel uit van de beoordeling.
Artikel 7 Voorlopige vaststelling
Het beoordelingsformulier, en eventueel de onder 6.3 genoemde notitie, worden vervolgens binnen een week aan de naasthogere leidinggevende voorgelegd.
Indien de naasthogere leidinggevende van mening is, dat de beoordeling niet overeenkomstig de bepalingen van dit reglement tot stand is gekomen, dan wel dat hij de juistheid van de beoordeling betwijfelt, bespreekt hij dit met de beoordelaar.
De naasthogere leidinggevende is bevoegd de beoordeling daarna overeenkomstig zijn bevindingen te wijzigen.
De beoordelaar bespreekt deze wijzigingen met de ambtenaar; de ambtenaar wordt in de gelegenheid gesteld opmerkingen te maken.
Vervolgens stelt de naasthogere leidinggevende de beoordeling voorlopig vast en wordt gelijktijdig een afschrift van de beoordeling aan de ambtenaar uitgereikt.
Artikel 8 Reactie van de ambtenaar op de voorlopige beoordeling
Binnen twee weken na uitreiking van het afschrift van de voorlopig vastgestelde beoordeling, deelt de ambtenaar zijn zienswijze schriftelijk mee aan de beoordelaar.
Indien de ambtenaar het met de voorlopig vastgestelde beoordeling eens is, is deze definitief vastgesteld.
Indien de ambtenaar het met de voorlopig vastgestelde beoordeling oneens is, bespreekt de beoordelaar in een gesprek met de ambtenaar, welke punten van de beoordeling leiden tot het eerder genoemde standpunt van de ambtenaar.
Indien in dit gesprek overeenstemming tussen de ambtenaar en beoordelaar wordt bereikt, wordt de voorlopige beoordeling definitief vastgesteld
Indien in dit gesprek geen overeenstemming wordt bereikt, volgt een gesprek tussen beoordelaar en de ambtenaar in aanwezigheid van de naasthogere leidinggevende.
Na het onder 5. genoemde gesprek, stelt de naasthogere leidinggevende de beoordeling definitief vast.
Tegen de beslissing van de naasthogere leidinggevende is bezwaar mogelijk bij het college, conform het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht.
In die gevallen, waarin dit reglement niet, of niet in redelijkheid, voorziet, kan het college nadere regels stellen.
Deze regeling kan worden aangehaald als de "Regeling personeelsbeoordeling 2006" en treedt in werking op de dag na de bekendmaking op de gebruikelijke manier aan de medewerkers.
Met ingang van de datum van vaststelling van dit besluit vervalt het "Reglement personeelsbeoordeling 2001".