Organisatie | Landerd |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting |
Citeertitel | Verordening Precariobelasting 1999 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | financiën |
n.v.t.
Gemeentewet, art. 228
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-12-1998 | 01-01-2000 | nieuwe regeling | 05-11-1998 Koerier, 23-12-1998 | -1.754.2/GL |
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, of of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond.
Deze belasting wordt alleen geheven ter zake van:
De precariobelasting wordt geheven van degene, die één of meer voorwerpen heeft onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, dan wel van degene ten behoeve van wie die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond worden aangetroffen.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de precariobelasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 8 Termijnen van betaling
De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijk termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand, die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.