Organisatie | Geldermalsen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Geldermalsen 2011 |
Citeertitel | Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Geldermalsen 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Laag, inkomen, klein, langdurig, lang, toeslag, extra, geld, minima, bijstand, bijstandsgerechtigde |
De regeling vervangt de Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Geldermalsen 2010
Wet werk en bijstand, art. 8, lid 1
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-06-2011 | 01-01-2009 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 31-05-2011 Gemeenteblad, 2011-15 | Raadsbesluit, 2011, 5.7d |
VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG GEMEENTE GELDERMALSEN 2011
De raad van de gemeente Geldermalsen;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 april 2011, nummer 101,
gelet op het bepaalde in artikel 8 lid 1 onderdeel d Wet werk en bijstand,
Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Geldermalsen 2011
Hoofdstuk 2. Recht op langdurigheidstoeslag
Artikel 3. Langdurig laag inkomen
Aan de in artikel 36, eerste lid, van de wet gestelde voorwaarden van het hebben van een langdurig laag inkomen is voldaan als het inkomen gedurende 36 maanden niet hoger was dan 105% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm
Artikel 4. Hoogte van de langdurigheidstoeslag
Indien een van de gehuwden op de peildatum is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag ingevolge artikel 11 of 13, eerste lid van de wet komt de rechthebbende echtgenoot in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of als alleenstaande ouder zou gelden.
Artikel 5. Onvoorziene gevallen
In de gevallen, de uitvoering van de verordening betreffende, waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.