Overheidsorganisatie | Gemeente Geldermalsen |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening Toeslagen Wet investeren in jongeren gemeente Geldermalsen 2011 |
Citeertitel | Verordening Toeslagen Wet investeren in jongeren gemeente Geldermalsen 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Bijstand, uitkering, uitkeringsgerechtigde, jongere, woonkosten, toeslag, getrouwd, gehuwdennorm, alleenstaande, |
Regeling vervangt Verordening toeslagen Wet investering in jongen gemeente Geldermalsen 2010
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-06-2011 | 01-01-2010 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 31-05-2011 Gemeenteblad, 2011-14 | Raadsbesluit, 2011, 5.7c |
VERORDENING TOESLAGEN WET INVESTEREN IN JONGEREN GEMEENTE GELDERMALSEN 2011
De raad van de gemeente Geldermalsen
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 12 april 2011, nummer 101,
gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel e, en 35, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren,
overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van jongeren van 18 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar bij verordening te regelen;,
besluit:
vast te stellen de
Verordening Toeslagen Wet investeren in jongeren gemeente Geldermalsen 2011
In deze verordening wordt verstaan onder:
de wet: de Wet investeren in jongeren;
gehuwdennorm: de norm bedoeld in artikel 28, eerste lid onderdeel d, van de wet;
college: het college van burgemeester en wethouders;
woning: een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, Wet op de
huurtoeslag, als mede een woonwagen of woonschip, als
bedoeld in artikel 3, zesde lid, Wet werk en bijstand;
woonkosten:
indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag;
Indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud;
De bepalingen van deze verordening gelden alleen voor jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar. In geval van gehuwden gelden de bepalingen van deze verordening alleen indien de gehuwden beiden 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar zijn.
1. De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm voor de jongere in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft;
2. De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm voor de jongere die met één ander zijn hoofdverblijf in dezelfde woning heeft;
3. De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de wet bedraagt 5 procent van de gehuwdennorm voor de jongere die met twee of meer anderen zijn hoofdverblijf in dezelfde woning heeft.
1. De verlaging bedoeld in artikel 31 van de wet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één ander hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben;
2. De verlaging bedoeld in artikel 31 van de wet bedraagt 15 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden die met twee of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben.
De verlaging bedoeld in artikel 32 van de wet bedraagt:
20 procent van de gehuwdennorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor de jongere geen woonkosten verbonden zijn;
10 procent van de gehuwdennorm indien geen woning bewoond wordt.
De verlaging bedoeld in artikel 33 van de wet bedraagt 20 procent van de gehuwdennorm.
1. De verlaging bedoeld in artikel 34 van de wet bedraagt:
20 procent van de gehuwdennorm indien het een jongere van 21 jaar betreft;
10 procent van de gehuwdennorm indien het een jongere van 22 jaar betreft.
2. In afwijking van lid 1 wordt de verlaging vastgesteld op de hoogte van de op grond van artikel 3 toegekende toeslag, indien deze toeslag minder bedraagt dan de verlaging waartoe toepassing van lid 1 zou leiden.
3. De vorige leden zijn niet van toepassing ten aanzien van een jongere op wie artikel 6 van toepassing is.
De toepassing van de artikelen 3 tot en met 7 geschiedt zodanig, dat de toepasselijke norm voor de jongere tenminste bedraagt:
35 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande,
55 procent van de gehuwdennorm voor een alleenstaande ouder,
65 procent van de gehuwdennorm voor gehuwden.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op die van de bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2010.
2. Met ingang van die datum wordt de Verordening toeslagen Wet investering in jongeren gemeente Geldermalsen 2010 ingetrokken.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening toeslagen Wet investeren in jongeren gemeente Geldermalsen 2011.
Aldus besloten in de openbare vergadering
Van 31 mei 2011, nummer 7c,
de griffier, de voorzitter,