Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hillegom

Toeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHillegom
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingToeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2010
CiteertitelToeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpMaatschappelijke zorg en welzijn
Externe bijlagenAlgemene toelichting Wet aanscherping Wwb 01-01-2012 Toelichting toeslagenverordening Wwb ISD Bollenstreek 2010

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Op 1 januari 2012 is de Wet aanscherping Wwb in werking getreden.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 108
  2. Gemeentewet, art. 147
  3. Wet werk en bijstand, art. 8

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201201-01-2012Intrekking

21-06-2012

Het Witte Weekblad 15-08-2012  

12-3021  
22-07-201001-07-201001-01-2012nieuwe regeling

01-07-2010

De Hillegommer 14-07-2010

10-1420  

Tekst van de regeling

Intitulé

Toeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2010

De Raad van de gemeente Hillegom,

Gelet op artikel 147, eerste lid en artikel 108, tweede lid van de Gemeentewet, artikel 8, eerste lid, onderdeel c en 30 van de Wet werk en bijstand en de gemeenschappelijke regeling van de ISD Bollenstreek,

Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van de ISD Bollenstreek d.d. 16 juni 2010.

Gezien het voorstel van het college van 15 juni 2010, nummer 1420,

Overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden van 27 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar bij verordening te regelen;

Besluit vast te stellen de volgende:

Toeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2010

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijving

1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand en de Algemene wet bestuursrecht.

2. In deze verordening wordt verstaan onder:

a. de wet: de Wet werk en bijstand

b. gehuwdennorm: de norm als bedoeld in artikel 21, onderdeel c, van de wet

c. woning: een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, Wet o de huurtoeslag, alsmede een woonwagen of een woonschip.

d. woonkosten:

1. indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs als bedoeld in de Wet op de huurtoeslag.

2. indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de ten behoeve van de financiering van de woning verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten, waarbij onder zakelijke lasten wordt verstaan: rioolrechten, het eigenaresaandeel van de onroerende zaak belasting, de brandverzekering, de opstalverzekering en het eigenaresaandeel van de waterschapslasten.

e. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst van de gemeenten Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen (ISD Bollenstreek).

 

Artikel 2 Algemene bepalingen

1. De bepalingen in deze verordening gelden alleen voor belanghebbenden van 27 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar. In geval van gehuwden gelden de bepalingen in deze verordening alleen indien beide echtgenoten 27 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar zijn.

2. De bepalingen in hoofdstuk 2 en 3 laten de toepassing van artikel 18, eerste lid, van de wet onverlet.

 

Hoofdstuk 2 Criteria voor het opleggen van toeslagen en het verlagen van de norm

Artikel 3 Alleenstaanden en alleenstaande ouders

1. De norm van de alleenstaande of alleenstaande ouder wordt verhoogd met een toeslag voor zover de belanghebbende hogere algemeen noodzakelijk kosten van het bestaan heeft dan waarin de norm voorziet als gevolg van het niet of niet geheel kunnen delen van de woonkosten met een ander.

2. De toeslag als bedoeld in het eerste lid bedraagt 20% van de gehuwdennorm voor de alleenstaande of alleenstaande ouder in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft.

3. De toeslag als bedoeld in het eerste lid bedraagt 10% van de gehuwdennorm voor de alleenstaande of alleenstaande ouder die met één of meer anderen zijn hoofdverblijf heeft in dezelfde woning.

4. Voor de toepassing van dit artikel worden de volgende personen niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft: thuisinwonende kinderen van 18 jaar of ouder die een in aanmerking te nemen inkomen hebben van ten hoogste het normbedrag voor de kosten van levensonderhoud voor hoger onderwijs, genoemd in artikel 3.18 van de Wet studiefinanciering 2000.

 

Artikel 4 Gehuwden

1. De norm van gehuwden wordt lager vastgesteld voor zover de belanghebbenden lagere algemeen noodzakelijke kosten van bestaan hebben dan waarin hun norm, voorziet als gevolg van het geheel of gedeeltelijk kunnen delen van de woonkosten met een ander.

De verlaging bedraagt 10% van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één of meer hun hoofdverblijf hebben in dezelfde woning.

2. Het vierde lid van artikel 3 is van overeenkomstige toepassing.

 

Artikel 5 Geen woonkosten

1. De norm of de toeslag wordt lager vastgesteld indien de alleenstaande, de alleenstaande ouder of de gehuwde lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft dan waarin de norm of de toeslag voorziet als gevolg van de bewoning van een woning waaraan voor die alleenstaande, alleenstaande ouder of gehuwde geen woonkosten zijn verbonden.

2. De verlaging bedoeld in het eerste lid bedraagt:

a. 10% van de gehuwdennormindien belanghebbende een (anti-)krakerswoning bewoont;

b. 20% van de gehuwdennorm indien de belanghebbende geen woonkosten is verschuldigd.

 

Artikel 6 Schoolverlaters

1. De norm of toeslag wordt lager vastgesteld voor de alleenstaande, de alleenstaande ouder of de gehuwde die recent de deelname aan onderwijs of een beroepsopleiding heeft beëindigd:

a. indien voor het onderwijs of de beroepsopleiding aanspraak bestond op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000, op een tegemoetkoming in de onderwijsbijdrage en de schoolkosten op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten.

2. Van een recente beëindiging van de deelname aan onderwijs of beroepsopleiding als bedoeld in het eerste lid is sprake zolang nog geen periode van een half jaar is verstreken, gerekend vanaf het tijdstip van die beëindiging.

3. De verlaging als bedoeld in het eerste lid bedraagt 20% van de gehuwdennorm.

 

Artikel 7 Cumulatie

De toepassing van de artikelen 3 tot en met 6 geschiedt zodanig, dat de norm voor belanghebbende tenminste bedraagt:

a. 50% van de gehuwdennorm voor een alleenstaande;

b. 70% van de gehuwdennorm voor een alleenstaande ouder;

c. 80% van de gehuwdennorm voor gehuwden.

 

Artikel 8 Uitvoering

Het dagelijks bestuur is belast met de uitvoering van het bepaalde in de artikelen 3 tot en met 7.

 

Hoofdstuk 3 Regelingen in verband met de wijzigingen in de WWB en intrekking van de WIJ per 1 januari 2012

Artikel 8a Wijziging betekenis begrippen

1. Waar in deze verordening de begrippen ‘alleenstaande’, ‘alleenstaande ouder’ en ‘gezin’ worden gebruikt, hebben deze vanaf 1 januari 2012 dezelfde betekenis als in artikel 4 van de wet.

2. Waar in deze verordening wordt gesproken over ‘gehuwde(n)’ of ‘gehuwdennorm’ hebben deze begrippen vanaf 1 januari 2012 dezelfde betekenis als ‘gezin’, bedoeld in artikel 4, respectievelijk ‘gezinsnorm’, bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de wet.

Artikel 8b Wijziging verwijzingen

Waar in deze verordening wordt verwezen naar artikel 21, onderdeel c, van de wet, moet voor die verwijzing vanaf 1 januari 2012 worden gelezen: artikel 21, eerste lid, van de wet.

Artikel 8c Intrekking WIJ

1. In afwijking van artikel 2zijn de bepalingen van deze verordening vanaf 1 januari 2012 evenzo van toepassing op personen van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar.

2. In afwijking van artikel 3 wordt aan een alleenstaande van 21 jaar geen toeslag toegekend in verband met het niet of niet geheel kunnen delen van kosten, bedoeld in artikel 25, van de wet 3.

3. In afwijking van artikel 3 wordt aan een alleenstaande van 22 jaar een toeslag toegekend van 10% van de gezinsnorm in verband met het niet of niet geheel kunnen delen van kosten, bedoeld in artikel 25, van de wet.

4. Aan het bepaalde in het tweede en derde lid wordt geen toepassing gegeven in de periode dat een verlaging in verband met schoolverlating wordt toegepast als bedoeld in artikel 28, van de wet. In afwijking van de artikelen 3 lid 4 en 4 lid 2 wordt vanaf 1 januari 2012 het inkomen van  genoemde personen ingevolge de artikelen 31 lid 2, 32 lid 2 en 32 lid 5 van de wet al dan  niet tot de middelen van het gezin gerekend.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 9 Omschrijving

Deze verordening kan worden aangehaald als: Toeslagenverordening WWB ISD Bollenstreek 2010.

 

Artikel 10 Inwerkingtreding

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2010.

2. Met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de

Bijstandsverordening WWB ISD Bollenstreek ingetrokken.

 

Vastgesteld in de vergadering van de raad van de gemeente Hillegom van 15 december 2011. De voorzitter;

J. Broekhuis

De griffier;

drs. P.M. Hulspas-Jordaan