Organisatie | Haarlem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene Subsidieverordening gemeente Haarlem ingaande 1 juni 2011 |
Citeertitel | Algemene Subsidieverordening gemeente Haarlem ingaande 1 juni 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | subsidie, procedure, termijn, meldingsplicht, hardheidsclausule |
Vervangt de regeling Algemene subsidieverordening gemeente Haarlem ingaande 1 oktober 2010
Gemeentewet, art. 149
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-06-2011 | 01-06-2011 | 19-10-2012 | Nieuwe regeling | 01-06-2011 Stadskrant 09-06-2011 | 2011/51799 |
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 2. Reikwijdte verordening
Het college kan voor specifieke (categorieën) subsidies uitvoeringsregelingen opstellen waarin de te subsidiëren activiteiten, de doelgroepen, de verdeling van de subsidie per beleidsterrein als bedoeld in lid 2. van deze verordening, de criteria voor toekenning, volumebeperkingen, maximale subsidiebedragen en overige bijzondere voorwaarden nader worden omschreven en geregeld. In deze uitvoeringsregelingen kunnen tevens aanvullende weigeringsgronden worden opgenomen alsmede afwijkende aanvraagtermijnen.
ndien het college subsidie verstrekt voor activiteiten, die mede door andere bestuursorganen worden gesubsidieerd, kan het college afwijken van de bij of krachtens deze Algemene subsidieverordening aan de subsidie te verbinden verplichtingen, voor zover dit wenselijk is met het oog op een goede afstemming met de door die andere bestuursorganen opgelegde of op te leggen verplichtingen, en daardoor het belang met het oog waarop die verplichtingen zouden moeten worden opgelegd, niet onevenredig wordt geschaad.
Artikel 3. Bevoegdheid college
Het college is bevoegd te besluiten over het verstrekken van subsidies met in achtneming van de in de gemeentebegroting opgenomen financiële middelen of het subsidieplafond en - indien de begroting nog niet is vastgesteld, dan wel goedgekeurd - onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.
HOOFDSTUK 3. AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE
Artikel 5. Bij aanvraag in te dienen gegevens
Bij een aanvraag om subsidie overlegt de aanvrager de volgende gegevens:
een begroting en dekkingsplan van de kosten van de activiteiten, waar de subsidie voor wordt aangevraagd. Het dekkingsplan bevat een opgave van bij andere bestuursorganen of private organisaties of personen aangevraagde subsidies of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;
Een verklaring van de aanvrager waarin deze stelt:
dat hij gedurende de periode waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft, voor wat betreft uit te keren loon en andersoortige beloningen als omschreven in artikel 6 van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens, de in dit artikel genoemde inkomensgrens (zijnde het gemiddelde belastbare inkomen van een Minister, ook wel Wopt-norm genoemd), als bezoldigingsmaximum in acht neemt. De inkomensgrens is ook van toepassing op eventueel extern ingehuurd interim personeel.
Ingeval aanvragen voor een jaarlijkse subsidie betrekking hebben op activiteiten met een jaarcyclus afwijkend van een kalenderjaar (vgl. bij scholen, cultuurpodia) beslist het college over de subsidieperiode tot 1 januari binnen 13 weken na ontvangst van de volledige aanvraag en over de subsidieperiode na 31 december uiterlijk 31 december van het jaar waarin de aanvraag is ingediend.
HOOFDSTUK 4. WEIGERING VAN DE SUBSIDIE
De subsidieverlening kan naast de gevallen genoemd in de Awb, in artikel 2 lid 4 van deze verordening en (eventueel) in een uitvoeringsregeling als bedoeld in artikel 2 lid 3 van deze verordening voor een specifieke categorie van subsidies, in ieder geval tevens worden geweigerd indien gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat:
Eveneens kan het college voor subsidies binnen door de raad vast te stellen
beleidsterreinen of onderdelen daarvan bepalen dat de gevraagde subsidie kan worden geweigerd of de verleende subsidie kan worden ingetrokken in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur.
Indien bij de aanvraag, of tijdens de periode van subsidieverlening blijkt dat de aanvrager loon en/of andersoortige beloningen als bedoeld in artikel 6 lid 1 van de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens verstrekt die hoger is/zijn dan de inkomensgrens genoemd in ditzelfde artikel 6 lid 1 zal de subsidieaanvraag worden afgewezen resp. zal de subsidieverlening worden ingetrokken.
HOOFDSTUK 5. VERLENING VAN DE SUBSIDIE
Indien een subsidieaanvrager voor één en hetzelfde subsidietijdvak meerdere subsidies heeft aangevraagd voor dezelfde activiteiten, worden deze subsidieaanvragen samengevoegd en afgehandeld als ware het één subsidieaanvraag voor een bedrag gelijk aan de optelsom van de subsidieaanvragen afzonderlijk.
HOOFDSTUK 6. VERPLICHTINGEN VAN DE SUBSIDIEONTVANGER
Artikel 11. Tussentijdse rapportage
Bij subsidies, hoger dan 50.000 euro en lager dan 500.000 euro, welke verleend worden voor activiteiten die meer dan een jaar in beslag nemen, kan het college de verplichting opleggen tot het tussentijds afleggen van rekening en verantwoording omtrent de verrichte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten. Een dergelijke tussentijdse verantwoording wordt niet vaker dan één keer per jaar gevraagd. Bij subsidies hoger dan 500.000 euro per jaar geldt met betrekking tot tussentijdse rapportages hetgeen staat vermeld bij artikel 17 van deze verordening.
De subsidieontvanger doet onverwijld melding aan het college, zodra aannemelijk is dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, niet of geheel niet zullen worden verricht of dat niet of geheel niet aan de aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden verplichtingen zal worden voldaan.
HOOFDSTUK 7. VERANTWOORDING EN VASTSTELLING VAN DE SUBSIDIE
Artikel 14. Verantwoording subsidies tot 5.000 euro per jaar
Bij een ambtshalve vaststelling als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, kan het college de aanvrager verplichten om op de door haar aangegeven wijze aan te tonen dat de activiteiten, waarvoor de subsidie wordt verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.
Artikel 16. Verantwoording subsidies vanaf 50.000 euro tot 500.000 per jaar
De aanvraag tot vaststelling bevat:
een controleverklaring. Blijkens deze door een accountant afgegeven controleverklaring is door de accountant gecontroleerd op de rechtmatigheid bedoeld in artikel 213 van de Gemeentewet, hetgeen inhoudt dat de subsidie is besteed voor het doel en de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend en dat de algemene subsidievoorwaarden en de voorwaarden genoemd in de verleningsbeschikking zijn nageleefd.
Artikel 17. Verantwoording subsidies vanaf 500.000,-- per jaar
Indien de subsidieverlening meer bedraagt dan 500.000 euro geldt voor de subsidieontvanger een verscherpt ambtelijk en bestuurlijk toezicht en de verplichting niet alleen na afloop van het subsidietijdvak, maar ook tussentijds rapportages aan het college te overleggen overeenkomstig de voorschriften vermeld in het besluit tot verlenen van de subsidie. Het aantal te overleggen tussentijdse rapportages is maximaal drie, afhankelijk van de vooraf door het college bepaalde risicoclassificatie van de subsidieontvanger. De subsidieontvanger is verplicht alle informatie aan het college te verstrekken die van belang is voor de vaststelling van een betrouwbare risicoclassificatie.
De aanvraag tot vaststelling bevat:
een controleverklaring. Blijkens deze door een accountant afgegeven controleverklaring is door de accountant gecontroleerd op de rechtmatigheid bedoeld in artikel 213 van de Gemeentewet, hetgeen inhoudt dat de subsidie is besteed voor het doel en de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend en dat de algemene subsidievoorwaarden en de voorwaarden genoemd in de verleningsbeschikking zijn nageleefd.
Artikel 18. Vaststelling subsidie
Indien uit de aard van de subsidie, dan wel de verantwoording daarvan, volgt dat voor de beslissing op de vaststelling van de subsidie een langere termijn nodig is dan de in het eerste lid genoemde termijn, dan bericht het college de subsidieontvanger daarvan zo spoedig mogelijk na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.
HOOFDSTUK 8. OVERIGE BEPALINGEN
Het college kan, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3 en 8 lid 1 voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit en hiervan wordt periodiek verslag gedaan aan de raad.
De Algemene subsidieverordening gemeente Haarlem ingaande 1 oktober 2010 wordt ingetrokken per 1 juni 2011.