Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Roosendaal

Regels voor het aanvragen en toewijzen van een parkeervergunning

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRoosendaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegels voor het aanvragen en toewijzen van een parkeervergunning
CiteertitelRegels voor het aanvragen en toewijzen van een parkeervergunning
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Wijzigingen per 1-1-2002 heeft betrekking op de invoering van de euro.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Parkeerverordening, art. 1,2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Voorwaarden bij een parkeervergunning

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-05-200815-03-2010art. 6 sub d

13-05-2008

Gemeenteblad 2008/25

AO

Tekst van de regeling

Intitulé

Regels voor het aanvragen en toewijzen van een parkeervergunning

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ;

 

Gelet op afdeling II van de Parkeerverordening ;

 

BESLUIT:

 

Vast te stellen de volgende:

 

Regels voor het aanvragen en toewijzen van een parkeervergunning;

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze regels wordt verstaan onder:

  • a.

    bewonersvergunning : een vergunning als bedoeld in artikel 2, lid 2, onder A, van de Parkeerverordening ;

  • b.

    bedrijfsvergunning : een vergunning als bedoeld in artikel 2, lid 2, onder B, van de Parkeerverordening ;

  • c.

    incidentele vergunning : een vergunning als bedoeld in artikel 2, lid 2, onder C, van de Parkeerverordening ;

  • d.

    sector : een gebied dat bestaat uit één of meer weggedeelte(n) dat is of die zijn aangewezen als bestemd voor het parkeren door vergunninghouders en/of voor het parkeren bij een parkeerapparatuurplaats;de sectoren zijn vastgesteld zoals aangegeven op bijlage I bij deze regels;

  • e.

    parkeerplaats op eigen terrein bij een woning: een parkeerplaats op een terrein of in een garage in eigendom bij de vergunningaanvrager dan wel verhuurd of in erfpacht uitgegeven aan de vergunningaanvrager;

    parkeerplaats op eigen terrein bij een bedrijf: parkeerfaciliteiten in eigendom van, gehuurd door, in bruikleen van of op enigerlei andere wijze al dan niet tegen betaling ter beschikking staande van het bedrijf en die uitsluitend of in overwegende mate ter beschikking staan van werknemers en/of bezoekers van het bedrijf;

  • f.

    maatgevende momenten voor bewonersvergunningen: vrijdagavond tussen 19.00 en 21.00 uur en zaterdagmiddag tussen 13.00 en 15.00 uur;

    maatgevende momenten voor bedrijfsvergunningen: maandag tot en met vrijdag om 15.00 uur;

    het onderzoek op maatgevende momenten bestaat uit minimaal één telling op genoemde tijdstippen;

Artikel 2 Algemeen

  • a.

    Voor voertuigen, die langer zijn dan 6 meter en/of hoger dan 2,5 meter worden geen vergunningen verstrekt, behoudens incidentele vergunningen;

  • b.

    Een vergunning geldt alleen voor de op de vergunning aangegeven sector;

  • c.

    De aanvraag van een parkeervergunning geschiedt door middel van het door burgemeester en wethouders vastgestelde aangiftebiljet;

Artikel 3 Bewonersvergunningen

  • a.

    De aanvrager wordt geacht te wonen waar deze volgens de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens als bewoner is ingeschreven;

  • b.

    Van lid a kan worden afgeweken, in afwachting van inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, indien een recente huur- of koopovereenkomst wordt overgelegd waaruit kan worden afgeleid dat de aanvrager voornemens is te verhuizen naar het betreffende adres;

  • c.

    Van lid a kan worden afgeweken als uit een huur- of koopovereenkomst worden afgeleid dat de aanvrager op het betreffende adres een tweede woning heeft. Hiervan kunnen daarnaast ook andere bewijsstukken worden verlangd;

  • d.

    Het motorvoertuig waarvoor de vergunning wordt aangevraagd moet op naam staan van de aanvrager. Bij de aanvraag moet een kopie van het kentekenbewijs deel II worden overgelegd.

  • e.

    Indien een vergunning wordt aangevraagd voor een lease- of bedrijfsmotorvoertuig moet een door de eigenaar ondertekende verklaring worden overgelegd, waaruit blijkt dat de aanvrager de dagelijkse gebruiker is. Indien de aanvrager, vooruitlopend op het beschikken over een lease- of bedrijfsmotorvoertuig, tijdelijk een ander voertuig tot zijn beschikking heeft, dient eveneens een door de eigenaar ondertekende verklaring te worden overlegd, waaruit blijkt dat de aanvrager de dagelijkse gebruiker is.

Artikel 4 Toewijzing bewonersvergunningen

  • a.

    Ieder huishouden komt in aanmerking voor een eerste vergunning op kenteken, met uitzondering van huishoudens die wonen of gaan wonen in een nieuwbouwplan dat vergunningplichtig is in het kader van de woningwet en waarvoor een bouwaanvraag is ingediend na 1 mei 2002. Een aanvraag van laatstgenoemde huishoudens wordt beoordeeld op basis van de criteria voor een tweede bewonersvergunning als bedoeld in dit besluit.

  • b.

    Een vergunningaanvrager komt in aanmerking voor een tweede bewonersvergunning indien de parkeerdruk in de directe omgeving (loopafstand van 200 meter) niet groter is dan 85 % op maatgevende momenten en het in de verwachting ligt, dat de parkeerdruk als gevolg van de vergunningaanvraag of andere lopende aanvragen in het gebied niet boven de 85% zal stijgen.;

  • c.

    Een vergunningaanvrager komt niet in aanmerking voor een tweede bewonersvergunning indien de parkeerdruk in de directe omgeving groter is dan 85 % op maatgevende momenten en het huishouden beschikt over parkeerruimte op eigen terrein. Ook huishoudens die wonen of gaan wonen in een nieuwbouwplan dat vergunningplichtig is in het kader van het bouwbesluit en waarvoor een bouwaanvraag is ingediend na 1 mei 2002 komen niet in aanmerking voor een tweede bewonersvergunning;

  • d.

    Indien de parkeerdruk in de directe omgeving groter is dan 85 % op maatgevende momenten en de vergunningaanvrager niet beschikt over parkeerruimte op eigen terrein komt hij/zij in aanmerking voor een tweede (of volgende) vergunning in een andere sector dan die waarin hij/zij woonachtig is;

  • e.

    Bij onvoldoende parkeerruimte in een sector wordt een wachtlijst aangelegd voor de betreffende sector. De onder c en d van dit artikel genoemde vergunningaanvragers kunnen op de wachtlijst worden geplaatst;

  • f.

    Op één bewonersvergunning kunnen maximaal twee kentekens worden vermeld;

  • g.

    Indien een bewoner aannemelijk maakt veelvuldig van wisselende motorvoertuigen gebruik te maken, er een vergunning worden verstrekt met een dummy kenteken;

Artikel 5 Bedrijfsvergunningen

  • a.

    Onder beroep of bedrijf wordt in ieder geval verstaan naamloze vennootschap, besloten vennootschap, vennootschap onder firma, commanditaire vennootschap, maatschap, eenmanszaak, vrij beroep, overheidsinstelling, vereniging en stichting;

  • b.

    Beroepen of bedrijven worden beschouwd als één beroep of bedrijf en derhalve als één aanvrager, indien zij op hetzelfde adres gevestigd zijn.

    Hiervan wordt alleen afgeweken, indien de aanvrager door middel van overlegging van bewijsstukken aantonen dat materieel sprake is van meerdere zelfstandige beroepen of bedrijven. De volgende criteria zijn daarbij onder meer van belang:

    • -

      staat het beroep of bedrijf, met vermelding van het uitgeoefende beroep of bedrijf, zelfstandig ingeschreven op het adres in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, het Register voor Verenigingen of Stichtingen, of een beroepsvereniging;

    • -

      heeft aanvrager een zelfstandig huur- of koopcontract terzake van het betreffende adres;

    • -

      hebben de beroepen of bedrijven elk verschillende directeuren, bewindvoerders en werknemers;

    • -

      hanteren de beroepen of bedrijven elk een eigen doelstelling, naam, telefoonnummer en briefpapier;

  • c.

    Een aanvrager die een beroep of bedrijf aan huis uitoefent, kiest op voorhand of voor een bewonersvergunning of voor een bedrijfsvergunning. De aanvrager die in een door hemzelf bewoond pand, een beroep of bedrijf uitoefent en ten minste 2 fulltime medewerkers in dienst heeft, heeft recht op één bewonersvergunning en ten minste één bedrijfsvergunning.

  • d.

    Het aanvragen van een bedrijfsvergunning geschiedt door de werkgever; een werknemer niet zelfstandig een vergunning aanvragen c.q. verkrijgen;

Artikel 6 Toewijzing bedrijfsvergunningen

  • a.

    In de categorie detailhandel/winkels wordt één vergunning verstrekt per zeven fulltime op de betreffende vestiging werkzame werknemers en in de categorie kantoren/bedrijven wordt één vergunning verstrekt per vier fulltime op de betreffende vestiging werkzame werknemers, volgens onderstaande tabel:

Detailhandel

Kantoren

Aantal f.t.e.’s

Aantal vergunningen

Aantal f.t.e.’s

Aantal vergunningen

1 t/m 7

1

1 t/m 4

1

8 t/m 14

2

5 t/m 8

2

15 t/m 21

3

9 t/m 12

3

22 t/m 28

4

13 t/m 16

4

29 t/m 35

5

17 t/m 20

5

36 t/m 42

6

21 t/m 24

6

43 t/m 49

7

25 t/m 28

7

50 t/m 56

8

29 t/m 32

8

enzovoort

 

enzovoort

 

  • b.

    Ieder beroep of bedrijf komt ten minste in aanmerking voor één vergunning;

  • c.

    In afwijking van het bepaalde onder a worden de tweede tot en met de vijfde vergunning geweigerd indien de parkeerdruk in de betreffende sector gelijk is aan of hoger is dan 85 %. De zesde en volgende vergunningen worden slechts verleend indien de resultaten van een, op basis van het ASVV 1996 (CROW), voor het bedrijf uit te voeren parkeerbalans dit toelaat.

  • d.

    In afwijking van het bepaalde onder a het college besluiten om extra parkeervergunningen toe te kennen in het geval:

    • -

      er sprake is van een nieuwbouwsituatie en;

    • -

      er als onderdeel van de nieuwbouw openbare parkeerplaatsen worden gerealiseerd en;

    • -

      er wordt voldaan aan de gemeentelijke parkeernormen

  • e.

    Er wordt onderscheid gemaakt tussen vijfdaagse bedrijfsvergunningen, geldig van maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot 18.30 uur, en zesdaagse bedrijfsvergunningen, geldig van maandag tot en met donderdag van 9.00 uur tot 18.30 uur, vrijdag van 9.00 uur tot 21.00 uur en zaterdag van 9.00 uur tot 17.00 uur.De vijfdaagse vergunninghouders kunnen een plaatstoewijzing krijgen in sector I, op de daartoe aangewezen plaatsen.De zesdaagse vergunningen worden toegewezen in een andere sector dan sector 1, op de daartoe aangewezen plaatsen;

  • f.

    Aan bedrijven buiten sector 1 worden de vergunningen toegewezen in de sector waarin zij gevestigd zijn;

  • g.

    Van het bepaalde onder d kan worden afgeweken indien een zesdaagse vergunninghouder redelijkerwijs aantonen dat het parkeren van zijn motorvoertuig(en) in de directe omgeving van zijn bedrijf noodzakelijk is. Hierbij onder meer van belang zijn de frequentie van het autogebruik, het gewicht van de te vervoeren goederen en de bederfelijkheid van de te vervoeren goederen;

  • h.

    Van het bepaalde onder d worden afgeweken indien de parkeerdruk in sector 1 op maatgevende momenten groter is dan 85 %. In dat geval een vijfdaagse bedrijfsvergunning worden toegewezen in een andere sector;

 

Deze regels kunnen worden aangehaald als “Regels voor het aanvragen en toewijzen van een parkeervergunning”.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente , d.d. 7 december 1999;

de secretaris, de burgemeester,