Organisatie | Leiden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Deelverordening amateurkunst subsidies 2007-2008 |
Citeertitel | Deelverordening amateurkunst subsidies |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Algemene subsidieverordening gemeente Leiden 2005
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-06-2007 | 01-01-2007 | 31-12-2008 | nieuwe regeling | 15-05-2007 Stadsblad, 01-06-2007 | RV 07.0049 |
HOOFDSTUK I DEFINITIES EN ALGEMENE BEPALINGEN
Voor de toepassing van deze deelverordening wordt verstaan onder:
amateurkunst: het beoefenen van kunst in zijn verschillende uitingsvormen, in groepsverband en op niet professionele basis; dit impliceert dat de deelnemers uit hoofde van deze activiteit geen presentiegeld of andere vergoedingen anders dan een onkostenvergoeding op declaratiebasis ontvangen;
Werkgroep Amateurkunst (WAK): de Leidse koepelorganisatie ten dienste van de sector amateurkunst;
instelling: een in Leiden gevestigde vereniging, stichting of groep personen die zich, blijkens de statuten en feitelijke werkzaamheden, de amateurkunst ten doel stelt;
werkvormoverleg: een organisatie die optreedt als representatief overlegorgaan en belangenbehartiger voor bij haar aangesloten instellingen in één of meer werkvormen van de amateurkunst;
deelnemer: aan een instelling op het gebied van de amateurkunst, verbonden natuurlijk persoon, die door een contributiebijdrage en door deelname aan activiteiten zich aan de instelling verbindt;
werkvormen: de verschillende verschijningsvormen van de amateurkunst;
instandhoudingssubsidie: een per werkvorm vastgestelde algemene subsidie ter tegemoetkoming in de vaste lasten van een instelling;
jeugd(leden)subsidie: extra instandhoudingssubsidie voor (jeugd)leden van instellingen;
uitvoeringssubsidie: subsidie in (een deel van) het nader gespecificeerde tekort van door de instellingen gehouden openbare optredens.;
huurkostensubsidie: extra uitvoeringssubsidie voor optredens in de Stadsgehoorzaal of de Leidse Schouwburg.
aanmoedigingssubsidie: een incidentele subsidie ter tegemoetkoming van de vaste lasten dan wel kosten voor een uitvoering van een instelling die nog niet tot de deelverordening is toegelaten.
openbaar optreden: een optreden op Leids grondgebied dat al dan niet tegen betaling voor iedereen toegankelijk is en dat als zodanig van te voren publiekelijk wordt aangekondigd.
richtbedrag: standaard subsidiebedrag waarop op grond van dreigende overschrijding van het subsidieplafond een korting kan worden toegepast.
egalisatiereserve: financiële reserve waaruit kan worden geput indien korting van de richtbedragen plaatsvindt.
Bij de inwerkingtreding van deze deelverordening worden geacht tot de regelingen voor instandhoudings- en uitvoeringssubsidie als bedoeld in deze deelverordening te zijn toegelaten:
Frits Landesbergen Big Band, Leiden Sinfonietta, Klarinetensemble Lignum Leiden/Stichting de Grenzeloze Klarinet, Toonkunstorkest Leiden, Blokfluitensemble Praetorius, Zigeunerorkest Csárdás.
B. HARMONIE, (DRUM)FANFARES, BRASSBAND, SHOWKORPSEN
Drumfanfare Amigo Leiden, Con Fuoco Drum & Bugle Corps, Concordia, De Burcht, Drumfanfare FBL, K & G, Leidse Harmoniekapel, Nieuw Leven, Trommelgroep West Nederland, Werkmans Wilskracht.
Arnold Schönberg Kamerkoor, C.O.V. Con Amore, Stichting Couleur Vocale, C.O.V. Ex Animo, Kamerkoor Akkoord, Stichting Capella Vocale, Eurokoor Nederland, Kamerkoor Hathor, Interkerkelijk Gospelkoor Dabar, Leiden English Choir, Kamerkoor Het Zingend Hart, Leids Vocaal Ensemble, Kamerkoor Lingua Musica, Leids Projectkoor, Klein Leids Liederen Koor, Schola Gregoriana Leithonensis, Toonkunstkoor Leiden e.o., Viswijvenkoor, R.C.M. Vox Humana, William Byrd Vocaal Ensemble.
Theatergroep Paradox (onder voorbehoud van advies WAK), Toneelgroep Imperium, Litteris Sacrum, Ploef, Timdelerclub, Tot Ieders Genoegen, Toneelfabriek, Toneelvereniging Al Dente. Stichting Triade Musical Productions.
Heavy Metol, The Kopergirls, Ons Buiten.
H. VERNIEUWENDE THEATERGROEPEN
Kindertheater Splinter, Ins Blau, Kindertoneelgroep Pats (onder voorbehoud van advies WAK), PLOT, Toch Theater.
I. FOTO-, FILM- EN VIDEOVERENIGINGEN
Voor de geldingsduur van deze deelverordening hebben de volgende, niet in lid 1 van dit artikel opgenomen, instellingen de mogelijkheid om bij Burgemeester en Wethouders van Leiden uitvoeringssubsidie aan te vragen: Collegium Musicum, de Leidse Amateurfotografen Vereniging en het Comité Leidse Korendag voor Ouderen.
Burgemeester en Wethouders van Leiden kunnen, wanneer zich een instelling aanmeldt voor toelating tot de deelverordening, onverlet de geldigheidsduur van de deelverordening, gehoord het advies van de WAK, besluiten de aanvrager tot de deelverordening toe te laten. Hierbij gelden de volgende criteria. De instelling dient:
een minimaal aantal deelnemers hebben van: 6 deelnemers voor toneelverenigingen;16 deelnemers voor koren; 20 deelnemers voor harmoniekorpsen, drumfanfares en brassbands; 8 deelnemers voor drumbands; 15 deelnemers voor orkesten; 18 deelnemers voor operetteverenigingen; 10 deelnemers voor volksdansverenigingen (demonstratiegroepen); 25 deelnemers voor volksdansverenigingen (overige); 3 deelnemers voor vernieuwende theatergroepen; 13 deelnemers voor majoretteverenigingen; 10 deelnemers voor foto-, video- en popmuzikantenverenigingen;
Artikel 3: Nadere bepalingen omtrent toelating en subsidiëring
Niet voor subsidiëring in het kader van de deelverordening komen in aanmerking: kerkkoren, onder studentenorganisaties vallende instellingen en instellingen waarvan de financiële ondersteuning behoort tot de zorg van overheden, waaronder de gemeente Leiden, de Universiteit Leiden en/of van het bedrijfsleven.
Op grond van de jaarlijkse subsidie-afrekeningen en –aanvragen van de toegelaten instellingen zal jaarlijks worden beoordeeld of deze instellingen hebben voldaan c.q. voldoen aan de bepalingen van deze Deelverordening. Deze beoordeling vindt plaats door de Dienst Cultuur en Educatie en wordt schriftelijk ter kennis gebracht van de WAK, vergezeld van een overzicht van verstrekte instandhoudings- en uitvoeringssubsidies en de egalisatiereserve.
Artikel 4: Subsidiemogelijkheden van nog niet tot de deelverordening toegelaten instellingen
Aan een instelling die zich heeft aangemeld voor toelating tot de deelverordening, maar die nog niet voldoet aan voorwaarden van artikel 2 lid 3, kan door Burgemeester en Wethouders van Leiden, gehoord het advies van de WAK, binnen de in Hoofdstuk II opgenomen richtbedragen en subsidiebepalingen voor instandhoudingssubsidies, een aanmoedigingssubsidie worden toegekend.
Aan een niet tot de deelverordening toegelaten instelling die voor een eenmalige openbare activiteit een subsidie aanvraagt kan door Burgemeester en Wethouders van Leiden een aanmoedigingssubsidie in het tekort van de kosten van de activiteit worden verstrekt, binnen de normbedragen en subsidiebepalingen vastgelegd in hoofdstuk III worden vastgesteld.
De in hoofdstuk I genoemde instellingen dienen hun instandhoudingssubsidie elk jaar opnieuw aan te vragen. Daartoe wordt hen voor of uiterlijk op 1 januari het betreffende formulier door de dienst Cultuur en Educatie toegezonden. Met dien verstande dat wanneer het bedoelde formulier om welke reden dan ook niet wordt ontvangen, de verenigingen desondanks gehouden zijn het formulier, verkrijgbaar bij de dienst Cultuur en Educatie, voor of uiterlijk 1 maart van het betreffende jaar bij de dienst Cultuur en Educatie in te leveren. Met het aanvraagformulier voor instandhoudingssubsidie en jeugd(leden)subsidie moet ook de ledenlijst van de instelling, met als peildatum 1 januari van het betreffende jaar, worden meegezonden. De ledenlijst dient de NAW-gegevens (naam, adres en woonplaats) en de geboortedata te bevatten.
De richtbedragen voor instandhoudingssubsidies in de periode 2007 tot en met 2009 voor de verschillende werkvormen bedragen:
Een jaarlijkse bijdrage van € 955,= voor reguliere volwassenenorkesten, € 1.910,= voor jeugdorkesten en een percentage van € 955,=, berekend naar rato van het aantal oefenweken per jaar, met een maximum van 32 weken per jaar, voor projectorkesten.
B. HARMONIE- EN FANFARE, BRASSBANDS EN SHOWKORPSEN
Voor muziekverenigingen een jaarlijkse bijdrage van € 955,=, vermeerderd met een bijdrage van € 12,90 per lid. Onder lid wordt verstaan een spelend lid en/of een lid van de bij de muziekvereniging behorende majorettegroep.
Een jaarlijkse bijdrage van € 852,= voor reguliere koren en een percentage van € 852,=, berekend naar rato van het aantal oefenweken per jaar, met een maximum van 32 weken per jaar, voor projectkoren.
Voor operettegezelschap Crescendo een jaarlijkse bijdrage van € 1.941,=.
Een jaarlijkse bijdrage van € 852,=.
Een jaarlijkse bijdrage van € 852,=.
Een basissubsidie van € 335,= per jaar, vermeerderd met € 12,90 per lid per jaar.
H. DIVERSE MUZIEKGROEPEN (VTV/Centrum Club 58, Sempre Avanti)
Een jaarlijkse bijdrage van € 1.058,=.
I. VERNIEUWENDE THEATERGROEPEN
Een jaarlijkse bijdrage van € 568,=.
Voor jeugdleden van instellingen wordt een aanvullende instandhoudingssubsidie beschikbaar gesteld van € 25,80 per actief jeugdlid onder de 18 jaar, per jaar. De jeugdsubsidie dient te worden gebruikt voor extra activiteiten ten behoeve van de jeugdleden. De instellingen dienen jaarlijks door middel van een inhoudelijk en financieel verslag verantwoording af te leggen over de besteding van de jeugdsubsidie. Niet gebruik kunnen maken van de aanvullend instandhoudingssubsidie zijn de jeugdorkesten in categorie A.
De in hoofdstuk I genoemde instellingen dienen hun uitvoeringssubsidie elk jaar opnieuw aan te vragen. Hiervoor moet een bij de dienst Cultuur en Educatie van de gemeente Leiden verkrijgbaar aanvraagformulier worden ingevuld, dat uiterlijk 1 maart van het betreffende jaar bij de dienst Cultuur en Educatie van de gemeente Leiden dient te zijn ingeleverd.
Bij gebruik van de Stadsgehoorzaal en/of de Leidse Schouwburg door amateurverenigingen zullen de in dit artikel genoemde richtbedragen, bij wijze van aanvullende subsidie in de kosten van de huur, verhoogd worden met een richtbedrag van € 516,= op de dag van de uitvoering alsmede de dag van de generale repetitie tot een richtbedrag van maximaal € 1.549,= per jaar.
Verenigingen die aan een nationaal of internationaal concours deelnemen komen in aanmerking voor een subsidie van maximaal € 516,-. Wanneer tijdens een dergelijk concours een eerder behaalde nationale of internationale titel moet worden verdedigd, bedraagt het te verlenen subsidie maximaal € 1.033,-.
De instellingen waaraan een uitvoeringssubsidie is toegekend dienen verantwoording af te leggen over de besteding van de subsidie. Hiervoor moet een bij de dienst Cultuur en Educatie van de gemeente Leiden verkrijgbaar formulier ‘Jaaropgaaf’ worden ingevuld, dat uiterlijk 1 maart van het jaar volgend op het subsidiejaar bij de dienst Cultuur en Educatie van de gemeente Leiden dient te zijn ingeleverd.
Ook in die gevallen waarin de organisatie wegens het positief sluiten van de begroting geen beroep zal doen op gemeentelijke uitvoeringssubsidie, doch wel verplicht is jaarlijks een uitvoering in het openbaar op Leids grondgebied te verzorgen, dient in de jaaropgaaf verantwoording te worden afgelegd met betrekking tot de door de organisatie gerealiseerde uitvoering(en).
Indien blijkt dat bij twee of meer instellingen binnen een werkvorm voor een belangrijk deel dezelfde deelnemers zijn betrokken en de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd in hoge mate met elkaar overeenkomen, kunnen Burgemeester en Wethouders van Leiden bepalen, dat de betreffende instellingen gezamenlijk slechts éénmaal gebruik maken van de in de deelverordening genoemde subsidiemogelijkheden.
Burgemeester en Wethouders van Leiden kunnen een of meer bepalingen van deze deelverordening, waarin voorwaarden en/of verplichtingen aan instellingen worden opgelegd, in incidentele gevallen, na overleg met de WAK, niet van toepassing verklaren. Indien Burgemeester en Wethouders van Leiden van deze bevoegdheid gebruik maken, doen zij hiervan gemotiveerd schriftelijk mededeling aan de betreffende instelling.
Een instelling die voornemens is zich in de loop van het boekjaar op te heffen en/of zijn activiteiten niet voort te zetten, dient Burgemeester en Wethouders van Leiden onmiddellijk van deze voornemens schriftelijk op de hoogte te stellen. Een dergelijke instelling wordt dan in afwijking van Hoofdstuk I niet meer beschouwd als toegelaten tot de deelverordening.
Wanneer zou blijken dat een vereniging op grond van het niet of onvoldoende nakomen van de bepalingen in deze deelverordening niet in aanmerking komt voor een subsidie in het betreffende jaar dan zal de vereniging gedurende het restant van de driejarige looptijd van de deelverordening toch als een toegelaten instelling worden beschouwd, tenzij de WAK, gevraagd of ongevraagd, zou adviseren om de toelating tussentijds op te heffen. De gemeente behoudt zich daarbij het recht voor niet gebruikte of ten onrechte gebruikte subsidiegelden terug te vorderen.