Organisatie | Pijnacker-Nootdorp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening leerlingenvervoer gemeente Pijnacker-Nootdorp 2011 |
Citeertitel | Verordening leerlingenvervoer gemeente Pijnacker-Nootdorp 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Beleidsregels Leerlingenvervoer gemeente Pijnacker-Nootdorp 2011
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-12-2011 | 12-06-2013 | 1e wijziging: art. 5 | 22-12-2011 Telstar, 29-12-2011 | 11INT00477h | |
07-07-2011 | 30-12-2011 | nieuwe regeling | 26-05-2011 Telstar; 06-07-2011 | 2011.06559 |
De raad van de gemeente Pijnacker-Nootdorp;
gezien het voorstel van het college van 12 april 2011;
gelet op: artikel 4 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 4 van de Wet op de expertisecentra en artikel 4 van de Wet op het voortgezet onderwijs;
Artikel 1 - Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
een basisschool of speciale school voor basisonderwijs als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs (Stb. 1998, 495);
een school voor speciaal onderwijs of speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in de Wet op de expertisecentra (Stb. 1998, 496);
een school voor voortgezet onderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs (Stb. 1998, 512);
vervoer: openbaar vervoer, aangepast vervoer of eigen vervoer tussen de woning dan wel de opstapplaats en de school dat plaatsvindt in aansluiting op het begin en einde van de schooldag volgens de schoolgids, tenzij de structurele handicap van een leerplichtige leerling die aansluiting onmogelijk maakt;
reistijd: de totale tijdsduur die ligt tussen het verlaten van de woning en de aanvang van de schooldag volgens de schoolgids, minus maximaal 10 minuten indien en voor zover de leerling het schoolgebouw met bijbehorend terrein gewoonlijk eerder bereikt dan de schoolgids aangeeft, dan wel de totale tijdsduur die ligt tussen het einde van de schooldag volgens de schoolgids, een eventuele wachttijd, en de aankomst bij de woning;
voor wat betreft basisscholen en speciale scholen voor basisonderwijs: de basisschool van de verlangde godsdienstige of levensbeschouwelijke richting dan wel de openbare school of de speciale school voor basisonderwijs waarop de leerling is aangewezen van de verlangde godsdienstige of levensbeschouwelijke richting dan wel de openbare school;
commissie voor de begeleiding: de commissie die is ingesteld door het bevoegd gezag van een school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra, niet zijnde een instelling, of de bevoegde gezagsorganen van twee of meer scholen als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra, niet zijnde instellingen, die hetzelfde regionaal expertisecentrum in stand houden;
permanente commissie leerlingenzorg: de commissie als bedoeld in artikel 23 van de Wet op het primair onderwijs;
samenwerkingsverband: het samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 18 van de Wet op het primair onderwijs;
regionale verwijzingscommissie: de commissie als bedoeld in artikel 10 g van de Wet op het voortgezet onderwijs;
opdc: orthopedagogisch en -didactisch centrum als bedoeld in de artikel 10h, derde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs;
ambulante begeleiding: de begeleiding door een personeelslid van een school of instelling als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra van leerlingen die zijn geplaatst op een basisschool of leerlingen die zijn geplaatst op een school voor voortgezet onderwijs en naar het oordeel van het bevoegd gezag zonder die begeleiding zouden zijn aangewezen op het speciaal onderwijs of het voortgezet speciaal onderwijs;
commissie voor de indicatiestelling: de commissie als bedoeld in artikel 28 c van de Wet op de expertisecentra;
Artikel 2 - Bekostiging van de door burgemeester en wethouders noodzakelijk te achten vervoerskosten
Indien burgemeester en wethouders toepassing geven aan het eerste lid, verlangen zij dat de ouders aan wie slechts een gedeeltelijke bekostiging van de vervoerskosten toekomt, hun kinderen van het aldus verzorgde vervoer gebruik laten maken tegen betaling van een bijdrage tot ten hoogste het bedrag dat de ouders ingevolge het bepaalde in deze verordening moeten bijdragen aan de kosten van het vervoer. Weigering tot of nalatigheid in de betaling van de in de vorige volzin bedoelde bijdrage doet de aanspraak op bekostiging vervallen.
Artikel 3 - Bekostiging naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school
Een bekostiging van de vervoerskosten wordt toegekend over de afstand tussen de woning dan wel de opstapplaats en de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school, tenzij vervoer naar een verder weggelegen school voor de gemeente minder kosten met zich mee zou brengen en de ouders met het vervoer naar die school schriftelijk instemmen.
Indien ouders een bekostiging van de vervoerskosten aanvragen voor het bezoeken van een school, die op grotere afstand van de woning is gelegen dan in artikel 8 of 13 is bepaald, terwijl een of meer scholen van dezelfde onderwijssoort dichterbij de woning zijn gelegen, ontstaat slechts aanspraak op een bekostiging naar eerstgenoemde school als door de ouders schriftelijk wordt verklaard dat zij overwegende bezwaren hebben tegen het openbaar onderwijs dan wel tegen de richting van het onderwijs van alle bijzondere scholen, van de soort waarop de leerling is aangewezen, die dichterbij de woning zijn gelegen.
Artikel 4 - Uitbetaling van de bekostiging
Burgemeester en wethouders bepalen bij het verstrekken van bekostiging van de vervoerskosten de wijze en het tijdstip van de uitbetaling, alsmede de tijdsduur van de bekostiging, met dien verstande dat de tijdsduur, indien dit mogelijk is, voor meerdere jaren of de hele schoolperiode wordt vastgesteld. Burgemeester en wethouders stellen hiertoe nadere regels vast.
Artikel 6 - Wijzigingen, opschorten en intrekken vervoersvoorziening
Indien de ouders niet voldoen aan het bepaalde in het eerste lid, en burgemeester en wethouders een wijziging als bedoeld in het tweede lid vaststellen, waardoor blijkt dat ten onrechte bekostiging is verstrekt, vervalt de aanspraak op bekostiging van de vervoerskosten terstond en verstrekken burgemeester en wethouders al dan niet opnieuw bekostiging van de vervoerskosten.
De vervoersvoorziening kan worden gewijzigd, opgeschort of ingetrokken indien de bij de aanvraag verstrekte gegevens zodanig onjuist of onvolledig blijken, dat er op de aanvraag een andere beslissing zou zijn genomen als bij de beoordeling van de aanvraag de juiste omstandigheden volledig bekend waren geweest.
In geval van ernstig wangedrag door de leerling gedurende het verblijf in het aangepast vervoer, kunnen burgemeester en wethouders besluiten de verstrekte bekostiging van de vervoerskosten te wijzigen, op te schorten dan wel in te trekken. Burgemeester en wethouders stellen hiertoe nadere regels vast.
Titel 2 - Bepalingen omtrent het vervoer van de niet-gehandicapte leerlingen van scholen voor primair onderwijs
Artikel 8 - Algemene bepalingen omtrent het vervoer van de niet-gehandicapte leerlingen van scholen voor primair onderwijs
Indien burgemeester en wethouders de gevraagde bekostiging niet of slechts gedeeltelijk toekennen, betrekken zij bij de beoordeling van de aanvraag voor een bekostiging eventuele (vervoers)adviezen van de permanente commissie leerlingenzorg of het advies van andere deskundigen die voor de beoordeling van die aanvraag van belang zijn.
Artikel 9 - Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets
In afwijking van het eerste lid, maar onverminderd het bepaalde in artikel 8 eerste lid verstrekken burgemeester en wethouders de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets (op basis van de Reisregeling Binnenland), indien de leerling naar het oordeel van burgemeester en wethouders, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets.
Artikel 10 - Bekostiging van de kosten van vervoer ten behoeve van een begeleider
Indien aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 9, bekostigen burgemeester en wethouders tevens de daarin bedoelde vervoerskosten ten behoeve van een begeleider, indien de leerling nog niet in groep 8 zit en door de ouders ten behoeve van burgemeester en wethouders genoegzaam wordt aangetoond dat de leerling niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer of de fiets gebruik te maken.
Artikel 12 - Bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten, kunnen burgemeester en wethouders de ouders op aanvraag toestaan één of meer leerlingen zelf te vervoeren of te laten vervoeren. Burgemeester en wethouders kunnen in plaats daarvan besluiten een bekostiging te verstrekken voor een wijze van vervoer die goedkoper is.
Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, bekostigen burgemeester en wethouders aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren, dan wel laten vervoeren, een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de kortste route voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en burgemeester en wethouders desgewenst toestaan, dan wel van oordeel zijn, dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets, bekostigen burgemeester en wethouders aan de ouders een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.
Titel 3 - Bepalingen omtrent het vervoer van de leerlingen van scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs.
Artikel 13 - Algemene bepalingen
Met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 geldt voor de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs uit cluster 4 bezoekt als dichtstbijzijnde toegankelijke school, de school die door de commissie voor de indicatiestelling is geadviseerd. Dit is van toepassing zolang de leerling zijn woonplaats heeft in het gebied van het regionale expertisecentrum waaraan voornoemde commissie is verbonden.
Indien burgemeester en wethouders de gevraagde bekostiging niet of slechts gedeeltelijk verstrekken, betrekken zij bij de beoordeling van de aanvraag voor een bekostiging eventuele (vervoers)adviezen van de commissie voor de begeleiding of het advies van andere deskundigen die voor de beoordeling van die aanvraag van belang zijn.
Artikel 14 - Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets
In afwijking van een bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer verstrekken burgemeester en wethouders de ouders een bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets dan wel bromfiets (op basis van de Reisregeling Binnenland), indien de leerling naar het oordeel van burgemeester en wethouders, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets. Deze bekostiging is ten hoogste gelijk aan de kosten voor het openbaar vervoer.
Artikel 15 - Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer ten behoeve van een begeleider
Indien aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 14, bekostigen burgemeester en wethouders tevens de daarin bedoelde vervoerskosten ten behoeve van een begeleider, indien door de ouders ten behoeve van burgemeester en wethouders genoegzaam wordt aangetoond dat de leerling, gelet op zijn lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap of leeftijd, niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer of de fiets gebruik te maken.
Artikel 17 - Bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten, kunnen burgemeester en wethouders de ouders op aanvraag toestaan één of meer leerlingen zelf te vervoeren of te laten vervoeren. Burgemeester en wethouders kunnen in plaats daarvan besluiten een bekostiging te verstrekken voor een wijze van vervoer die goedkoper is.
Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, verstrekken burgemeester en wethouders aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren, dan wel laten vervoeren, bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de kortste route voor de auto, afgeleid van de Reisregeling Binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en burgemeester en wethouders desgewenst toestaan, dan wel van oordeel zijn, dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets, verstrekken burgemeester en wethouders aan de ouders bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets dan wel bromfiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.
Artikel 18 - Bekostiging vervoerskosten
Burgemeester en wethouders verstrekken eveneens bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt, in het geval de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school minder bedraagt dan is bepaald in artikel 13, indien burgemeester en wethouders van oordeel zijn dat de lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke handicap van de leerling dat vereist.
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten als bedoeld in artikel 14, 15, 16, 17 of 18, bekostigen burgemeester en wethouders tevens de vervoerskosten over de afstand tussen de woning danwel de opstapplaats en de stageplek die gelegen is tussen de woning en de school. Van stage is sprake, indien deze blijkt uit een stage-overeenkomst en de stage deel uitmaakt van de schoolgids en het lesprogramma van de school. Burgemeester en wethouders stellen hiertoe nadere regels vast.
Titel 4 - Bepalingen omtrent weekeinde- en vakantievervoer
Artikel 20 - Bekostiging kosten weekeinde- en vakantievervoer aan de in de gemeente wonende ouders
Burgemeester en wethouders bekostigen desgewenst de kosten van het weekeinde- en vakantievervoer aan de in de gemeente wonende ouders van de leerling die, met het oog op het volgen van voor hem passend (voortgezet) speciaal onderwijs in een internaat of pleeggezin verblijft, volgens het bepaalde in deze Titel.
Artikel 21 - Bekostiging weekeinde- en vakantievervoer
Burgemeester en wethouders verstrekken aan de ouders bekostiging van de kosten van het weekeinde vervoer van de leerling voor de, eenmaal per weekeinde gemaakte, reis van het internaat of het pleeggezin waar de leerling verblijft, naar de woning van de ouders en terug, voorzover de weekeinden niet vallen binnen de in het tweede lid bedoelde schoolvakanties.
Burgemeester en wethouders bekostigen de kosten van het vakantievervoer van de leerling voor de, eenmaal per schoolvakantie van twee dagen of meer, gemaakte reis van het internaat of het pleeggezin waar de leerling verblijft, naar de woning van de ouders en terug, voorzover de vakantie voorkomt in de schoolgids van de school die de leerling bezoekt.
Titel 5 - Eigen bijdrage en bekostiging naar financiële draagkracht
Aan de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs of een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, van wie het inkomen tezamen meer bedraagt dan € 23.400,--, wordt slechts bekostiging verstrekt voorzover de kosten van het vervoer van die leerling de kosten van het openbaar vervoer over de in artikel 8 bepaalde afstand te boven gaan.
In geval burgemeester en wethouders in plaats van bekostiging in geld te verstrekken het vervoer zelf verzorgen dan wel doen verzorgen, betalen de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs of een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, per leerling per schooljaar een eigen bijdrage die gelijk is aan de kosten van het openbaar vervoer over de in artikel 8 bepaalde afstand, indien het inkomen van de ouders meer bedraagt dan € 23.400,--.
De kosten voor openbaar vervoer, genoemd in het eerste en tweede lid, betreffen de kosten van openbaar vervoer die op grond van de zone-indeling in de regeling die is gebaseerd op artikel 30, eerste lid, van de Wet personenvervoer 2000, voor de afstand redelijkerwijs zouden worden gemaakt, ongeacht de aanwezigheid van openbaar vervoer of het daadwerkelijk gebruik ervan.
Het bedrag van € 23.400,--, genoemd in het eerste en tweede lid, wordt met ingang van 1 januari 2012 jaarlijks aangepast aan de wijziging die het indexcijfer van de regelingslonen van volwassen werknemers heeft ondergaan ten opzichte van het voorafgaande jaar en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 450,--. Het aangepaste bedrag treedt in plaats van het in het eerste en tweede lid genoemde bedrag van € 23.400,--.
Artikel 23 - Financiële draagkracht
In geval burgemeester en wethouders in plaats van bekostiging in geld te verstrekken het vervoer zelf verzorgen dan wel doen verzorgen, en de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school voor basisonderwijs meer dan 20 km bedraagt, betalen de ouders een van de financiële draagkracht afhankelijke bijdrage tot ten hoogste het bedrag van de kosten van het vervoer.
De inkomensbedragen, genoemd in het derde lid, worden met ingang van 1 januari 2012 jaarlijks aangepast aan de wijziging die het indexcijfer van de regelingslonen van volwassen werknemers heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het voorafgaande jaar, en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 500,--.
De bedragen van de eigen bijdrage, bedoeld in het derde lid, worden met ingang van 1 januari 2012 jaarlijks aangepast aan de wijziging die het consumentenprijsindexcijfer van de reeks alle huishoudens op het onderdeel vervoersdiensten heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het voorafgaande jaar, en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 5,--.
Titel 6 - Bepalingen omtrent het vervoer van gehandicapte leerlingen van scholen voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs
Artikel 24 - Bekostiging op basis van de kosten van openbaar vervoer met begeleiding
Burgemeester en wethouders verstrekken bekostiging op basis van de kosten van openbaar vervoer met begeleiding aan de ouders van de leerling die een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt en vanwege een lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap niet zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik kan maken. Ten aanzien van een leerling van een speciale school voor basisonderwijs nemen burgemeester en wethouders tevens artikel 8 in acht.
Indien burgemeester en wethouders de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekennen, betrekt het bij de beoordeling van de aanvraag voor leerlingenvervoer eventuele (vervoers)adviezen van de permanente commissie leerlingenzorg, de ambulante begeleider of het advies van andere deskundigen.
In afwijking van het eerste lid verstrekken burgemeester en wethouders de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets dan wel bromfiets (gebaseerd op de Reisregeling Binnenland), indien de leerling naar het oordeel van burgemeester en wethouders, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets. Deze bekostiging is ten hoogste gelijk aan de kosten voor het openbaar vervoer.
Artikel 25 - Bekostiging op basis van kosten van aangepast vervoer
Burgemeester en wethouders verstrekken bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt, indien:
de leerling, naar het oordeel van burgemeester en wethouders, gelet op zijn lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap niet in staat is- ook niet onder begeleiding- van openbaar vervoer gebruik te maken. Ten aanzien van een leerling van een speciale school voor basisonderwijs nemen burgemeester en wethouders tevens artikel 8 in acht, of:
aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 24 en openbaar vervoer ontbreekt, tenzij de leerling naar het oordeel van burgemeester en wethouders al dan niet onder begeleiding gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets.
Indien burgemeester en wethouders de in het vorige lid bedoelde aanvraag niet of slechts gedeeltelijk toekennen, betrekt het bij de beoordeling van de aanvraag voor leerlingenvervoer eventuele (vervoers)adviezen van de permanente commissie leerlingenzorg, de ambulante begeleider of het advies van andere deskundigen te betrekken.
Artikel 26 - Bekostiging op basis van kosten van eigen vervoer
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten, kunnen burgemeester en wethouders de ouders op aanvraag toestaan één of meer leerlingen zelf te vervoeren of te laten vervoeren. Burgemeester en wethouders kunnen in plaats daarvan besluiten een bekostiging te verstrekken voor een wijze van vervoer die goedkoper is.
Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, verstrekken burgemeester en wethouders aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren of laten vervoeren, bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de kortste route voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en burgemeester en wethouders desgewenst toestaan dan wel van oordeel zijn dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets verstrekken burgemeester en wethouders aan de ouders bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets of bromfiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.
Artikel 27 - Beslissing burgemeester en wethouders in gevallen waarin de regeling niet voorziet
In gevallen, de uitvoering van het leerlingenvervoer betreffen, waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.
Artikel 28 - Afwijken van bepalingen
Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen, het vervoer voor onderwijs aangaande, ten gunste van de ouders afwijken van de bepalingen in deze verordening, zo nodig na advies te hebben gevraagd aan de permanente commissie leerlingenzorg, de commissie voor de begeleiding, de regionale verwijzingscommissie of andere deskundigen.
De Verordening leerlingenvervoer gemeente Pijnacker-Nootdorp 2003, vastgesteld op 22 mei 2003 (kenmerk 2003.03768) en nadien een keer gewijzigd, wordt ingetrokken.
Artikel 30 - Overgangsregeling
Voor een leerling voor wie in het schooljaar 2010-2011 op grond van de Verordening Leerlingenvervoer gemeente Pijnacker-Nootdorp 2003 een vervoersvoorziening werd verstrekt en niet bij beschikking reeds een overgangsregeling is ingesteld, blijft, indien de ouders dat wensen, in het schooljaar 2011-2012 aanspraak bestaan op een gelijkwaardige voorziening van en naar de school die de leerling in schooljaar 2010-2011 bezocht.