Organisatie | Nieuwkoop |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Rekenkamer gemeente Nieuwkoop 2009 |
Citeertitel | Verordening Rekenkamer gemeente Nieuwkoop 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | rekenkamer |
De volgende verordeningen op de Rekenkamer worden ingetrokken:a. Verordening op de Rekenkamer (voormalige) gemeente Nieuwkoop 2005b. Verordening op de Rekenkamer (voormalige) gemeente Liemeer 2005c. Verordening op de Rekenkamer (voormalige) gemeente Ter Aar 2005
1e wijziging verordening Rekenkamer 2009
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-11-2018 | 1e wijziging | 15-11-2018 | 2008-0118 en 2018-107 | ||
01-01-2009 | 01-01-2009 | 15-11-2018 | Nieuwe regeling | 18-12-2008 | 2008-0118 |
In deze verordening wordt verstaan onder:a. Rekenkamer: de rekenkamerfunctie die is ingesteld bij besluit van de gemeenteraad en die ten doel heeft om door middel van beleidsevaluaties endoelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige voorbereiding en uitvoering daarvan;b. Doelmatigheid of efficiëntie: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken;c. Doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de gewenste maatschappelijke effecten te bereiken;d. Rechtmatigheid: de lasten, de baten en balansmutaties die in overeenstemming zijn met de begroting en de van toepassing zijnde wettelijke regelgeving waaronder de gemeentelijke verordeningen;e. Klankbordgroep: een afvaardiging van de gemeenteraad die is opgericht om, alvorens de directeur van de rekenkamer de onderzoeksagenda vaststelt, mee in overleg te treden;
Paragraaf 2 DE TAAK, SAMENSTELLING EN HET LIDMAATSCHAP VAN DE REKENKAMER
Artikel 3 Samenstelling rekenkamer
De directeur legt, voordat hij de functie kan uitoefenen, in een vergadering van de raad in de handen van de voorzitter van de raad de verklaring en belofte (eed) af:
“Ik verklaar (zweer) dat ik, om tot lid van de rekenkamer benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gunst heb gegeven of beloofd.Ik verklaar en beloof (zweer) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten,rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of belofte heb aangenomen of zal aannemen.Ik beloof (zweer) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de rekenkamer naar eer en geweten zal vervullen.Dat verklaar en beloof ik! (Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!)”
Artikel 4 Einde van het lidmaatschap
Het lidmaatschap van de directeur eindigt:1. Het lidmaatschap van de directer eindigt: a. op eigen verzoek;b. bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamer;c. wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;d. indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld2. De directeur kan door de raad worden ontslagen wanneer hij door ziekte, gebreken of ongeschiktheid niet in staat is zijn functie naar behoren te vervullen.
Paragraaf 3 DE WERKWIJZE VAN DE REKENKAMER
Artikel 7 Onderwerpen voor en beslissing tot uitvoeren van onderzoek
Bij de selectie van onderwerpen dient de rekenkamer de volgende criteria te hanteren:a. moet betrekking hebben op de doelmatigheid, doeltreffendheid of rechtmatigheid van beleid;b. er moet sprake zijn van een substantieel belang;c. het moet het door de gemeente te beïnvloeden beleid betreffen;d. er moet sprake zijn van enige evenwichtige spreiding over de gemeentelijke beleidsterreinen in de opvolgende onderzoeken;e. de resultaten moeten communiceerbaar zijn naar de bevolking.
Artikel 8 Uitvoering van het onderzoek en rapportage
De rekenkamer is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek. De rekenkamer kan de bevoegdheid tot het inwinnen van inlichtingen mandateren aan medewerkers die haar bij de uitvoering van haar taak terzijde staan. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamer gestelde termijn te verstrekken.
De rekenkamer onderzoekt in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamer rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De rekenkamer en degenen die ten behoeve van de rekenkamer werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid van directeur, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.
De rekenkamer stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het feitenonderzoek aan de rekenkamer kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamer bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
Na vaststelling door de rekenkamer worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen zo spoedig mogelijk, aan de raad aangeboden. Hierbij worden de ambtelijke en bestuurlijke reacties gevoegd. De raad bespreekt de onderzoeksresultaten op basis van het rapport en de nota met conclusies en aanbevelingen. De raad stelt de eindconclusies vast.
Paragraaf 4 DE ONDERSTEUNING VAN DE REKENKAMER
Artikel 9 Onderzoeksmedewerkers
Onderzoeksmedewerkers kunnen, indien de rekenkamer hun daartoe de bevoegdheid toekent, alle informatie verzamelen die de rekenkamer in het belang van het onderzoek 5 van 13 nodig acht; zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de rekenkamer.
Paragraaf 5 DE KOSTEN VAN DE REKENKAMER
Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:a. de kosten van de directeur rekenkamer;b. de kosten van onderzoeksmedewerkers;c. de kosten van externe deskundigen die mogelijk door de rekenkamer zijn ingeschakeld;d. de mogelijke overige uitgaven die de rekenkamer nodig oordeelt voor de uitvoering van haar taak.
De raad evalueert het functioneren van de rekenkamer iedere twee jaar. Bij de evaluatie toetst de raad aan de volgende criteria:a. keuze van de onderzoeksonderwerpen en het onderzoeksplan;b. kwaliteit van het onderzoek (zoals leereffecten voor raad en college);c. communicatie en competenties van de directeur;d. functioneren van de klankbordgroep;e. hoogte van het beschikbare onderzoeksbudget;f. VERVALLEN