Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Nieuwkoop

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Nieuwkoop
Officiële naam regelingVerordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2010
CiteertitelVerordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 33

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

22-09-2011art. 7, 8, 9, en 10 hoofdstuk 2 en 3

15-09-2011

Gemeenteblad, 21-09-2011, 38

2011-083
01-01-201001-01-201022-09-2011Nieuwe regeling

12-11-2009

Gemeenteblad, 06-07-2011, 27

2009-0097

Tekst van de regeling

Hoofdstuk 1 AMBTELIJKE BIJSTAND

Artikel 1
  • 1 Een raadslid wendt zich tot de raadsgriffier met een verzoek om:a feitelijke informatie van geringe omvang;b inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn.c bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 2 De informatie, als bedoeld in het lid 1 sub a of b, wordt door de raadsgriffier, een medewerker van de griffie of op verzoek van de raadsgriffier door een ambtenaar gegeven.

  • 3 Indien een ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie als bedoeld in lid 1 sub a of b, stelt hij de gemeentesecretaris daarvan in kennis. De gemeentesecretaris beslist.

  • 4 De bijstand, als bedoeld in het lid 1 sub c, wordt verleend door de raadsgriffier of een medewerker van de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de raadsgriffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend kan de raadsgriffier de gemeentesecretaris verzoeken één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2
  • 1 Een ambtenaar verleent op verzoek van de raadsgriffier of de gemeentesecretaris ambtelijke bijstand tenzij:a het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;b dit het belang van de gemeente kan schaden;

  • 2 De gemeentesecretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van lid 1 geweigerd wordt.

  • 3 Indien de bijstand op grond van lid 1 wordt geweigerd deelt de gemeentesecretaris dit met redenen omkleed mee aan de raadsgriffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

Artikel 3

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de gemeentesecretaris wordt geweigerd, kan de raadsgriffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over het verzoek.

Artikel 4
  • 1 Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand doet hij of de raadsgriffier hiervan mededeling aan de gemeentesecretaris.

  • 2 Indien overleg met de gemeentesecretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over de zaak.

Hoofdstuk 2 FRACTIEONDERSTEUNING

Artikel 5
  • 1 De fracties, als omschreven in het Reglement van orde, ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.

  • 2 Deze bijdrage bestaat voor elke fractie uit een vast deel van € 700 per jaar. Daarnaast ontvangt elke fractie jaarlijks een bedrag van € 50 per raadszetel. Deze bedragen gelden voor de jaren 2010, 2011, 2012 en 2013

Artikel 6
  • 1 Fracties besteden de bijdrage als bedoeld in artikel 5 om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 2 De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:a uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;b betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;c giften (met een gift wordt hier bedoeld een geldbedrag voor een goeddoel);d uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

Artikel 7
  • 1 De bijdrage voor fractieondersteuning wordt uiterlijk vóór 31 januari van een kalenderjaar, als voorschot op dat kalenderjaar verstrekt.

  • 2 In een jaar, waarin verkiezingen plaatsvinden, wordt er vóór de verkiezingen geen voorschot verstrekt. Het gehele voorschot voor dat jaar wordt verdeeld op basis van de verkiezingsuitslag en verstrekt uiterlijk één maand na de verkiezingen.

  • 3 Het voorschot wordt verrekend met teveel ontvangen voorschotten in jaren waarvoor de raad de bedragen heeft vastgesteld bedoeld in artikel 10

Artikel 8

Bij splitsing van een fractie wordt de op grond van artikel 5, lid 2, vastgestelde bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden. a. bij vorming van een nieuwe fractie wordt zowel het vaste deel alsook het deel per raadszetel evenredig verdeeld;b. bij aansluiting bij een bestaande fractie wordt alleen het deel per raadszetel evenredig verdeeld;

Artikel 9
  • 1 De raad reserveert het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdrage toekomend aan een fractie ter besteding door die fractie in volgende jaren.

  • 2 a. Is de reserve niet groter dan 30% van de bijdrage die de fractie in het voorgaande kalenderjaar toekwam als gevolg van artikel 8.b. Is de reserve negatief dan wordt deze op “nul” gesteld. c. Is de reserve meer van 30% dan wordt dat gekort op het voorschot van het volgende jaar.

  • 3 Het beroep in enig jaar op de opgebouwde reserve, komt tot uitdrukking in de afrekening als bedoeld in artikel 10 over dat jaar. Bevoorschotting vindt desgevraagd plaats.

  • 4 De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van de raad als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.

  • 5 Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger zou worden dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op dat meerdere.

  • 6 Bij splitsing van een fractie, wordt de reserve verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden, voor zover deze reserve niet meer bedraagt dan 30% van de bijdrage die de oorspronkelijke fractie in het voorgaande kalenderjaar ontving.

Artikel 10
  • 1 Elke fractie legt, binnen drie maanden na het einde van een kalenderjaar, aan de raad verantwoording af over de besteding van de bijdrage voor fractieondersteuning onder overlegging van het verantwoordingsformulier en bijbehorende stukken. Bijbehorende stukken zijn bonnen en rekeningen. Uitzondering daarop zijn de reguliere kosten voor administratie, postzegels, telefoon, e.d. daarvoor mag een vast bedrag van € 100 per jaar worden opgenomen zonder bijbehorende stukken.

  • 2 Controle van de verantwoording vindt plaats door een door de Raad te benoemen commissie belast met de controle van de besteding van de bijdragen voor fractieondersteuning. Deze commissie brengt advies uit aan de raad.

  • 3 De raad stelt na ontvangst van het advies van de commissie de bedragen vast van:a de uitgaven van een fractie die in het vorige kalenderjaar uit de bijdrage bekostigd zijn;b de wijziging van de reserve;c de resterende reserve;d de verrekening tussen de in onderdeel a. genoemde uitgaven en het ontvangen voorschot en, voor zover nodig, de hoogte van de terugvordering van ontvangen voorschotten.

Hoofdstuk 3 FRACTIEASSISTENTIE

Artikel 11
  • 1 Iedere fractie heeft de mogelijkheid om fractieassistenten conform het reglement van orde voor te dragen aan de raad.

  • 2 De raad benoemt in haar vergadering de fractieassistenten.

  • 3 Na benoeming wordt de door de raad benoemde fractieassistent door de burgemeester beëdigd.

Artikel 12
  • 1 Fractieassistenten krijgen dezelfde informatie tot hun beschikking als raadsleden, dus ook vertrouwelijke en geheime informatie, maar niet voordat beëdiging uit art. 11 lid 3 heeft plaatsgevonden. Fractieassistenten zijn ook gehouden aan vertrouwelijkheid en geheimhouding.

  • 2 De gedragscode voor raadsleden is voor zover relevant ook voor fractieassistenten van toepassing.

Artikel 13

Fractieassistenten ontvangen een vergoeding per deelname aan openbare bijeenkomsten.(oriënterende bijeenkomsten en meningsvormende raden).

Artikel 14
  • 1 Voor de hoogte van de vergoeding worden de richtlijnen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor onkostenvergoeding commissieleden overgenomen.

  • 2 Administratie en uitbetaling vinden plaats op basis van de getekende presentielijsten.

Hoofdstuk 4 SLOTBEPALINGEN

Artikel 15

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2010 en wordt aangehaald als de Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2010.