Organisatie | Cuijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2010 |
Citeertitel | Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | algemeen |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-06-2011 | 01-03-2010 | 01-06-2014 | Nieuwe regeling | 20-06-2011 Cuijks weekblad, 28 - 6 2011 | onbekend |
Overwegende, dat de Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden en commissieleden 2010 zodanige onvolkomenheden bevat dat er aanleiding bestaat om tot aanpassing hiervan over te gaan;
Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 april 2011;
Gelet op de artikelen 44, 82 tot en met 84, 96 tot en met 99 van de
Gemeentewet, het Rechtspositiebesluit wethouders, Regeling rechtspositie wethouders en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;
Vast te stellen de navolgende Verordening tot 1e wijziging van de Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden en commissieleden 2010:
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. commissie: een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet ;
b. Rechtspositiebesluit wethouders : het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243;
c. Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden : het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244;
d. Regeling rechtspositie wethouders : de ministeriële regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41 als be-doeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders ;
e. Verplaatsingskostenregeling 1989 : het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 20 oktober 1989, nr. AB87/74/U6DGMP/AV/FAR, Stcrt. 212;
f. Reisregeling binnenland : het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56;
g. Reisregeling buitenland : het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 12 september 1994, nr. AD94/U1011, Stcrt. 181;
Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden
De vergoeding voor de werkzaamheden bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden , is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 4 vastgestelde maximum.
Ten aanzien van een raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, is in afwijking van het eerste lid de onkostenvergoeding gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 4, vermeld in tabel III van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden
De in het tweede lid bedoelde vergoeding betreft:
a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;
b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders;
c. een vergoeding van de noodzakelijk en redelijk gemaakte verblijfkosten.
De in het tweede lid bedoelde vergoeding betreft:
a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;
b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders;
c. een vergoeding van de noodzakelijk en redelijk gemaakte verblijfkosten.
Artikel 7 Cursus, congres, seminar of symposium
Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier. Besluitvorming vindt plaats in overleg met de voorzitter van de gemeenteraad. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.
Artikel 8 Computer en internetverbinding
Op aanvraag stelt het college het raadslid ten laste van de gemeente voor de uitoefening van het raadslidmaatschap een computer/laptop, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking. De computer/laptop zal technisch zodanig worden ingericht dat privégebruik niet of nauwelijks mogelijk is.
Indien geen computer, bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld, verleent het college een raadslid op aanvraag voor de uitoefening van het raadslidmaatschap voor een periode van maximaal drie jaar een tegemoetkoming van 30% (bruto) van de aanschafwaarde voor
a. aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software, of
b. gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software.Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan de raadsleden in bruikleen ter beschikking stelt.
De overeenkomst als bedoeld in lid 4 van dit artikel bevat een verklaring van het raadslid dat de computer voor niet meer dan 10% voor privédoeleinden zal worden gebruikt. De gemeente behoudt zich het recht voor controle op privégebruik uit te voeren. Indien er als gevolg van onrechtmatig privégebruik aan de gemeente een naheffing wordt opgelegd, worden de volledige kosten hiervan doorberekend aan het raadslid.
Het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt kan op aanvraag deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van het raadslid wordt de raadsvergoeding dan wel vaste onkostenvergoeding verminderd met de vergoeding voor de fiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling.
Artikel 12 Compensatie korting werkloosheidsuitkering
In het geval een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt en de na toepassing van artikel 20 van die wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.
In het geval dat een raadslid een uitkering op grond van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel ontvangt en de na toepassing van artikel 6, vierde lid, van dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.
Artikel 13b Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte
De artikelen 2 tot en met 4, 8, 10 tot en met 12 en 13a blijven van toepassing op het raadslid aan wie ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte, met dien verstande dat de onkostenvergoeding die dit raadslid op grond van artikel 3, eerste of tweede lid, ontvangt de helft bedraagt van het bedrag dat op grond van die bepalingen van toepassing is.
De artikelen 1 tot en met 7, 8, eerste, tweede, vierde en vijfde lid, en 11 tot en met 13a van deze verordening zijn van toepassing op raadsleden die tijdelijk worden benoemd ter vervanging van een raadslid dat ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag heeft verkregen wegens zwangerschap en bevalling of ziekte.
Artikel 13e Vergoeding extra werkzaamheden
Leden van raadscommissies die werkzaamheden verrichten die vallen buiten de reguliere raadswerkzaamheden ontvangen een vergoeding van 5% van de vergoeding van werkzaamheden zoals bedoeld in artikel 2 van deze verordening.
Artikel 16 Zakelijke reiskosten
Aan de wethouder wordt naast de tegemoetkoming bedoeld in artikel 15, een vergoeding verleend voor reiskosten ter zake van andere dan de in artikel 15 bedoelde reizen ten behoeve van de gemeente gemaakt.De vergoeding betreft:
a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de reiskosten;
b. bij gebruik van een eigen personenauto: de vergoeding als bedoeld in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders ;
c. een vergoeding van de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten.
Artikel 20 Cursus, congres, seminar of symposium
De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de gemeentesecretaris. Besluitvorming vindt plaats in overleg met de burgemeester. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.
Artikel 21 Computer en internetverbinding
Indien geen computer, bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld, verleent het college de wethouder op aanvraag voor de uitoefening van het ambt voor een periode van maximaal drie jaar een tegemoetkoming van 30% (bruto) van de aanschafwaarde voor
a. aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software, of
b. gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software.Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan de wethouders in bruikleen ter beschikking stelt.
De overeenkomst als bedoeld in lid 4 van dit artikel bevat een verklaring van de wethouder dat de computer voor niet meer dan 10% voor privédoeleinden zal worden gebruikt. De gemeente behoudt zich het recht voor controle op privégebruik uit te voeren. Indien er als gevolg van onrechtmatig privégebruik aan de gemeente een naheffing wordt opgelegd, worden de volledige kosten hiervan doorberekend aan de wethouder.
De wethouder kan op aanvraag deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van de wethouder wordt de bezoldiging dan wel vaste onkostenvergoeding dan wel eindejaarsuitkering verminderd met de vergoeding voor de fiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling.
Artikel 26 Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen
In afwijking van het bepaalde in lid 1 ontvangen de voorzitters van de Vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften en de Vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften ISD Cuijk-Grave-Mill voor het bijwonen van een vergadering van hun commissie een vergoeding als bedoeld in lid 1 ter hoogte van 235% van het op grond van genoemd artikel 14 van het Rechtspositie raads- en commissieleden vastgestelde bedrag en de leden van genoemde commissies een vergoeding ter hoogte van 155% van dit bedrag.
Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie
b. uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd;
c. als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient.
Artikel 27 Reis- en verblijfkosten
Aan het lid van een commissie dat geen raadslid of wethouder is en niet in zijn hoedanigheid van ambtenaar tot lid van de commissie is benoemd worden de reiskosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie vergoed. De vergoeding betreft:
a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;
b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders.
Artikel 29 Cursus, congres, seminar of symposium
Het commissielid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier. Besluitvorming vindt plaats in overleg met de voorzitter van de gemeenteraad. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het commissielidmaatschap.