Organisatie | Cuijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van graf- en begrafenisrechten Cuijk 2011 |
Citeertitel | Verordening graf- en begrafenisrechten Cuijk 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belastingen |
geen
Gemeentewet (Gw), art. 229 lid 1.
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-12-2010 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 13-12-2010 Belastingverordeningen c.a. gemeente Cuijk 14-12-2010, Cuijks Weekblad, 21-12-2010 | -1.714 / -36233 |
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 20,00.
De “Verordening Graf- en Begrafenisrechten 2007” vastgesteld bij raadsbesluit van 11 december 2006, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 14 december 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE “VERORDENING GRAF-EN BEGRAFENISRECHTEN CUIJK 2011”
Inhoud tarieventabel (tarieven met ingang van 1 januari 2011:
2. Particuliere graven en particuliere urnenruimten (uitsluitend recht)
3. Particuliere graven en particuliere urnenruimten (verlenging uitsluitend recht)
4. Particuliere graven en particuliere urnenruimten (afkoop verlenging uitsluitend recht
1.1 Voor het begraven van een lijk € 505,00
1.2 Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven € 252, 50
1.3 Voor het begraven van een lijk van een kind beneden één jaar in Vak C op de begraafplaats Hanshof of in Vak B op de begraafplaats Haps wordt geheven € 126,25
1.4 Voor het bijzetten van een asbus in een graf wordt geheven € 505,00
1.5 Voor het bijzetten van een asbus in een nis van de urnenmuur wordt geheven € 375,00
1.6 Voor het bijzetten van een asbus in een nis op het urnenveld wordt geheven € 375,00
1.7 Voor het asverstrooien per asbus nieuw € 50,00
1.8 De in dit hoofdstuk genoemde rechten gelden voor begravingen en bijzettingen op maandag tot en met zaterdag, met uitzondering van algemeen erkende feestdagen, tussen 9.00 en 15.00 uur.
1.9 De in dit hoofdstuk genoemde rechten worden met 50% verhoogd voor begravingen en bijzettingen buiten de in 1.8 bedoelde tijden en met 100% indien zulks geschiedt op zondag of algemeen erkende feestdagen.
Particuliere graven en particuliere urnenruimten (uitsluitend recht)
2.1 Voor het uitsluitend recht op een graf op de begraafplaats voor een periode van 20 jaar wordt geheven € 1.314,00
2.2 Voor het uitsluitend recht tot het bijzetten van een asbus in een nis van de urnenmuur gedurende een termijn van 20 jaren wordt geheven € 657,00
2.3 Voor het uitsluitend recht tot het bijzetten van een asbus in een nis op het urnenveld gedurende een termijn van 20 jaren wordt geheven € 657,00
2.4 Indien het uitsluitend recht als bedoeld in 2.1 tot en met 2.3 hiervoor via een schriftelijke afstandsverklaring wordt beëindigd en het graf of de nis leeg wordt achtergelaten, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twintigste gedeelten van de voor die periode verschuldigde rechten als er in genoemde periode van 20 jaar na het einde van de belastingplicht nog volle kalenderjaren overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 50,--.
2.5.1 Voor het op de gemeentelijke begraafplaats Haps alsmede op het Islamitische gedeelten van de gemeentelijke begraafplaatsen reserveren van de naastgelegen grafruimte voor het kunnen begraven van de levenspartner van de overledene € 27,60
2.5.2 De reserveringen als bedoeld in artikel 2.5.1 wordt verleend voor dezelfde periode als het uitsluitend recht op het naastgelegen graf is verleend.
Particuliere graven en particuliere urnenruimten (verlenging uitsluitend recht)
3.1 Alleen in situaties zoals bedoeld in de nadere regels vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders, worden de navolgende tarieven in rekening gebracht.
3.2 Voor elke verlenging van het recht als bedoeld in 2.1 van hoofdstuk 2 wordt per jaar geheven € 87,1
3.3 Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 2.2 en 2.3 van hoofdstuk 2 wordt per jaar geheven € 43,50
Particuliere graven en particuliere urnenruimten (afkoop verlenging uitsluitend recht )
4.1 De rechten als bedoeld in hoofdstuk 3 kunnen voor bepaalde tijd worden afgekocht door voldoening van een som ineens. De afkoopsom bedraagt de contante waarde van de op het tijdstip van afkoop nog te verschijnen belastingbedragen naar een rentevoet van 5,5 %
4.2 In afwijking in zoverre van het bepaalde in 4.1 wordt, uitgezonderd in die situaties zoals uitgewerkt in de nadere regels vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders, altijd het afkoopbedrag en het aantal jaren zoals vermeld in 4.3 of 4.4 van dit hoofdstuk in rekening gebracht.
4.3 Voor elke verlenging van het recht als bedoeld in 2.1 van hoofdstuk 2 wordt voor een periode van 10 jaar geheven(formule: tarief hoofdstuk 3 x 7,537683) € 657,00
4.4 Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 2.2 en 2.3 van hoofdstuk 2 wordt voor een periode van 10 jaar geheven(formule: tarief hoofdstuk 3 x 7,53762583) € 328,00
4.5 Indien het uitsluitend recht als bedoeld in 4.3 tot en met 4.4 hiervoor via een schriftelijke afstandsverklaring wordt beëindigd en het graf of de nis leeg wordt achtergelaten, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel tiende gedeelten van de voor die periode verschuldigde rechten als er in genoemde periode van 10 jaar na het einde van de belastingplicht nog volle kalenderjaren overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 50,--.
5.1 Voor het lichten en overbrengen van een stoffelijk overschot uit een graf naar een ander graf op de begraafplaats, wordt boven het in hoofdstuk 1 geregelde begrafenisrecht, geheven € 206,50
5.2 Voor het op verzoek van de rechthebbende(n) schudden van een graf wordt geheven € 145,00
5.3 Voor het lichten en overbrengen van een asbus uit een graf naar een ander graf op de begraafplaats of naar een nis van de urnenmuur of op het urnenveld, wordt boven het in hoofdstuk 1, geregelde recht voor bijzetting, geheven € 206,50
5.4 Voor het overbrengen van een in de urnenmuur of op het urnenveld bijgezette asbus naar een andere nis van de urnenmuur of op het urnenveld, wordt boven het op grond van in hoofdstuk 1 geregelde recht voor bijzetting geheven € 145,00
5.5 De in de leden 5.1, 5.3 en 5.4 van dit hoofdstuk genoemde rechten,verminderd met het daarin vervatte recht als bedoeld in hoofdstuk 1 van deze tarieventabel, worden eveneens geheven voor het lichten van een stoffelijk overschot, respectievelijk asbus, ter overbrenging naar een andere begraafplaats of elders.