Organisatie | Roosendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement regelende de samenstelling en werkwijze van het orgaan als bedoeld in artikel 9a Algemene wet bijzondere ziektekosten. |
Citeertitel | Reglement indicatiecommissie |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Deze regeling vervangt het Reglement indicatiecommissie d.d. 16 januari 1995 alsmede de Regeling indicatiecommissie 1994.
1.geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-1997 | 25-05-2010 | algemeen geldend verklaard voor gehele grondgebied gemeente roosendaal | 18-03-1997 Gemeenteblad 1997/19 | 33/3a |
Burgemeester en wethouders van Roosendaal en Nispen;
gelet op het bepaalde in artikel 9a, Algemene wet bijzondere ziektekosten en het Besluit indicatiebeoordeling verpleging en verzorging;
De voorzitter belegt in ieder geval een vergadering telkens als dat voor de behandeling van een of meer aanvragen en met inachtneming van de in artikel 8 en artikel 9 van het Besluit gestelde termijnen noodzakelijk is en voorts telkens als dat door tenminste twee leden met opgave van redenen wordt gevraagd.
Voor het houden van de vergaderingen van het orgaan is vereist, dat, behalve de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter, tenminste de helft van het aantal leden aanwezig is. Bij afwezigheid of ontstentenis van een lid roept de voorzitter diens plaatsvervanger op. In ieder geval moeten aanwezig zijn de arts en de maatschappelijk werkende of hun plaatsvervangers.
Het orgaan besluit bij meerderheid van stemmen. Wanneer bij het nemen van een besluit geen der leden stemming verlangt, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.Ingeval de stemmen staken, wordt de beslissing uitgesteld tot de eerstvolgende vergadering. Indien in deze vergadering de stemmen opnieuw staken, beslist de voorzitter.
Indien het in het eerste lid bedoelde aantal leden niet is opgekomen, kan de voorzitter met een tussentijd van tenminste 24 uur een nieuwe vergadering beleggen. In deze vergadering kunnen de dan aanwezige leden beraadslagen en besluiten over de onderwerpen, die voor de eerste vergadering op de agenda waren geplaatst.
In gevallen, waarin geen uitstel mogelijk is, brengt de voorzitter, in overleg met de arts en de maatschappelijk werkende, een voorlopig indicatiebesluit respectievelijk indicatiebeoordeling uit.Indien de arts in bovengenoemde gevallen van mening is, dat opname dan wel dagbehandeling in een verpleeginrichting de meeste aangewezen vorm van hulpverlening is, brengt de voorzitter dit oordeel als het voorlopig indicatiebesluit respectievelijk indicatiebeoordeling uit.
Onthouding van stemming over het indicatiebesluit respectievelijk indicatiebeoordeling
De leden en de plaatsvervangende leden van het orgaan nemen niet deel aan de stemming over het uit te brengen indicatiebesluit respectievelijk indicatiebeoordeling aan aanvrager, indien zij op enigerlei wijze direct of indirect betrokken zijn of zullen worden bij hulpverlening aan die aanvrager.
1.Het orgaan kan informatie over de toestand van de aanvrager verstrekken aan die instellingen(en), die volgens het orgaan in aanmerking komen voor hulpverlening aan de aanvrager.
Het orgaan beraadslaagt aan de hand van het schriftelijk rapport dat, naar aanleiding van de onderzoeken bedoeld in het voorgaande artikel, met betrekking tot de aanvrager opgemaakt is en stelt vervolgens, overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 5 van het Besluit, haar indicatiebesluit respectievelijk indicatiebeoordeling vast.
Bij een verzoek tot herziening van een indicatiebesluit respectievelijk indicatiebeoordeling, als bedoeld in artikel 14 van het besluit zijn, voor zoveel mogelijk, de artikelen 10 en 11 van dit reglement van overeenkomstige toepassing.
De gegevens, welke met betrekking tot een aanvraag tot opneming aan het orgaan bekend geworden zijn, worden, met inachtneming van paragraaf 8 van het Besluit, geregistreerd overeenkomstig door burgemeester en wethouders te geven aanwijzingen.
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 van het Besluit verzendt het orgaan de bedoelde gegevens aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Gedeputeerde Staten en burgemeester en wethouders.
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Roosendaal en Nispen in zijn openbare vergadering van 10 december 1996.
De secretaris, De burgemeester,
Bij besluit van B. en W. d.d. 18 maart 1997 is dit reglement voor het gehele grondgebied algemeen geldend verklaard.