Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Roosendaal

Beleidsvoorstel Actualisering beleid bijzondere bijstand

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRoosendaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsvoorstel Actualisering beleid bijzondere bijstand
CiteertitelActualisering beleid bijzondere bijstand
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Zie ook de beleidsnota bijzondere bijstand d.d. 28 juni 2001, inwerking getreden op 1 juli 2001. Deze regeling (en aanverwante regelingen) is opgenomen in het Vademecum Sociale Zaken. Dit Vademecum is te vinden op www.roosendaal.nl

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet werk en bijstand, art. 35

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200516-12-200401-01-2012nieuwe regeling

16-12-2004

Gemeenteblad 2004/72, Roosendaalse bode 9-1-2005

AO/2004/135

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsvoorstel Actualisering beleid bijzondere bijstand

 

 

Beleid actualisering beleid bijzondere bijstand

Aanleiding en probleemstelling:

Met verwijzing naar het beleidsvoorstel chronisch zieken en gehandicapten, waarin uitgebreid wordt ingegaan op de bezuinigingen op het verstrekkingpakket Ziekenfondswet in de jaren 2004 en 2005, dient gelet op de onderlinge samenhang met het vigerende bijzondere bijstandsbeleid, ook bezien te worden of het reguliere bijzondere bijstandsbeleid hierdoor moet worden herzien.

Immers deze bezuinigingen treffen in meer of mindere mate iedereen in Nederland. In het beleidsvoorstel chronisch zieken en gehandicapten wordt een nader voorstel gedaan om op gemeentelijk niveau (categoriale) compenserende maatregelen te treffen voor specifiek deze doelgroep. Hiermee is nog niet de vraag beantwoord hoe de gemeente wil omgaan met individuele verzoeken van burgers als deze een aanvraag bijzondere bijstand indienen omdat zij geconfronteerd gaan worden met kosten welke voordien werden betaald door de ziektekostenverzekeraars.

De bezuinigingen op de Ziekenfondswet en de AWBZ hebben, zoals omschreven in het beleidsvoorstel chronisch zieken en gehandicapten, betrekking op de navolgende kostensoorten:

 

Reeds doorgevoerde bezuinigingen Ziekenfondswet jaar 2004:

  • -

    beperking vergoeding zittend ziekenvervoer tot 4 uitzonderingssituaties vanaf 01 juni 2004;

  • -

    afschaffing vergoeding tandartskosten;

  • -

    beperking aantal behandelingen fysiotherapie;

  • -

    verhoging eigen bijdrage thuiszorg (bij inkomen op minimumniveau bedraagt max. eigen bijdrage voor 2004 bij minimuminkomen: € 208,-- op jaarbasis. Bij dit inkomen bedroeg de max. eigen bijdrage in 2003: € 114,-- hetgeen een verhoging betekent van € 94,-- p/j);

  • -

    afschaffing vergoeding zelfzorg medicijnen;

  • -

    afschaffing vergoeding anticonceptiepil voor personen van 21 jaar en ouder;

  • -

    beperking vergoeding in vitro fertilisatie en aanverwante behandelingen;

  • -

    beperking vergoeding psychotherapie tot max. 30 behandelingen;

 

Bezuinigingsvoorstel Ministerie VWS. Ziekenfondswet jaar 2005:

(uiteraard behoudens goedkeuring van de Kamer):

  • -

    behandeling tegen snurken;

  • -

    flapoorcorrectie;

  • -

    bovenooglidcorrectie;

  • -

    borstprothese;

  • -

    buikwandcorrectie;

  • -

    hersteloperatie na sterilisatie.

 

In het thans vigerende bijzondere bijstandsbeleid ligt al vast dat een aantal van de hiervoor vermelde kostensoorten door de gemeente worden aangemerkt als bijzonder noodzakelijke kosten van bestaan waarvoor men op individuele basis bijzondere bijstand kan aanvragen. Hierbij wordt uiteraard wel rekening gehouden met individuele noodzakelijkheid en de eventuele draagkracht in het inkomen en/of vermogen.

Het betreft in concreto de kostensoorten:

  • -

    zittend ziekenvervoer: als aanvulling op ziekenfondsvoorziening (betreft eigen ZF-bijdrage);

  • -

    tandartskosten: voorzover medisch noodzakelijk en niet vergoed door ziektekostenverzekeraar;

  • -

    fysiotherapie: bij medische noodzaak na afloop door ziektekostenverzekeraar vergoed aantal max. behandelingen (= 9 stuks);

  • -

    eigen bijdrage voor: voor de verschuldigde eigen bijdrage. thuiszorg

 

Uit cijfers van het Centraal Administratiekantoor ( CAK) te Den Haag blijkt dat in 2003 totaal 2323 Roosendaalse burgers een beroep hebben gedaan op de Thuiszorg. O.g.v. cijfers over de periode 17-05-2004 t/m 13-06-2004 blijkt dat het totaal aantal gebruikers is afgenomen tot 2140 (=daling van 7,9%). Alhoewel geen specifiek onderzoek is verricht naar de werkelijke oorzaak van deze daling, mag er wel vanuit worden gegaan dat een deel hiervan het gevolg is van de verhoging van de eigen bijdrage. De Gemeente Roosendaal heeft in 2003 aan 75 personen bijzondere bijstand verstrekt in de eigen bijdrage thuiszorgvoor waarmee een bedrag was gemoeid van € 8.386,10. In het tijdvak 01 jan. 2004 tot medio sept. 2004 is voor dezelfde kosten reeds aan 85 personen bijz. bijstand verstrekt tot een bedrag van € 10.865,--. De prognose voor heel 2004 is dat totaal aan circa 128 personen bijz. bijstand zal worden verstrekt met een totaal uitkeringsbedrag van € 16.300,--.

Op basis van cijfers van het CBS over de periode 1990 – 2000 blijkt dat circa 10% van de Nederlandse bevolking een inkomen heeft op het niveau van het sociaal minimum en circa 15% een laag inkomen (=incl. Sociaal Minimum). Indien deze gegevens van het CBS worden toegepast op het aantal mensen wat een beroep doet op de Thuiszorg, zou dit betekenen dat circa: 230 tot 350 personen (=10 – 15% van 2323) daarvan een minimum tot laag inkomen zouden hebben. Dit duidt op mogelijk “non-gebruik” door in elke geval een deel van de potentiële doelgroep.

Voorgesteld wordt het thans vigerende bijzondere bijstandsbeleid op de navolgende wijze aan te passen:

- zittend ziekenvervoer:

de bestaande mogelijkheid om bijzondere bijstand te verstrekken in de verschuldigde eigen bijdrage uit te breiden met de mogelijkheid om de werkelijk noodzakelijke vervoerskosten van zittend vervoer te vergoeden. Hieraan wel de voorwaarde te verbinden dat er een medische noodzaak voor zittend vervoer aanwezig is (te bepalen door de behandelend arts/ specialist) en er géén beroep kan worden gedaan op een vergoeding via de ziektekostenverzekeraar. Van de ziektekostenverzekeraars VGZ en OZ is informatie ontvangen over de omvang van het door hen tot 01 juni 2004 verstrekte zittend vervoer. VGZ heeft verklaard dat in de periode juli 2003 tot en met aug. 2004 aan 553 verzekerden zittend vervoer is vergoed. Gemiddeld werd per verzekerde 788 kilometer gereden waarvoor de gemiddelde kosten € 820,-- bedroegen. VGZ heeft voorts verklaard dat zij rekening houdt met een daling van het aantal verstrekkingen van 60 – 65%. Deze conclusie baseert VGZ op de in de periode juni 2004 tot sept.2004 verstrekte machtigingen zittend vervoer waarop de nieuwe regels van toepassing zijn, in combinatie met signalen van de vervoerder(s). Uitgaande van deze indicatie zou dat betekenen dat van de hiervoor genoemde 553 VGZ -verzekerden er circa 332 geen aanspraak meer op deze verstrekking zouden kunnen maken. D.d. 04 okt. 2004 verklaarde OZ dat over het gehele jaar 2003 aan totaal 364 verzekerden woonachtig in de Gemeente Roosendaal de regeling zittend ziekenvervoer van toepassing is verklaard. Totaal is door OZ € 249.581,-- uitgekeerd (=gemiddeld € 685,66 per verzekerde). OZ houdt er rekening mee dat na 01 juni 2004 50% hiervan geen beroep meer kan doen op de regeling zittend vervoer. De verwachting van OZ is het totaal uit te keren bedrag zal dalen met circa 40% t.o.v. voorheen omdat diegenen die na 01 juni 2004 nog een beroep op de regeling kunnen (blijven) doen personen zijn die vaak het langst moeten reizen (zowel qua frequentie als reisduur).

 

Noot: in onderstaande berekening wordt, mede gelet op de indicatie van VGZ, rekening gehouden met een daling van 60% = 218 verzekerden bij OZ. Dit ondanks de eigen prognose van OZ.

 

Omdat de vergoeding via de ziektekostenverzekeraar i.t.t. bijzondere bijstandsverlening niet inkomensafhankelijk is, zal de gemeente uiteraard niet geconfronteerd worden met 330 extra aanvragen bijzondere bijstand. Indien de hiervoor genoemde CBS –percentages m.b.t. lage inkomens worden toegepast op de door de ziektekostenverzekeraars geprognosticeerde ontwikkeling, dient de gemeente rekening te houden met het feit dat circa 83 personen (=15% van VGZ= 332 + OZ= 218 personen) aanspraak zullen kunnen maken op bijzondere bijstand voor zittend vervoer. Vanwege het feit dat de ziektekostenverzekeraars de uitvoering van het zittend vervoer in het verleden openbaar hebben aanbesteed, hebben zij gunstigere tarieven kunnen bedingen. Gelet op het feit dat de taxitarieven o.g.v. de Taxiwet vrij zijn, is het de vraag of de taxibedrijven in de toekomst aan individuele burgers hetzelfde tarief zullen gaan berekenen wat zij in het verleden hebben gedeclareerd bij de ziektekostenverzekeraars voor dit soort ritten. Thans neigt het hiernaar, maar zekerheid hierover bestaat er niet. Uitgaande van de gemiddelde tarieven die thans door taxibedrijven worden aangegeven, dient thans door de gemeente uitgegaan te worden van een jaarlijkse uitgavenpost voor de kosten van zittend vervoer t.b.v. € 68.000,-- (=83 personen ad. € 820,-- gemiddelde VGZ-vervoerskosten; bedrag is excl. uitvoeringskosten door het ambtelijk apparaat). Verwezen wordt mede naar de tarieftabel taxivervoer. Opgemerkt wordt dat tot op heden (slechts) circa ca 18 personen op jaarbasis een beroep deden op bijzondere bijstand v.w.b. de verschuldigde eigen bijdrage zittend vervoer ad. € 81,-- (=totaal € 1.450,--).

 

Relatie met deeltaxivervoer o.g.v. de WVG.:

Van belang is tot slot om op te merken dat de gemeente in het verleden beleidsmatig heeft bepaald dat personen met een WVG-vervoersindicatie hun WVG-vervoerspas uitsluitend dienen te gebruiken voor deelname aan het maatschappelijk verkeer en niet voor zittend ziekenvervoer. In de praktijk zal het ongetwijfeld voorkomen dat een individu hiermee niet zo zuiver omgaat maar hier valt weinig aan te doen, tenzij de gemeente daarop specifiek stelselmatig gaat controleren. Dit wordt vooralsnog niet overwogen. Het Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) wat namens de gemeente ook de WVG-vervoersregeling uitvoert biedt weliswaar de mogelijkheid van z.g. vrijreizen of seniorvervoer waarbij het t.o.v. de commerciële taxi mogelijk is om tegen een gunstiger tarief te reizen. Aan het KCV-vervoer kleven echter 2 nadelen t.w.: - vervoer is beperkt tot het grondgebied van de Provincie Noord-Brabant waardoor het KCV dus niet geschikt is om bijv. een specialist in Rotterdam te bezoeken; - waar mogelijk zal de taxivervoerder meerdere mensen op dezelfde rit laten meerijden. Dit heeft tot gevolg dat indien de cliënt op een bepaald tijdstip op een aangewezen plaats moet zijn (bijv. afspraak bij een arts/specialist) men of veel vroeger moet vertrekken met wachttijd bij de specialist als gevolg of men loopt een aanzienlijk risico dat men te laat op de afspraak komt. Gelet op deze 2 nadelen kan het KCV eigenlijk nog geen goed alternatief bieden voor het zittend ziekenvervoer per reguliere taxi.

 

- anticonceptiepil voor personen van 21 jaar en ouder:

in zijn algemeenheid dient gesteld te worden dat de aanschaf van voorbehoedsmiddelen, ongeacht het type (=persoonlijke keuze/voorkeur), tot de algemene kosten van het bestaan dienen te worden gerekend. Dergelijke kosten dienen vanuit bijstandsoptiek dan ook betaald te worden uit het reguliere inkomen, ook al bevindt zich dit op het minimumniveau. Voorgesteld wordt hierop één uitzondering te maken t.w. daar waar het gaat om het gebruik van de anticonceptiepil door geestelijke gehandicapten die als gevolg van hun verstandelijk vermogen de gevolgen van hun handelen niet kunnen overzien. De hiermee gemoeid zijnde extra bijzondere bijstandskosten zullen naar verwachting zeer marginaal zijn;

 

- psychotherapie voor zover het meer dan 30 behandelingen betreft:

denkbaar is dat op individueel niveau een uitzondering dient te worden gemaakt op het (wetenschappelijke) standpunt dat meer dan 30 behandelingen onvoldoende effect meer resulteren. Om die reden wordt voorgesteld om per individuele aanvraag een beoordeling uit te voeren (incl. opvragen medisch advies bij de GGD) en indien uit dat medisch advies blijkt dat van een voortzetting van de behandeling nog wel voldoende effect te verwachten is, dat dan de voortgezette behandelkosten nog tijdelijk worden vergoed via de bijzondere bijstand. De hiermee gemoeid zijnde extra bijzondere bijstandskosten zullen naar verwachting niet zo heel erg hoog zijn (PM: 5 personen maal 10 behandelingen ad. € 100,-- per behandeling = € 5.000,--; excl. uitvoerings-kosten door het ambtelijk apparaat).

 

V.w.b. alle overige hiervoor genoemde kostensoorten waarvoor, hetzij in 2004, hetzij in 2005, geen/niet langer een beroep kan worden gedaan op een vergoeding via de ziektekostenverzekeraar, wordt voorgesteld om hierin niet d.m.v. de verlening van bijzondere bijstand te voorzien.

 

Overweging hierbij is dat deze kosten: - berusten op een persoonlijke keuze zonder dat daarvoor echt een noodzaak bestaat zoals bedoeld in de Wet werk en bijstand of, - esthetisch van aard zijn, waardoor deze niet aangemerkt kunnen worden als bijzonder noodzakelijke kosten van het bestaan als bedoeld in de Wet werk en bijstand. Bij sommige kostensoorten kan bovendien nog een ethische discussie worden gevoerd over nut en noodzaak van de gewenste behandeling en of de gemeenschap direct of indirect de daaraan verbonden kosten dient te betalen (bijv. in vitro fertilisatie). T.a.v. laatstgenoemde kostensoort is in de overweging nog meegenomen dat wanneer zou worden besloten hiervoor de bijzondere bijstand in te zetten, de gemeente eigenlijk ook zou moeten besluiten om bijzondere bijstand te gaan verstrekken in de kosten verbonden aan andere vormen van realisatie van kinderwensen. Te denken valt bijv. aan adoptiekosten van (buitenlandse) kinderen, het vanuit het buitenland laten overkomen van eigen kinderen door allochtonen etc. Bij dit laatste item dient bovendien rekening te worden gehouden met de bepalingen in de Vreemdelingenwet.

 

Voorlichting:

In het kader van voorlichting dient de gemeente wel een actieve houding te betrachten om de potentiële doelgroep ook daadwerkelijk te bereiken.

Voorgesteld wordt bekendheid aan dit beleid te geven d.m.v. voorlichting via: De Roosendaalse Bode (gemeentepagina), Nieuwsbrief aan klanten afd. Sociale Zaken en middels mailing aan cliënten die opgenomen zijn in het WVG-bestand. Gepoogd zal voorts worden met de Stichting Thuiszorg te overleggen om via hen ook aan de mensen die gebruik maken van de diensten van de Thuiszorg een mailing te laten uitgaan waarbij zij gewezen worden op de mogelijkheid om voor de verschuldigde eigen bijdrage thuiszorg bijzondere bijstand te kunnen aanvragen. Inschatting is dat bovengenoemde groepen tezamen ongeveer 3.500 personen/huishoudens zullen betreffen. Uitgaande van het feit dat een mailing ongeveer € 0,50 per poststuk kost, zal met de totale voorlichting (incl. artikel in de Roosendaalse Bode) een bedrag zijn gemoeid van circa € 1.750,-- (=PM-post).

 

Financiële dekking:

In de gemeentebegroting 2004 is voor de uitgaven bijzondere bijstand een bedrag geraamd van € 800.000,--. In de gemeentelijke conceptbegroting voor het jaar 2005 is voor de bijzondere bijstand een bedrag geraamd van € 815.000,-- (uiteraard behoudens goedkeuring gemeenteraad) .

Overzicht uitgaven bijzondere bijstand:

Het rekeningresultaat over het gehele boekjaar 2003 bedroeg € 786.552,--. In het tijdvak 01 jan. 2004 tot en met oktober 2004 heeft de afdeling Sociale Zaken intussen feitelijk € 514.000,-- aan bijzondere bijstand uitgekeerd. Op basis hiervan is de prognose gemaakt dat de totale uitgaven bijzondere bijstand voor het jaar 2004 zullen oplopen tot totaal € 620.000,--. Gelet hierop bestaat er begrotings-technisch gezien (zowel voor het jaar 2004 als 2005) nog voldoende financiële ruimte om de in deze nota voorgestelde beleidswijzigingen t.w. € 73.000,-- op jaarbasis voor uitbreiding zittend vervoer, anticonceptiepil voor geestelijk gehandicapte personen van 21 jaar en ouderen en extra behandelingen psychotherapie, alsmede eenmalige voorlichtingskosten ad. € 1.750,-- te kunnen financieren.

Noot: de in deze paragraaf vermelde bedragen zijn exclusief de eventuele extra uitgaven voor de uitvoering van een categoriale regeling voor chronisch zieken, gehandicapten en

ouderen. Hiervoor wordt verwezen naar die betreffende beleidsnotitie.

 

Advies:

  • 1.

    de in deze nota voorgestelde verruiming van het beleid bijzondere bijstand vast te stellen op de onderdelen: - zittend ziekenvervoer; - anticonceptiepil voor geestelijke gehandicapte personen van 21 jaar en ouder en - kosten psychotherapie indien meer dan 30 behandelingen noodzakelijk zijn te achten;

  • 2.

    te besluiten dat voor de navolgende kostensoorten t.w.:

    • afschaffing vergoeding zelfzorg medicijnen;

    • afschaffing vergoeding anticonceptiepil voor personen van 21 jaar en ouder, niet zijnde geestelijke gehandicapte personen;

    • beperking vergoeding in vitro fertilisatie en aanverwante behandelingen;

    • behandeling tegen snurken;

    • flapoorcorrectie;

    • bovenooglidcorrectie;

    • borstprothese;

    • buikwandcorrectie en

    • hersteloperatie na sterilisatie,

    géén beroep op bijzondere bijstand kan worden gedaan;

  • 3.

    middels voorlichting via De Roosendaalse Bode (gemeentepagina), Nieuwsbrief aan klanten afd. Sociale Zaken, mailing aan cliënten die opgenomen zijn in het WVG-bestand enThuiszorg- bestand(=specifiek voor eigen bijdrage thuiszorg), en de daarbij betrokkenBelangenorganisatie ruime bekendheid te geven aan dit nieuwe beleid.

 

Bijlage 1: Overzicht verstrekkingen zittend vervoer ziektekostenverzekeraar

Cijfers VGZ

tijdvak van juli 2003 tot en met augustus 2004 in de selectie meegenomen.

Aantal gebruikers

Afstand in kilometers (enkele reis)

 

 

 

278   

95     

42   

268

tot 10

11 t/m 20

21 t/m 30

meer dan 30

 

 

 

Totaal waren er in dit tijdvak 553 gebruikers van de vervoersvoorziening. Sommige gebruikers zijn in meerdere afstanden opgenomen.

Het gemiddeld aantal kilometers per gebruiker op jaarbasis bedraagt 788, de gemiddelde kosten zijn € 820,-- (kosten zijn exclusief eigen bijdrage van 81 euro).

Cijfers OZ

tijdvak van 01 jan. 2003 tot en met 31 dec. 2003 in de selectie meegenomen.

Aantal gebruikers

Afstand in kilometers (enkele reis)

 

 

 

364

Onbekend, werd in 2003 niet geregistreerd door OZ

 

 

 

Totaal heeft OZ aan deze 364 gebruikers € 249.581,24 aan kosten van zittend ziekenvervoer gemaakt. De gemiddelde kosten bedragen derhalve € 685,66.

Bijlage 2: Indicatietabel taxitarieven zittend ziekenvervoer.

PRIJZEN 2004

Gemiddeld tarief (*)

BUITEN RSD

 

Van - naar

Prijs in euro (incl. 6 % BTW)

 

 

Roosendaal - Amsterdam VU ziekenhuis

220,00

Roosendaal - Antwerpen Augustinuskliniek

105,00

Roosendaal – Delft

125,00

Roosendaal - Rotterdam Daniël Den Hoedt

75,00

Roosendaal - Rotterdam Dijkzigt

90,00

Roosendaal - Rotterdam Dijkzigt rolstoelbus

115,00

Roosendaal - Rotterdam Sophia + Zuiden

105,00

Roosendaal - Rotterdam Oogziekenhuis

105,00

Roosendaal - Tilburg Verbeeten

70,00

Roosendaal – Breda Amphia (voorheen Ignatius)

40,00

Roosendaal – Breda Amphia rolstoelbus (voorheen Ignatius)

50,00

Roosendaal – Breda Revalidatiecentrum (voorheen Baronie)

35,00

Roosendaal - Bergen op Zoom/Vrederust

25,00

Roosendaal - Nieuwegein

145,00

Roosendaal - Utrecht ACC. ziekenhuis

160,00

Roosendaal - Nijmegen

195,00

Roosendaal - Vlissingen

135,00

Roosendaal - Voorburg

160,00

(*) De tariefstelling is exclusief het eventueel verschuldigde wachttarief hetgeen kan oplopen tot € 30,-- per uur. Indien wachttijd te lang wordt zal de taxi niet wachten maar later terugkeren waardoor dubbele ritprijs verschuldigd is

 

 

 

 

 

Van kerkdorp naar Roosendaal (enkele reis)

(=prijs enkele reis)

 

 

Roosendaal (dunantstraat - Fransiscusziekenhuis) ( 2,8 km )

6,50

Nispen (kerkplein/Rabobank) ( 8,2 km )

8,00

Wouw (Kloosterstraat/Rabobank) ( 4,9 km )

9,00

Wouwse Plantage ( 9,5 km )

11,00

Moerstraten ( 9 km )

11,00

Heerle (herelsestraat) ( 9,9 km )

10,00