Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Wijchen

Verordeningen toeristenbelasting 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Wijchen
Officiële naam regelingVerordeningen toeristenbelasting 2012
CiteertitelVerordeningen toeristenbelasting 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Bron bekendmaking: http://www.wijchen.nl

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 224 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201201-01-2012nieuwe regeling

09-12-2010

Onbekend, 04-01-2011

010/AZ 065A
01-01-2012

22-12-2011

Wegwijs, 28-12-2011

11 AZ 140

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Wijchen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 november 2010;

gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

Besluit:

vast te stellen de hierna volgende verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2012.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: 

  • a.

    vakantie-onderkomens: woningen en andere verblijven, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;

  • b.

    mobiele kampeeronderkomens: tenten, vouwwagens, kampeerauto's, toercaravans en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen welke bestemd zijn dan wel gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;

  • c.

    niet-beroepsmatig verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet-zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur aangeboden;

  • d.

    vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende een seizoen of een jaar plaatsen van een zelfde mobiel kampeeronderkomen of stacaravan.

Artikel 2 Belastbaar feit

Ter zake van het houden van verblijf met overnachten binnen de gemeente in hotels, pensions, vakantie-onderkomens, mobiele kampeeronderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten en op vaste stand-plaatsen tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene in de gemeentelij-ke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente zijn ingeschreven, wordt onder de naam 'toeris-tenbelasting' een directe belasting geheven.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2 in hem ter beschik-king staande ruimten dan wel op hem ter beschikking staande terreinen.

  • 2.

    De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene, ter zake van wiens verblijf de belasting verschuldigd wordt.

  • 3.

    Indien met toepassing van het eerste lid geen belastingplichtige is aan te wijzen, is belastingplichtig degene die overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 verblijf houdt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:

1. door degene, die als verpleegde of verzorgde in een inrichting tot verpleging of verzorging van zieken, van gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van ouden van dagen verblijft;

2. van een asielzoeker, zijnde een vreemdeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Vreemdelingenwet, die een asielverzoek heeft ingediend waarover nog geen onherroepelijke beslissing is genomen, van degene die een asielverzoek heeft ingediend waarop negatief is beslist en van een verblijfsgerechtigde, die op basis van artikel 9, 10 of 15 van voornoemde wet een verblijfsvergunning heeft, voor zover deze personen verblijf houden in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2, in het kader van de centrale opvang onder verantwoordelijkheid van het ZBO Centrale Opvang Asielzoekers.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen.

Artikel 6 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing

1. Het aantal personen dat heeft overnacht, wordt met betrekking tot:

a. vakantie-onderkomens en niet-beroepsmatig verhuurde ruimten bepaald op het aantal slaapplaatsen;

b. mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op vaste standplaatsen bepaald op

2,2 personen.

2. Het aantal malen dat door de in het eerste lid bedoelde personen is overnacht wordt ingeval

verblijf wordt gehouden in vakantie-onderkomens, niet-beroepsmatig verhuurde ruimten dan wel op vaste standplaatsen, welke geschikt zijn voor gebruik of slechts gebruikt mogen worden gedurende een periode van:

ten hoogste drie maanden bepaald op 27 ;

meer dan drie doch ten hoogste zes maanden bepaald op 54 ;

meer dan zes maanden bepaald op 81 ;

Artikel 7 Opteren voor niet-forfaitaire maatstaf van heffing

In afwijking van het bepaalde in artikel 6 wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op grond van artikel 6 berekende aantal.

Artikel 8 Belastingtarief

1. Het tarief bedraagt per overnachting € 0,66.

2. In afwijking van het eerste lid bedraagt het tarief voor het houden van verblijf met overnachten op campings binnen de gemeente op vaste standplaatsen, in mobiele kampeeronderkomens en vakantieonderkomens per persoon per overnachting € 0,41

Artikel 9 Heffingstijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderkwartaal.

Artikel 10 Wijze van heffing

De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel 11 Aanslaggrens

Geen belasting wordt geheven indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, minder dan tien per kwartaal bedraagt.

Artikel 12 Termijnen van betaling

De belastingplichtige is gehouden de toeristenbelasting binnen één maand na afloop van het

kalenderkwartaal overeenkomstig de aangifte aan de in artikel 231 tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar te betalen.  

Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de toeristenbelasting.

Artikel 14 Kwijtschelding

Bij de invordering van toeristenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 15 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar.

Artikel 16 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening toeristenbelasting 2011’, vastgesteld bij raadsbesluit van 9 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening toeristenbelasting 2012'.

Ondertekening

Aldus besloten door de gemeenteraad in zijn openbare vergadering van 9 december 2010,

De voorzitter, De griffier,