Organisatie | Geldermalsen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet werk en bijstand gemeente Geldermalsen |
Citeertitel | Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet werk en bijstand gemeente Geldermalsen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Wwb, terugvordering, terugvorderen, bijstand, uitkering, geld, verhalen, terugbetalen, onderhoudsplicht, levensonderhoud |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-02-2005 | 01-01-2004 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 25-01-2005 Nieuwsblad Geldermalsen, 17-2-2005 | collegebesluit, 25-1-2005, nr. 4 |
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geldermalsen,
gelezen het voorstel van 3 december 2004, 2004-9711,
gelet op artikel 13 Invoeringswet Wet werk en bijstand en artikel 61 Wet werk en bijstand,
vast te stellen Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften verhaal Wet werk en bijstand
Burgemeester en wethouders maken gebruik van de bevoegdheid tot het verhalen van kosten van bijstand:
Tot de grens van de onderhoudsplicht als bedoeld in Boek 1 van de het Burgerlijk Wetboek: op degene die bij het ontbreken van gezinsverband zijn onderhoudsplicht jegens zijn echtgenoot, of minderjarig kind niet of niet behoorlijk nakomt en op het minderjarige kind dat zijn onderhoudsplicht jegens zijn ouders niet of niet behoorlijk nakomt;
Op degene aan wie de persoon die bijstand ontvangt of heeft ontvangen een schenking heeft gedaan voorzover bij het besluit op de bijstandsaanvraag met de geschonken middelen rekening zou zijn gehouden indien de schenking niet had plaatsgevonden, tenzij gelet op alle omstandigheden aannemelijk is dat de schenker ten tijde van de schenking de noodzaak van bijstandsverlening redelijkerwijs niet heeft kunnen voorzien
Op de nalatenschap van de persoon indien: 1° aan die persoon ten onrechte bijstand is verleend indien sprake is van een situatie als beschreven in de beleidsregels terugvordering 4 onder a en e en voorzover voor het overlijden nog geen terugvordering heeft plaatsgevonden; 2° bijstand is verleend in de vorm van geldlening of als gevolg van borgtocht.
Behoudens in de gevallen als bedoeld in onderdeel e, ten tweede, worden kosten van bijstand die meer dan vijf jaar vóór de datum van verzending van het besluit tot verhaal zijn gemaakt, niet verhaald.
Hoofdstuk 3. GEHEEL OF GEDEELTELIJK AFZIEN VAN HET NEMEN VAN EEN VERHAALSBESLUIT
In afwijking van beleidsregel 1 kunnen burgemeester en wethouders, op verzoek van degene op wie verhaald wordt, besluiten gedeeltelijk af te zien van verhaal van kosten van bijstand voorzover het betreft verschuldigde verhaalsbedragen die op het moment van het besluit opeisbaar zijn, indien:
Het besluit tot het gedeeltelijk afzien van verhaal treedt niet in werking voordat een schuldregeling als bedoeld in beleidsregel 4 onder b. tot stand is gekomen.
Hoofdstuk 5. BEOORDELING VAN MATE VAN ONDERHOUDSPLICHT
Bij de beoordeling van het bestaan van het verhaalsrecht als bedoeld in beleidsregel 1 onder A, B en C en de omvang van het te verhalen bedrag wordt rekening gehouden met de maatstaven die gelden en de omstandigheden die van belang zijn in het geval dat de rechter dient te beslissen over de vraag of en, zo ja, tot welk bedrag een uitkering tot levensonderhoud na echtscheiding, scheiding van tafel en bed of ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed zou moeten worden toegekend.
Hoofdstuk 6. VERHALEN VAN RECHTERLIJKE UITSPRAAK BETREFFENDE LEVENSONDERHOUD
Hoofdstuk 7. WIJZIGING DOOR RECHTER VASTGESTELD BEDRAG LEVENSONDERHOUD
Hoofdstuk 8. HET VERHAALSBESLUIT
Een besluit tot verhaal op grond van beleidsregel 1 wordt door het college aan degene op wie verhaal wordt gezocht medegedeeld. Het besluit vermeldt het bedrag of de bedragen waarvan, evenals de termijn of termijnen waarbinnen, betaling wordt verlangd. Bij verhaal op de nalatenschap kan de mededeling worden gericht tot de langstlevende echtgenoot of een der erfgenamen die geacht kan worden bij de afwikkeling van de nalatenschap te zijn betrokken.
Indien de belanghebbende niet uit eigen beweging bereid is de verlangde gelden aan de gemeente te betalen dan wel niet of niet tijdig tot betaling daarvan overgaat, besluiten burgemeester en wethouders tot verhaal in rechte. Burgemeester en wethouders zien af van verhaal in rechte indien het te verhalen bedrag een bedrag van € 200,- niet te boven gaat.
Indien de belanghebbende niet bereid blijkt de door de rechter vastgestelde bijdrage voor levensonderhoud of de op verzoek van de gemeente vastgestelde bijdrage te voldoen dan wordt die uitspraak tenuitvoergelegd door middel van executoriaal beslag overeenkomstig de artikelen 479b tot en met 479g, behoudens artikel 479e lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.