Organisatie | Leiden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de Commissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften 2009 |
Citeertitel | Verordening op de Commissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
1. In het raadsbesluit tot vaststelling van de verordening is tevens besloten dat deze verordening in werking treedt op de dag volgend op die van haar bekendmaking en terugwerkt tot 1 maart 2009;
2. In het raadsbesluit tot vaststelling van deze verordening is tevens besloten om De Verordening op de Commissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften 2006 in te trekken op het moment dat de Verordening op de Commissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften 2009 in werking treedt.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-06-2009 | 01-03-2009 | 18-05-2011 | nieuwe regeling | 19-06-2009 Stadsblad, 19-06-2009. | RV 09.0064 |
De commissie is als volgt samengesteld:
er is een eerste voorzitter en er zijn voorts ten minste drie andere voorzitters, die op aanbeveling van burgemeester en wethouders door de gemeenteraad worden benoemd, met dien verstande, dat deze functies onverenigbaar zijn met het lidmaatschap van de raad, met het ambt van burgemeester van Leiden en met de in artikel 13 van de Gemeentewet genoemde betrekkingen. Bij de aanbeveling dragen burgemeester en wethouders er zorg voor dat ten minste één voorzitter de instemming heeft van het Georganiseerd Overleg;
er worden maximaal tien leden en zes plaatsvervangende leden door de gemeenteraad uit zijn midden benoemd, met dien verstande dat de functie van burgemeester onverenigbaar is met het lidmaatschap van de commissie. Ook duoraadsleden kunnen door de gemeenteraad worden benoemd als lid of plaatsvervangend lid van de commissie.
De leden van de commissie, bedoeld in artikel 3, eerste lid onder a, en de plaatsvervangende leden als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder b, leggen zo spoedig mogelijk nadat zij door de gemeenteraad zijn benoemd in de vergadering van de commissie, in handen van de burgemeester, de volgende eed (verklaring en belofte) af:
"Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de commissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.
Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.
Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!" ("Dat verklaar en beloof ik").
De leden en de plaatsvervangende leden van de commissie kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij dienen dit schriftelijk in bij de gemeenteraad, onder mededeling daarvan aan de voorzitter van de commissie. Leden die ontslag hebben genomen, blijven hun functie waarnemen totdat in hun opvolging is voorzien.
Artikel 7 Plenaire vergadering
De in het vorige lid bedoelde vergadering wordt belegd door de voorzitter van de commissie, die de leden ten minste acht dagen voor de te houden vergadering oproept, onder toezending van de agenda. De voorzitter van de commissie belegt een vergadering zo dikwijls hij of een derde deel van het aantal leden dit nodig oordeelt. In het laatste geval wordt de vergadering gehouden binnen twee weken nadat het verzoek is gedaan, bij gebreke waarvan de verzoekers zelf tot oproeping bevoegd zijn.
Vergaderingen van de commissie vinden geen doorgang, indien niet meer dan de helft van het aantal leden aanwezig is. Indien een vergadering geen doorgang kan vinden, wordt een nieuwe vergadering belegd ter behandeling van dezelfde onderwerpen. In deze vergadering kunnen besluiten worden genomen ongeacht het aantal aanwezige leden, doch alleen over de onderwerpen, in de oproeping tot die vergadering vermeld. Tussen de eerste en de tweede vergadering moet een tijdvak van ten minste twee weken liggen.
Hoofdstuk II: bezwaarschriften en beroepschriften
De afdelingen welke zijn belast met de voorbereiding van beslissingen op bezwaar- of beroepschriften, als bedoeld in dit hoofdstuk, bestaan uit een voorzitter, zijnde een van de voorzitters als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder a, en twee vaste leden, door de commissie aan te wijzen uit de in artikel 3, eerste lid onder b, bedoelde leden.
Hoofdstuk III: Bezwaarschriften op het terrein van ambtenarenzaken
De afdeling welke is belast met de voorbereiding van beslissingen op bezwaarschriften op het terrein van ambtenarenzaken, bestaat uit een voorzitter, zijnde een van de voorzitters als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder a, en twee vaste leden, door de commissie aan te wijzen uit de in artikel 3, eerste lid onder d, bedoelde leden en twee vaste leden, door de commissie aan te wijzen uit de in artikel 3, eerste lid onder e, bedoelde leden.
Hoofdstuk IV: administratief beroep bij de gemeenteraad
Ingeval op grond van enig wettelijk voorschrift bij de gemeenteraad beroep is ingesteld tegen een besluit door of namens burgemeester en wethouders genomen, wordt op dit beroep beslist door een afdeling, welke bestaat uit een voorzitter, zijnde een van de voorzitters als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder a, en vier vaste leden, door de commissie aan te wijzen uit de in artikel 3, eerste lid onder b, bedoelde leden.