| Overheidsorganisatie | Provincie Gelderland |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Verordening Provinciale Raad voor Omgevingsbeleid Gelderland 2010, eerste herziening |
| Citeertitel | Verordening Provinciale Raad voor Omgevingsbeleid Gelderland, 2010 |
| Vastgesteld door | provinciale staten |
| Onderwerp | milieu |
| Eigen onderwerp | ruimtelijke ordening, water, natuur en landschap, stedelijke vernieuwing, milieu |
Deze eerste herziening van de verordening is een besluit van zowel Provinciale Staten d.d. 26 september 2012 als Gedeputeerde Staten d.d 10 juli 2012.
Bij de vaststelling van deze wijziging zijn bij artikel 3 tekstueel onjuistheden opgenomen. Het nummer van het nieuwe lid wordt niet vermeld (moet lid 1 zijn). En bij de wijzigingen van de leden 1,2,3 en 4 is niet vermeld dat dit de oude versies zijn. Redactioneel is dit aangepast. Ook in de toelichting zijn tekstueel onjuistheden opgenomen. Deze onjuistheden zijn tekstueel NIET gecorrigeerd en zullen te zijner tijd hersteld worden.
Onbekend.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 05-10-2012 | 29-05-2013 | Wijziging regeling | 26-09-2012 Provinciaal Blad, 2012/150 | PS2012-607 | |
| 21-07-2010 | 05-10-2012 | nieuwe regeling | 30-06-2010 Provinciaal Blad nr. 2010/74 | PS2010-442 |
GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND EN PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND
Gezien het voorstel PS2012-607 van Gedeputeerde Staten van Gelderland tot vaststelling van de eerste herziening van de Verordening Provinciale Raad Omgevingsbeleid Gelderland; Gelet op artikel 2.41 van de Wet milieubeheer, artikel 9 van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 82 van de Provinciewet;
BESLUITEN
Ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft vast te stellen de gewijzigde Verordening Provinciale Raad Omgevingsbeleid Gelderland, 2010
Er is een provinciale raad voor omgevingsbeleid Gelderland, hierna te noemen de raad. Deze raad is tevens de commissie als bedoeld in artikel 9.1 van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.41 van de Wet milieubeheer.
1 De raad heeft een adviesfunctie en wordt vooraf door Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten gehoord over beleidsontwikkeling, visies, plannen, verordeningen, en maatregelen die van wezenlijk belang zijn voor het provinciale omgevingsbeleid.
2 Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten stellen de raad in de gelegenheid in een zo vroeg mogelijk stadium van de voorbereiding van de bedoelde beleidsontwikkeling, visies, plannen, verordeningen en maatregelen mee te denken, met nieuwe ideeën te komen en alternatieven aan te dragen.
1 Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten benoemen de leden van de raad op grond van hun deskundigheid op het werkgebied van de raad.
2 Provinciale Staten benoemen in de commissie:
een vertegenwoordiger van Land- en Tuinbouworganisaties-Noord;
een vertegenwoordiger van de Gelderse Natuur en Milieufederatie;
een vertegenwoordiger van de Algemene Nederlandse Wielrijdersbond;
een vertegenwoordiger van de Sociaal Economische Raad Gelderland;
een vertegenwoordiger van particuliere terreinbeherende natuur-beschermingsorganisaties Gelderland;
een vertegenwoordiger van de Gelderse waterschappen;
drie vertegenwoordigers van de afdeling Gelderland van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.
3 Gedeputeerde Staten benoemen in de commissie:
een vertegenwoordiger van de Vereniging van recreatieondernemers Nederland (RECRON);
een vertegenwoordiger van de Gelderse waterleidingbedrijven;
een vertegenwoordiger van bouw- en ontwikkelingsmaatschappijen op het gebied van vastgoed;
ten hoogste vijf onafhankelijjke deskundigen op het werkgbied omgevingsbeleid;
een vertegenwoordiger van woningbouwcorporaties in Gelderland;
vijf onafhankelijke deskundigen op het werkgebied omgevingsbeleid.
4 Vertegenwoordigers van de Ministeries kunnen, op uitnodiging van de voorzitter, op ad hoc-basis deelnemen.
5 De leden van de raad genoemd onder het eerste en tweede lid kunnen zich laten vervangen.
6 Een lid van een provinciaal bestuursorgaan of een persoon die is aangesteld in dienst van de provincie kan geen lid zijn van de raad.
1 Provincale Staten en Gedeputeerde Staten benoemen gezamenlijk de voorzitter van de raad op voordracht van de Commissaris van de Koningin.
2 Gedeputeerde Staten benoemen op voordracht van de raad een plaatsvervangend voorzitter, die afkomstig is uit de raad.
3 De benoeming van de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter geldt voor de duur van vier jaar. Herbenoeming is mogelijk voor maximaal éen periode.
Gedeputeerde Staten voorzien in een secretaris en het secretariaat van de raad. De secretaris is geen lid van de raad.
De raad vergadert zo vaak als de voorzitter dat nodig oordeelt, of indien ten minste drie leden van de raad de voorzitter daarom schriftelijk en met opgaaf van redenen hebben verzocht.
1 De vergaderingen van de raad zijn openbaar.
2 Een vergadering of een gedeelte daarvan is niet openbaar in gevallen waarin de in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur genoemde belangen op de in dat artikel bedoelde wijze kunnen worden geschaad.
3 Onverminderd het bepaalde in het tweede lid, worden de deuren gesloten wanneer de voorzitter of ten minste twee leden van de raad dit nodig achten. De vergadering besluit vervolgens of zij met gesloten deuren zal beraadslagen.
4 Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten kunnen bij hun verzoek om advies de raad vragen om het desbetreffende onderwerp met gesloten deuren te behandelen.
1 De adviezen van de raad worden uitgebracht overeenkomstig het gevoelen van de meerderheid van de vergadering.
2 Op verzoek van de leden, wordt een afwijkend standpunt in het advies vermeld.
3 De commissie kan alleen adviseren in die gevallen waarbij meer dan de helft van de zitting hebbende leden aanwezig is.
4 De adviezen van de raad worden ondertekend door de voorzitter of namens deze door de secretaris.
1 De raad stelt jaarlijks een programma vast voor het eerstvolgende jaar. Bij de voorbereiding hiervan betrekt de raad Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten, dan wel leden uit hun midden.
2 De raad brengt elk jaar een verslag van haar werkzaamheden uit.
Gedeputeerde Staten zijn bevoegd om nadere regels te stellen betreffende de taken en de werkwijze van de raad.
1 De Verordening Provinciale Commissie voor de Fysieke Leefomgeving Gelderland 2007 en de Verordening Provinciale Commissie Landbouw en Natuurbeheer 2003 worden ingetrokken.
2 Het reglement Provincie Commissie Stedelijke Vernieuwing en Wonen/Gelders Beraad Bouwen en Wonen, wordt ingetrokken.
3 Totdat een voorzitter is benoemd op grond van artikel 4, voorzien Gedeputeerde Staten in benoeming van een voorzitter.
De Verordening Provinciale Commissie voor de Fysieke Leefomgeving 2007, blijft in stand voor zo lang en voor zover het betreft, de advisering van de subcommissie vastgestelde plannen, op grond van artikel 4a, achtste lid en artikel 53 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening juncto artikel 9.1.4, tweede lid van de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Provinciale Raad voor Omgevingsbeleid Gelderland, 2010.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.
Provinciale Staten van Gelderland