Overheidsorganisatie | Gemeente Enschede |
---|---|
Officiële naam regeling | Winkeltijdenverordening Enschede 2011 |
Citeertitel | Winkeltijdenverordening Enschede 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp | winkeltijden |
Geen
Winkeltijdenwet, het Vrijstellingenbesluit en artikel 149 van de Gemeentewet,
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 01-09-2011 | Onbekend | 13-12-2010 Huis aan huis 22 december 2010 | nr 14816 |
De Raad van de gemeente Enschede,
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 23 november 2010, DSOB, nr 14816
gelet op de Winkeltijdenwet, het Vrijstellingenbesluit en artikel 149 van de Gemeentewet,
b e s l u i t
vast te stellen de
Winkeltijdenverordening Enschede 2011
a de wet: de Winkeltijdenwet;
b winkel: hetgeen de wet daaronder verstaat;
c feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag.
1 Het college van burgemeester en wethouders beslist op een aanvraag om een ontheffing binnen 8 weken.
2 Het college van burgemeester en wethouders kan de beslissing voor ten hoogste 4 weken verdagen.
3 De aanvrager wordt schriftelijk van de verdaging op de hoogte gesteld voor afloop van de in het eerste lid bedoelde termijn.
1 Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na verkregen toestemming van het college van burgemeester en wethouders.
2 In geval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid bedoelde ontheffing doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college van burgemeester en wethouders onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.
Het college van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:
a ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;
b op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;
c het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;
d de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;
e van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen 6 maanden na afgifte van de ontheffing;
f de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.
Het college van burgemeester en wethouders verbindt aan elke ingevolge deze verordening verleende beschikking het voorschrift, dat de houder daarvan deze op eerste aanvraag behoorlijk ter inzage moet geven aan personen, belast met de handhaving van de naleving van de wet en deze verordening of met het opsporen van overtredingen daarvan.
1 De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf zon- en feestdagen per kalenderjaar, door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen,
2 De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders geldt voor het kernwinkelapparaat, de meubelboulevard en de rest van de gemeente.
3 De vrijstelling als bedoeld in het eerste lid geldt tussen 10.00 uur en 18.00 uur.
4 De aanwijzing als bedoeld in het eerste lid geschiedt overeenkomstig het nader door het college van B en W vast te stellen procedurebesluit.
5 Een gewaarmerkte kaart van het kernwinkelapparaat, de meubelboulevard en het gebied hierbuiten maakt deel uit van deze verordening.
1 Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van:
a de in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet vervatte verboden ten behoeve van winkels, die gesloten zijn op de in de wet bedoelde zon- en feestdagen tussen 00.00 en 16.00 uur en
b de in artikel 2, eerste lid, onder c van de wet vervatte verbod van winkelopening op werkdagen van het wettelijk sluitingsuur van 22.00 tot 24.00 uur;
c het in artikel 2, eerste lid onder b van de wet vervatte verbod voor Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december van 19.00 uur tot 24.00 uur.
2 Het college van burgemeester en wethouders kan op grond van artikel 3, lid 4 van de wet voor ten hoogste 10 winkels ontheffing verlenen.
3 Aan de ontheffing worden de volgende voorschriften verbonden:
a de winkel dient op werkdagen gesloten te zijn tussen 00.00 uur en 06.00 uur;
b de winkel dient op zon- en feestdagen gesloten te zijn van 00.00 tot 16.00 uur;
c de winkel is tenminste op 4 werkdagen open tot 24.00 uur;
d er dienen uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren te worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet.
4 De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de avond-winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de avondwinkel.
1 Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede Pinksterdag en Eerste of Tweede Kerstdag, ten behoeve van:
a bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;
b het uitstallen van goederen.
2 De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, evenementen, veilingen, beurzen, muziekfestivals, kunstateliers en galeries.
1 De verboden, bedoeld in artikel 2, eerste lid van de wet gelden om reden van op de gemeente gericht toerisme, voor zover zij betrekking hebben op de zondagen en de feestdagen, niet voor supermarkten (SBIcode 4711).
2 De algemene vrijstelling voor in het eerste lid van dit artikel genoemde winkels is niet van toepassing op de navolgende dagen: nieuwjaarsdag, eerste Paasdag, eerste Pinksterdag en eerste Kerstdag en niet voor 4 mei en 24 december voor zover deze dagen op een zondag vallen.
3 Openstelling van genoemde winkels onder het eerste lid vindt uitsluitend plaats op zon- en feestdagen tussen 16.00 en 20.00 uur.
Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat de vrijstelling genoemd in artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet niet geldt voor de gehele gemeente of voor een of meer delen van de gemeente.
1 Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van het in artikel 2, lid 1 onder c van de wet vervatte verbod ten behoeve van een winkel.
2 Het college van burgemeester en wethouders kan gebieden aanwijzen waar het verbod van artikel 2, lid 1 onder c van de wet niet geldt.
3 Het college van burgemeester en wethouders kan categorieën winkels aanwijzen waarvoor het verbod van artikel 2, lid 1 onder c van de wet niet geldt.
1 Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag een ontheffing geven in verband met de verboden vervat in artikel 2, eerste lid, van de wet, ten behoeve van de verkoop in een winkel, gelegen in een hotel, mits een dergelijke winkel geen rechtstreekse voor het publiek bestemde ingang vanaf de openbare weg heeft.
2 De ontheffing geldt:
a op zon- en feestdagen, van 07.00 tot 24.00 uur:
b op Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december en overige werkdagen vanaf het wettelijk sluitingsuur tot 24.00 uur.
De Winkeltijdenverordening 1996 wordt ingetrokken.
De krachtens de Winkeltijdenverordening 1996 verleende vergunningen en ontheffingen blijven van kracht na inwerkingtreding van de Winkeltijdenverordening 2011.
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2011.
Deze verordening kan worden aangehaald als "Winkeltijdenverordening Enschede 2011".
Vastgesteld in de openbare vergadering van
de Secretaris, de Voorzitter,
13 december 2010