Organisatie | Zaanstad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Organisatiebesluit Zaanstad 2011 |
Citeertitel | Onbekend |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
160 Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-06-2011 | 01-01-2012 | Onbekend | 24-05-2011 Gemeenteblad 2011,nummer 44 | 2011/136682 | |
01-01-2000 | Onbekend | 24-05-2011 Onbekend | Onbekend |
Hoofdstuk 1 De structuur van de ambtelijke organisatie
Artikel 2 Ambtelijke Organisatie
Artikel 3 De sturing van de ambtelijke organisatie
Hoofdstuk 2 De ambtelijke organisatie in relatie tot de bestuursorganen
Paragraaf 1 Secretaris in relatie tot de bestuursorganen
Artikel 5 De relatie tot het college
Artikel 6 De relatie tot de burgemeester
Paragraaf 2 De ambtelijke organisatie en uitoefening van bestuursbevoegdheid
Artikel 9 De relatie tot het college
Artikel 10 De relatie tot de burgemeester
Het bepaalde in artikel 9 is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de burgemeester als bestuursorgaan.
Artikel 11 Voorwaarden waaronder het mandaat wordt verleend
Artikel 12 Terugkoppeling naar bestuurlijk niveau
In de gevallen dat een of een aantal van de uitzonderingen genoemd in artikel 11 van toepassing is, dan wel indien de gemandateerde twijfelt of zulks het geval is, wordt het besluit of de afdoening van de zaak aan het college of aan het lid van het college tot wiens portefeuille het onderwerp logischerwijs behoort, voorgelegd.
Artikel 13 Informatieverstrekking over gebruik van de gemandateerde bevoegdheid
De secretaris en de directeuren verstrekken de afzonderlijke leden van het college respectievelijk de burgemeester regelmatig informatie over de zaken die zij op basis van dit besluit afdoen of hebben afgedaan, de beslissingen krachtens ondermandaat daarbij inbegrepen.
Paragraaf 3 Uitvoerende bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de ambtelijke organisatie.
Het aan de directeuren opgedragen dagelijks beheer omvat de verantwoordelijkheid voor het functioneren van de dienst aan het hoofd waarvan zij staan, waaronder het realiseren van de met secretaris overeen te komen omvang en kwaliteit van de dienstverlening en de verantwoordelijkheid voor de daartoe ter beschikking gestelde middelen.
Artikel 16 Begrotingsprogramma’s
Artikel 18 Informatieverstrekking door de diensten
De secretaris stelt vast welke gegevens door de diensten worden verstrekt ten behoeve van een goed beheer van de gemeentelijke organisatie als geheel. De aard, de inhoud, de vorm ervan en de frequentie van de informatieverstrekking wordt daartoe per categorie nader bepaald.
Hoofdstuk 3 Werkwijze van de ambtelijke organisatie
Artikel 20 Uitvoering bestuursopdracht
Artikel 22 Overleg met de portefeuillehouder
Hoofdstuk 4 Controlling, financieel management en de administratieve organisatie van de gemeente
Artikel 23 Onverenigbaarheid van functies
Artikel 24 Toetsing voorstellen
Artikel 29 Concernadministrateur
De secretaris wijst, gehoord de directeur van de dienst Middelen, een ambtenaar van de dienst Middelen aan als concernadministrateur.
De secretaris draagt er zorg voor dat elke directeur tijdig en schriftelijk op de hoogte gesteld wordt van alle door de raad en door het college genomen besluiten waaraan financiële consequenties voor de dienst zijn verbonden.
Artikel 32 Begroting en jaarstukken
Hoofdstuk 5 Slot- en overgangsbepalingen
De secretaris brengt jaarlijks of zo veel eerder als hij redenen daartoe aanwezig acht, aan het college een rapport uit inzake het functioneren van dit besluit. In zijn rapport besteedt hij bijzondere aandacht aan de vraag of de organisatie aanpassing behoeft, bij voorbeeld ten gevolge van de maatschappelijke ontwikkelingen en het door de raad vastgestelde beleid.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college op ……………………
mr G.H. Faber, burgemeester,
drs C. Vermeer, secretaris,
Voor zover dit besluit bevoegdheden betreft van de burgemeester als bestuursorgaan,
aldus vastgesteld op …………………………
mr G.H. Faber, burgemeester,
Bijlage A De hoofdstuctuur van de diensten o.g.v. artikel 2, tweede lid.
Artikel 1 Hoofdtaken van de Concernstaf
het zorgdragen voor de ontwikkeling van een strategisch kader op het gebied van: | |
het toetsen en evalueren van het beleid, advies en uitvoering op bovenstaande gebieden. |
Artikel 2 Hoofdtaken van de dienst Middelen
De hoofdtaak van de dienst Middelen is de zorg voor het advies, het beleid en de uitvoering gericht op het gebied van: | |
Artikel 3 Hoofdtaken van de dienst Stad
De hoofdtaak van de dienst Stad is de zorg voor de beleidsontwikkeling, de werkvoorbereiding, de werkuitvoering en de evaluatie gericht op het gebied van: | |
Artikel 4 Hoofdtaken van de dienst Wijken
De hoofdtaak van de dienst Wijken is de zorg voor de beleidsontwikkeling, de werkvoorbereiding, de werkuitvoering en de evaluatie gericht op het gebied van: | |
Artikel 5 Hoofdtaken van de dienst Publiek
De hoofdtaak van de dienst Publiek is de zorg voor de beleidsontwikkeling, de werkvoorbereiding, de werkuitvoering en de evaluatie gericht op het gebied van: | |
Bijlage B Besluit secretaris, o.g.v. artikel 3, tweede lid, tot verlenen ondermandaat bevoegdheden personeel en organisatie aan de directeuren.
Bijlage C Ondertekeningsformule van de in mandaat genomen besluiten.
In de gevallen, waarin het college gebruik maakt van haar bevoegdheid, hanteert zij de volgende formule: | |