Organisatie | Noordwijkerhout |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening plaatsingsvolgorde Wsw gemeente Noordwijkerhout |
Citeertitel | Verordening plaatsingsvolgorde Wsw gemeente Noordwijkerhout |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2008 | 01-01-2015 | Onbekend | 19-06-2008 Onbekend | Onbekend |
Artikel 3 Bekendmaking te verwachten plaatsingen
Het aantal te verwachten plaatsingen door het werkvoorzieningschap wordt voor de aanvang van elk kalenderjaar bekendgemaakt in een binnen het werkgebied van het werkvoorzieningschap verschijnend regionaal dagblad.
Algemene toelichting Verordening plaatsingsvolgorde Wsw
Op 1 januari 2008 zijn wijzigingen in de Wsw in werking getreden (modernisering Wsw). De moderniseringsvoorstellen vragen gemeenten om, meer dan tot dan het geval was, invulling te geven aan regie en sturing van de sociale werkvoorziening en deze een plaats te geven binnen het gemeentelijk participatie- en arbeidsmarktbeleid. Intussen heeft de staatssecretaris van SZW inmiddels ook al aangekondigd aanvullende verdergaande wijzigingen in de Wsw te onderzoeken.
De belangrijkste wijzigingen vanuit de modernisering van de Wsw zijn:
er komt een persoonsgebonden budget (PGB) voor het kunnen werken in dienst bij een externe werkgever via Begeleid Werken. De gemeente moet hiervoor bij verordening regels stellen. De gemeente moet twee onderwerpen bij verordening regelen: PGB en cliëntenparticipatie. De verordeningen over het PGB en de cliëntenparticipatie moeten op 1 juli 2008 geregeld zijn. De gemeentelijke regels voor de wachtlijst zijn opgenomen in dit besluit. Verder kan, als de gemeente dat wil, beleid worden gevoerd met betrekking tot de plaatsingsvolgorde met betrekking tot de wachtlijst van de Wsw-geïndiceerden zonder dienstbetrekking. Dit moet dan gebeuren met een verordening (artikel 12, tweede lid, van de Wsw).
Plaatsingsvolgorde Wachtlijst Wsw
Het wachtlijstbeleid regelt in welke volgorde mensen van de wachtlijst in aanmerking kunnen komen voor beschikbare Wsw-plekken. Standaard geldt het First in First out principe. Wie het langst op de wachtlijst staat, komt als eerste in aanmerking voor een dienstbetrekking.
Uitgangspunt van de Wsw is een sluitende aanpak op een financieel verantwoorde wijze. De nieuwe wet geeft gemeenten de ruimte om dit te doen. Het aantal mensen op de wachtlijst bedraagt voor alle aan de Regeling Werkvoorzieningsschap Kust-, Duin- en Bollenstreek (GR KDB) deelnemende gemeenten ongeveer 160 personen. Een grote wachtlijst wil overigens niet zeggen dat al deze mensen thuis zitten te wachten tot er ruimte is om hun een Wsw-plek aan te bieden. Integendeel. Voor mensen op de wachtlijst met een WWB-uitkering zijn er diverse arrangementen om actief aan het werk te zijn via de MareGroep (feitelijke uitvoeringsorganisatie voor de Wsw, in opdracht van de GR KDB), bijvoorbeeld vanuit een pré-SW-detachering (WWB-klanten met een Wsw-indicatie werkzaam op een Wsw-werkplek via een WWB-detachering) en Wajongers op basis van contracten UWV. Verder worden momenteel mensen met een Begeleid Werken-indicatie bemiddeld door de jobcoach-organisatie van MareGroep.
Voor een aantal bijzondere groepen wordt een voorrangsbeleid gevoerd. Het voorrangsbeleid wordt vormgegeven in artikel 2 van de verordening.
Dit artikel geeft de omschrijving van een aantal begrippen in de verordening. Centraal staat de Wsw-geïndiceerde, dat wil zeggen degene die uitsluitend onder aangepaste omstandigheden tot regelmatige arbeid in staat is. Deze indicatie wordt gesteld door het Centrum van Werk en Inkomen.
Het werkvoorzieningschap is bevoegd de indicatiebeschikking in een aantal gevallen in te trekken, bijvoorbeeld als de betrokkene passende arbeid onder aangepaste arbeid weigert (artikel 12, derde lid, van de Wsw). De Wsw regelt ook in welke omstandigheden de indicatiebeschikking vervalt, zoals bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd. De betrokkene kan rechtstreeks in dienst zijn bij een Wsw-uitvoeringsorganisatie of bij een reguliere werkgever waarbij deze Wsw-financiering krijgt in het kader van Begeleid Werken.
De gemeente kent een aantal voorrangsgroepen voor het bemiddelen van Wsw-geïndiceerden. Artikel 2 geeft hier duidelijkheid over. Plaatsing is alleen aan de orde als dat binnen de door het Rijk beschikbaar gestelde financiële middelen mogelijk is. De gemeente krijgt elk jaar van het Rijk een uitkering voor het realiseren van een minimumaantal Wsw-plaatsen (uitgedrukt in arbeidsjaren), de zogenoemde taakstelling. Plaatsing is alleen mogelijk voor zover de taakstelling niet overschreden wordt.
Om in aanmerking te komen voor een werkplek in het kader van de Wsw geldt in principe de volgorde van de Wsw-wachtlijst. Dit staat verwoord in het eerste lid van dit artikel.
Het tweede lid van dit artikel maakt voor drie categorieën een uitzondering op het algemene uitgangspunt van lid 1. De volgorde van opsomming bepaalt daarbij de prioritering:
Met de wetswijzigingen per 1 januari 2008 is de mogelijkheid voor de Wsw-geïndiceerde geïntroduceerd om met een persoonsgebonden budget (PGB) begeleid te gaan werken. Het is aan de geïndiceerde om zelf te zoeken naar een werkgever en een begeleidingsorganisatie voor het verzorgen van de begeleiding op de werkvloer. Omdat deze mogelijkheid expliciet in de Wsw is opgenomen, om daarmee de regie over de invulling van de Wsw bij de geïndiceerde zelf te kunnen leggen, is er voor gekozen om deze optie ook in deze verordening te prioriteren. Uiteraard moet de geïndiceerde wel aan alle voorwaarden voor het persoonsgebonden budget voldoen, voordat het persoonsgebonden budget ook daadwerkelijk wordt verstrekt.
Het inzetten van begeleid werken als instrument binnen de Wsw wordt gestimuleerd. Dit wordt als een goede mogelijkheid gezien om de doelstellingen van de Wsw te realiseren. Daarom worden deze geïndiceerden ook, tot een maximum binnen het werkingsgebied van de aan de GR KDB deelnemende gemeenten, geprioriteerd. Als een geïndiceerde overigens al onder a. valt, telt deze niet mee voor het percentage van 25.
Wsw-geïndiceerden die een periodieke uitkering voor levensonderhoud op grond van de WWB ontvangen, met een maximum van 25% van het totaal aantal te verwachten jaarlijkse plaatsingen door de GR KDB. Geïndiceerden, die een periodieke uitkering voor levensonderhoud op grond van de WWB ontvangen, behoren in de regel tot de financieel kwetsbaarste personen. Vanuit die gedachte worden zij geprioriteerd, tot een maximum binnen het werkingsgebied van de aan de GR KDB deelnemende gemeenten. Als een geïndiceerde overigens al onder a. of b. valt, telt deze niet mee voor het percentage van 25.
De voorrangspositie voor de laatste 2 groepen is beperkt gehouden om verdringingseffecten te beperken bij degenen die niet tot die doelgroepen behoren. Binnen elke categorie geldt de chronologische volgorde waarin de indicatiebeschikking is genomen door het CWI. Een Wsw-geïndiceerde die vanuit een andere gemeente komt, neemt zijn elders opgebouwde anciënniteit mee.
Artikel 3 Bekendmaking te verwachten plaatsingen
Dit artikel zorgt er voor dat de kandidaten op de wachtlijst vooraf voldoende inzicht hebben in het te verwachten aantal plaatsingen. Hiermee wordt informatie verstrekt aan de hand waarvan de geïndiceerde, zo nodig, kan controleren of hem op het juiste moment een Wsw-dienstbetrekking wordt aangeboden.