Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Vught

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2009

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVught
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2009
CiteertitelVerordening reinigingsheffingen 2009
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpverordening
Externe bijlageTarieventabel 1-2011

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Regeling vervangt de "Verordening reinigingsheffingen 2007"

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 229, eerste lid aanhef en onder a en b
  2. Wet milieubeheer, art. 15.33
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-12-201001-01-2012Nieuwe regeling

16-12-2010

Het Klaverblad, 22-12-2010

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2009

De raad van de gemeente Vught;

 

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2008;

 

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de:

 

"Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2009"

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Inleidende bepaling

Krachtens deze verordening wordt geheven:

  • a.

    een afvalstoffenheffing;

  • b.

    reinigingsrechten.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    Brabant Water N.V.: Brabant Water naamloze vennootschap, gevestigd te ’s-Hertogenbosch;

  • 2.

    verbruiksperiode: de periode waarop de afrekening van Brabant Water N.V. voor de levering van water betrekking heeft.

Hoofdstuk 2 Afvalstoffenheffing

Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘afvalstoffenheffing’ wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.

  • 2.

    De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 4 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en 10.22 van de Wet Milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2.

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:

    • a.

      degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, of beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;

    • b.

      ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende Tarieventabel 1-2011.

Artikel 6 Belastingtijdvak

  • 1.

    Het belastingtijdvak is, in de gevallen waarin de heffing door middel van de afrekeningen van Brabant Water N.V. plaatsvindt, gelijk aan de verbruiksperiode zoals die voor de betrokken belastingplichtige voor het desbetreffende belastingobject geldt.

  • 2.

    In andere gevallen dan in het eerste lid bedoeld is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting die wordt genoemd in Tarieventabel 1-2011, onderdelen I en II, wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Als dagtekening van de kennisgeving geldt de dagtekening van de afrekening van Brabant Water N.V., waarin de belasting is opgenomen. Als kennisgeving van voorlopig gevorderde bedragen wordt aangemerkt de voorschotnota of de kennisgeving op andere wijze van betaling van voorschotbedragen.

  • 2.

    De heffing van de belasting die wordt genoemd in Tarieventabel 1-2011, onderdeel III, geschiedt bij wege van gedagtekende kennisgeving.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belasting, genoemd in Tarieventabel 1-2011, onderdelen I en II, is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak, of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht. De belasting, genoemd in Tarieventabel 1-2011, onderdeel III is verschuldigd bij aanvang van de dienstverlening.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting ver-schuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4.

    Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de ge-meente verhuist en aldaar een ander perceel feitelijk in gebruik neemt.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    Ingeval het belastingtijdvak de verbruiksperiode is, moet het voorlopig gevorderde bedrag, alsmede het definitief gevorderde bedrag, worden betaald tegelijk met en op dezelfde wijze als het voorschotbedrag, onderscheidenlijk het definitieve bedrag, van de afrekening van Brabant Water N.V..

  • 2.

    In het geval dat de belasting bij wege van gedagtekende kennisgeving wordt geheven, moet het belastingbedrag worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 3.

    In andere gevallen dan bedoeld in het eerste en tweede lid, moet het voorlopig gevorderde bedrag, alsmede het definitief gevorderde bedrag, worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van de kennisgeving is vermeld, en de tweede twee maanden later.

  • 4.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorafgaande leden gestelde termijnen.

Hoofdstuk 3 Reinigingsrechten

Artikel 10 Belastbaar feit

Onder de naam 'reinigingsrechten' worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.

Artikel 11 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 12 Maatstaf van heffing en tarief

De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende Tarieventabel 2-2011.

Artikel 13 Belastingtijdvak

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 14 Wijze van heffing

  • 1.

    De rechten die worden genoemd in Tarieventabel 2-2011, onderdeel I, worden geheven bij wege van aanslag, met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.

  • 2.

    De rechten die worden genoemd in Tarieventabel 2-2011, onderdeel II, worden geheven bij wege van een gedagtekende kennisgeving.

Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De rechten, genoemd in Tarieventabel 2-2011, onderdeel I, zijn verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak, of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht. De rechten, genoemd in Tarieventabel 2-2011, onderdeel II zijn verschuldigd bij aanvang van de dienstverlening.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt zijn de rechten ver-schuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4.

    Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de ge-meente verhuist en aldaar een ander perceel feitelijk in gebruik neemt.

Artikel 16 Termijnen van betaling

  • 1.

    De reinigingsrechten moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van de kennisgeving is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorafgaande lid gestelde termijnen.

Hoofdstuk 4 Aanvullende bepalingen

Artikel 17 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.

Artikel 18 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening reinigingsheffingen 2007', van 14 december 2006, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 18 december 2007, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2009, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekend-making.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 4.

    Indien het belastingtijdvak een verbruiksperiode is en deze niet gelijk is aan het kalenderjaar, vangt in afwijking in zoverre van de artikelen 9, eerste lid, en 15, eerste lid, het eerste belastingtijdvak waarvoor deze verordening geldt aan op 1 januari 2011 en eindigt dat belastingtijdvak op het moment dat de op 1 januari 2011 lopende verbruiksperiode eindigt.

  • 5.

    Deze verordening wordt aangehaald als de "Verordening reinigingsheffingen 2009".

Aldus vastgesteld door de Raad van de gemeente Vught

in zijn openbare vergadering van 18 december 2008.

de griffier,

drs. H.C. de Visch Eijbergen

de voorzitter,

R.J. van de Mortel

Bijlage Tarieventabel 1-2011 behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten

Tarieventabel 1-2011