Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Niedorp

Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Niedorp
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2011
CiteertitelVerordening afvalstoffenheffing 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201101-01-2013Onbekend

16-12-2010

Gemeentenieuws 24-12-2010

23 november 2010, nr. 7

Tekst van de regeling

Intitulé

De raad van de gemeente Niedorp;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2010, nr. 7, inzake het vaststellen per 1 januari 2011 van de Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2011;

Gelet op artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer;

BESLUIT:

vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2011

Artikel 1 Aard van de belasting en belastbaar feit

  • 1. Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer (Stb.1994, 80).

  • 2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 2 Belastingplicht

  • 1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:

    • a.

      degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of

      beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;

    • b.

      ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruikte is afgestaan: degene die dat gedeelte

      ten gebruikte heeft afgestaan.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en belastingtarief

De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 4 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. De aanslagen moeten worden betaald in vijf gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 2. In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen kunnen worden afgeschreven door middel van automatische betalingsincasso, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing.

Artikel 9 Kwijtschelding van belastingen

  • 1. Kwijtschelding wordt verleend op basis van de ministeriële regeling bedoeld in artikel 31 van de Invorderingswet 1990.

  • 2. Verzoeken om kwijtschelding van belastingen dienen schriftelijk ingediend te worden.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De 'Verordening afvalstoffenheffing 2010' van 17 december 2009 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 4. Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening afvalstoffenheffing 2011'.

Ondertekening

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 16 december 2010.

De raad voornoemd,

De voorzitter,

De griffier,

TARIEVENTABEL

behorende bij de 'Verordening afvalstoffenheffing 2011'.

Algemeen

De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.

Hoofdstuk1.1Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing

1.1 De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:

1.1.1indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de

belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht,

wordt gebruikt voor één persoon; € 203,=

1.1.2indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de

belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door twee personen; € 244,=

1.1.3indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de

belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door drie of meer personen; € 274,=

Voor het vaststellen van het aantal personen per huishouden wordt uitgegaan van de situatie per 1 januari van het belastingjaar zoals die blijkt uit het gemeentelijk bevolkingsregister.

Behorende bij raadsbesluit van 16 december 2010,

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 16 december 2010.

De raad voornoemd,

De voorzitter,

De griffier,