Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Wieringen

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Wieringen
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2011
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 229, lid 1a
  2. Gemeentewet, art. 229, lid 1b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-12-201001-01-2014nieuwe regeling

11-11-2010

Register van bekendmaking, 2010, 382

X-11

Tekst van de regeling

Raadsbesluit 2010: X – 11g

De raad van de gemeente Wieringen;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 oktober 2010, nr. X-11

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet; besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2011.

Artikel 1 begripsomschrijvingen

a. begraafplaats: -Algemene begraafplaats Zandburen;
 -Algemene begraafplaats Stroe;
 -de aangewezen bijzondere begraafplaatsen in de gemeente Wieringen;

b. wet:de Wet op de lijkbezorging;
c. eigen graf:een graf, grafkelder daaronder begrepen, ten aanzien waarvan het uitsluitend recht is verleend tot:

 1.het daarin doen begraven, begraven houden van lijken en
 2.het daarin doen verstrooien van as;
 3.het daarin doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

d. algemeen graf:;een graf, grafkelder daaronder begrepen, bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder de gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken of het doen bijzetten van asbussen
e. urnengraf:een hiertoe aangewezen gedeelte van de “Algemene begraafplaats Stroe”, waarvoor het uitsluitend recht is verleend tot het daarin doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen, met of zonder urn, bevattende de as van overledenen en het doen verstrooien van as in het graf;
f. grafkelder:een ruimte bestemd tot het doen bijzetten en bijgezet houden van lijken;
g. asbus:een bus ter berging van de as van een overledene;
h. urn:een voorwerp ter berging van een asbus;
i. urnenkelder:een ruimte bestemd tot het doen bijzetten en bijgezet houden van urnen;
j. urnennis: een element, zowel staand als liggend, van het columbarium op de “Algemene begraafplaats Zandburen”, bestemd voor het doen bijzetten en bijgezet houden van urnen;
k. urnenkoker:een element, bestemd voor het plaatsen van maximaal 2 urnen of asbussen in of op een urnengraf;
l. strooiveld:een permanent daartoe bestemde plaats van de begraafplaats waarop as wordt verstrooid;
m. urnentuin: een gedeelte van de begraafplaats bestemd tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen in een eigen urnengraf of in een speciaal hiervoor bestemde urnenpilaar;
n. urnenmuur:een colombarium vol nissen geplaatst op een gedeelte van de begraafplaats dat bestemd is tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen in een urnennis;
o. rechthebbende:de natuurlijke persoon of een rechtspersoon, die het uitsluitend recht heeft verkregen tot het doen begraven of het doen bijzetten in een eigen graf of een eigen urnengraf;
p. gebruiker:de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie het gebruik van een ruimte in een algemeen graf is verleend, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;
q. beheerder:degene die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die hem vervangt;
r. grafakte:de beschikking waarin overeenkomstig de bepalingen van deze verordening door of namens burgemeester en wethouders een grafrecht wordt verleend;
s. grafrecht:het recht op het begraven en begraven houden in een eigen graf of eigen urnengraf;
t. grafbedekking:gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf of op een verstrooiingsplaats;
t. gedenkteken:voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften of figuren, daaronder begrepen kettingen en hekwerken;
u. grafbeplanting:vaste- en winterharde beplanting welke door de rechthebbende en/of de gemeente op een graf wordt aangebracht;
v. duurzame materialen:vaste, niet buigzame materialen van natuursteen, glas, hout, keramiek, kunststof en metaal, welke van nature of middels een daartoe speciale behandeling weerbestendig zijn, niet breukgevoelig en welke bestaan uit één geheel en waarvan de praktische toepasbaarheid zoals opnemen, verplaatsen, e.d. gewaarborgd is;
w. begraven:het begraven van lijken en het bijzetten van asbussen, met of zonder urn, in grafruimten of urnengraven.

Artikel 2 belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

  • 1.

    Voor het begraven van stoffelijke overschotten c.q. het bijzetten van de as van een doodgeboren of binnen 3 maanden na de geboorte overleden tweeling, drieling enz. mits dit in dezelfde kist geschiedt c.q. de as in één asbus wordt geborgen, is het grafrecht slechts éénmaal verschuldigd.

  • 2.

    Voor het begraven van stoffelijke overschotten c.q. het bijzetten van de as van kinderen, die beneden de leeftijd van 3 maanden zijn overleden en in één kist met hun moeder worden begraven c.q. waarvan de as met die van de moeder wordt geborgen in één asbus, is geen recht verschuldigd.

  • 3.

    De rechten worden niet geheven voor het opgraven van een lijk of asbus op rechterlijk gezag.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2.

    Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.3 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten, als bedoeld in de bij deze verordening behorende tarieventabel, worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks Verschuldigde rechten

  • 1.

    De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, zijn de rechten als bedoeld in hoofdstuk 1.1, onderscheidenlijk 1.2 of 4.2 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten als bedoeld in hoofdstuk 1.1, onderscheidenlijk 1.2 of 4.2 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingrechter voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 21 dagen na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt, dat ingeval er een machtiging is afgegeven voor automatische incasso, het bedrag van de kennisgeving moet worden betaald in 10 gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand welke in de dagtekening van de kennisgeving is vermeld en elke van de volgende termijnen telkens één maand later.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend. Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2010”, zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 5 november 2009, no.X – 12g, wordt ingetrokken met ingang van de datum van ingang van de heffing als bedoeld onder 3, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de derde dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening lijkbezorgingsrechten 2011”.

    Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Wieringen, gehouden op 11 november 2010.

    De raad voornoemd,

De griffier,De voorzitter,

Tarieventabel behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van Lijkbezorgingsrechten 2010.

Hoofdstuk 1 Rechten

1.1.1Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt bij eerste uitgifte uitsluitend op basis van een periode van 20 jaar geheven€ 1.658,00
1.1.2Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 1.1.1. wordt per verlenging geheven:  

 -voor een periode van 5 jaar€ 454,00
 -voor een periode van 10 jaar€ 855,00

1.2.1 Voor het recht tot het begraven houden van een lijk van een persoon in een algemeen graf voor een periode van 20 jaar wordt geheven€ 1.327,00
1.2.2Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 1.2.1. wordt per verlenging geheven:  

 -voor een periode van 5 jaar€ 363,00
 -voor een periode van 10 jaar€ 685,00

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven € 569,00
2.2Voor begraven van een lijk van een kind beneden 1 jaar wordt geheven € 148,00
2.3Voor begraven van een lijk van een kind beneden 12jaar wordt geheven € 277,00
2.4Voor het begraven buiten de bij plaatselijke verordening vastgestelde uren of op zaterdagen wordt, tenzij de begravingen door het college van burgemeester en wethouders in het belang van de openbare orde of gezondheid is bevolen, het recht als bedoeld in 2.1, 2.2 en 2.3 verhoogd met 50%.  
2.5Voor de in dit hoofdstuk genoemde tarieven is het onderscheid tussen een eigen graf en een algemeen graf niet van toepassing.  

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen

3.1Voor het bijzetten van een asbus of urn in een graf wordt geheven€ 106,00
3.2.1Voor het uitsluitend recht tot het bijzetten en bijgezet houden van een asbus of urn in een element van het columbarium (zowel staand als liggend), gedurende een periode van 20 jaar, inclusief onderhoud en eerste bijzetting, wordt per verlenging geheven€ 1.234,00
3.2.2Indien gebruik wordt gemaakt van een afwijkende uitgiftetermijn op grond van artikel 11 lid 4b van de Verordening op het beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen Wieringen 2006, of zoals deze laatstelijk is gewijzigd of vastgesteld, wordt per verlenging geheven€ 644,00
3.2.3Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 3.2.1 of 3.2.2 met een periode van 10 jaar, wordt per verlenging geheven€ 644,00
3.2.4Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 3.2.1 of 3.2.2 met een periode van 5 jaar, wordt per verlenging geheven€ 348,00
3.2.5Voor het verlenen van een recht tot een tweede bijzetting van een asbus of urn in een element van het columbarium (zowel staand als liggend) wordt per verlenging geheven€ 106,00
3.3.1Voor het uitsluitend recht tot het bijzetten en bijgezet houden van een asbus of urn in een urnengraf als bedoeld in artikel 1 lid c, gedurende een periode van 20 jaar, inclusief eerste bijzetting, wordt per verlenging geheven€ 513,00
3.3.2Indien gebruik wordt gemaakt van een afwijkende uitgiftetermijn op grond van artikel 11 lid 4b van de Verordening op het beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen Wieringen 2006, of zoals deze plaatstelijk is gewijzigd of vastgesteld, wordt per verlenging geheven€ 283,00
3.3.3Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 3.3.1 of 3.3.2 met een periode van 10 jaar, wordt per verlenging geheven€ 283,00
3.3.4Voor elke verlenging van het recht als bedoeld onder 3.3.1 of 3.3.2 met een periode van 5 jaar, wordt per verlenging geheven€ 167,00
3.4Voor het verlenen van een recht tot een tweede bijzetting van een asbus of urn in een urnengraf als bedoeld in artikel 1 lid c, wordt per verlenging geheven€ 106,00

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1Voor de aanleg van een grafkelder, uitsluitend bestemd voor één graf wordt geheven€ 685,00
4.1.1 Voor het plaatsen op de graven van zerken, kruisen of andere gedenk- of merktekens, voor elk graf€ 158,00
4.1.2 Voor het aanbrengen of verwijderen van een gedenkplaat op een urnennis, voor elke gedenkplaat€ 50,00
4.2 Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van:  
4.2.1 een graf wordt geheven, per jaar€ 106,00
4.2.2 de op een graf geplaatste gedenktekens, als bedoeld onder 4.1.1. en de verzorging van de op een graf aangebrachte beplanting wordt geheven, per jaar€ 106,00
4.3De rechten als bedoeld in onderdeel 4.2.1 en 4.2.2 kunnen voor bepaalde tijd, welke gelijk is aan de uitgifteperiode van het graf dan wel de periode van verlenging daarvan, worden afgekocht door betaling van een som ineens, gelijk aan een conform onderstaande tabel toegepaste vermenigvuldiging van het jaarlijkse belastingbedrag.  

 Afkoopperiode gelijk aan 5 jaren:4,5 x jaarbedrag
 Afkoopperiode gelijk aan 10 jaren:8,5 x jaarbedrag
 Afkoopperiode gelijk aan 20 jaren:15 x jaarbedrag

Hoofdstuk 5 Opgraven, ruimen en verstrooien

5.1Voor het opgraven van een lijk wordt geheven€ 543,00
5.2Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven€ 436,00
5.3Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven€ 503,00
5.4Voor het opgraven of verwijderen van een asbus of urn wordt geheven€ 106,00
5.5Voor het verstrooien van as wordt per asbus of urn geheven€ 106,00
5.6Voor de in hoofdstuk 5 van de tarieventabel genoemde werkzaamheden wordt, indien deze buiten de bij plaatselijke verordening vastgestelde uren of op zaterdagen plaatsvinden, tenzij deze handelingen door het college van burgemeester en wethouders in het belang van de openbare orde of gezondheid zijn bevolen, de tarieven verhoogd met 50%.  

Hoofdstuk 6 Overig

6.1Voor het beschikbaar stellen van een exemplaar van deze verordening of de Verordening op het beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen Wieringen, anders dan bij eerste verlening van het uitsluitend recht genoemd in de tarieventabel behorende bij deze verordening, wordt geheven€ 18,00
6.2Voor de afgifte van een grafakte, anders dan bij eerste verlening van het uitsluitend recht of overdracht van een grafrecht genoemd in de tarieventabel behorende bij deze verordening, wordt geheven€ 17,00
6.3Voor het overdragen van op grond van de in de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde rechten bedraagt het tarief per over te dragen recht: € 13,00  

Behorende bij raadsbesluit van 11 november 2010, no. X – 11g

De griffier van de gemeente Wieringen,