Overheidsorganisatie | Gemeente Zeevang |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2009 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening op de hefffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2006 van 6 december 2005.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2009.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-12-2008 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 09-12-2008 | 2008 10 13a, -1.714 |
De raad van de gemeente Zeevang;
gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2008;
B E S L U I T:
vast te stellen de VERORDENING OP DE HEFFING EN
INVORDERING VAN AFVALSTOFFENHEFFING 2009
(Verordening afvalstoffenheffing 2009).
1. Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;
ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:
indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door één persoon € 208,00;
indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door meer dan één persoon € 279,00;
de belasting als bedoeld in de onderdelen a en b wordt vermeerderd voor het op 1 januari van het belastingjaar in bruikleen hebben van een extra groene container bestemd voor GFT-afval of een extra grijze container bestemd voor huishoudelijke afvalstoffen per extra container € 71,00.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,-.
4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt.
5. Belastingbedragen van minder dan € 5,- worden niet geheven.
1. De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
3. In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 100,- doch minder dan € 2.500,- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen een maand later.
Met betrekking tot de afvalstoffenheffing wordt kwijtschelding verleend op basis van de normen zoals die door de gemeenteraad zijn vastgesteld in de vergadering van 16 april 1996.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing.
De “Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2006” van 6 december 2005, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van bekendmaking.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2009.
Deze verordening wordt aangehaald als Verordening afvalstoffenheffing 2009.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 9 december 2008
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
drs. G.C.I. Kager. drs. M.E. Smit.