Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederlandse Antillen

MINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING, van de 21ste februari 2006 ter uitvoering van artikel 39, eerste lid, onderdeel a, van de Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.B. 2001, no. 89)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Officiële naam regelingMINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING, van de 21ste februari 2006 ter uitvoering van artikel 39, eerste lid, onderdeel a, van de Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.B. 2001, no. 89)
CiteertitelBeschikking ex-patriates St. Eustatius 2005
Vastgesteld door
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpbelasting

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.B. 2001, no. 89), artikel 39, eerste lid, onderdeel a

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-03-200601-01-2005Nieuwe regeling

21-02-2006

P.B. 2006, no. 33

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE BESCHIKKING MET ALGEMENE WERKING, van de 21ste februari 2006 ter uitvoering van artikel 39, eerste lid, onderdeel a, van de Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.B. 2001, no. 89)

Artikel 1

In deze beschikking wordt verstaan onder:

Inspecteur: de Inspecteur, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel b, onder 3°, van de Algemene landsverordening Landsbelastingen (P.B. 2001, no. 89);

ex-patriate: de werknemer die direct voorafgaand aan zijn tewerkstelling te St. Eustatius gedurende een aaneengesloten periode van tenminste vijf jaar buiten de Nederlandse Antillen heeft gewoond;

werkgever: de inhoudingsplichtige, bedoeld in artikel 4 van de Landsverordening op de Loonbelasting 1976 (P.B. 1975, no. 254).

Artikel 2

  • 1.

    Krachtens deze beschikking kunnen faciliteiten worden verleend aan de ex-patriate:

  • a.

    die over een specifieke deskundigheid beschikt op wetenschappelijk of hoger beroeps opleidingsniveau en tenminste drie jaar relevante werkervaring heeft; dan wel

  • b.

    geen wetenschappelijk- of hoger beroeps opleiding heeft genoten maar wel over tenminste vijf jaar relevante werkervaring op dat niveau beschikt en die een beloning van zijn werkgever geniet van tenminste NAF. 100.000,-- per jaar; alsmede

  • c.

    wiens deskundigheid op de lokale arbeidsmarkt niet of in beperkte mate beschikbaar is; en

  • d.

    die werkzaam is in een bedrijf dat gerekend wordt tot een van de deviezengenererende sectoren.

  • 2.

    Tot de deviezengenererende sectoren, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, worden gerekend:

  • a.

    de internationale financiële dienstverlenende industrie;

  • b.

    de aardolie-industrie;

  • c.

    de luchtvaartindustrie;

  • d.

    de toeristenindustrie;

  • e.

    de telecommunicatie-industrie;

  • f.

    de internationale onderwijsinstellingen.

Artikel 3

  • 1. Tot de internationale financiële dienstverlenende industrie, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel a, worden gerekend bedrijven gevestigd te Sint Eustatius die nagenoeg geheel gericht zijn op het verlenen van financiële diensten, niet zijnde leveringen, aan personen die niet in de Nederlandse Antillen zijn gevestigd.

  • 2. Tot de aardolie-industrie, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel b, worden gerekend bedrijven gevestigd te Sint Eustatius:

    • a.

      die zich nagenoeg geheel bezig houden met olieraffinage en de overslag van aardolie en aardolieproducten te Sint. Eustatius;

    • b.

      die zich uitsluitend bezig houden met de bouw van of dienstverlening aan bedrijven als bedoeld onderdeel a.

  • 3. Tot de luchtvaartindustrie, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel c, worden gerekend bedrijven gevestigd te St. Eustatius die nagenoeg geheel zelfstandig personen of goederen vervoeren met behulp van luchtvaartuigen.

  • 4. Tot de toeristenindustrie, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, worden gerekend bedrijven gevestigd te St. Eustatius die zich nagenoeg geheel bezig houden met het bieden van gelegenheden tot verblijf en ontspanning aan niet-ingezetenen van de Nederlandse Antillen die voor korte tijd te St. Eustatius verblijven.

  • 5. Tot de telecommunicatie-industrie, bedoeld, in artikel 2, tweede lid, onderdeel e, worden gerekend bedrijven gevestigd te St. Eustatius die zich nagenoeg geheel bezig houden met het tot stand brengen van internationale verbindingen voor zintuiglijke waarneming.

  • 6. Tot de internationale onderwijsinstellingen worden gerekend bedrijven gevestigd te St. Eustatius die nagenoeg geheel onderwijs geven aan studenten van buiten de Nederlandse Antillen op Universitair of HBO niveau.

Artikel 4

In afwijking van het bepaalde in artikel 6, eerste lid, van de Landsverordening op de Loonbelasting 1976 wordt niet tot het loon van de ex-patriate gerekend de in verband met zijn dienstbetrekking genoten:

  • a.

    beloningen in natura voor zover die gezamenlijk per kalenderjaar niet meer dan NAF. 15.000,-- bedragen;

  • b.

    vergoedingen ter dekking van kosten gemaakt ten behoeve van het bezoeken van scholen te Sint Eustatius, alsmede gelijkwaardige onderwijsinstellingen buiten Sint Eustatius, met dien verstande, dat er per kind maximaal NAF. 25.000,-- per kalenderjaar buiten de belastingheffing wordt gehouden;

  • c.

    vergoedingen ter dekking van de reiskosten verbonden aan de uitzending en repatriëring van de werknemer en diens gezin tot maximaal NAF 4.000,-- voor een alleenstaande NAF. 8000,-- voor een echtpaar en NAF. 12.000,-- voor een echtpaar met kinderen;

  • d.

    vergoedingen ter dekking van de hotelkosten gedurende maximaal twee maanden na de aankomst van de werknemer te Sint Eustatius met dien verstande dat de vergoedingen niet hoger zijn dan NAF. 10.000,-- voor de alleenstaande werknemer, NAF 15.000,-- voor een echtpaar zonder kinderen en NAF 21.000,-- voor een echtpaar met kinderen;

  • e.

    vergoedingen ter dekking van de herinrichtingskosten bij vestiging te Sint Eustatius tot een maximum van twee maanden loon met dien verstande dat het bedrag van NAF. 12.000,-- niet wordt overschreden;

  • f.

    vergoedingen ter dekking van kosten verbonden met de huur van een vervoermiddel bij aankomst van de werknemer te Sint Eustatius gedurende, maximaal twee maanden met dien verstande dat de vergoedingen niet meer bedragen dan NAF. 2700,-- per maand.

Artikel 5

Indien de werkgever de door de werknemer verschuldigde loon of inkomstenbelasting voor zijn rekening neemt vindt geen brutering van het loon plaats indien tussen de werknemer en werkgever schriftelijk een nettoloon is overeengekomen.

Artikel 6

  • 1.

    Op schriftelijk verzoek van de werkgever wordt: de werknemer voor een periode van vijf jaar aangemerkt als ex-patriate in de zin van deze beschikking. Het verzoek van de werkgever is mede ondertekend door de werknemer.

  • 2.

    Indien de werkgever vóór het verstrijken van de in het eerste lid genoemde periode aannemelijk maakt dat tengevolge van het voortdurend gebrek aan specifieke deskundigheid op de arbeidsmarkt het noodzakelijk is dat de tewerkstelling van de ex-patriate wordt verlengd, kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmalig worden verlengd met maximaal vijf jaar.

  • 3.

    Het in het eerste en tweede lid bedoelde verzoek moet onder overlegging van een afschrift van de beschikking worden ingediend bij de Inspecteur.

Artikel 7

  • 1. Het in artikel 6, eerste lid, bedoelde verzoek wordt ingediend, door de werkgever binnen drie maanden na aanvang van de tewerkstelling van de ex-patriate te Sint Eustatius.

  • 2. Het verzoek bevat de volgende gegevens van de werknemer:

    • a.

      zijn curriculum vitae;

    • b.

      afschriften van relevante diploma's, cijferlijsten en getuigschriften;

    • c.

      afschriften van de werk- en verblijfsvergunning;

    • d.

      afschrift van de arbeidsovereenkomst; en

    • e.

      een overzicht van de toegekende vergoedingen en beloningen in natura.

  • 3. De werknemer wordt als ex-patriate aangemerkt met ingang van de eerste dag van zijn tewerkstelling, met dien verstande dat bij overschrijding van de termijn, genoemd in het eerste lid, de werknemer niet eerder als ex-patriate wordt aangemerkt dan met ingang van de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin het verzoek is gedaan.

  • 4. Als bij het indienen van het verzoek de in het tweede lid, onderdeel c, bedoelde vergunning niet kan worden overlegd wordt, indien aan de overige voorwaarden is voldaan, de werknemer als ex-patriate aangemerkt met ingang van de eerste dag van zijn tewerkstelling voor een periode van een jaar.

  • 5. De periode van één jaar wordt verlengd tot en met vijf jaar indien vóór het verstrijken van het jaar de werk- en verblijfsvergunning aan de Inspecteur wordt overlegd.

Artikel 8

  • 1. Deze beschikking vindt niet langer toepassing indien de dienstbetrekking met de ex-patriate is beëindigd.

  • 2. De werkgever is gehouden binnen een maand na beëindiging van de dienstbetrekking met de ex-patriate dit kenbaar te maken aan de Inspecteur.

Artikel 9

Indien de ex-patriate van werkgever verandert, kan op verzoek van de nieuwe werkgever de werknemer opnieuw als ex-patriate worden aangemerkt voor het nog niet verstreken gedeelte van de in artikel 6, eerste of tweede lid, bedoelde periode mits de periode tussen de beëindiging van de oorspronkelijke dienstbetrekking en de aanvang van de opvolgende dienstbetrekking niet meer dan drie maanden bedraagt en de opvolgende werkgever kan aantonen dat de regeling op de werknemer van toepassing is geweest alsmede wie de voormalige werkgever van de werknemer is.

Artikel 10

  • 1. Deze beschikking laat onverlet de formele verplichtingen en sancties ingevolge de artikelen 19 en 19A van de Landsverordening op de Loonbelasting 1976, artikel 55 van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 en de bepalingen inzake het inhouden en afdracht van belastingen van de Algemene landsverordening Landsbelastingen.

  • 2. De werkgever is gehouden duidelijk gespecificeerd de bestanddelen van het volbelast loon aan te geven alsmede de beloningen in natura en die in contanten, bedoeld in artikel 4.

Artikel 11

  • 1. Met de maximale boete, bedoeld in de artikelen 19 en 21 van de Algemene landsverordening Landsbelastingen, wordt bestraft degene die:

    • a.

      de verplichtingen of voorwaarden gesteld bij deze beschikking geheel of gedeeltelijk niet naleeft;

    • b.

      opzettelijk onjuiste informatie verschaft met betrekking tot voor deze beschikking relevante zaken;

    • c.

      nalaat inlichtingen te verschaffen die voor de uitvoering van deze beschikking noodzakelijk zijn.

  • 2. Indien één of meer van de in het eerste lid genoemde feiten zich voordoet, worden de artikelen 4, 5, en 9 geacht nimmer van toepassing te zijn geweest ten aanzien van de desbetreffende werknemer.

Artikel 12

Artikel 9, eerste tot en met vierde lid, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 is, voor zover het betreft de categorie beroepskosten, niet van toepassing op de werknemer die wordt aangemerkt als een ex-patriate.

Artikel 13

De Beschikking ex-patriates 1998 (P.B. 1998, no. 228) is niet van toepassing ten aanzien van het eilandgebied Sint. Eustatius.

Artikel 14

  • 1. De bepalingen van de Ministeriële beschikking van de 7de maart 1988 ter uitvoering van artikel 58, eerste lid, letter a, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 (P.B. 1956, no. 9)(P.B. 1988, no. 22) alsmede de Beschikking ex-patriates 1998 blijven gelden ten aanzien van beschikkingen die ingevolge die ministeriële beschikkingen zijn afgegeven.

  • 2. Aanvragen om toepassing van de Beschikking ex-patriates 1998 die zijn ingediend vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze beschikking, worden behandeld overeenkomstig de bepalingen van deze beschikking, tenzij de aanvrager alsnog verzoekt de aanvraag te behandelen overeenkomstig de bepalingen van de Beschikking ex-patriates 1998.

  • 3. Op schriftelijk verzoek van de werkgever wordt deze beschikking met ingang van 1 januari 2005 van toepassing verklaard op de werknemer die vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze beschikking reeds te Sint Eustatius werkzaam was zonder aftrek van de periode voorafgaand aan 1 januari 2005 waarin deze werknemer reeds te Sint Eustatius werkzaam was. Een verzoek als bedoeld in de eerste volzin kan slechts worden gedaan gedurende twee maanden na de datum van inwerkingtreding van deze beschikking.

  • 4. Het in het derde lid bedoelde verzoek wordt onder overlegging van een afschrift van de beschikking ingediend bij de Inspecteur.

Artikel 15

Deze beschikking wordt in het Publicatieblad geplaatst.

Artikel 16

  • 1. Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die der uitgifte van het Publicatieblad, waarin het geplaatst is, en werkt terug tot en met 1 januari 2005.

  • 2. Deze beschikking is uitsluitend van toepassing op het eilandgebied Sint Eustatius.

Artikel 17

Deze beschikking kan worden aangehaald als: Beschikking ex-patriates St. Eustatius 2005.