Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Schermer

Toeslagenverordening WIJ 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Schermer
Officiële naam regelingToeslagenverordening WIJ 2011
CiteertitelToeslagenverordening Wet investeren in jongeren
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet investeren in jongeren

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-03-201101-10-201001-01-2012Onbekend

15-02-2011

De Uitkjomst, 22-02-2011

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Toeslagenverordening WIJ 2011

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Wet investeren in jongeren (WIJ);

  • b.

    gehuwdennorm: de norm bedoeld in artikel 28, eerste lid onderdeel d, van de WIJ;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente;

  • d.

    woning: een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, Wet op de huurtoeslag, als mede een woonwagen of woonschip, als bedoeld in artikel 3, zesde lid, Wet werk en bijstand;

  • e.

    woonkosten:

    • 1°.

      indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag;

    • 2°.

      Indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten (en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud;

  • f.

    kind: het in Nederland woonachtige eigen kind of stiefkind;

  • g.

    ten laste komend kind: het kind voor wie de alleenstaande ouder of de gehuwde aanspraak op kinderbijslag kan maken;

  • h.

    verzorgingsbehoevende: degene die zonder verzorging zou zijn aangewezen op opname in een instelling ter verzorging of verpleging;

  • i.

    verzorgende: degene die de verzorgingsbehoevende verzorgt;

  • j.

    schoolverlater: de jongere die 6 maanden voorafgaande de deelname aan onderwijs of een beroepsopleiding heeft beëindigd;

  • k.

    dak- of thuisloze: persoon zonder vaste woon- of verblijfplaats.

Artikel 2 Categorie

De bepalingen van deze verordening gelden alleen voor jongeren van 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar. In geval van gehuwden gelden de bepalingen van deze verordening alleen indien de gehuwden beiden 21 jaar of ouder doch jonger dan 27 jaar zijn.

HOOFDSTUK 2. Criteria voor het verhogen van de norm

Artikel 3. Toeslagen
  • 1. De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, juncto artikel 35 2e lid sub a van de WIJ bedraagt 20% van de gehuwdennorm voor de jongere in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft en die daarom de noodzakelijke kosten van het bestaan niet kan delen.

  • 2. De toeslag bedoeld in artikel 30, eerste lid, van de WIJ bedraagt 10% van de gehuwdennorm voor de jongere die met één of meer anderen zijn hoofdverblijf in dezelfde woning heeft en die daarom de noodzakelijke kosten van het bestaan kan delen.

  • 3. Voor de toepassing van dit artikel worden verzorgingsbehoevenden en verzorgenden, tussen wie een eerste- of tweedegraads bloedverwantschap bestaat, niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft.

  • 4. Een dak- of thuisloze heeft geen recht op een toeslag.

HOOFDSTUK 3. Criteria voor het verlagen van de norm of toeslag

Artikel 4. Verlaging gehuwden
  • 1. De verlaging bedoeld in artikel 31 van de WIJ bedraagt 10% van de gehuwdennorm voor gehuwden die met één of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en die daarom de noodzakelijke kosten van het bestaan kunnen delen.

  • 2. Het derde lid van artikel 3 van deze verordening is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5. Verlaging woonsituatie
  • 1. De verlaging bedoeld in artikel 32 van de WIJ bedraagt 20% van de gehuwdennorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor de jongere geen woonkosten, als bedoeld in artikel 1 van deze verordening onderdeel e, zijn verbonden.

  • 2. De verlaging als bedoeld in het eerste lid wordt bij voorrang toegepast op de toeslag als bedoeld in artikel 3 van deze verordening.

Artikel 6. Verlaging schoolverlaters

De verlaging bedoeld in artikel 33 van de WIJ bedraagt 20% van de gehuwdennorm.

Artikel 7. Verlaging toeslag alleenstaanden van 21 en 22 jaar
  • 1. De verlaging bedoeld in artikel 34 van de WIJ bedraagt:

    • a.

      20% van de gehuwdennorm indien het een jongere van 21 jaar betreft;

    • b.

      10% van de gehuwdennorm indien het een jongere van 22 jaar betreft.

  • 2. In afwijking van lid 1 wordt de verlaging vastgesteld op de hoogte van de op grond van artikel 3 van deze verordening toegekende toeslag, indien deze toeslag minder bedraagt dan de verlaging waartoe toepassing van lid 1 zou leiden.

  • 3.De vorige leden zijn niet van toepassing ten aanzien van een jongere op wie artikel

    6 van deze verordening van toepassing is.

Artikel 8. Anti-cumulatiebepaling

De toepassing van de artikelen 3 tot en met 7 van de verordening geschiedt zodanig, dat de toepasselijke norm voor de jongere tenminste bedraagt:

  • a.

    35% van de gehuwdennorm voor een alleenstaande

  • b.

    55% van de gehuwdennorm voor een alleenstaande ouder,

  • c.

    65% van de gehuwdennorm voor gehuwden

HOOFDSTUK 4 Slotbepalingen

Artikel 9. Beslissing van het college in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen die de uitvoering van deze verordening betreffen en waarin deze verordening niet voorziet beslist het college.

Artikel 10. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de jongeren afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren.

Artikel 12. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 oktober 2010 per welke datum de verordening tijdelijke regels Wet investeren in jongeren is ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering

van de raad van 15 februari 2011.

De voorzitter,

De griffier,