Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Oost

Partiële Huisvestingsverordening/Verordening Woningonttrekking Stadsdeel Zeeburg 2003

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Oost
Officiële naam regelingPartiële Huisvestingsverordening/Verordening Woningonttrekking Stadsdeel Zeeburg 2003
CiteertitelVerordening Woningonttrekking Stadsdeel Zeeburg 2003
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerp
Eigen onderwerp

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht,
  2. Gemeentewet, artikel 149
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200401-01-2010nieuwe regeling

 

Zeeburgjournaal, 2003, 1

2004/772

Tekst van de regeling

Verordening

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder :

a. wet: de Huisvestingswet ( Wet van 1 oktober 1992, stb.548);

b. vergunning: de vergunning als bedoeld in artikel 30, eerste lid van de wet;

c. huurprijs: de prijs, die bij huur en verhuur is verschuldigd voor het enkele gebruik van een woonruimte, uitgedrukt in een bedrag per maand een en ander conform artikel 1 van de Huisvestingswet;

d. koopprijs: de prijs, die bij koop en verkoop van woonruimte daadwerkelijk is of zal worden betaald;

e. woningvoorraadnotitie: de door het dagelijks bestuur vastgestelde al dan niet partiële beleidsnota, inhoudende beleidsregels ter zake van woonruimteonttrekking, -samenvoeging en -omzetting;

f. woonoppervlakte: het gezamenlijk oppervlak van (zolder)kamers, alkoven en keukens, exclusief berging. De oppervlakte wordt berekend van muur tot muur, inclusief de tot de woning behorende losse en vaste kasten. Als oppervlakte van een vertrek geldt dat deel waarboven de plafondhoogte minstens 1.50 m is;

g. woonruimte: de besloten ruimte, die al dan niet tezamen met één of meer andere ruimten, bestemd of geschikt is voor bewoning door een huishouden.

Artikel 2 Werkingsgebied

Als woonruimte, als bedoeld in artikel 30 eerste lid van de Huisvestingswet, worden met inachtneming van de Verordening op de Stadsdelen aangewezen alle woonruimten die zich binnen het Stadsdeel Zeeburg bevinden, ongeacht de huur- of koopprijs.

Artikel 3 Vergunningsplicht

Het is verboden woonruimte, als bedoeld in artikel 2, zonder schriftelijke vergunning van het Dagelijks Bestuur:

a. geheel of gedeeltelijk aan de bestemming tot woonruimte te onttrekken of onttrokken te houden;

b. met andere woonruimte(n) samen te voegen;

c. om te zetten van zelfstandige woonruimte naar onzelfstandige woonruimte;

d. op enigerlei andere wijze te gebruiken of te doen gebruiken anders dan voor permanente bewoning.

Artikel 4 Vergunningaanvraag

1. Een vergunning als bedoeld in artikel 3 dient schriftelijk in drievoud op een daartoe door het Dagelijks Bestuur vastgesteld formulier bij dit bestuur te worden aangevraagd.

2. Een aanvraag dient met redenen te zijn omkleed en moet ten minste de volgende gegevens bevatten:

a. naam en adres van de aanvrager;

b. de straat, het huisnummer en de kadastrale ligging van de gebouwen waarop de aanvraag betrekking heeft;

c. aard en huidig gebruik van de woonruimte(n) waarop de aanvraag betrekking heeft;

d. de koopprijs dan wel de maximaal redelijke huurprijs van de woonruimte(n) waarop de aanvraag betrekking heeft.

3. Bij het indienen van de aanvraag dienen de volgende bescheiden te worden overgelegd:

a. één of meer tekeningen op schaal, waarop aangegeven de plattegrond in de bestaande situatie van iedere verdieping van het gebouw waarop de aanvraag betrekking heef;

b. één of meer tekeningen op schaal van de verdieping of de verdieping waarop de aanvraag betrekking heeft in de nieuwe situatie, met daarop een aanduiding van de beoogde bestemming;

c. een situatietekening op schaal waaruit de situering van het gebouw of de gebouwen blijkt ten opzichte van de in de nabijheid gelegen bouwwerken;

d. de verwachtte huur- of koopprijs van de te realiseren woonruimte;

e. naam van de toekomstige bewoner(s) en de omvang van diens huishouden;

f. afschrift van de huurovereenkomsten van alle bij de aanvraag betrokken woonruimten.

4. Indien ook een verzoek om vrijstelling van betaling van compensatie wordt gedaan tevens:

a. de hoogte van de eventuele investering als bedoeld in artikel 12, eerste lid, voorzien van originele bewijsstukken;

b. de laatste aanslag Onroerende Zaak Belasting betrekking hebbende op de in de aanvraag betrokken woonruimte(n).

5. Indien de aanvrager niet de eigenaar van de woonruimte is, dient de aanvrager bij de aanvraag de schriftelijke en ondertekende verklaring van de eigenaar, dat deze met de aanvraag instemt over te leggen.

Artikel 5 Ontvangstbevestiging; onvolledige aanvraag

1. De aanvrager krijgt van of namens het Dagelijks Bestuur een bewijs van ontvangst van de aanvraag waarop de datum van ontvangst is vermeld.

2. Indien een aanvraag als bedoeld in artikel 4 naar het oordeel van het Dagelijks Bestuur niet voldoet aan de eisen gesteld in dat artikel, dan stelt het de aanvrager binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag in de gelegenheid om de aanvraag binnen een termijn van twee weken schriftelijk aan te vullen c.q. aan te passen. Gedurende deze termijn wordt de behandeling van de aanvraag geacht te zijn geschorst totdat de aanvraag is aangevuld of aangepast.

3. Indien de aanvrager deze gelegenheid ongebruikt voorbij laat gaan dan wel de aanvraag onvoldoende heeft aangevuld of aangepast, dan kan het Dagelijks Bestuur besluiten de aanvraag niet te behandelen.

Artikel 6 Beslissing op aanvraag; samenloop bouwen/slopen

1. Indien de aanvraag ontvankelijk is beslist het Dagelijks Bestuur binnen twaalf weken op de aanvraag. Het Dagelijks bestuur kan zijn beslissing eenmaal met ten hoogste twaalf weken verdagen. Het doet hiervan tijdig mededeling aan de aanvrager.

2. Indien voor het gebouw of de gedeelten hiervan waarop de aanvraag betrekking heeft tevens een bouw- of sloopvergunning benodigd is kan de beslissing op de aanvraag worden aangehouden. De aanhouding eindigt uiterlijk twee weken na de beslissing op de aanvraag van de bouwvergunning respectievelijk de aanvraag van de sloopvergunning, onverminderd het bepaalde in lid 1.

Artikel 7 Beschikkingsvereisten

De gegevens die tenminste in de beslissing op de aanvraag moeten worden vermeld zijn:

a. Een aanduiding van de woonruimte waarop de beschikking betrekking heeft, waarin opgenomen de straat, het huisnummer en/of de kadastrale ligging, waarbij voor het overige kan worden verwezen naar de bijgevoegde gewaarmerkte bescheiden als bedoeld in artikel 4, alsmede;

b. de verlangde financiële compensatie met het in rekening gebrachte aantal vierkante meters of de geboden reële compensatie, alsmede;

c. de mededeling dat binnen één jaar van de vergunning gebruik moet worden gemaakt, alsmede;

d. de termijn gedurende welke de vergunning van kracht is ingeval een tijdelijke vergunning wordt verleend.

Artikel 8 Toetsingscriteria voor de verlening van vergunningen

1. Het Dagelijks Bestuur kan voor de beoordeling van aanvragen om vergunning richtlijnen vaststellen, al dan niet vervat in een woningvoorraadnotitie, in het kader van het belang van het behoud of de samenstelling van de woningvoorraad zoals bedoeld in artikel 31 van de wet.

Artikel 9 Vergunning onder voorwaarden

1. Het Dagelijks Bestuur kan aan de vergunning de voorwaarde verbinden dat voldoende compensatie in de zin van artikel 10 wordt geboden.

2. In geval het belang van de aanvrager slechts voor een bepaalde tijd aanwezig is kan voor een onttrekking dan wel samenvoeging een tijdelijke vergunning worden verleend voor ten hoogste vijf jaar, inclusief eventuele verlenging; het eerste lid is in dat geval niet van toepassing.

3. Na het verstrijken van de vergunningperiode dient de vergunninghouder dan wel diens rechtsopvolger de onttrekking dan wel samenvoeging binnen vier weken ongedaan te maken.

4. Indien de vergunninghouder of diens rechtsopvolger in gebreke blijft aan zijn in het derde lid omschreven verplichting te voldoen, schrijft het Dagelijks Bestuur hem onverwijld aan tot naleving van die verplichting.

Artikel 10 Compensatie

1. Compensatie kan worden geboden:

a. door toevoeging aan de woningvoorraad binnen de grenzen van het Stadsdeel Zeeburg van een ten minste aan de te onttrekken woonruimte gelijkwaardige woonruimte, een en ander ter beoordeling van het Dagelijks Bestuur;

b. door betaling van financiële compensatie, waarbij de volgende bedragen worden aangehouden:

- bij onttrekking aan de woonbestemming: maximaal 900 euro per m²;

- In alle andere gevallen maximaal 450 euro per m².

2. De in het eerste lid vermelde bedragen worden jaarlijks verhoogd op gelijke voet met de bouwkostenindex.

3. Voor het berekenen van de financiële compensatie bij samenvoeging wordt uitgegaan van het woonoppervlak van de kleinste te onttrekken woonruimte.

Artikel 11 Beoordeling vergunningaanvraag

1. Ongeacht de huur- of koopprijs kan een vergunning als bedoeld in artikel 3 slechts worden verleend als, naar het oordeel van het Dagelijks Bestuur:

a. het belang van de aanvrager groter is dan het belang van behoud en/of samenstelling van de woonruimtevoorraad, en;

b. onder voorwaarde van het bieden van voldoende compensatie als bedoeld in artikel 10.

2. Indien een verzoek om vergunning als bedoeld in artikel 3 onder a, b, of c wordt gedaan en de desbetreffende aanvraag past naar het oordeel van het Dagelijks Bestuur binnen de normen en uitgangspunten van de Woningvoorraadnotitie, dan wordt de aanvraag geacht in dit opzicht te voldoen aan het in het eerste lid gestelde vereiste.

Artikel 12 Vrijstelling van compensatie

1. Gehele of gedeeltelijk vrijstelling van de betaling van compensatie kan door het Dagelijks Bestuur worden verleend, indien de woonbestemming gehandhaafd blijft en waarbij de voorgenomen samenvoeging/omzetting, naar zijn oordeel, bijdraagt aan het ontstaan van de gewenste woningvoorraad als bedoeld in de Woningvoorraadnotitie.

2. Gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de betaling van compensatie kan door het Dagelijks Bestuur worden verleend bij samenvoeging van woonruimten, indien de eigenaar, tevens bewoner van één van de betrokken ruimten, een eigen investering doet ten behoeve van noodzakelijk bouwkundig herstel (niet zijnde het gevolg van achterstallig onderhoud), waarbij de hoogte van de vrijstelling wordt bepaald aan de hand van de hoogte van de investering in relatie tot de waarde volgens de Onroerende Zaak Belasting van de kleinste woonruimte; bij een eigen investering van ten minste dertig procent van de waarde volgens de Onroerende Zaak Belasting van de kleinste woonruimte wordt gehele vrijstelling van betaling van compensatie verleend.

3. Het Dagelijks Bestuur kan in individuele gevallen, welke niet reeds op grond van het bepaalde in het eerste lid voor vrijstelling in aanmerking komen, eveneens gehele of gedeeltelijke vrijstelling van betaling van compensatie verlenen, indien de omstandigheden dat op grond van redelijkheid en billijkheid vorderen, een en ander ter beoordeling van het Dagelijks Bestuur.

Artikel 13 Slotbepaling

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening Woningonttrekking Stadsdeel Zeeburg 2003.