Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Oost

Subsidieverordening Stedelijke Vernieuwing Stadsdeel Zeeburg

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Oost
Officiële naam regelingSubsidieverordening Stedelijke Vernieuwing Stadsdeel Zeeburg
CiteertitelSubsidieverordening Stedelijke Vernieuwing Stadsdeel Zeeburg 2003
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerp
Eigen onderwerp

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 149

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-06-200913-12-2012Ingetrokken

 

De Echo, 12 december 2012

350674
01-01-200401-06-2009nieuwe regeling

 

Zeeburgjournaal, 2003, 1

2004/771

Tekst van de regeling

Verordening

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen en voorwaarden
Artikel 1.1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a. bijzonder stedelijk vernieuwingsproject: één of meer panden die, dan wel een gebied dat, bij besluit van het dagelijks bestuur is aangewezen voor het, eventueel bij voorrang, toepassen van één of meer subsidieregelingen van deze verordening;

b. eigenaar: onder eigenaar wordt tevens verstaan:

- de opstaller;

- de erfpachter;

- de vruchtgebruiker;

- de gerechtigde tot een appartementsrecht;

- degene aan wie een rechtspersoon deelnemings- of lidmaatschapsrechten heeft verleend die recht geven op het gebruik van een woning, een gebouw of een gedeelte van een gebouw;

met uitsluiting van een woningcorporatie als bedoeld in artikel 70, eerste lid van de Woningwet.

c. toekennen van de subsidie: het besluit van het dagelijks bestuur dat de begunstigde recht geeft op de subsidie;

d. vaststellen van de subsidie: het besluit van het dagelijks bestuur -nadat de werkzaamheden zijn voltooid- waarbij de hoogte van de toegekende subsidie wordt vastgesteld.

Artikel 1.2 Werkingsgebied

Deze verordening is van toepassing op het gehele grondgebied van het stadsdeel Zeeburg een en ander voor zover elders in deze verordening niet anders bepaald  is.

Artikel 1.3 Bijzondere stadsvernieuwingsprojecten

1. Het dagelijks bestuur kan voor de uitvoering van deze verordening bijzondere stedelijke vernieuwingsprojecten aanwijzen.

2. Het dagelijks bestuur kan de in het eerste lid bedoelde aanwijzing weer intrekken.

Artikel 1.4 Vaststellen budgetten en prioriteiten

De stadsdeelraad bepaalt jaarlijks bij de vastteling van de begroting, welke bedragen voor de uitvoering van de in deze verordening opgenomen subsidieregelingen in het desbetreffende begrotingsjaar beschikbaar kunnen worden gesteld.

Artikel 1.5 Aanvraag subsidie

1. Een aanvraag om een subsidie dient te worden ingediend middels een daartoe door het dagelijks bestuur beschikbaar gesteld formulier.

2. Een aanvraag dient vergezeld te gaan van alle in deze verordening en op het aanvraag formulier opgesomde gegevens en stukken.

3. De aanvrager krijgt van of namens het dagelijks bestuur een bewijs van ontvangst is vermeld.

4. Indien een aanvraag niet volledig is stelt het dagelijks bestuur de aanvrager binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag alsnog in de gelegenheid om zijn aanvraag binnen twee weken schriftelijk aan te vullen en/of aan te passen.

5. Voor zover een aanvraag na toepassing van het vorige lid niet of niet voldoende is aangevuld en/of aangepast, kan het Dagelijks bestuur besluiten de aanvraag niet te behandelen. Een besluit om de aanvraag niet te  behandelen. Een besluit om de aanvraag niet te behandelen wordt aan de aanvrager bekendgemaakt binnen vier weken nadat de in het vierde lid bedoelde hersteltermijn ongebruikt is verstreken.

Artikel 1.6 Beslissing op aanvraag

Indien de aanvraag ontvankelijk is beslist het dagelijks bestuur binnen zes weken op de aanvraag. Het dagelijks bestuur kan de beslissing eenmaal met een daarbij te stellen redelijke termijn van ten hoogste zes weken verdagen. Het doet hiervan tijdig mededeling aan de aanvrager.

Artikel 1.7 Toekenning subsidies

1. Het dagelijks bestuur is bevoegd met in achtneming van en krachtens het bepaalde in deze verordening subsidies toe te kennen.

2. Het  dagelijks bestuur houdt bij zijn beslissing op grond van het eerste lid rekening met andere subsidies die op grond van deze verordening of enige andere regeling zijn of kunnen worden toegekend.

3. Subsidies kunnen slechts worden verstrekt aan natuurlijke of rechtspersonen.

4. Het dagelijks bestuur bepaalt bij het besluit tot toekenning tevens het maximum van de te verstrekken subsidie.

5. Indien naar het oordeel van het dagelijks bestuur daarvoor redenen aanwezig zijn kan het bij de beslissing tevens bepalen, dat een voorschot op de subsidie wordt verstrekt; het voorschot wordt verrekend bij de uitbetaling van de subsidie.

Artikel 1.8 Algemene weigeringsgronden

1. Het dagelijks bestuur wijst de aanvraag om een subsidie op grond van deze verordening in ieder geval af indien:

a. door toekenning van de subsidie het door de stadsdeelraad voor uitvoering van de desbetreffende subsidieregeling beschikbaar gestelde budget als bedoeld in artikel 1.4 zou worden overschreden;

b. de aanvrager op het moment van beslissing op de aanvraag in staat van faillissement of surséance van betaling verkeert of met betrekking tot de aanvrager een verzoek daartoe is gedaan.

2. Het dagelijks bestuur kan een subsidie geheel of gedeeltelijk weigeren in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, indien de officier van justitie gebruik heeft gemaakt van zijn bevoegdheid ingevolge artikel 26 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.

3. Voordat toepassing wordt gegeven aan lid 3, kan het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, bedoeld in artikel 8 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, om een advies als bedoeld in artikel 9 van die wet worden gevraagd.

Artikel 1.9 Intrekking subsidie

1. Indien en voorzover het geen waarvoor de subsidie is toegekend niet binnen een redelijke termijn en conform de aanvraag is uitgevoerd, kan het dagelijks bestuur het besluit tot toekenning van een subsidie intrekken.

2. Het tweede en derde lid van artikel 1.8 zijn van overeenkomstige toepassing op de intrekking of wijziging van de subsidieverlening.

Artikel 1.10 Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen kan het dagelijks bestuur afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien de omstandigheden dat op grond van redelijkheid en billijkheid vorderen, een en ander ter beoordeling van het dagelijks bestuur.

Hoofdstuk 2 Stimuleringsregeling gevelreiniging
Artikel 2.1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

a. gebouw(en): elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijke met wanden omsloten ruimte vormt.

b. gevel: de voor- en/of zijgevel van een gebouw voor zover deze naar de openbare weg is gekeerd.

c. gevelreiniging: het verwijderen van aanslag en/of verf- en conserveeralgen van gevels, muren en puien, met uitzondering van de verwijdering van uitsluitend droogreinigingen, alsmede voegwerk herstel.

d. droogreinigen: het stralen van de muur of gevel met fijn zand of een ander geschikt droog materiaal met eventueel de toevoeging van een kleine hoeveelheid water.

e. voegwerk herstel: het herstellen van beschadigd voegwerk dat is ontstaan als gevolg van de uitvoering van de gevelreiniging.

f. hydrofoberen: het waterafstotend maken van de gevel.

g. begroting: een reële raming van de te maken kosten voor gevelreiniging, welke is goedgekeurd door het dagelijks bestuur.

h. eigenaar: onder eigenaar wordt voor de toepassing van deze regeling, in afwijking van het bepaalde in artikel 1.1, niet verstaande gerechtigde tot een appartementsrecht en degene aan wie een rechtspersoon deelnemings- of lidmaatschapsrechten heeft verleend die recht geve n op het gebruik van een woning, een gebouw of een gedeelte van een gebouw.

Artikel 2.2 Werkingsgebied

1. Deze regeling is van toepassing op gebouwen die deel uitmaken van een daartoe door het dagelijks bestuur aangewezen bijzonder stedelijk vernieuwingsproject

2. Deze regeling is niet van toepassing op gebouwen waarvan:

a. de gevel reeds in een voorafgaande periode van tien jaar op enigerlei wijze is gereinigd;

b. de te verwachten instandhoudingtermijn, naar het oordeel van het dagelijks bestuur, tien jaar of korter is.

Artikel 2.3 Subsidie gevelreiniging

Aan een eigenaar van een gebouw kan een subsidie in de kosten van gevelreiniging, waaronder mede begrepen noodzakelijk voegwerk herstel en hydrofoberen, worden verstrekt indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

a. de werkzaamheden worden verricht door een door het dagelijks bestuur goedgekeurd gespecialiseerd bedrijf;

b. de werkzaamheden worden uitgevoerd op een in overleg met het dagelijks bestuur nader te bepalen tijdstip, zo veel mogelijk in overeenstemming met de planning van werkzaamheden van het betreffende bijzonder stedelijk vernieuwingsproject;

c. gevelreiniging vindt uitsluitend plaats middels droogreiniging.

Artikel 2.4 Aanvraag subsidie

1. De aanvraag voor een subsidie als bedoeld in dit hoofdstuk dient te geschieden door indiening van het artikel 1.5 bedoelde, geheel ingevulde, formulier.

2. Een aanvraag  dient vergezeld te gaan van een reële raming van de te maken kosten met betrekking tot de uitvoering van de gevelreiniging, waarbij de prijsopgave van het door het dagelijks bestuur goedgekeurd uitvoerend bedrijf als uitgangspunt wordt genomen.

Artikel 2.5 Afwijzingsgronden

Het dagelijks bestuur wijst een aanvraag om toekenning van een subsidie in de kosten van gevelreiniging af, indien:

a. de in artikel 4, twee lid, bedoelde kostenraming niet kan worden goedgekeurd door het dagelijks bestuur;

b. door toekenning van de subsidie het door de stadsdeelraad voor subsidiëring van gevelreiniging beschikbaar gestelde budget wordt overschreden.

Artikel 2.6 Uitvoering werkzaamheden

1. De uitvoering van de gevelreiniging moet plaatsvinden binnen een jaar nadat de beschikking tot het verlenen van een subsidie als bedoeld in deze regeling, aan de eigenaar is bekend gemaakt, onverminderd het gestelde in artikel 2.3 onder b, indien toepassing van dit artikel tot een langere periode leidt.

2. Indien niet wordt voldaan aan het bepaalde in het voorgaande lid kan het dagelijks bestuur de beschikking intrekken.

Artikel 2.7 Berekening subsidie en uitbetaling

1. De subsidie in de kosten van gevelreiniging als bedoeld in artikel 2.3 bedraagt 50% van de werkelijke kosten met een maximum van 50% van het bedrag van de begroting.

2. De subsidie kan, maar keuze van het dagelijkse bestuur, aan de eigenaar of direct aan het uitvoerend bedrijf worden uitgekeerd.

3. De subsidie wordt verstrekt als een bedrag ineens.

4. De eigenaar dient, alvorens tot uitbetaling kan worden overgegaan de originele factuur dan wel de betalingsbewijzen de uitgevoerde gevelreiniging betreffende, bij het dagelijks bestuur in te dienen.

5. Het dagelijks bestuur betaalt het overeenkomstig de vorige leden berekende bedrag uit binnen acht weken na indiening van de in het tweede lid bedoelde bescheiden.

Hoofdstuk 3 Stimuleringsregeling tot behoud van bijzondere architectonische en beeldbepalende elementen
Artikel 3.1 Aanvullende begripsbepaling

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder verbeteren verstaan: het treffen van voorzieningen tot behoud en herstel van bijzondere architectonische en beeldbepalende uiterlijke elementen aan bouwwerken zoals omschreven in het programma van eisen van een nader aangewezen bijzonder stedelijk vernieuwingsproject in de zin van deze verordening.

Artikel 3.2 Werkingsgebied

1. In afwijking van het bepaalde in artikel 1.2 (hoofdstuk 1) van deze verordening is dit hoofdstuk slechts van toepassing in geval van en project dat bij afzonderlijk besluit van het dagelijks bestuur als bijzonder vernieuwingsproject in de zin van deze verordening is aangewezen waarop dit hoofdstuk van toepassing is, alsmede voor de in dat besluit aangegeven duur, onverminderd het bepaalde in lid 2. Het dagelijks bestuur kan bepalen dat deze regeling als aanvullende regeling van toepassing is op een andere subsidieregeling in het kader van gesubsidieerde woningverbetering.

3. Deze regeling is niet van toepassing op woningen waarvan de te verwachten instandhoudingtermijn, naar het oordeel van het dagelijks bestuur, tien jaar of korter is.

Artikel 3.3 Uitsluiten

Het dagelijks bestuur kan bij haar besluit tot aanwijzing van een stedelijk vernieuwingsproject in de zin van deze regeling besluiten bepaalde bouwwerken/woningen van deze regeling uit te sluiten, indien het van oordeel is dat het belang van de volkshuisvesting en/of stedelijke vernieuwing met geldelijke steun niet of in voldoende mate gediend is.

Artikel 3.4 Intrekking subsidies

Indien niet (meer) wordt voldaan aan de voorwaarden als bedoeld in de artikelen 3.8 en 3.9 kan het dagelijks bestuur de toekenningsbeschikking intrekken.

Artikel 3.5 Vaststellingsprocedure definitieve subsidie

1. Voor de definitieve vaststelling van een subsidie wordt gebruik gemaakt van een door het dagelijks bestuur daartoe beschikbaar gesteld gereedmeldingsformulier.

2. Het dagelijks bestuur beslist binnen zes weken na ontvangst van een volledig ingevuld gereedmeldingsformulier.

3. Het dagelijks bestuur kan een besluit als bedoeld in het tweede lid éénmaal met ten hoogste zes weken te verdagen. 

Artikel 3.6 Subsidies aan eigenaren

1. Aan een eigenaar kan een subsidie worden toegekend in de kosten van verbeteren.

2. Een subsidie kan worden toegekend voor specifieke, al dan niet pandsgewijze te bepalen, uiterlijk voorzieningen zoals opgenomen in het programma van eisen van een bijzonder stedelijk vernieuwingsproject dat mede gericht is op het behoud en herstel van bijzondere architectonische en beeldbepalende elementen.

3. Slechts de kosten van werkzaamheden die zijn uitgevoerd door een erkende aannemer komen voor vergoeding in aanmerking. Voor in eigen beheer uitgevoerde werkzaamheden wordt geen subsidie verstrekt.

Artikel 3.7 Aanvraag van de subsidie

Naast het in artikel 1.5 bedoelde volledig ingevulde aanvraagformulier dient de aanvraag te omvatten:

a. een gespecificeerde kostenbegroting, met een nauwkeurig omschrijving van de werkzaamheden;

b. tekeningen van de bestaande situatie en de nieuwe situatie voor zover noodzakelijk ter beoordeling van het dagelijks bestuur;

c. detailtekeningen met betrekking tot voorzieningen aan gevel en kozijnen, waarvan het beeldbepalende karakter dient te worden behouden.

Artikel 3.8 Voorwaarden met betrekking tot het pand

De subsidie wordt slechts toegekend indien, ingeval voor het treffen van de voorzieningen als bedoeld in dit hoofdstuk een bouwvergunning vereist is, deze vergunning is afgegeven.

Artikel 3.9 Voorwaarden met betrekking tot de uitvoering

1. De subsidie wordt toegekend onder voorwaarden dat:

a. binnen acht weken na de toekenning of binnen een (andere) in de beschikking genoemde termijn een begin wordt gemaakt met de werkzaamheden en dit vooraf op een door het dagelijks bestuur beschikbaar gesteld formulier wordt gemeld aan de  met controle belaste personen;

b. binnen 6 maanden na toekenning de werkzaamheden zijn voltooid;

c. aan de door het stadsdeel met controle belaste personen op verzoek;

1. inzage wordt verleend van de op de voorzieningen betrekking hebbende bescheiden en tekeningen;

2. gelegenheid wordt gegeven tot het controleren, waaronder mede wordt verstaan het maken van een afschrift, van de op de voorzieningen betrekking hebbende gegevens;

3. alle inlichtingen worden verstrekt redelijkerwijs noodzakelijk zijn voor het beoordelen van de naleving van de subsidievoorwaarden;

4. toegang wordt verleend tot het gebouwd onroerend goed;

d. niet wordt afgeweken van het goedgekeurde plan, behalve voor zover voorafgaand toestemming van het dagelijks bestuur is verkregen;

e. alle overige informatie wordt verstrekt die het dagelijks bestuur nodig oordeelt om de noodzakelijkheid en de kosten van de voorzieningen te kunnen beoordelen.

2. Het dagelijks bestuur kan op grond van onvoorziene omstandigheden ontheffing verlenen van de termijnen zoals bedoeld in het eerste lid onder a en b.

Artikel 3.10 Afwijzing van de aanvraag

1. Het dagelijks bestuur wijst een aanvraag om geldelijke steun af, indien:

a. de te treffen voorzieningen als bedoeld in dit hoofdstuk geen onderdeel zijn van een projectmatig verbeteringsplan als bedoeld in artikel 3.2;

b. de te treffen voorzieningen niet sober en doelmatig zijn;       

c. de voorzieningen niet voldoen aan het bepaalde in het programma van eisen van het betreffende project, zoals dit op het moment van de aanvraag geldt;

d. met het treffen van de voorzieningen het belang van de stadsvernieuwing, naar het oordeel van het dagelijks bestuur, niet of niet voldoende wordt gediend;

e. de kosten van de voorzieningen niet in redelijke verhouding staan tot het gewenste kwaliteitsniveau;

f. met het treffen van de voorzieningen waarvoor geldelijke steun is aangevraagd, wordt begonnen voordat op de aanvraag schriftelijk door het dagelijks bestuur is beslist.

Artikel 3.11 Hoogte van de subsidie

1. De subsidie wordt verstrekt in de vorm van een subsidie ineens.

2. De subsidie ineens is het bedrag van de door het dagelijks bestuur goedgekeurde werkelijke kosten van de in dit hoofdstuk bedoeld voorzieningen.

3. De subsidie in de kosten van de voorzieningen kan nooit hoger zijn dan de subsidie die voortvloeit uit de ingediende begroting.

Artikel 3.12 Definitieve vaststelling van de subsidie

1. De definitieve vaststelling van de subsidie vindt plaats nadat:

a. de in de aanvraag opgenomen werkzaamheden schriftelijk zijn gereed gemeld met behulp van een door het dagelijks bestuur daartoe beschikbaar gesteld gereedmeldingsformulier, aangevuld met betaalbewijzen van de uitgevoerde werkzaamheden, alsmede de totale kostenopstelling waarin de verrichte werkzaamheden op dezelfde wijze zijn gerangschikt als in de begroting, met een eventuele lijst van meer- en minderwerk;

b. de onder a bedoelde werkzaamheden door of namens het dagelijks bestuur zijn gecontroleerd en akkoord bevonden.

2. Het dagelijks bestuur kan een accountantsverklaring eisen, waaruit blijkt dat het overlegde kostenoverzicht volledig en juist is.

3. Op basis van de goedgekeurde werkelijke kosten van de voorzieningen wordt de bijdrage in de kosten van deze voorzieningen vastgesteld, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.11.

Artikel 3.13 Uitbetaling van de subsidie

Het dagelijks bestuur stelt de definitief vastgestelde subsidie binnen vier weken na de vaststelling als bedoeld in artikel 3.12 betaalbaar.