Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Oost

Kapprocedure Stadsdeel Zeeburg

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Oost
Officiële naam regelingKapprocedure Stadsdeel Zeeburg
CiteertitelKapprocedure Stadsdeel Zeeburg
Vastgesteld doorgedelegeerde functionaris
Onderwerp
Eigen onderwerpNatuur, milieu en beheer openbare ruimte

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht,
  2. Gemeentewet, artikel 168 en 171 lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-04-199525-03-201001-12-2011nieuwe regeling

25-03-2010

Zeeburgjournaal, 1995

1995/

Tekst van de regeling

Procedure

1. Inleiding
1.1. Algemeen

De laatste jaren is het besef van de waarde van het milieu in het algemeen en de betekenis van de groenbeleving in het bijzonder toegenomen. Bomen, zowel solitair als in groepen, vormen daarin een belangrijk onderdeel. Wijzigingen in het bomenbestand zijn ingrijpend en worden door het publiek ook als zodanig ervaren.

Zeeburg is geen ‘groen’ stadsdeel. Ondanks de aanwezigheid van het Flevopark is het groen schaars, zowel in relatieve en absolute zin. Van het stedelijk gebied in ons stadsdeel bestaat 6,2% uit groenvoorzieningen tegen gemiddeld 14% voor de gehele stad, ofwel 43 ha in Zeeburg tegen gemiddeld 125 ha. Zeeburg laat zich in deze het beste vergelijken met Westerpark en De Baarsjes.

Het stadsdeelbestuur wil de groenvoorzieningen op zijn minst in stand houden en streeft naar uitbreiding. In dat kader past grote terughoudendheid in het kappen van bomen.

1.2. Positie van het stadsdeel t.a.v. kapverordening van Amsterdam

Het kappen van bomen is al geruime tijd aan vergunning onderhevig. Bij besluit van 15 april 1964 heeft de gemeenteraad daartoe de Kapverordening vastgesteld (zie bijlage 1).

Deze verordening is gebaseerd op de Boswet en de Gemeentewet. De uitvoering is overgedragen aan B&W.

De uitvoeringsbevoegdheid van B&W van Amsterdam is ingevolge artikel 28 van de Verordening op de Stadsdelen overgedragen aan de dagelijkse besturen van de stadsdelen. Dit betekent dat sinds 1 mei 1990 alle kapvergunningen door het DB van Zeeburg worden afgegeven. Uitzonderingen hierop zijn:

- kapvergunningen ten behoeve van productietaken in grootstedelijke projecten in het stadsdeel;

- bomen die voorkomen op de stedelijke lijst van monumentale bomen.

In deze gevallen beslissen B&W over de kapaanvraag.

2. Huidige gang van zaken rond het kappen van bomen

Volgens de gemeentelijke Kapverordening is voor de kap van ingrijpende maatregelen aan bomen in de regel een vergunning nodig. Er zijn enkele uitzonderingen. Deze zijn: 

- wegbeplantingen en eenrijige beplantingen op of langs landbouwgronden, beide voor zover bestaande uit populieren of wilgen;

- vruchtbomen en windschermen om boomgaarden;

- fijnsparren niet ouder dan twaalf jaar bestemd om te dienen als kerstbomen en geteeld op daarvoor in het bijzonder bestemde terreinen;

- kweekgoed.

Daarnaast hoeft voor dunning (een onderhoudswerkzaamheid) geen kapvergunning te worden aangevraagd. Dit is een velling die uitsluitend als een voorzorgsmaatregel ter bevordering van de groei van de overblijvende houtopstand (hakhout of één of meer bomen) moet worden beschouwd.

Op 28 april 1992 is door het DB in aanvulling op de Kapverordening een kapnotitie vastgesteld waarin de richtlijnen zijn vastgelegd voor de toepassing van de Kapverordening in Stadsdeel Zeeburg.

Binnen het stadsdeel is daarop een praktijkprocedure ontstaan ter behandeling van kapaanvragen; trekker is stafbureau SDW die voor de bestuurlijke voorbereiding en advisering zorgt. Globaal verloopt de procedure zoals hieronder beschreven.

2.1. Indienen van kapaanvragen

- Aanvragen om tot kap over te mogen gaan komen hoofdzakelijk vanuit de sectoren W&W en SDW (in verband met sloop, nieuwbouw, grondsanering en herprofilering). Vroegtijdige inspraak van de belanghebbenden, advisering (met inschakeling van Groenvoorziening) en bestuurlijke voorbereiding van de kapaanvraag hebben een plaats gekregen in de procedures rond dit soort projecten.

- Daarnaast vraagt Groenvoorziening kapvergunningen aan, in de regel vanuit onderhoudstechnisch oogpunt.

- Tot slot komen aanvragen binnen van particulieren of (al dan niet gemeentelijke) instellingen. Meestal gaat het hierbij om toestemming tot kap op het eigen of beheerde terrein.

De kapaanvraag wordt gepubliceerd in het Amsterdams Stadsblad. Tevens wordt de aanvrager op de hoogte gesteld van de procedure en het bijbehorende tijdspad.

2.2. Ter visielegging

De kapaanvraag wordt, conform de kapnotitie, 30 dagen ter inzage gelegd. In deze periode kunnen belanghebbenden hun zienswijzen kenbaar maken. Deze personen worden op de hoogte gesteld van de procedure en het bijbehorende tijdspad. Ook worden zij voorafgaand aan de politieke besluitvorming gehoord.

2.3. Politieke besluitvorming

De kapaanvragen worden door de wethouder Stadsdeelwerken ter besluitvorming voorgelegd aan het DB. Het DB-besluit wordt ter kennis gebracht van de commissie Stadsdeelwerken.

2.4. Ter visielegging aan het publiek

Na het DB-besluit op een kapaanvraag geldt een bezwaartermijn van 6 weken. Gedurende deze bezwaartermijn ligt het besluit ter inzage bij voorlichting. Als er in de periode geen bezwaar wordt gemaakt tegen de kapvergunning wordt overgegaan tot kap. In het geval er wel bezwaar wordt gemaakt wordt een hoorzitting gehouden ter voorbereiding op het te nemen besluit in heroverweging.

3. Een nieuwe procedure
3.1. Knelpunten in de huidige procedure

De kapnotitie voor Stadsdeel Zeeburg zoals deze op 28 april 1992 door het Dagelijks Bestuur werd vastgesteld is in het kader van de in werking treding van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) geëvalueerd.

Uit deze evaluatie bleek dat de kapprocedure zoals die op dit moment in het stadsdeel wordt gehanteerd niet voldoet aan de in de gemeentelijke Kapverordening gestelde termijn. Op dit moment duurt de procedure 8 tot 10 weken terwijl in de gemeentelijke Kapverordening de termijn is vastgesteld op 4 weken. Het bestuur kan deze beslistermijn één keer, met redenen omkleed, met 4 weken verlengen (hiervan moet de aanvrager binnen de eerste 4 weken op de hoogte worden gesteld). Met de in werking treding van de Awb is “het houden aan termijn” belangrijker geworden, hetgeen een aanpassing vraagt van de huidige kapprocedure.

Teneinde aan de in de Awb gestelde termijnen te kunnen voldoen dient de procedure te worden aangepast.

3.2. Omschrijving nieuwe procedure op hoofdlijnen

De ter visie legging van de kapaanvraag wordt terug gebracht tot 1 week. Indien er op deze voorpublicatie geen reacties komen beslist de wethouder Stadsdeelwerken namens het DB over het al dan niet verlenen van de kapvergunning, hiervoor moet de wethouder door het DB worden gemandateerd. De aanvrager wordt schriftelijk van het besluit op de hoogte gesteld waarna de bezwaartermijn ingaat. Op deze manier kan worden voldaan aan de gestelde termijn van 4 weken. Het doorlopen van deze procedure duurt 2,9 tot 3,4 weken.

Als er wel zienswijzen uit de voorpublicatietermijn komen wordt de beslistermijn 4 weken verlengd en beslist het Dagelijks Bestuur over de kapaanvraag. Van deze verlenging wordt de aanvrager op de hoogte gesteld. Het doorlopen van de procedure duurt op die manier 5 tot 6,1 weken.

3.2. De procedure

Aanvraagfase

1. Op grond van de Kapverordening moet bij voorgenomen kap de eigenaar (of beheerder) van een boom daartoe een kapaanvraag indienen. Dit betreft zowel bomen op openbare als op particuliere grond. De aanvraag dient schriftelijk te worden ingediend. De aanvraag kan schriftelijk of op een standaardformulier worden ingediend. Een schriftelijke aanvraag dient tenminste dezelfde gegevens te bevatten als het standaardformulier. Ten aanzien van de bomen op openbare grond wordt de kapaanvraag door het sectorhoofd Stadsdeelwerken als feitelijk beheerder ingediend.

2. De aanvragen worden behandeld door het Stafbureau Stadsdeelwerken.

3. Het Stafbureau Stadsdeelwerken stelt de wethouder Stadsdeelwerken op de hoogte van de aanvraag.

4. De kapaanvraag wordt gepubliceerd en ligt vanaf de dag van publicatie een week ter inzage. Eventuele reacties die daaruit naar voren komen worden meegenomen in het advies. Uitgezonderd van de publicatie vooraf zijn de bomen die wegens ziekte of calamiteiten meteen gerooid moeten worden. Er moet dan wel achteraf een kapaanvraag worden ingediend.

5. Bomen die om onderhoudstechnische redenen (dunning) moeten wijken vallen niet onder de Kapverordening. Dunningsactiviteiten worden echter wel voor de aanvang van de werkzaamheden aangemeld bij de wethouder Stadsdeelwerken, waarbij moet worden aangegeven of verplanting mogelijk is.

Voorbereiding bestuurlijke besluitvorming

7. Het Stafbureau Stadsdeelwerken toetst de aanvraag aan de Kapverordening, de beleidsuitgangspunten van het stadsdeel over behoud van groen en de daaruit voortvloeiende criteria (zie 3.3.) en stelt een advies op aan de wethouder. De daaraan verbonden werkzaamheden (publicatie, schouwen, opstellen kaplijst, behandeling in de sector) beslaan vanaf de aanvraagdatum 3 weken. Als het gaat om bomen die moeten wijken voor de realisering van een bouwwerk, stemt het Stafbureau Stadsdeelwerken de behandeling van de kapaanvraag af met Wonen/Werken.

8. Bij het opstellen van het advies wordt Groenvoorziening geraadpleegd; zonodig -dit ter beoordeling van het hoofd Stafbureau/sectorhoofd SDW- wordt daarnaast een extern bureau ingeschakeld.

Bestuurlijke besluitvorming

9. Indien er geen zienswijzen op de publicatie van de kapaanvraag zijn binnengekomen legt het sectorhoofd Stadsdeelwerken de kapaanvraag met het ambtelijk advies ter besluitvorming voor aan de wethouder Stadsdeelwerken. De wethouder Stadsdeelwerken beoordeelt de aanvraag en beslist al dan niet positief. De keuze om positief te beslissen is geheel aan de wethouder: als zich een weigeringsgrond voordoet, is de wethouder vrij om -op basis van belangenafweging- te besluiten de kapvergunning desondanks te verlenen. Ter bescherming van de belangen die door de verordening worden gediend, kunnen aan de vergunningverlening voorschriften worden verbonden (art. 5, gemeentelijke Kapverordening). Op grond van artikel 5, eerste lid van de Kapverordening kan de wethouder de vergunning slechts weigeren in het belang van natuur-, landschaps- of stadsschoon, of om andere redenen van milieubeheer.

10. In het geval dat er wel zienswijzen zijn binnengekomen  wordt de beslistermijn met 4 weken verlengd. Van deze beslissing worden de aanvrager en de protestmaker(s) schriftelijk op de hoogte gesteld. Tevens worden de aanvrager en de protestmakers gevraagd hun zienswijze toe te lichten. De resultaten hiervan worden meegenomen in het advies dat het stafbureau Stadsdeelwerken de wethouder voorlegt. De wethouder Stadsdeelwerken legt daarop de kapaanvraag met het ambtelijk advies ter besluitvorming voor aan het Dagelijks Bestuur. Het Dagelijks Bestuur beoordeelt de aanvraag en beslist al dan niet positief. De keuze om positief de beslissen is geheel aan het Dagelijks Bestuur: als er zich een weigeringsgrond voordoet, is het Dagelijks Bestuur vrij om -op basis van belangenafweging- te besluiten de kapvergunning desondanks te verlenen. Ter bescherming van de belangen die door de verordening worden gediend, kunnen aan de vergunningverlening voorwaarden worden verbonden (art. 5, gemeentelijke Kapverordening). Op grond van artikel 5, eerste lid van de gemeentelijke Kapverordening kan het Dagelijks Bestuur slechts weigeren in het belang van natuur-, landschaps- of stadsschoon, of om andere redenen van mileubeheer.

11. De beslissing op de aanvraag wordt, met redenen omkleed, aan de aanvrager bekend gemaakt en medegedeeld aan de mensen die hun zienswijze naar voren hebben gebracht. Tevens wordt ht besluit gepubliceerd en ter kennis gebracht aan de commissie SDW. Het Stafbureau Stadsdeelwerken verzorgt dit onderdeel.

Ter visielegging

12. Het besluit wordt bij de afdeling Voorlichting 6 weken ter inzage gelegd. Indien in die periode geen bezwaren tegen het besluit worden ingediend kan de vergunninghouder tot kap overgaan. Wanneer de aanvraag werd ingediend door Stadsdeelwerken of Wonen/Werken, kan aan de kap nog een voorlichtingsactie worden verbonden (zie 3.4.). Als bezwaar wordt ingediend door belanghebbenden treedt een bezwaarprocedure in werking en wordt er in afwachting van de beslissing daarop niet gekapt.

3.3. Richtlijnen met criteria voor de toetsing van kapaanvragen

- Toetsing van alternatieven voor kap

Het beleid met betrekking tot bomen in Zeeburg is er op gericht zoveel mogelijk bomen in stand te houden en voor de toekomst zeker te stellen. Dit komt er op neer, dat altijd eerst onderzocht wordt of andere maatregelen kunnen worden getroffen om de boom te handhaven.

Daarin wordt ook verplaatsing betrokken. Verplaatsing is, afhankelijk van de soort, goed mogelijk bij bomen met een stamdoorsnede tot 15 á 20 cm (gerekend op 1,30 m vanaf de grond). Bij grotere bomen verdient herplant de voorkeur boven verplaatsing. Verplaatsing is namelijk veel moeilijker en buitengewoon kostbaar; bovendien vergt het een lange voorbereidingstijd (liefst twee, maar minimaal één jaar tevoren dient rondsteken plaats te vinden).

Indien kap noodzakelijk blijkt, worden herplantingsmogelijkheden onderzocht.

- Financiële waardebepaling

Om uitvoering te kunnen geven aan de eigen herplant- en verplantvoornemens en het indienen van claims bij schade aan het eigen bomenbestand is het nodig inzicht te hebben in de financiële waarde van een boom. De boomwaarde wordt bepaald met behulp van de methode-Raad, een algemeen geaccepteerde berekeningswijze (zie bijlage 2) voor de waardebepaling van bomen.

- Herplantplicht en schadevergoeding

Het is volgens de Kapverordening mogelijk een plicht tot herplanten op te leggen bij kap. De verordening biedt geen mogelijkheid een schadevergoeding te vragen aan de veroorzaker van de schade in plaats van herplant. Ook kan dit niet worden opgenomen in de vergunningen. Wel zou in de eigen contracten met aannemers hiertoe een clausule kunnen worden opgenomen; bij woningbouwverenigingen zou er op aangedrongen moeten worden dat ook te doen in hun contracten met b.v. aannemers.

- Verdere criteria uit oogpunt van milieubeheer

Het kappen van bomen heeft niet alleen gevolgen voor het groenbestand, maar ook voor de fauna. In het broedseizoen, van half februari tot half augustus, wordt daarom eveneens onderzocht of beschermde dieren in de bomen nestelen. Indien dat het geval is, wordt geen kapvergunning afgegeven tot het einde van het broedseizoen, tenzij het nest eerder uitgevlogen is. Hiervan wordt afgeweken indien de kap plaats vindt ten behoeve van bouwwerkzaamheden.

- Termijn

De kap moet plaatsvinden binnen een het DB gestelde termijn. Dit wordt opgenomen in het besluit.

3.4. Voorlichting aan het publiek over kap- en onderhoudswerkzaamheden

Wanneer tot uitvoering wordt overgegaan van nieuwbouwprojecten of profielwijzigingen zal in de voorlichtingsbrief aan de bewoners tevens aandacht besteed worden aan het kappen van de bomen die in het kader daarvan niet gehandhaafd kunnen blijven. In de overige gevallen waarin het stadsdeel bomenkap of omvangrijk werk gaat uitvoeren, zal er kort daarvoor mededeling worden gedaan in het Amsterdams Staatsblad.