Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Veghel

Verordening op de vertrouwenscommissie 2009

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Veghel
Officiële naam regelingVerordening op de vertrouwenscommissie 2009
CiteertitelVerordening op de vertrouwenscommissie 2009
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 61. lid 3 en art. 180, lid 1

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-06-200901-01-2017Nieuwe regeling

03-06-2009

Stadskrant Veghel, 10-06-2009

Datum voorstel: 08-05-2009

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de vertrouwenscommissie 2009

De raad van de gemeente Veghel,

gezien het voorstel van de plaatsvervangend voorzitter en de griffier van 8 mei 2009;

gelet op artikel 61, derde lid, en artikel 180, eerste lid, Gemeentewet;

besluit:

  • 1.

    in te trekken de Verordening op de vertrouwenscommissie 2007;

  • 2.

    vast te stellen de navolgende Verordening op de vertrouwenscommissie 2009.

Hoofdstuk 1 Taken, samenstelling en algemene werkwijze

Artikel 1 Taken

  • De vertrouwenscommissie heeft de volgende taken:

  • a. het adviseren over de invulling van het burgemeesterschap wanneer een nieuwe burgemeester benoemd moet worden;

  • b. het voeren van gesprekken met de burgemeester over diens functioneren;

  • c. het adviseren over de invulling van het burgemeesterschap wanneer de burgemeester herbenoemd kan worden.

Artikel 2 Samenstelling

  • 1. De raad benoemt uit zijn midden de leden van de vertrouwenscommissie. Ten behoeve van deze benoeming draagt iedere fractie een lid voor.

  • 2. De vertrouwenscommissie wijst uit haar midden een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter, een secretaris en een plaatsvervangend secretaris aan.

  • 3. Het lidmaatschap van de vertrouwenscommissie is van persoonlijke aard.

  • 4. Bij ziekte, ontstentenis of beëindiging van het raadslidmaatschap van een lid van de vertrouwenscommissie, benoemt de raad ter vervanging van dat lid opnieuw een lid op voordracht van de fractie waarvan het oorspronkelijke lid afkomstig was.

Artikel 3 Adviseurs

  • 1. De raad kan een of meer wethouders benoemen als adviseur van de vertrouwenscommissie.

  • 2. De raad kan de secretaris van de gemeente benoemen als adviseur van de vertrouwenscommissie. Bij ziekte of ontstentenis van de secretaris kan de raad de loco­secretaris benoemen als adviseur van de vertrouwenscommissie.

  • 3. Het adviseurschap van de vertrouwenscommissie is van persoonlijke aard.

Artikel 4 Ambtelijke bijstand

De vertrouwenscommissie wordt ondersteund door of vanwege de griffier.

Artikel 5 Werkwijze

  • 1. De voorzitter bevordert de eensgezindheid van de vertrouwenscommissie.

  • 2. Zonodig beslist de commissie bij meerderheid van stemmen. Voorde bepaling van de stemuitslag geldt dat ieder lid evenveel stemmen uitbrengt als de fractie waar het lid uit afkomstig is leden telt in de raad.

  • 3. De vertrouwenscommissie vergadert niet en voert geen gesprek met een sollicitant of met de burgemeester indien nietten minste een meerderheid van de leden aanwezig is.

  • 4. De verslagen van de vertrouwenscommissie worden na vaststelling ondertekend door de voorzitter en de secretaris.

Hoofdstuk 2 Over de benoemingsprocedure

Artikel 6 Profielschets voor de nieuwe burgemeester

De raad kan de vertrouwenscommissie belasten met de voorbereiding van de profielschets voorhet burgemeesterschap.

Artikel 7 Beoordeling van de sollicitanten

  • 1. Bij haar beoordeling van de sollicitanten gaat de vertrouwenscommissie uit van de profielschets en betrekt zij de van de commissaris der koningin verkregen informatie, de met de sollicitanten gevoerde gesprekken en eventuele assessments.

  • 2. Haar oordeel over de sollicitanten neemt de vertrouwenscommissie op in het verslag van bevindingen. Het verslag van bevindingen wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 5, tweede lid. leder lid van de vertrouwenscommissie heeft het recht een minderheidsstandpunt te doen opnemen in het verslag van bevindingen. Het vastgestelde verslag van bevindingen wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de vertrouwenscommissie.

  • 3. Bij haar verslag van bevindingen biedt de vertrouwenscommissie de raad een ontwerpaanbeveling aan van ten minste twee sollicitanten die naar het oordeel van de vertrouwenscommissie voor benoeming in aanmerking komen. De vertrouwenscommissie vermeldt daarbij ten aanzien van iedere sollicitant de motieven die tot haar oordeel hebben geleid.

Artikel 8 Geheimhouding

  • 1. De sollicitatiegesprekken, alsmede de vergaderingen van de vertrouwenscommissie met betrekking tot de benoemingsprocedure, hebben een besloten karakter. De verzonden stukken, de beraadslaging en de verslaglegging van de genoemde gesprekken en vergaderingen zijn geheim.

  • 2. De geheimhoudingsplicht in de benoemingsprocedure brengt met zich mee dat de leden en de adviseurs van de vertrouwenscommissie, alsmede de griffier, geen inlichtingen over sollicitanten inwinnen bij derden.

  • 3. In afwijking van hetgeen is bepaald in het voorgaande lid, en slechts nadat daartoe van de betreffende sollicitant toestemming is verkregen, kan de vertrouwenscommissie contact opnemen met een of meer door een sollicitant genoemde referenten. De vertrouwens­commissie overlegt met de commissaris der koningin over haar eventuele wens om in aanvulling op het onderzoek door de commissaris der koningin zelf referenten te benaderen.

  • 4. De geheimhoudingsplicht van de leden en de adviseurs van de vertrouwenscommissie, alsmede de griffier, is ook van toepassing op hun relaties met de andere leden van de raad en met de andere leden van het college.

  • 5. De vertrouwenscommissie wijst degene aan die, met inachtneming van zijn geheimhoudingsplicht, zonodig de pers te woord staat.

  • 6. Nadat de raad de aanbeveling heeft vastgesteld, wordt de naam van de primair aanbevolen sollicitant bekendgemaakt en zijn het raadsbesluit met betrekking tot die aanbeveling en het voorstel daartoe openbaar. Deze openbaarheid geldt niet voor de secundair aanbevolen sollicitant, niet voor het raadsbesluit en het voorstel daartoe met betrekking tot de gehele aanbeveling en niet voor het verslag van bevindingen van de vertrouwenscommissie.

Hoofdstuk 3 Over de begeleiding en de beoordeling

Artikel 9 Verschillende gesprekken

De vertrouwenscommissie voert gesprekken met de burgemeester over diens functioneren. Diegesprekken kunnen verschillende vormen hebben.

Artikel 10 Organisatie van de gesprekken

  • 1. De voorzitter van de vertrouwenscommissie leidt het honderddagengesprek, het functioneringsgesprek en het beoordelingsgesprek, alsmede de vergaderingen ter voorbereiding van een gesprek of naar aanleiding van een gesprek.

  • 2. Het honderddagengesprek, het functioneringsgesprek en het beoordelingsgesprek vinden plaats op uitnodiging van de voorzitter van de vertrouwenscommissie. Ten minste tweeënzeventig uur voor het gesprek wordt de deelnemers een schriftelijke oproep toegezonden, onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van het gesprek.

  • 3. Het functioneringsgesprek en het beoordelingsgesprek kunnen aansluitend worden gehouden. De voorzitter waakt er in dat geval voor dat hij het functioneringsgesprek afsluit alvorens hij het beoordelingsgesprek opent.

  • 4. De vergadering ter voorbereiding van een gesprek of naar aanleiding van een gesprek vindt plaats op uitnodiging van de voorzitter van de vertrouwenscommissie. Ten minste achtenveertig uur voor de vergadering wordt de deelnemers een schriftelijke oproep toegezonden, onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van de vergadering.

  • 5. Voordat de schriftelijke oproep wordt verzonden, stelt de voorzitter de agenda van de vergadering voorlopig vast.

  • 6. Bij aanvang van de vergadering stelt de vertrouwenscommissie de agenda vast. Op voorstel van een lid, een adviseur of de griffier kan de vertrouwenscommissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen toevoegen of afvoeren.

Artikel 11 Honderddagengesprek

  • 1. Omstreeks drie maanden nadat de benoeming van een nieuwe burgemeester is ingegaan, spreken de vertrouwenscommissie en de burgemeester met elkaar over de wederzijdse verwachtingen en de eerste ervaringen. De profielschets en een eventueel assessment bieden een startpunt voor dit gesprek. De intenties voor het burgemeesterschap gedurende de ambtsperiode en de intenties voor het raadswerk worden besproken. Ook de educatie van de burgemeester, of andere ondersteuning van diens professionaliteit, wordt besproken.

  • 2. De vertrouwenscommissie kan haar adviseurs uitnodigen om deel te nemen aan het honderddagengesprek.

  • 3. De vertrouwenscommissie en de burgemeester kunnen met elkaar afspreken dat zij de raad en/of het college informeren over (een deel van) de afspraken die zij met elkaar hebben gemaakt in het honderddagengesprek.

  • 4. De griffier maakt een verslag van het honderddagengesprek dat door de vertrouwenscommissie wordt vastgesteld. Het vastgestelde verslag wordt door de burgemeester ondertekend voor akkoord dan wel voor gezien.

Artikel 12 Functioneringsgesprekken

  • 1. De vertrouwenscommissie voert jaarlijks een functioneringsgesprek met de burgemeester. Het functioneringsgesprek is gericht op een goed functioneren van de burgemeester, op een goed functioneren van de raad en op een goede samenwerking tussen de raad en de burgemeester.

  • 2. De vertrouwenscommissie bereidt het functioneringsgesprek voor tezamen met haar adviseurs.

  • 3. De adviseurs van de vertrouwenscommissie nemen niet deel aan het functioneringsgesprek.

  • 4. De profielschets, een eventueel assessment en eventuele afspraken gemaakt in het honderddagengesprek of in het voorgaande functioneringsgesprek, bieden een startpunt voor het functioneringsgesprek. De vertrouwenscommissie en de burgemeester kunnen in het functioneringsgesprek nieuwe afspraken maken.

  • 5. De vertrouwenscommissie en de burgemeester kunnen met elkaar afspreken dat zij de raad en/of het college informeren over (een deel van) de afspraken die zij met elkaar hebben gemaakt in het functioneringsgesprek.

  • 6. De griffier maakt een verslag van het functioneringsgesprek dat door de vertrouwenscommissie wordt vastgesteld. Het vastgestelde verslag wordt door de burgemeester ondertekend voor akkoord dan wel voor gezien.

Artikel 13 Beoordelingsgesprekken

  • 1. De vertrouwenscommissie voert een beoordelingsgesprek met de burgemeester voorafgaand aan het periodieke klankbordgesprek tussen de commissaris der koningin en de burgemeester.

  • 2. De vertrouwenscommissie bereidt het beoordelingsgesprek voor tezamen met haar adviseurs.

  • 3. De adviseurs van de vertrouwenscommissie nemen niet deel aan het beoordelingsgesprek.

  • 4. De griffier maakt een verslag van het beoordelingsgesprek dat door de vertrouwenscommissie wordt vastgesteld. Het vastgestelde verslag wordt door de burgemeester ondertekend voor gezien. De vertrouwenscommissie stelt het verslag ter beschikking van de commissaris der koningin.

Artikel 14 Geheimhouding

  • 1. Het honderddagengesprek, het functioneringsgesprek en het beoordelingsgesprek, alsmede de vergaderingen van de vertrouwenscommissie ter voorbereiding van een gesprek of naar aanleiding van een gesprek, hebben een besloten karakter. De verzonden stukken, de beraadslaging en de verslaglegging van de genoemde gesprekken en vergaderingen zijn geheim.

  • 2. Indien de vertrouwenscommissie en de burgemeester met elkaar afspreken dat zij de raad en/of het college informeren over (een deel van) de afspraken die zij met elkaar hebben gemaakt in een gesprek, kunnen zij gezamenlijk besluiten de geheimhouding op te heffen met betrekking tot de te verstrekken informatie.

  • 3. De vertrouwenscommissie wijst degene aan die, met inachtneming van zijn geheimhoudingsplicht, zonodig de pers te woord staat.

Hoofdstuk 4 Over de herbenoemingsprocedure

Artikel 15 Profielschets voor de volgende ambtsperiode

De raad kan de vertrouwenscommissie belasten met de voorbereiding van de profielschets voordevolgende ambtsperiode van de burgemeester.

Artikel 16 Sollicitatiegesprek en afrondend gesprek

  • 1. De vertrouwenscommissie bereidt het sollicitatiegesprek voor tezamen met haar adviseurs.

  • 2. De adviseurs van de vertrouwenscommissie nemen niet deel aan het sollicitatiegesprek.

  • 3. Het sollicitatiegesprek vindt plaats op uitnodiging van de voorzitter van de vertrouwenscommissie. Ten minste tweeënzeventig uur voor het gesprek wordt de deelnemers een schriftelijke oproep toegezonden, onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van het gesprek.

  • 4. Het afrondend gesprek over het conceptverslag van bevindingen vindt plaats op uitnodiging van de voorzitter van de vertrouwenscommissie. Ten minste achtenveertig uur voor het gesprek wordt de deelnemers een schriftelijke oproep toegezonden, onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van het gesprek.

  • 5. De vergadering ter voorbereiding van een gesprek of naar aanleiding van een gesprek vindt plaats op uitnodiging van de voorzitter van de vertrouwenscommissie. Ten minste achtenveertig uur voor de vergadering wordt de deelnemers een schriftelijke oproep toegezonden, onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van de vergadering.

  • 6. Voordat de schriftelijke oproep wordt verzonden, stelt de voorzitter de agenda van de vergadering voorlopig vast.

  • 7. Bij aanvang van de vergadering stelt de vertrouwenscommissie de agenda vast. Op voorstel van een lid, een adviseur of de griffier kan de vertrouwenscommissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen toevoegen of afvoeren.

  • 8. De griffier maakt een verslag van het sollicitatiegesprek dat door de vertrouwenscommissie wordt vastgesteld. Het vastgestelde verslag wordt door de burgemeester ondertekend voor gezien.

  • 9. De adviseurs nemen niet deel aan het afrondend gesprek met de burgemeester over het conceptverslag van bevindingen. De griffier maakt een verslag van het afrondend gesprek dat door de vertrouwenscommissie wordt vastgesteld. Het vastgestelde verslag wordt door de burgemeester ondertekend voor gezien.

Artikel 17 Beoordeling van de sollicitant

  • 1. Bij haar beoordeling van de sollicitant gaat de vertrouwenscommissie uit van de profielschets voor de volgende ambtsperiode en betrekt zij het met de sollicitant gevoerde gesprek. De vertrouwenscommissie houdt rekening met de profielschets voor de lopende ambtsperiode en met eventuele afspraken gemaakt in het honderddagengesprek of in de functioneringsgesprekken.

  • 2. Haar oordeel over de sollicitant neemt de vertrouwenscommissie op in het verslag van bevindingen. De vertrouwenscommissie bespreekt het conceptverslag met de burgemeester.

  • 3. Het verslag van bevindingen wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 5, tweede lid. leder lid van de vertrouwenscommissie heeft het recht een minderheidsstandpunt te doen opnemen in het verslag van bevindingen. Het vastgestelde verslag van bevindingen wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de vertrouwenscommissie.

  • 4. Bij haar verslag van bevindingen biedt de vertrouwenscommissie de raad een ontwerpaanbeveling aan. De vertrouwenscommissie vermeldt daarbij de motieven die tot haar oordeel hebben geleid.

Artikel 18 Commissaris der koningin

De vertrouwenscommissie zendt de commissaris der koningin een afschrift van het verslag van het sollicitatiegesprek, een afschrift van het verslag van het afrondend gesprek en een afschrift van het verslag van bevindingen.

Artikel 19 Geheimhouding

  • 1. Het sollicitatiegesprek, het afrondend gesprek, alsmede de vergaderingen van de vertrouwenscommissie met betrekking tot de herbenoemingsprocedure, hebben een besloten karakter. De verzonden stukken, de beraadslaging en de verslaglegging van de genoemde gesprekken en vergaderingen zijn geheim.

  • 2. De geheimhoudingsplicht van de leden en de adviseurs van de vertrouwenscommissie, alsmede de griffier, is ook van toepassing op hun relaties met de andere leden van de raad en met de andere leden van het college.

  • 3. De vertrouwenscommissie wijst degene aan die, met inachtneming van zijn geheimhoudingsplicht, zonodig de pers te woord staat.

  • 4. Nadat de raad de aanbeveling heeft vastgesteld, worden de aanbeveling en het voorstel daartoe openbaar. Deze openbaarheid geldt niet voor het verslag van bevindingen van de vertrouwenscommissie.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 20

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de vertrouwenscommissie bij meerderheid van stemmen en indachtig de richtlijnen van de ministervan Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties terzake.

Artikel 21

Deze verordening treedt in werking met ingang van 15 juni 2009.

Ondertekening

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 3 juni 2009.

De raad voornoemd

De griffier,                                              

dr. W. Oosten

De voorzitter,

mr. Ina R. Adema.

Toelichting

Benoemingsprocedure

Op het toneel van het benoemingsproces is de koningin onmisbaar, en zijn de minister en zeker de commissaris der koningin van groot belang, maar de rollen van de gemeenteraad en zijn vertrouwenscommissie zijn de hoofdrollen.

In de loop van het benoemingsproces zijn er onder andere bijeenkomsten ter voorbereiding van de profielschets, de profielschetsvergadering van de raad, bijeenkomsten met de commissaris der koningin, sollicitatiegesprekken en de besloten en de openbare raadsvergadering over de aanbeveling.

Wanneer het burgemeesterschap vacant raakt, wordt het volgende stappenplan gevolgd.

  • 1.

    De raad spreekt met de commissaris der koningin over de eisen die aan de te benoemen burgemeester worden gesteld.

  • 2.

    De raad stelt een vertrouwenscommissie in die wordt belast met de beoordeling van de sollicitanten.

  • 3.

    Via de commissaris der koningin solliciteren mensen naar het burgemeesterschap. De commissaris der koningin vormt zich een oordeel over de sollicitanten.

  • 4.

    De vertrouwenscommissie vormt zich, na overleg met de commissaris der koningin en uitgaande van de profielschets, een oordeel over de sollicitanten.

  • 5.

    De vertrouwenscommissie brengt verslag uit aan de raad. Aan het verslag van bevindingen is een ontwerpaanbeveling toegevoegd.

  • 6.

    De raad beveelt twee sollicitanten aan voor het burgemeesterschap. De naam van de primair aanbevolen sollicitant is openbaar, maar de naam van de secundair aanbevolen sollicitant en alle achterliggende stukken en beraadslagingen zijn en blijven geheim.

  • 7.

    Na de aanbeveling door de raad stelt de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een voordracht op. De regering benoemt de burgemeester.

Na jaren van debat over het benoemingsproces is duidelijk geworden dat de huidige kroonbenoeming niet verandert in een formele verkiezing door de raad en dat er ook geen verkiezing door de stemgerechtigde inwoners van de gemeente komt. Wel is, met het oog op een toekomstig verkozen burgemeesterschap, een raadplegend referendum over de voordracht door de raad mogelijk gemaakt. Toen duidelijk werd dat het burgemeesterschap geen vorm van formele verkiezing krijgt, verloor ook de optie van een referendum aan perspectief. Toch hoeft de idee van burgerparticipatie niet helemaal losgelaten te worden. Provinciale Staten van Noord-Brabant bijvoorbeeld, hebben in 2009 een enquête georganiseerd om de profielschets voor de nieuwe commissaris der koningin op te stellen.

Begeleiding en beoordeling

Het is voor alle betrokkenen van belang dat er tijdens de ambtsperiode van de burgemeester momenten zijn voor leren en verbeteren. Dan gaat het om het functioneren van het gemeentebestuur in het algemeen om het functioneren van de burgemeester in het bijzonder. Het is van belang dat er tijdens de ambtsperiode ook momenten zijn voor het beoordelen van de burgemeester. Dat belang vloeit voort uit de algemene verantwoording die de burgemeester aan de raad verschuldigd is, uit de wettelijke context van een verstoorde verhouding als ontslaggrond en uit het perspectief van een herbenoemingsproces. De momenten van enerzijds leren en verbeteren en anderzijds beoordelen hebben een verschillend karakter en dat werkt door in de bepalingen van deze verordening.

In de loop van het proces van begeleiden en beoordelen zijn er het honderddagengesprek, de functioneringsgesprekken, de beoordelingsgesprekken en de klankbordgesprekken. Rondom het honderddagengesprek, de functioneringsgesprekken en de beoordelingsgesprekken houdt de vertrouwenscommissie vergaderingen.

De rol van de adviseurs van de vertrouwenscommissie is niet in alle gesprekken dezelfde. Bij het honderddagengesprek kunnen de wethouder(s) en de secretaris/algemeen directeur deelnemen aan het gesprek tussen de vertrouwenscommissie en de burgemeester. Hun verwachtingen en ervaringen vormen dan een waardevolle bijdrage aan de door de vertrouwenscommissie en door de burgemeester uit te spreken intenties voor de ambtsperiode die dan maar juist begonnen is. Ook op de momenten van de functioneringsgesprekken, de beoordelingsgesprekken en de gesprekken in de herbenoemingsprocedure zijn de inzichten van de adviseurs waardevol voor de vertrouwenscommissie. Op die momenten hebben evenwel de relaties tussen enerzijds de burgemeester en anderzijds de wethouder(s) en de secretaris/algemeen directeur hun eigen inkleuring gekregen. Daarom bespreekt de vertrouwenscommissie met haar adviseurs wel de inzichten vanuit het college en de ambtelijke organisatie, maar nemen de adviseurs niet deel aan de gesprekken met de zittende burgemeester. Zo blijven de relaties tussen enerzijds de burgemeester en anderzijds de wethouder(s) en de secretaris/algemeen directeur zuiver, terwijl met name de functioneringsgesprekken van de vertrouwenscommissie met de burgemeester een open karakter kunnen krijgen.

Herbenoemingsprocedure

De burgemeester wordt benoemd voor een periode van zes jaar. Indien de burgemeester dat wenst, kan hij worden herbenoemd voor een volgende ambtsperiode. Net als een benoemingsprocedure kent een herbenoemingsprocedure het advies van de vertrouwenscommissie, de aanbeveling door de raad, de voordracht door de minister en de benoeming door de regering. Het verschil tussen een benoeming en een herbenoeming is dat in de herbenoemingsprocedure alleen de sollicitatie van de zittende burgemeester wordt overwogen.

In de loop van het herbenoemingsproces zijn er onder andere bijeenkomsten ter voorbereiding van de profielschets, de profielschetsvergadering van de raad, het sollicitatiegesprek en het afrondend gesprek over het conceptverslag van bevindingen, de besloten en de openbare raadsvergadering over de aanbeveling.

De circulaire Procedureregels herbenoeming burgemeester bevat een stappenplan voor de eventuele herbenoeming van de burgemeester.

  • 1.

    De commissaris der koningin spreekt met de burgemeester over diens functioneren en over diens ambitie.

  • 2.

    De commissaris der koningin stelt de raad er schriftelijk van in kennis dat de herbenoeming aan de orde is.

  • 3.

    De raad draagt de vertrouwenscommissie op de aanbeveling voor de herbenoeming voor te bereiden. Daarbij kan de raad criteria vaststellen waaraan de vertrouwenscommissie het functioneren van de burgemeester toetst.

  • 4.

    De vertrouwenscommissie vormt zich, uitgaande van de profielschets en andere vastgestelde criteria of afspraken, een oordeel over het functioneren. De vertrouwenscommissie bespreekt haar conceptverslag van bevindingen met de burgemeester.

  • 5.

    De vertrouwenscommissie brengt verslag uit aan de raad.

  • 6.

    De raad spreekt met de commissaris der koningin voordat hij de aanbeveling voor de herbenoeming opstelt.

  • 7.

    De vastgestelde aanbeveling is openbaar, maar de achterliggende stukken en beraadslagingen zijn en blijven geheim.

Het is niet ondenkbaar dat de burgemeester bekendmaakt dat hij geen volgende ambtstermijn ambieert voordat de raad de vertrouwenscommissie opdraagt de aanbeveling voor te bereiden. In dat geval wordt verder de benoemingsprocedure gevolgd.

Geheimhouding

De geheimhouding met betrekking tot een groot deel van het (her)benoemingsproces is in het belang van de gemeente. De zorgvuldigheid en de bescherming van de privacy en het publieke imago van (potentiële) sollicitanten helpen ervoor te zorgen dat gekwalificeerde personen bereid zijn om naar het burgemeesterschap te solliciteren en om de procedure geheel te doorlopen. Openbaarheid schrikt sommige gekwalificeerde personen af. De geheimhouding is ook in het belang van de sollicitanten zelf.Artikel 61c Gemeentewet legt een geheimhoudingsplicht op. De mogelijke consequenties voor iemand die de geheimhoudingsplicht schendt, staan in artikel 272 Wetboek van Strafrecht:

1.   Hij die enig geheim waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt of beroep verplicht is het te bewaren, opzettelijk schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie.

2.   Indien dit misdrijf tegen een bepaald persoon gepleegd is, wordt het slechts vervolgd op diens klacht.

Documentatie

Bestuurscompetenties burgemeesters, Handreiking voor een objectief en transparantbenoemingsproces, Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mei 2001.

Handreiking benoemingsproces burgemeester, Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, oktober 2007.

Handreiking functioneringsgesprek burgemeester, Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, juni 2008.

Procedure benoeming burgemeesters, Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mei 2006.

Procedureregels herbenoeming burgemeester, Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zakenen Koninkrijksrelaties, 21 november 2001.